Ziet u een fout in deze regeling? Meld het ons op regelgeving@overheid.nl!
WerkSaam Westfriesland

Bedrijfsautoregeling WerkSaam Westfriesland

Wetstechnische informatie

Gegevens van de regeling
OrganisatieWerkSaam Westfriesland
OrganisatietypeRegionaal samenwerkingsorgaan
Officiële naam regelingBedrijfsautoregeling WerkSaam Westfriesland
CiteertitelBedrijfsautoregeling WerkSaam Westfriesland
Vastgesteld doordagelijks bestuur
Onderwerpbestuur en recht
Eigen onderwerp

Opmerkingen met betrekking tot de regeling

Geen

Wettelijke grondslag(en) of bevoegdheid waarop de regeling is gebaseerd

N.v.t.

Overzicht van in de tekst verwerkte wijzigingen

Datum inwerkingtreding

Terugwerkende kracht tot en met

Datum uitwerkingtreding

Betreft

Datum ondertekening

Bron bekendmaking

Kenmerk voorstel

26-07-201701-01-201513-05-2021Nieuwe regeling

13-04-2017

bgr-2017-407

Tekst van de regeling

Intitulé

Bedrijfsautoregeling WerkSaam Westfriesland

 

Het dagelijks bestuur van WerkSaam Westfriesland;

 

gezien de instemming van de OR van WerkSaam Westfriesland van 9 juli 2015;

 

gelet op:

- artikel 23 van de gemeenschappelijke regeling WerkSaam Westfriesland;

 

overwegende dat het doel van deze regeling is het beschrijven van een aantal voorwaarden en procedures ten behoeve van het gebruik van bedrijfsauto’s;

 

b e s l u i t :

 

- vast te stellen de volgende Bedrijfsautoregeling WerkSaam;

- in te trekken de oude Dienstautoregeling.

 

Artikel 1. Reikwijdte en grenzen

  • 1.

    Deze regeling is van toepassing op bedrijfsauto’s.

  • 2.

    Deze regeling is niet van toepassing op de zogenaamde ‘poolauto’s’.

Artikel 2. Toewijzing bedrijfsauto

  • 1.

    Een bij de functie passende auto wordt door WerkSaam ter beschikking gesteld, aan door MT-leden toe te wijzen medewerkers (functies).

  • 2.

    Met de medewerker wordt een overeenkomst afgesloten.

Artikel 3. Gebruik van de bedrijfsauto

  • 1.

    De in artikel 2, tweede lid genoemde overeenkomst vangt aan op de datum, dat de bedrijfsauto aan de medewerker ter beschikking wordt gesteld.

  • 2.

    Het gebruik van de bedrijfsauto eindigt:

  • a. indien en op het moment dat de dienstbetrekking, om welke reden dan ook, tussen WerkSaam en medewerker wordt beëindigd;

  • b. nadat is vastgesteld dat de medewerker niet meer tot de groep functionarissen behoort zoals benoemd onder artikel 2;

  • c. indien de medewerker zijn verplichtingen uit hoofde van deze bedrijfsautoregeling niet behoorlijk nakomt;

  • d. indien wordt geconstateerd dat de medewerker in ernstige mate de bekwaamheid of de geschiktheid blijkt te missen tot het besturen van de auto als gevolg van verslaving, dronkenschap, of onbehoorlijk weggedrag, dan wel indien hem of haar de rijbevoegdheid is ontnomen.

  • 3.

    Bij langdurig (langer dan 5 weken) verlof, non-actiefstelling of langdurige ziekte van de medewerker wordt de bedrijfsauto voor de duur hiervan weer ter beschikking van WerkSaam gesteld.

Artikel 4. Gebruik, onderhoud, reparaties en brandstof

  • 1.

    De medewerker gebruikt de bedrijfsauto deskundig voor het doel waarvoor deze is bestemd en uitgerust. Voor het deelnemen aan snelheidsproeven en prestatieritten, het geven van rijonderricht, dan wel het vervoeren van gevaarlijke en/of explosieve stoffen wordt de bedrijfsauto nimmer gebruikt. De bedrijfsauto wordt nimmer gebruikt voor commerciële en andere zakelijke activiteiten van anderen dan WerkSaam.

  • 2.

    De medewerker houdt de bedrijfsauto in goede staat om een representatief aanzien van de bedrijfsauto te geven. Dit geldt zowel voor de buiten- als binnenkant.

  • 3.

    De medewerker brengt geen wijzigingen aan die schade toebrengen aan de auto.

  • 4.

    Voor alle (kleine) reparaties, doorsmeren en olie verversen maakt de medewerker gebruik van de door de Facility manager aangegeven garagebedrijven. De medewerker regelt de onderhoudsbeurten van de auto zodanig, dat geen vervangende auto nodig is tenzij in overleg met de leidinggevende.

  • 5.

    De medewerker maakt bij aankoop van brandstof gebruik van de verstrekte tank pas. Hierbij wordt altijd de recente kilometerstand vermeld.

  • 6.

    Parkeergelden, ontstaan tijdens het uitoefenen van functie en onder overlegging van betaalbewijzen, worden vergoed door de werkgever.

  • 7.

    De medewerker is verplicht binnen 24 uur defecten aan de kilometerteller aan de Facility manager te melden.

  • 8.

    Het is de medewerker niet toegestaan de bedrijfsauto te verpanden of anderszins te bezwaren, noch te verhuren of op enigerlei wijze aan derden in gebruik te geven.

Artikel 5. Technische inspectie

De medewerker kan te allen tijde worden verzocht de bedrijfsauto voor bezichtiging en technische inspectie ter beschikking te (doen) stellen, en zal hieraan in alle redelijkheid zijn medewerking verlenen.

Artikel 6. Maatregelen van derden en onvrijwilliger bezit verlies

  • 1.

    Indien derden ten opzichte van de bedrijfsauto rechten willen doen gelden of maatregelen treffen, zal de medewerker hen terstond doen blijken dat de bedrijfsauto eigendom is van WerkSaam.

  • 2.

    Indien de bedrijfsauto uit de macht van de medewerker raakt, dan is de medewerker verplicht onmiddellijk de Facility manager van WerkSaam in te lichten.

Artikel 7. Risico, verzekering en schade

  • 1.

    Iedere schade die aan de bedrijfsauto ontstaat en/of met de auto aan derden wordt toegebracht meldt de medewerker onmiddellijk aan de Facility manager. De medewerker is verplicht het schadeformulier onmiddellijk aan de Facility manager van WerkSaam te zenden. Voorts dient de medewerker onmiddellijk alle brieven en bescheiden die hij in verband met de schade ontvangt aan de Facility manager over te dragen.

  • 2.

    WerkSaam draagt er zorg voor dat voor de gehele gebruiksduur de bedrijfsauto WA + Casco verzekerd wordt. Tevens wordt voor de bestuurder en 4 inzittenden een ongevallen inzittendenverzekering afgesloten.

  • 3.

    Alle schadereparaties worden uitsluitend in een door de Facility manager aangewezen bedrijf uitgevoerd.

Artikel 8. Geen privégebruik bedrijfsauto

  • 1.

    Het is de medewerker niet toegestaan de bedrijfsauto voor privédoeleinden te gebruiken.

  • 2.

    De medewerker vraagt een “verklaring geen privégebruik auto” aan bij de belastingdienst. Een kopie hiervan wordt ingeleverd bij de afdeling Personeelsadministratie voor een correcte verwerking in de administratie. Gevolg van deze verklaring is dat de medewerker volledig aansprakelijk is voor een correcte en sluitende rittenregistratie.

Artikel 9. Overige bepalingen

  • 1.

    Bij beëindiging van het gebruik van een bedrijfsauto door welke oorzaak dan ook, levert de medewerker alle bij de auto behorende bescheiden in bij de Facility manager, waaronder het kentekenbewijsdeel IA en IB of kentekencard, het reparatie opdrachtboekje, de autosleutel en de tank pas.

  • 2.

    De Facility manager controleert of de auto in goede staat wordt ingeleverd. Indien dit niet het geval is, zijn alle kosten voor het in goede staat brengen van de auto voor rekening van de medewerker.

Artikel 10. Hardheidsclausule

De directeur beslist in gevallen waarin deze regeling niet of niet in redelijkheid voorziet.

Artikel 11. Inwerkingtreding

  • 1.

    Deze regeling treedt in werking op de dag na die van bekendmaking en werkt terug tot 1 mei 2015.

  • 2.

    De oude Dienstautoregeling wordt gelijktijdig ingetrokken.

Artikel 12. Citeertitel

Deze regeling wordt aangehaald als: Bedrijfsautoregeling WerkSaam Westfriesland.

 

 

 

Aldus vastgesteld in de vergadering van het dagelijks bestuur van 13 april 2017,

 

 

De voorzitter, A.J. de Jong

 

De directeur, M.J. Dölle