Onderdeel I
BEVOEGDHEDEN GEDEPUTEERDE STATEN VAN ZEELAND
ALLE BEVOEGDHEDEN ZIJN GEMANDATEERD AAN DE SECRETARIS/ALGEMEEN DIRECTEUR, DE DIRECTEUR ORGANISATIE, DE DIRECTEUR PROGRAMMA’S EN PROJECTEN EN DE AFZONDERLIJKE BEVOEGDHEDEN TEVENS AAN DE DAARBIJ GENOEMDE FUNCTIONARIS
ALGEMEEN DEEL
Omschrijving bevoegdheid/mandaat | Wettelijke grondslag | Gemandateerd aan | Opmerkingen |
Algemene wet bestuursrecht en Wet op de Raad van State | | | |
Aanwijzen van ambtenaren die gedeputeerde staten vertegenwoordigen ter zitting van: - 1.
de Commissie voor de bezwaarschriften - 2.
- 3.
- 4.
de Centrale Raad van Beroep en - 5.
het College van beroep voor het bedrijfsleven
| Artikelen 8.23 en 8.24 Algemene wet bestuursrecht (Awb) en artikelen 46 en 47 Wet op de Raad van State | Afdelingshoofd; Unithoofd | Het afdelingshoofd wijst per wet of per geval een ambtenaar aan. Zo ja dan uitsluitend Bevoegdheid in het kader van het betreffende project |
Het indienen van een verweerschrift conform de inhoud van het GS-besluit bij: - 1.
de Commissie voor de bezwaarschriften - 2.
- 3.
- 4.
de Centrale Raad van Beroep en - 5.
het College van beroep voor het bedrijfsleven
| | Afdelingshoofd; Unithoofd | |
| | | |
Algemene wet bestuursrecht | | | |
| | | |
Algemene bepalingen | | | |
Verlangen van een schriftelijke machtiging | Artikel 2:1, tweede lid | Afdelingshoofd; Unithoofd | |
Doorzenden van geschriften bij kennelijke bevoegdheid van een ander bestuursorgaan en mededeling daarvan doen aan afzender. | Artikel 2:3, eerste lid | Afdelingshoofd; Unithoofd | |
Het terugzenden van geschriften aan afzender | Artikel 2:3, tweede lid | Afdelingshoofd; Unithoofd | |
| | | |
Advisering: afdeling 3.3 Awb | | | |
Stellen van een termijn voor een advies | Artikel 3:6, eerste lid | Afdelingshoofd; Unithoofd | |
Ter beschikking stellen van gegevens aan een adviseur | Artikel 3:7, eerste lid | Afdelingshoofd; Unithoofd | |
| | | |
Uniforme openbare voorbereidingsprocedure: Afdeling 3.4 Awb | | | |
Besluiten om afd. 3.4 van toepassing te verklaren op de voorbereiding van besluiten indien dat bij wettelijk voorschrift of bij besluit van het bestuursorgaan is bepaald | Artikel 3:10, eerste lid | Afdelingshoofd; Unithoofd | |
Besluiten om afd. 3.4 van toepassing te verklaren op de voorbereiding van besluiten inhoudende de afwijzing van een aanvraag tot intrekking of wijziging van een besluit, tenzij bij wettelijk voorschrift of bij besluit van het bestuursorgaan anders is bepaald | Artikel 3:10, tweede lid | Afdelingshoofd; Unithoofd | |
Ter inzage leggen van een ontwerpbesluit | Artikel 3:11, eerste lid | Afdelingshoofd; Unithoofd | |
Mededelen van het niet ter inzage leggen van stukken | Artikel 3:11, tweede lid | Afdelingshoofd; Unithoofd | |
Verstrekken van een afschrift van ter inzage gelegde stukken | Artikel 3:11, derde lid | Afdelingshoofd; Unithoofd | |
In kennis geven van een ontwerpbesluit | Artikel 3:12, eerste lid | Afdelingshoofd; Unithoofd | |
Toezenden van een ontwerpbesluit aan belanghebbenden | Artikel 3:13, eerste lid | Afdelingshoofd; Unithoofd | |
Aanvullen van stukken met nieuwe gegevens | Artikel 3:14, eerste lid | Afdelingshoofd; Unithoofd | |
Bepalen dat ook anderen dan belanghebbenden hun zienswijze naar voren kunnen brengen | Artikel 3:15, tweede lid | Afdelingshoofd; Unithoofd | |
In de gelegenheid stellen van de aanvrager om te reageren op de ingebrachte zienswijzen | Artikel 3:15, derde lid | Afdelingshoofd; Unithoofd | |
In de gelegenheid stellen van degene, tot wie het te wijzigen of in te trekken besluit is gericht, te reageren op ingebrachte zienswijzen | Artikel 3:15, vierde lid | Afdelingshoofd; Unithoofd | |
Verlengen van de beslistermijn en hierover zienswijze vragen aan aanvrager | Artikel 3:18, tweede lid | Afdelingshoofd; Unithoofd | |
Meedelen dat geen zienswijzen zijn ingebracht | Artikel 3:18, vierde lid | Afdelingshoofd; Unithoofd | |
| | | |
Bekendmaking en mededeling: afdeling 3:6 Awb | | | |
Bekendmaken van besluiten van een tot de centrale overheid behorend bestuursorgaan, die niet tot één of meer belanghebbenden zijn gericht | Artikel 3:42, eerste lid | Afdelingshoofd; Unithoofd | |
Bekendmaken van besluiten van een niet tot de centrale overheid behorend bestuursorgaan, die niet tot één of meer belanghebbenden zijn gericht | Artikel 3:42, tweede lid | Afdelingshoofd; Unithoofd | |
Mededeling doen van het besluit aan indieners van een zienswijze; in ieder geval aan een adviseur als bedoeld in artikel 3:5 als van het advies wordt afgeweken | Artikel 3:43, eerste lid | Afdelingshoofd; Unithoofd | |
Mededeling doen van het besluit door toezending aan de indieners van een zienswijze | Artikel 3:44, eerste lid 1, sub b | Afdelingshoofd; Unithoofd | |
Het meedelen van het besluit door andere wijze dan toezending aan indieners van zienswijzen | Artikel 3:44, tweede lid | Afdelingshoofd; Unithoofd | |
| | | |
De aanvraag: afdeling 4.1.1 Awb | | | |
Vaststellen van een formulier voor het indienen van de aanvraag en het verstrekken van gegevens | Artikel 4:4 | Afdelingshoofd; Unithoofd | |
Besluiten tot het niet in behandeling nemen van een aanvraag en bekendmaking hiervan aan de aanvrager | Artikel 4:5 | Afdelingshoofd; Unithoofd | |
Afwijzen van een herhaalde aanvraag onder verwijzing naar de eerdere afwijzende beschikking (ne, bis, in -idem) | Artikel 4:6, tweede lid | Afdelingshoofd; Unithoofd | |
| | | |
De voorbereiding: afdeling 4.1.2 Awb | | | |
In de gelegenheid stellen van de aanvrager tot het geven van een zienswijze | Artikel 4:7, eerste lid | Afdelingshoofd; Unithoofd | |
In de gelegenheid stellen van belanghebbenden tot het geven van een zienswijze | Artikel 4:8, eerste lid | Afdelingshoofd; Unithoofd | |
| | | |
De beslistermijn: afdeling 4.1.3 Awb | | | |
Kennis geven van een nieuwe termijn aan de aanvrager | Artikel 4:14, eerste en derde lid | Afdelingshoofd; Unithoofd | |
| | | |
Wet dwangsom en beroep bij niet tijdig beslissen (Stb. 2009, 383) | | | |
Opschorten en het beëindigen van de opschorting van de beslistermijn | artikel 4:15 Algemene wet bestuursrecht | Afdelingshoofd; Unithoofd | |
Besluiten op ingebrekestellingen | artikel 4:17 Algemene wet bestuursrecht | Afdelingshoofd; Unithoofd | |
Vaststellen van de hoogte en de verschuldigdheid van dwangsommen | artikel 4:18 Algemene wet bestuursrecht | Afdelingshoofd; | |
| | | |
Wet openbaarheid van bestuur | | | |
Verstrekken informatie overeenkomstig wet | Artikel 2, eerste lid | Afdelingshoofd; Unithoofd; Programmaleider in hoedanigheid van budgethouder; Projectleider in hoedanigheid van budgethouder | Algemene grondslag bevoegdheid |
Besluiten tot het toewijzen van een verzoek om (milieu)informatie | Artikel 2, eerste lid | Afdelingshoofd; Unithoofd; Programmaleider in hoedanigheid van budgethouder; Projectleider in hoedanigheid van budgethouder | Geldt voor het (geheel of gedeeltelijk) verstrekken algemene informatie (art. 6, eerste lid) en milieu-informatie (art. 6, zesde lid) |
Besluiten tot het afwijzen van een verzoek om (milieu)informatie | Artikel 2, eerste lid | Afdelingshoofd; Unithoofd; Programmaleider in hoedanigheid van budgethouder; Projectleider in hoedanigheid van budgethouder | De bevoegdheid tot (geheel of gedeeltelijk) toewijzen verzoek, impliceert ook de bevoegdheid tot (gehele of gedeeltelijke) afwijzing daarvan |
Verzoeken aan verzoeker zijn verzoek te preciseren | Artikel 3, vierde lid | Afdelingshoofd; Unithoofd; Programmaleider in hoedanigheid van budgethouder; Projectleider in hoedanigheid van budgethouder | |
Doorzenden verzoek aan ander bestuursorgaan onder mededeling van doorzending aan verzoeker | Artikel 4 | Afdelingshoofd; Unithoofd; Programmaleider in hoedanigheid van budgethouder; Projectleider in hoedanigheid van budgethouder | |
Toezenden informatie aan derden | Artikel 5, derde lid | Afdelingshoofd; Unithoofd; Programmaleider in hoedanigheid van budgethouder; Projectleider in hoedanigheid van budgethouder | |
Verdagen beslissing op verzoek / gemotiveerd mededeling doen van verdaging aan verzoeker | Artikel 6, tweede lid | Afdelingshoofd; Unithoofd; Programmaleider in hoedanigheid van budgethouder; Projectleider in hoedanigheid van budgethouder | |
Opschorten termijn voor geven beschikking | Artikel 6, derde lid, juncto artikel 4.15 Algemene wet bestuursrecht | Afdelingshoofd; Unithoofd; Programmaleider in hoedanigheid van budgethouder; Projectleider in hoedanigheid van budgethouder | |
Mededeling doen aan verzoeker van einde opschorting | Artikel 6, vierde lid | Afdelingshoofd; Unithoofd; Programmalei-der in hoedanigheid van budgethouder; Projectleider in hoedanigheid van budgethouder | |
Bekendmaken beslissing verstrekken informatie aan verzoeker en belanghebbende | Artikel 6, vijfde lid | Afdelingshoofd; Unithoofd; Programmaleider in hoedanigheid van budgethouder; Projectleider in hoedanigheid van budgethouder | |
Verschaffen informatie uit eigen beweging | Artikel 8, eerste lid | Afdelingshoofd; Unithoofd; Programmaleider in hoedanigheid van budgethouder; Projectleider in hoedanigheid van budgethouder | |
Openbaar maken van door niet-ambtelijke adviescommissies uitgebrachte adviezen alsmede de aan de commissie voorgelegde adviesaanvragen en voorstellen | Artikel 9, eerste lid | Afdelingshoofd; Unithoofd; Programmaleider in hoedanigheid van budgethouder; Projectleider in hoedanigheid van budgethouder | |
Mededeling doen van openbaarmaking | Artikel 9, tweede lid | Afdelingshoofd; Unithoofd; Programmaleider in hoedanigheid van budgethouder; Projectleider in hoedanigheid van budgethouder | |
| | | |
Aanbesteden werken, leveringen en diensten; Inkoopproces | | | Aanbesteding werken, leveringen en diensten: uitsluitend voor zover deze geschiedt op basis van de door GS vastgestelde beleidsregels inkoop en aanbestedingen (zoals voldoende budget, passend binnen de doeleinden, conform aanbestedingswet- en regelgeving en aanbestedingsbeginselen proportionaliteit, transparantie en gelijke behandeling). |
Vaststellen raming opdrachtwaarde | Aanbestedingswet; Provinciaal inkoop- en aanbestedingsbeleid; Regeling aanwijzing budgethouders en budgetbeheer provincie Zeeland | Budgethouder | Ingevolge de Regeling aanwijzing budgethouders en budgetbeheer zijn als budgethouder aangewezen: - a.
de secretaris/algemeen directeur; - b.
de directeur Programma’s en projecten; - c.
de directeur Organisatie; - d.
- e.
de unithoofden(< € 50.000,--); - f.
de programma- en projectleiders; - g.
- h.
de secretaris van de Algemene Rekenkamer.
De functionarissen als genoemd onder a tot en met d, kunnen binnen de voor hen geldende taken en bevoegdheden op hun beurt medewerkers aanwijzen als budgethouder. |
Besluiten tot het voeren van een inkoop/aanbestedingsprocedure (enkelvoudig, meervoudig, nationale en Europese procedures) mits: - -
budget beschikbaar is gesteld - -
passend binnen de doeleinden waartoe het budget is toegewezen - -
passend binnen een o.g.v. het budget vooraf door gs vastgesteld globaal bestedingsplan/conform de jaarlijks vastgestelde ramingen, uitgesplitst per onderwerp - -
na afstemming en zo nodig advies JIS (Inkoop- en aanbesteding) en Financiën wat betreft overeenstemming met provinciaal inkoop- en aanbestedingsbeleid en het relevante wettelijk kader.
| Aanbestedingswet; Provinciaal inkoop- en aanbestedingsbeleid; Regeling aanwijzing budgethouders en budgetbeheer provincie Zeeland; | Budgethouder | Besluiten tot afwijken van het inkoopbeleid voor opdrachten voor Leveringen en Diensten van € 50.000,- tot Europese drempel (2016-2017: € 209.000,-) en voor Werken van €150.000,-- tot de Nationaal openbare drempel is voorbehouden aan GS; Ingevolge de Regeling aanwijzing budgethouders en budgetbeheer zijn als budgethouder aangewezen: - a.
de secretaris/algemeen directeur; - b.
de directeur Programma’s en projecten; - c.
de directeur Organisatie; - d.
- e.
de unithoofden (< € 50.000,--); - f.
de programma- en projectleiders; - g.
- h.
de secretaris van de Algemene Rekenkamer.
|
Aankondigen Europese en nationale aanbestedingen | Aanbestedingswet; Provinciaal inkoop- en aanbestedingsbeleid; | Senior medewerker Inkoop en aanbestedingen; Inkoopadviseur; | |
Publiceren enkel- en meervoudige onderhandse aanbestedingen conform voorgeschreven procedure in Inkoopbeleid | Aanbestedingswet; Provinciaal inkoop- en aanbestedingsbeleid; Regeling aanwijzing budgethouders en budgetbeheer provincie Zeeland | Budgethouder | Ingevolge de Regeling aanwijzing budgethouders en budgetbeheer zijn als budgethouder aangewezen: - a.
de secretaris/algemeen directeur; - b.
de directeur Programma’s en projecten; - c.
de directeur Organisatie; - d.
- e.
- f.
de programma- en projectleiders; - g.
- h.
de secretaris van de Algemene Rekenkamer
De functionarissen als genoemd onder a tot en met d, kunnen binnen de voor hen geldende taken en bevoegdheden op hun beurt medewerkers aanwijzen als budgethouder. Voor alle inkopen voor leveringen en diensten met een geraamde waarde van € 50.000 en hoger en voor Werken van € 150.000 en hoger is een inkoopadvies verplicht d.m.v. Inkoopstartformulier |
Afwijken van de Algemene Inkoopvoorwaarden bij het aangaan van overeenkomsten/verlenen opdrachten | Aanbestedingswet; Provinciaal inkoop- en aanbestedingsbeleid; Regeling aanwijzing budgethouders en budgetbeheer provincie Zeeland | Budgethouder | Na advies JIS (inkoop en aanbesteding) Ingevolge de Regeling aanwijzing budgethouders en budgetbeheer zijn als budgethouder aangewezen: - a.
de secretaris/algemeen directeur; - b.
b. de directeur Programma’s en projecten; - c.
de directeur Organisatie; - d.
- e.
- f.
de programma- en projectleiders; - g.
- h.
de secretaris van de Algemene Rekenkamer.
|
Besluiten tot het onregelmatig of onaanvaardbaar verklaren van de inschrijving | Provinciaal inkoop- en aanbestedingsbeleid | Budgethouder | Na advies JIS (inkoop en aanbesteding) Ingevolge de Regeling aanwijzing budgethouders en budgetbeheer zijn als budgethouder aangewezen: - a.
de secretaris/algemeen directeur; - b.
de directeur Programma’s en projecten; - c.
de directeur Organisatie; - d.
- e.
- f.
de programma- en projectleiders; - g.
- h.
de secretaris van de Algemene Rekenkamer.
|
Besluiten tot het nemen van een afwijzingsbesluit | | Budgethouder | Ingevolge de Regeling aanwijzing budgethouders en budgetbeheer zijn als budgethouder aangewezen: - a.
de secretaris/algemeen directeur; - b.
de directeur Programma’s en projecten; - c.
de directeur Organisatie; - d.
- e.
- f.
de programma- en projectleiders; - g.
- h.
de secretaris van de Algemene Rekenkamer.
|
Besluiten tot het verlenen van een opdracht dan wel een privaatrechtelijke overeenkomst inzake levering, werk of dienst mits: - -
budget beschikbaar is gesteld; - -
passend binnen de doeleinden waartoe het budget is toegewezen; - -
passend binnen een o.g.v. het budget vooraf door gs vastgesteld globaal bestedingsplan/conform de jaarlijks vastgestelde ramingen, uitgesplitst per onderwerp - -
na afstemming en zo nodig advies JIS (Inkoop- en aanbesteding) en Financiën wat betreft overeenstemming met provinciaal inkoop- en aanbestedingsbeleid en het relevante wettelijk kader.
| Aanbestedingswet; Provinciaal inkoop- en aanbestedingsbeleid; Regeling aanwijzing budgethouders en budgetbeheer provincie Zeeland | Budgethouder | Ingevolge de Regeling aanwijzing budgethouders en budgetbeheer zijn als budgethouder aangewezen: - a.
de secretaris/algemeen directeur; - b.
de directeur Programma’s en projecten; - c.
de directeur Organisatie; - d.
- e.
- f.
de programma- en projectleiders; - g.
- h.
de secretaris van de Algemene Rekenkamer.
|
Besluiten tot opdracht van meerwerk > 10% van de oorspronkelijke opdrachtwaarde | | Budgethouder | Na advies van JIS (inkoop en aanbesteding) Ingevolge de Regeling aanwijzing budgethouders en budgetbeheer zijn als budgethouder aangewezen: - a.
de secretaris/algemeen directeur; - b.
de directeur Programma’s en projecten; - c.
de directeur Organisatie; - c.
- e.
- f.
de programma- en projectleiders; - g.
- h.
de secretaris van de Algemene Rekenkamer.
|
Aanwijzen directie o.g.v. Uniforme Administratieve Voorwaarden (UAV) voor de uitvoering van werken | | Budgethouder | Ingevolge de Regeling aanwijzing budgethouders en budgetbeheer zijn als budgethouder aangewezen: - a.
de secretaris/algemeen directeur; - b.
de directeur Programma’s en projecten; - c.
de directeur Organisatie; - d.
- e.
- f.
de programma- en projectleiders; - g.
- h.
de secretaris van de Algemene Rekenkamer.
|
Nemen van besluiten m.b.t. de uitvoering van contractmanagement bij een (raam)overeenkomst en verwerken in contractenbeheer (JIS) | | Budgethouder | Ingevolge de Regeling aanwijzing budgethouders en budgetbeheer zijn als budgethouder aangewezen: a. de secretaris/algemeen directeur; b. de directeur Programma’s en projecten; c. de directeur Organisatie; d. de afdelingshoofden; e. de unithoofden; f. de programma- en projectleiders; g. de statengriffier; h. de secretaris van de Algemene Rekenkamer. |
Besluiten tot verrichten van (overige) (rechts)handelingen t.a.v. de aanbestedingsprocedure of uitvoering van de (raam)overeenkomst (bijv. nadere overeenkomst, tussentijdse vragen, mogelijkheid tot ingebrekestelling op grond van de Algemene Inkoopvoorwaarden) | | Budgethouder | Na advies JIS Ingevolge de Regeling aanwijzing budgethouders en budgetbeheer zijn als budgethouder aangewezen: - a.
de secretaris/algemeen directeur; - b.
de directeur Programma’s en projecten; - c.
de directeur Organisatie; - d.
- e.
- f.
de programma- en projectleiders; - g.
- h.
de secretaris van de Algemene Rekenkamer.
|
Afhandelen klachten betreffende aanbestedingsprocedure. (Klachtenmeldpunt aanbestedingen) | Flankerend beleid betreffende de per 1 juli 2016 gewijzigde Aanbestedingswet 2012 en Inkoop- en aanbestedingsbeleid provincie Zeeland 2016 | Afdelingshoofd JIS | Betreft mandaat JIS. Is voor het totale overzicht tevens bij de algemene mandaten opgenomen |
| | | |
Besluiten inzake subsidiëring (o.g.v. Algemene subsidieverordening e/o Algemeen Subsidiebesluit) | | | |
Besluiten tot het afwijzen van de subsidieaanvraag | Algemene subsidieverordening Zeeland/Algemeen subsidiebesluit Zeeland (Asv/Asb) | Afdelingshoofd | De betreffende portefeuillehouder wordt geïnformeerd |
Besluiten tot het tussentijds wijzigen van een subsidiebeschikking binnen de gestelde voorwaarden in de Asv en het Asb | Algemene subsidieverordening Zeeland/Algemeen subsidiebesluit Zeeland (Asv/Asb) | Afdelingshoofd | Betreft: afwijken PR-bepaling (art. 1.6.6 Asb); verlenen van extra voorschotten op verleende subsidies (art. 1.8.3, 1.9.3 en 2.7.1 Asb) |
Besluiten tot het tussentijds wijzigen van prestatieafspraken, prestatiebewijzen en/of instemmen met herziene begroting | Algemene subsidieverordening Zeeland/Algemeen subsidiebesluit Zeeland (Asv/Asb) | Afdelingshoofd | Uitsluitend van toepassing indien de aard van het project niet wordt gewijzigd |
Besluiten tot het afwijken van de bij de subsidiebeschikking opgelegde verplichtingen | Algemene subsidieverordening Zeeland/Algemeen subsidiebesluit Zeeland (Asv/Asb) | Afdelingshoofd | Uitsluitend van toepassing indien de aard van het project niet wordt gewijzigd |
Besluiten tot het wijzigen van de looptijd van een verleende subsidie | Algemene subsidieverordening Zeeland/Algemeen subsidiebesluit Zeeland (Asv/Asb) | Afdelingshoofd | |
Besluiten tot het wijzigen van de gestelde termijn voor het indienen van een aanvraag tot vaststelling | Algemene subsidieverordening Zeeland/Algemeen subsidiebesluit Zeeland (Asv/Asb) | Afdelingshoofd | |
Besluiten tot het intrekken van verleende subsidies | Algemene subsidieverordening Zeeland/Algemeen subsidiebesluit Zeeland (Asv/Asb) | Afdelingshoofd | |
Beslissen op en ondertekenen van stukken betreffende aanvragen om subsidie en het verrichten van betalingen | Hoofdstuk 11 Algemeen subsidiebesluit Zeeland 2013 Bijzondere bepalingen voor het nalaten van verjaging van beschermde inheemse ganzen in ganzenrustgebieden | Directeur BIJ12 en plaatsvervanger | De directeur van BIJ12 kan ter uitoefening van zijn gemandateerde bevoegdheden schriftelijk ondermandaat verlenen aan de onder hem ressorterende unitmanagers en afdelingshoofden |
| | | |
Provinciewet/Burgerlijk wetboek | | | |
Aansprakelijk stellen van derden op basis van de bepalingen inzake aansprakelijkheid voor personen en zaken van boek 6, afdeling 2 van het Burgerlijk Wetboek | Artikel 158, eerste lid sub e Provinciewet; Bepalingen afdeling 2, Boek 6, van het Burgerlijk Wetboek (BW) | Afdelingshoofd; | |
Aangaan van een vaststellingsovereenkomst in het kader van een verzekeringskwestie | Artikel 158, eerste lid sub e Provinciewet; Burgerlijk Wetboek; | Afdelingshoofd; | |
Afwikkelen van schadeclaims van derden tot (het eigen risico van) € 5000,- | Artikel 158, eerste lid sub e Provinciewet juncto artikel 6:162 BW | Afdelingshoofd; | |
| | | |
Leges | | | |
Opleggen van provinciale leges voor zover het het eigen werkterrein (binnen de provinciale organisatie) betreft | Provinciewet artikel 227a juncto Legesverordening art. 1 | Afdelingshoofd; Unithoofd | Mandaat is verleend door de heffingsambtenaar |
| | | |
Kaderrichtlijn afvalstoffen | | | |
in het geval waarin op basis van door de afvalproducent per geval, productielocatie, toepassing en afnemer aantoonbaar bewijs is geleverd dat aan de algemene einde-afval-criteria uit de Kaderrichtlijn afvalstoffen wordt voldaan, besluiten of de in het advies van de RUD opgenomen stoffen gekwalificeerd kunnen worden als einde afvalstof. | Kaderrichtlijn afvalstoffen | Afdelingshoofden | |
| | | |
Diversen | | | |
Behandelen van correspondentie van uitsluitend procedurele/uitvoerende en/of informatieve aard | | Afdelingshoofd; Unithoofd; Programmaleider in de hoedanigheid van budgethouder; Projectleider in de hoedanigheid van budgethouder | |
BEVOEGDHEDEN GEDEPUTEERDE STATEN VAN ZEELAND
ALLE BEVOEGDHEDEN ZIJN GEMANDATEERD AAN DE SECRETARIS/ALGEMEEN DIRECTEUR, EN DE AFZONDERLIJKE BEVOEGDHEDEN TEVENS AAN DE DAAR-BIJ GENOEMDE FUNCTIONARIS,
AFDELING PERSONEEL EN ORGANISATIE
Omschrijving bevoegdheid/mandaat | Wettelijke grondslag | Gemandateerd aan | Opmerkingen |
Algemeen | | | |
Zie mandaten onder algemeen deel | | | |
Het toekennen en beëindigen van pensioenen weduwen- en wezenfonds | | Afdelingshoofd P&O | |
Bevestiging ontvangst sollicitatiebrieven/-uitnodigingen sollicitanten. | | Afdelingshoofd P&O | |
| | | |
Collectieve arbeidsvoorwaardenregeling Provincies (CAP) | | | |
Aanvang, wijziging en einde arbeid | | | |
Besluiten tot aanstelling | Artikel B.1 juncto artikel B.5 en artikel B.6, eerste en tweede lid | Directeur Organisatie | |
Besluiten tot (tijdelijke) uitbreiding aanstelling | Artikel B.1 juncto artikel B.5 | Directeur Organisatie | |
Besluiten tot verlenen ontslag | Artikel B.9, sub a, b, en f juncto artikel E.9 | Directeur Organisatie | Besluiten tot verlenen ontslag o.g.v. overige ontslaggronden blijft voorbehouden aan gedeputeerde staten |
Besluiten tot uitkeren overlijdensuitkering | Artikel B.14 | Afdelingshoofd P&O | Betreft salarisberekening |
| | | |
Bezoldiging | | | |
Bepalen salarisschaal | Artikel C.5, eerste, vierde en vijfde lid | Directeur Organisatie | In het kader van de Procedureregeling methodische functiewaardering, en binnen de door gedeputeerde staten vastgestelde formatieomvang en formatiebudget |
Bepalen salaris | Artikel C.6 | Directeur Organisatie | In het kader van de aanstelling. |
Besluiten tot verhogen salaris bij duurzame groei in functioneren | Artikel C.7 | Unithoofd; Afdelingshoofd; Directeur Organisatie; Directeur Programma's en projecten | Op grond van de Regeling jaargesprekken, binnen de voor de medewerker vastgestelde salarisschaal Directeur Organisatie voor zover betreft afdelingshoofden, met uitzondering afdelingshoofden Ontwikkeling, Concernstaf, Kabinet en Strategie. Directeur Programma's en projecten voor zover betreft afdelingshoofd Ontwikkeling. Secretaris/algemeen directeur oefent bevoegdheid uit ten aanzien van de directeuren Programma's en projecten en Organisatie, Concernstaf, Kabinet en Strategie. |
Besluiten tot toekennen incidentele beloning van prestaties | Artikel C.9, eerste lid | Unithoofd; Afdelingshoofd; Directeur Organisatie; Directeur Programma's en projecten | Op grond van de Regeling jaargesprekken, binnen de voor de medewerker vastgestelde salarisschaal Directeur Organisatie voor zover betreft afdelingshoofden, met uitzondering afdelingshoofden Ontwikkeling, Concernstaf, Kabinet en Strategie. Directeur Programma's en projecten voor zover betreft afdelingshoofd Ontwikkeling. Secretaris/algemeen directeur oefent bevoegdheid uit ten aanzien van de directeuren Programma's en projecten en Organisatie, Concernstaf, Kabinet en Strategie. |
Besluiten tot toekennen incidentele beloning van extra inzet | Artikel C.10 | Unithoofd; Afdelingshoofd; Directeur Organisatie; Directeur Programma's en projecten | Op grond van de Regeling jaargesprekken, binnen de voor de medewerker vastgestelde salarisschaal Directeur Organisatie voor zover betreft afdelingshoofden, met uitzondering afdelingshoofden Ontwikkeling, Concernstaf, Kabinet en Strategie. Directeur Programma's en projecten voor zover betreft afdelingshoofd Ontwikkeling. Secretaris/algemeen directeur oefent bevoegdheid uit ten aanzien van de directeuren Programma's en projecten en Organisatie, Concernstaf, Kabinet en Strategie. |
Besluiten tot toekennen toelage waarneming andere functie | Artikel C.11 | Afdelingshoofd; Directeur Organisatie; Directeur Programma's en projecten | Directeur Organisatie voor zover betreft afdelingshoofden, met uitzondering afdelingshoofden Ontwikkeling, Concernstaf, Kabinet en Strategie. Directeur Programma's en projecten voor zover betreft afdelingshoofd Ontwikkeling. Secretaris/algemeen directeur oefent bevoegdheid uit ten aanzien van de directeuren Programma's en projecten en Organisatie, Concernstaf, Kabinet en Strategie. |
Besluiten tot toekennen toelage onregelmatige dienst | Artikel C.12 | Afdelingshoofd; Directeur Organisatie; Directeur Programma's en projecten | Directeur Organisatie voor zover betreft afdelingshoofden, met uitzondering afdelingshoofden Ontwikkeling, Concernstaf, Kabinet en Strategie. Directeur Programma's en projecten voor zover betreft afdelingshoofd Ontwikkeling. Secretaris/algemeen directeur oefent bevoegdheid uit ten aanzien van de directeuren Programma's en projecten en Organisatie, Concernstaf, Kabinet en Strategie. |
Besluiten tot toekennen toelage afbouw onregelmatige dienst | Artikel C.13 | Afdelingshoofd; Directeur Organisatie; Directeur Programma's en projecten | Directeur Organisatie voor zover betreft afdelingshoofden, met uitzondering afdelingshoofden Ontwikkeling, Concernstaf, Kabinet en Strategie. Directeur Programma's en projecten voor zover betreft afdelingshoofd Ontwikkeling. Secretaris/algemeen directeur oefent bevoegdheid uit ten aanzien van de directeuren Programma's en projecten en Organisatie, Concernstaf, Kabinet en Strategie. |
Besluiten tot toekennen van arbeidsmarkttoelage en bindingspremie | Artikel C.14 | Directeur Organisatie | Betreft uitzonderingssituatie |
Besluiten tot toekennen toelage op andere gronden | Artikel C.15 | Directeur Organisatie | Betreft uitzonderingsituatie |
Besluiten tot gratificatie ambtsjubileum | Artikel C.22 | Afdelingshoofd P&O | Betreft salarisberekening. Centraal P&O |
Besluiten tot toekennen vergoeding voor overwerk | Artikel C.23 | Afdelingshoofd; Directeur Organisatie; Directeur Programma's en projecten | Directeur Organisatie voor zover betreft afdelingshoofden, met uitzondering afdelingshoofden Ontwikkeling, Concernstaf, Kabinet en Strategie. Directeur Programma's en projecten voor zover betreft afdelingshoofd Ontwikkeling. Secretaris/algemeen directeur oefent bevoegdheid uit ten aanzien van de directeuren Programma's en projecten en Organisatie, Concernstaf, Kabinet en Strategie. |
| | | |
Arbeidsduur, werktijden en verlof | | | |
Besluiten in belang van de dienst tot verrichten van werkzaamheden buiten de geldende werktijden | Artikel D.2, vijfde lid | Afdelingshoofd; Directeur Organisatie; Directeur Programma's en projecten | Directeur Organisatie voor zover betreft afdelingshoofden, met uitzondering afdelingshoofden Ontwikkeling, Concernstaf, Kabinet en Strategie. Directeur Programma's en projecten voor zover betreft afdelingshoofd Ontwikkeling. Secretaris/algemeen directeur oefent bevoegdheid uit ten aanzien van de directeuren Programma's en projecten en Organisatie, Concernstaf, Kabinet en Strategie. |
Besluiten tot geheel of gedeeltelijk vrijstellen continudiensten in nachturen | Artikel D.4 | Afdelingshoofd; Directeur Organisatie; Directeur Programma's en projecten | Directeur Organisatie voor zover betreft afdelingshoofden, met uitzondering afdelingshoofden Ontwikkeling, Concernstaf, Kabinet en Strategie. Directeur Programma's en projecten voor zover betreft afdelingshoofd Ontwikkeling. Secretaris/algemeen directeur oefent bevoegdheid uit ten aanzien van de directeuren Programma's en projecten en Organisatie, Concernstaf, Kabinet en Strategie. |
Besluiten tot vaststellen aanspraak vakantieverlof | Artikel D.5, tweede en derde lid | Afdelingshoofd P&O | |
Besluiten tot vermindering en verval van aanspraak vakantieverlof | Artikel D.6 | Afdelingshoofd P&O | |
Besluiten tot intrekken toestemming opnemen vakantieverlof | Artikel D.7, vijfde lid | Afdelingshoofd; Directeur Organisatie; Directeur Programma's en projecten | Directeur Organisatie voor zover betreft afdelingshoofden, met uitzondering afdelingshoofden Ontwikkeling, Concernstaf, Kabinet en Strategie. Directeur Programma's en projecten voor zover betreft afdelingshoofd Ontwikkeling. Secretaris/algemeen directeur oefent bevoegdheid uit ten aanzien van de directeuren Programma's en projecten en Organisatie, Concernstaf, Kabinet en Strategie. |
Besluiten tot toekennen vergoeding voor niet opnemen vakantieverlof bij einde dienstverband | Artikel D.9, eerste lid | Afdelingshoofd P&O | Betreft salaris- en verlofadministratie. Centraal P&O. |
Besluiten tot verlenen zwangerschaps- en bevallingsverlof | Artikel D.11 | Afdelingshoofd P&O | Betreft verlofadministratie. Centraal P&O. |
Besluiten tot verlenen buitengewoon verlof | Artikel D.12 | Afdelingshoofd; Directeur Organisatie; Directeur Programma's en projecten | Directeur Organisatie voor zover betreft afdelingshoofden, met uitzondering afdelingshoofden Ontwikkeling, Concernstaf, Kabinet en Strategie. Directeur Programma's en projecten voor zover betreft afdelingshoofd Ontwikkeling. Secretaris/algemeen directeur oefent bevoegdheid uit ten aanzien van de directeuren Programma's en projecten en Organisatie, Concernstaf, Kabinet en Strategie. |
Besluiten tot verlenen buitengewoon verlof voor activiteiten van vakorganisaties | Artikel D.13 | Afdelingshoofd; Directeur Organisatie; Directeur Programma's en projecten | Directeur Organisatie voor zover betreft afdelingshoofden, met uitzondering afdelingshoofden Ontwikkeling, Concernstaf, Kabinet en Strategie. Directeur Programma's en projecten voor zover betreft afdelingshoofd Ontwikkeling. Secretaris/algemeen directeur oefent bevoegdheid uit ten aanzien van de directeuren Programma's en projecten en Organisatie, Concernstaf, Kabinet en Strategie. |
Besluiten tot inhouden bezoldiging in verband met non-activiteit | Artikel D.14, tweede lid | Afdelingshoofd P&O | |
Besluiten tot verlenen langdurend onbetaald verlof op verzoek | Artikel D.16, eerste lid | Afdelingshoofd; Directeur Organisatie; Directeur Programma's en projecten | Directeur Organisatie voor zover betreft afdelingshoofden, met uitzondering afdelingshoofden Ontwikkeling, Concernstaf, Kabinet en Strategie. Directeur Programma's en projecten voor zover betreft afdelingshoofd Ontwikkeling. Secretaris/algemeen directeur oefent bevoegdheid uit ten aanzien van de directeuren Programma's en projecten en Organisatie, Concernstaf, Kabinet en Strategie. |
Besluiten dat verlof op grond van onvoorziene omstandigheden niet wordt opgenomen of niet wordt voortgezet op verzoek, dan wel besluiten tot afwijzen verzoek indien zwaarwegend bedrijfs- of dienstbelang zich daartegen verzet | Artikel D.16, vierde lid | Afdelingshoofd; Directeur Organisatie; Directeur Programma's en projecten | Directeur Organisatie voor zover betreft afdelingshoofden, met uitzondering afdelingshoofden Ontwikkeling, Concernstaf, Kabinet en Strategie. Directeur Programma's en projecten voor zover betreft afdelingshoofd Ontwikkeling. Secretaris/algemeen directeur oefent bevoegdheid uit ten aanzien van de directeuren Programma's en projecten en Organisatie, Concernstaf, Kabinet en Strategie. |
| | | |
Gezondheid en arbeidsomstandigheden | | | |
Besluiten ambtenaar te verplichten arbeidsgezondheidskundig onderzoek te ondergaan | Artikel E.4 | Directeur Organisatie | |
Treffen van maatregelen en verstrekken aanwijzingen | Artikel E.7, tweede lid | Afdelingshoofd; Directeur Organisatie; Directeur Programma's en projecten | Betreft re-integratieplan Directeur Organisatie voor zover betreft afdelingshoofden, met uitzondering afdelingshoofden Ontwikkeling, Concernstaf, Kabinet en Strategie. Directeur Programma's en projecten voor zover betreft afdelingshoofd Ontwikkeling. Secretaris/algemeen directeur oefent bevoegdheid uit ten aanzien van de directeuren Programma's en projecten en Organisatie, Concernstaf, Kabinet en Strategie. |
Opstellen van plan van aanpak | Artikel E.7, derde lid | Afdelingshoofd; Directeur Organisatie; Directeur Programma's en projecten | Betreft re-integratieplan Directeur Organisatie voor zover betreft afdelingshoofden, met uitzondering afdelingshoofden Ontwikkeling, Concernstaf, Kabinet en Strategie. Directeur Programma's en projecten voor zover betreft afdelingshoofd Ontwikkeling. Secretaris/algemeen directeur oefent bevoegdheid uit ten aanzien van de directeuren Programma's en projecten en Organisatie, Concernstaf, Kabinet en Strategie. |
Geven van redelijke voorschriften, in de gelegenheid stellen passende arbeid te verrichten | Artikel E.7, vierde lid, onder a en c | Afdelingshoofd; Directeur Organisatie; Directeur Programma's en projecten | Betreft re-integratieplan Directeur Organisatie voor zover betreft afdelingshoofden, met uitzondering afdelingshoofden Ontwikkeling, Concernstaf, Kabinet en Strategie. Directeur Programma's en projecten voor zover betreft afdelingshoofd Ontwikkeling. Secretaris/algemeen directeur oefent bevoegdheid uit ten aanzien van de directeuren Programma's en projecten en Organisatie, Concernstaf, Kabinet en Strategie. |
Besluiten tot vergoeding ziektekosten bij dienstongeval of beroepsziekte | Artikel E.13 | Afdelingshoofd P&O | |
| | | |
Overige rechten en plichten | | | |
Besluiten tot toekennen schadevergoeding | Artikel F.3, tweede en derde lid | Afdelingshoofd P&O | |
Besluiten tot toekennen kostenvergoeding | Artikel F.4, vierde lid | Afdelingshoofd P&O | |
Besluiten tot volgen verplichte opleiding | Artikel F.9 | Afdelingshoofd; Directeur Organisatie; Directeur Programma's en projecten | Directeur Organisatie voor zover betreft afdelingshoofden, met uitzondering afdelingshoofden Ontwikkeling, Concernstaf, Kabinet en Strategie. Directeur Programma's en projecten voor zover betreft afdelingshoofd Ontwikkeling. Secretaris/algemeen directeur oefent bevoegdheid uit ten aanzien van de directeuren Programma's en projecten en Organisatie, Concernstaf, Kabinet en Strategie. |
Opleiding en ontwikkeling | Artikel F.10 | Afdelingshoofd; Directeur Organisatie; Directeur Programma's en projecten | Directeur Organisatie voor zover betreft afdelingshoofden, met uitzondering afdelingshoofden Ontwikkeling, Concernstaf, Kabinet en Strategie. Directeur Programma's en projecten voor zover betreft afdelingshoofd Ontwikkeling. Secretaris/algemeen directeur oefent bevoegdheid uit ten aanzien van de directeuren Programma's en projecten en Organisatie, Concernstaf, Kabinet en Strategie. |
| | | |
Orde- en strafmaatregelen | | | |
Besluiten tot ontzeggen toegang tot de dienstlokalen, dienstgebouwen of het werk, dan wel het verblijf aldaar | Artikel G.1 | Secretaris/algemeen directeur | Vanwege spoedeisende karakter |
Besluiten tot schorsing voor bepaalde tijd | Artikel G.2, eerste lid | Secretaris/algemeen directeur | Vanwege spoedeisende karakter |
Besluiten tot het geheel of gedeeltelijk inhouden bezoldiging tijdens schorsing | Artikel G.2, tweede lid | Secretaris/algemeen directeur | Vanwege spoedeisende karakter. In de gevallen als genoemd in het eerste lid, onderdeel a t/m c |
Besluiten tot het opleggen van een disciplinaire straf o.g.v. plichtsverzuim | Artikel G.3, eerste lid, juncto artikel G.4, eerste lid, sub a | Secretaris/algemeen directeur | Vanwege impact besluiten tot opleggen disciplinaire straf op overige gronden besluitvorming voorbehouden aan gedeputeerde staten |
| | | |
Dienstverband op arbeidsovereenkomst | | | |
Besluiten tot het aangaan van een arbeidsovereenkomst | Artikel H.1 | Afdelingshoofd; Directeur Organisatie; Directeur Programma's en projecten | Directeur Organisatie voor zover betreft afdelingshoofden, met uitzondering afdelingshoofden Ontwikkeling, Concernstaf, Kabinet en Strategie. Directeur Programma's en projecten voor zover betreft afdelingshoofd Ontwikkeling. Secretaris/algemeen directeur oefent bevoegdheid uit ten aanzien van de directeuren Programma's en projecten en Organisatie, Concernstaf, Kabinet en Strategie. |
| | | |
Overig | | | |
Besluiten tot terugvordering ter zake van onjuiste toepassing van de rechtspositieregelen | | Afdelingshoofd P&O | |
Besluiten tot het toepassen van wettelijke maatregelen inzake, inhouding, beslag en korting op de verschuldigde bezoldiging | | Afdelingshoofd P&O | Let op: melden voornemen aan Directeur Organisatie en aan het betreffende afdelingshoofd |
Besluiten tot toepassen Verhaalswet ongevallen ambtenaren, voor zover betreffende schadeclaims m.b.t. salariskosten | | Afdelingshoofd P&O | |
Zorgdragen voor afdracht en besluiten tot invordering van pensioen- en wachtgeldbijdragen ingevolge het Pensioenreglement | | Afdelingshoofd P&O | |
Besluiten tot betaalbaar stellen uitkeringen aan ABP en UWV | | Afdelingshoofd P&O | |
| | | |
Wijzigingen binnen formatieomvang en formatiebudget | | | |
Aanbrengen van wijzigingen in de formatie binnen de door gedeputeerde staten vastgestelde formatieomvang en formatiebudget | | Directeur Organisatie | |
| | | |
Privaatrechtelijke aangelegenheden | | | |
Besluiten tot het aangaan van detacheringsovereenkomsten | Burgerlijk wetboek | Directeur Organisatie | Zowel als uitlener als inlener Voor ondertekening overeenkomst zie toelichting op dit mandaatbesluit |
| | | |
Rechtspositionele regelingen personeel (lokaal) | | | |
Werktijdenregeling Provincie Zeeland 2015 | | | |
Vaststellen individuele werktijdenregeling voor een werknemer | Artikel 5, tweede lid | Afdelingshoofd; Directeur Organisatie; Directeur Programma's en projecten | Vaststellen bijzondere werktijdenregeling voor onderdelen van de organisaties of voor bepaalde functies, blijft voorbehouden aan gedeputeerde staten. Directeur Organisatie voor zover betreft afdelingshoofden, met uitzondering afdelingshoofden Ontwikkeling, Concernstaf, Kabinet en Strategie. Directeur Programma's en projecten voor zover betreft afdelingshoofd Ontwikkeling. Secretaris/algemeen directeur oefent bevoegdheid uit ten aanzien van de directeuren Programma's en projecten en Organisatie, Concernstaf, Kabinet en Strategie. |
| | | |
Regeling reis- en verblijfkosten en maaltijdvergoeding bij overwerk Provincie Zeeland 2015 | | | |
Verlenen toestemming op verzoek ambtenaar om eigen vervoermiddel te gebruiken | Artikel 5, derde lid | Afdelingshoofd; Directeur Organisatie; Directeur Programma's en projecten | Directeur Organisatie voor zover betreft afdelingshoofden, met uitzondering afdelingshoofden Ontwikkeling, Concernstaf, Kabinet en Strategie. Directeur Programma's en projecten voor zover betreft afdelingshoofd Ontwikkeling. Secretaris/algemeen directeur oefent bevoegdheid uit ten aanzien van de directeuren Programma's en projecten en Organisatie, Concernstaf, Kabinet en Strategie. |
Ondertekenen verklaring toestemming | Artikel 5, vierde lid | Afdelingshoofd; Directeur Organisatie; Directeur Programma's en projecten | Directeur Organisatie voor zover betreft afdelingshoofden, met uitzondering afdelingshoofden Ontwikkeling, Concernstaf, Kabinet en Strategie. Directeur Programma's en projecten voor zover betreft afdelingshoofd Ontwikkeling. Secretaris/algemeen directeur oefent bevoegdheid uit ten aanzien van de directeuren Programma's en projecten en Organisatie, Concernstaf, Kabinet en Strategie. |
Verminderen declaratie | Artikel 7, eerste lid | Afdelingshoofd P&O | |
| | | |
Regeling bedrijfsfitness Provincie Zeeland 2015 | | | |
Besluiten tot vergoeden kosten deelname fitness | Artikel 2, eerste lid | Afdelingshoofd P&O | |
| | | |
Regeling verplaatsingskosten 2015 | | | |
Verlenen tegemoetkoming in verhuiskosten op verzoek | Artikel 2, eerste lid | Afdelingshoofd P&O | |
Verlenen tegemoetkoming in verhuiskosten | Artikel 2, tweede lid | Afdelingshoofd P&O | |
Beoordelen rekening verhuizer | Artikel 4, tweede lid | Afdelingshoofd P&O | |
Verlenen hogere reiskostenvergoeding | Artikel 7, tweede lid | Directeur Organisatie | |
Verlengen termijn op verzoek | Artikel 8, eerste lid | Afdelingshoofd P&O | |
Toekennen tegemoetkoming in verhuiskosten onder voorwaarden | Artikel 9 | Directeur Organisatie | |
Nemen nader besluit over hoogte tegemoetkoming in verhuiskosten en voorwaarden | Artikel 10 | Directeur Organisatie | |
| | | |
Rechtspositionele regelingen (landelijk via SPA) | | | |
IKAP-regeling Provincie Zeeland | | | |
Toekennen aanvraag meer uren werken en extra verlof | Artikel 3, vierde lid, juncto artikelen 5 en 6 | Afdelingshoofd; Directeur Organisatie; Directeur Programma's en projecten | Directeur Organisatie voor zover betreft afdelingshoofden, met uitzondering afdelingshoofden Ontwikkeling, Concernstaf, Kabinet en Strategie. Directeur Programma's en projecten voor zover betreft afdelingshoofd Ontwikkeling. Secretaris/algemeen directeur oefent bevoegdheid uit ten aanzien van de directeuren Programma's en projecten en Organisatie, Concernstaf, Kabinet en Strategie. |
| | | |
Levensloopregeling Provincies | | | |
Beëindigen spaarperiode op aanvraag | Artikel 8 | Afdelingshoofd P&O | |
Toekennen aanvraag opnemen levenslooptegoed, bekendmaken beslissing op aanvraag aan ambtenaar en levensloopinstelling | Artikel 11, eerste lid | Afdelingshoofd P&O | |
Verstrekken maandelijkse uitkering in geval van toegekend onbetaald verlof | Artikel 11, vierde lid | Afdelingshoofd P&O | |
BEVOEGDHEDEN GEDEPUTEERDE STATEN VAN ZEELAND
ALLE BEVOEGDHEDEN ZIJN GEMANDATEERD AAN DE SECRETARIS/ALGEMEEN DIRECTEUR, DE DIRECTEUR ORGANISATIE EN DE AFZONDERLIJKE BEVOEGDHEDEN TEVENS AAN DE DAARBIJ GENOEMDE FUNCTIONARIS,
AFDELING JURIDISCHE ZAKEN, INKOOP EN SUBSIDIES
Omschrijving bevoegdheid/mandaat | Wettelijke grondslag | Gemandateerd aan | Opmerkingen |
Algemeen | | | |
Zie mandaten onder algemeen deel en onder afdeling P&O | | | |
Vorderingen in handen deurwaarder stellen, incl. het opstellen van een gerechtelijk dwangbevel | | Afdelingshoofd | |
Bevestigen ontvangst van (zuivere) ingebrekestellingen | | Secretaris commissie bezwaar en beroep | In kader van termijnbewaking op grond van de Algemene wet bestuursrecht |
Aanbesteding | | | |
Afhandelen klachten betreffende aanbestedingsprocedure (Klachtenmeldpunt aanbestedingen) | Flankerend beleid betreffende de per 1 juli 2016 gewijzigde Aanbestedingswet 2012 en Inkoop- en aanbestedingsbeleid provincie Zeeland 2016 | Afdelingshoofd JIS | |
Subsidievaststelling | | | |
algemeen | | | |
Besluiten tot het (gewijzigd) vaststellen, intrekken en terugvorderen van subsidies | | Afdelingshoofd | |
Besluiten tot aanpassing van de wijze van verantwoording | | Afdelingshoofd | |
O.g.v. Algemeen Subsidiebesluit juncto Algemene Subsidieverordening | | | |
Besluiten op basis van een steekproef of de instelling wel of niet een aanvraag tot vaststelling moet indienen | Artikel 1.7.2, eerste lid, Asb | Afdelingshoofd | |
BEVOEGDHEDEN GEDEPUTEERDE STATEN VAN ZEELAND
ALLE BEVOEGDHEDEN ZIJN GEMANDATEERD AAN DE SECRETARIS/ALGEMEEN DIRECTEUR EN DE AFZONDERLIJKE BEVOEGDHEDEN TEVENS AAN DE DAARBIJ GENOEMDE FUNCTIONARIS,
CONCERNSTAF
Omschrijving bevoegdheid/mandaat | Wettelijke grondslag | Gemandateerd aan | Opmerkingen |
Algemeen | | | |
Zie mandaten genoemd onder algemeen deel en onder afdeling P&O. | | Afdelingshoofd | |
Besluiten stukken voor notificatie aan te nemen en deze ter archivering aan te bieden aan de DIV | | Afdelingshoofd | |
| | | |
Financieel Bestuurlijk Toezicht | | | |
Goedkeuring van begrotingen, begrotingswijzigingen en toestemming voor het doen van uitgaven betreffende gemeenten, gemeenschappelijke regelingen e.d. ten aanzien waarvan preventief toezicht geldt. | Artikel 203 + 208 Gemeentewet, artikel 33, Wet Gemeenschappelijke regelingen | Afdelingshoofd | |
Bij goedkeuring begroting bepalen dat soorten van wijzigingen geen goedkeuring van GS behoeven. | Artikel 207, tweede lid, Gemeentewet | Afdelingshoofd | |
Mededelingen aan bestuur gemeenten en gemeenschappelijke regelingen dat voor begrotingsjaar repressief toezicht van toepassing is. | Artikel 203 Gemeentewet, artikel 33, Wet gemeenschappelijke regeling | Afdelingshoofd | |
Goedkeuring art. 43, lid 3, Boek 3 BW/ontheffing art 15, lid 2, Gemeentewet | Artikel 3:43, BW, artikel 15, tweede lid, Gemeentewet | Afdelingshoofd | Voor wat betreft verkoop aan burgemeester: cvdK (zie bijlage bij mandaatbesluit van de cvdK) |
Goedkeuring kostentoedelingsverordening. | Artikel 120, vijfde lid, Waterschapswet | Afdelingshoofd | |
Goedkeuren van besluiten van gemeentebesturen, die kunnen leiden tot nieuwe uitgaven, tot verhoging van bestaande dan wel tot verlaging van bestaande inkomsten of tot vermindering van vermogen in die gevallen, waarin gemeentebesturen zijn onderworpen aan het financieel-bestuurlijk toezicht. | Artikel 21, Wet algemene regels herindeling | Afdelingshoofd | |
Verdagen van aanvraag tot goedkeuring van begroting en/of begrotingswijzigingen van gemeenten of gemeentelijke regelingen die door GS onder preventief toezicht zijn geplaatst. | Artikel 10.31 Algemene wet bestuursrecht | Afdelingshoofd | |
| | | |
Waterschapswet | | | |
Correspondentie van procedurele aard over besluit tot uitnodigen waterschapsbestuur voor overleg op grond van artikel 3 en 4 Waterschapswet. | Artikel 3 en 4 | Afdelingshoofd | |
Toezenden besluit inzake reglement, opheffen of instellen waterschap ter goedkeuring aan Minister. | Artikel 4, derde lid | Afdelingshoofd | |
Toezenden advies inzake benoeming dijkgraaf aan Minister. | Artikel 46, derde lid | Afdelingshoofd | |
| | | |
Interbestuurlijk Toezicht | | | |
Correspondentie met gemeenten i.v.m. verstrekken van informatie, toezenden rapportages in het kader van indeplaatsstelling dan wel vernietiging of schorsing besluit. | Artikel 124 e.v + artikel 273a Gemeentewet | Afdelingshoofd | |
Meedelen van besluit of voornemen van indeplaatsstelling in dagblad. | Artikel 124, 4e lid, Gemeentewet | Afdelingshoofd | |
Aanwijzing toezichtambtenaren. | Artikel 124, Gemeentewet | Afdelingshoofd | |
BEVOEGDHEDEN GEDEPUTEERDE STATEN VAN ZEELAND
ALLE BEVOEGDHEDEN ZIJN GEMANDATEERD AAN DE SECRETARIS/ALGEMEEN DIRECTEUR, DE DIRECTEUR ORGANISATIE EN DE AFZONDERLIJKE BEVOEGDHEDEN TEVENS AAN DE DAARBIJ GENOEMDE FUNCTIONARIS,
KABINET
Omschrijving bevoegdheid/mandaat | Wettelijke grondslag | Gemandateerd aan | Opmerkingen |
Algemeen | | | |
Zie mandaten genoemd onder algemeen deel en onder afdeling P&O. | | | |
BEVOEGDHEDEN GEDEPUTEERDE STATEN VAN ZEELAND
ALLE BEVOEGDHEDEN ZIJN GEMANDATEERD AAN DE SECRETARIS/ALGEMEEN DIRECTEUR, DE DIRECTEUR ORGANISATIE EN DE AFZONDERLIJKE BEVOEGDHEDEN TEVENS AAN DE DAARBIJ GENOEMDE FUNCTIONARIS,
AFDELING WATER, BODEM EN NATUUR
Omschrijving bevoegdheid/mandaat | Wettelijke grondslag | Gemandateerd aan | Opmerkingen |
Algemeen | | | |
Zie mandaten genoemd onder algemeen deel en onder afdeling P&O | | | |
Ondertekenen van betalingsopdrachten ten gevolge van subsidies voor de aankoop van gronden | | Afdelingshoofd | |
| | | |
Natuurschoonwet 1928 | | | |
Advisering inzake rangschikking van landgoederen | Artikel 2 | Afdelingshoofd | Het is de Minister van EL&I die het uiteindelijke besluit neemt. Gs adviseren in mandaat. |
| | | |
Onteigeningswet (waterkeringen) | | | |
Publicatie besluit in Staatscourant en nieuws- of advertentieblad | Artikel 65, derde lid | Afdelingshoofd | |
| | | |
Waterwet | | | |
Correspondentie aan het rijk omtrent voorbereiding nationaal waterplan | Artikel 4.3 | Afdelingshoofd | |
Ter inzage leggen en kennis geven ontwerp regionaal waterplan (onderdeel omgevingsplan) | Artikel 4.5 | Afdelingshoofd | |
Toezenden vastgesteld regionaal waterplan aan minister en betrokken instanties | Artikel 4.5 | Afdelingshoofd | |
Adviseren waterbeheerder over aanvraag watervergunning | Artikel 6.16 | Afdelingshoofd | |
Correspondentie omtrent schadeonderzoek deskundigencommissie inzake onttrekken of infiltreren van grondwater. | Artikelen 7.14-7.19 | Afdelingshoofd | |
| | | |
Waterbesluit, waterregeling | | | |
Toezenden gegevens t.b.v. Stroomgebiedbeheerplan aan Minister | Artikel 3.4, tweede lid, onder a | Afdelingshoofd | |
Toezenden resultaten analyses en beoordelingen als bedoeld in artikel 5 Kaderrichtlijn Water (KRW) aan Minister | Artikel 3.4, tweede lid, onder b | Afdelingshoofd | |
Toezenden gegevens omtrent voortgang uitvoering maatregelen ex artikel 11 KRW | Artikel 3.4, tweede lid, onder c | Afdelingshoofd | |
Toezenden gevraagde gegevens t.b.v. toezicht op waterbeheer aan Minister | Artikel 3.4, zesde lid | Afdelingshoofd | |
Correspondentie omtrent onderzoekingen m.b.t grondwaterregiem in de provincie | Artikel 7.2 | Afdelingshoofd | |
| | | |
Waterverordening Zeeland | | | |
Correspondentie omtrent toetsing, normering en verslag waterkeringen en afvoer- en bergingscapaciteit van regionale wateren | Artikelen 2.7, 2.8 | Afdelingshoofd | |
Correspondentie omtrent voorbereiding regionaal waterplan | Artikelen 4.2, 4.3 | Afdelingshoofd | |
Besluiten tot verdagen goedkeuring beheerplan | Artikel 4.7 | Afdelingshoofd | |
Correspondentie omtrent periodiek overleg en rapportage uitvoering beheerplan | Artikel 4.8 | Afdelingshoofd | |
Correspondentie omtrent voorbereiding legger | Artikel 5.1 | Afdelingshoofd | |
Correspondentie omtrent voorbereiding peilbesluit of herziening peilbesluit | Artikelen 5.5, 5.6 | Afdelingshoofd | |
| | | |
Waterschapswet | | | |
Correspondentie van procedurele aard over besluit tot uitnodigen waterschapsbestuur voor overleg op grond van artikel 3 en 4 Waterschapswet. | Artikel 3 en 4 | Afdelingshoofd | |
| | | |
Ipo lnv convenant | | | |
Goedkeuring van beheersplannen van particuliere natuurbeschermingsorganisaties | | Afdelingshoofd | |
| | | |
Wet natuurbescherming | | | |
Verstrekken van gegevens over genomen besluiten die betrekking hebben op staat van instandhouding van habitats en soorten aan Minister | Artikel 1.8, derde lid | Afdelingshoofd | Minister dient overeenkomstig vereisten Vogelrichtlijn en Habitatrichtlijn gegevens te verstrekken aan Europese Commissie |
Besluiten tot het (laten) verrichten van feitelijke handelingen gelet op instandhoudingsdoelstellingen voor een N2000-gebied | Artikel 2.6, eerste lid | Afdelingshoofd | |
Laten aanbrengen kentekenen in en rondom een N2000-gebied | Artikel 2.6, tweede lid | Afdelingshoofd | |
Mededeling aan rechthebbenden omtrent voornemen tot (laten) verrichten feitelijke handelingen of aanbrengen kentekenen | Artikel 2.6, derde lid | Afdelingshoofd | |
Besluiten op verzoek om vergunning voor projecten of andere handelingen met mogelijk verslechterende of significant verstorende effecten voor een N2000-gebied | Artikel 2.7, tweede lid | Afdelingshoofd | |
Besluiten op verzoek ontheffing verboden als bedoeld in artikel 3.1 of artikel 3.2, zesde lid (soorten Vogelrichtlijn) | Artikel 3.3, eerste lid | Afdelingshoofd | |
Besluiten op verzoek ontheffing verboden als bedoeld in artikel 3.4, eerste lid (middelen voor het vangen of doden van Vogelrichtlijnsoorten) | Artikel 3.4, tweede lid | Afdelingshoofd | |
Besluiten op verzoek ontheffing verboden als bedoeld in artikelen 3.5 en 3.6, tweede lid (soorten Habitatrichtlijn) | Artikel 3.8, eerste lid | Afdelingshoofd | |
Besluiten op verzoek ontheffing verbod als bedoeld in artikel 3.9, eerste lid (middelen voor het vangen of doden van Habitatrichtlijnsoorten) | Artikel 3.9, tweede lid | Afdelingshoofd | |
Besluiten op verzoek ontheffing verboden als bedoeld in artikel 3.10, eerste lid (andere soorten) | Artikel 3.10, tweede lid | Afdelingshoofd | |
Besluiten op verzoek ontheffing ter beperking van de omvang van een populatie | Artikel 3.17, eerste lid | Afdelingshoofd | |
Besluiten tot sluiten of heropenen jacht in geval van bijzondere weersomstandigheden | Artikel 3.22, vierde lid | Afdelingshoofd | |
Besluiten op verzoek om ontheffing van verbod als bedoeld in artikel 3.24, tweede lid (middelen voor het vangen of doden van dieren) | Artikel 3.25, vierde lid | Afdelingshoofd | |
Besluiten op verzoek om ontheffing van in artikel 3.26, eerste lid, onderdeel a of b en krachtens het tweede lid gestelde regels | Artikel 3.26, derde lid | Afdelingshoofd | |
Besluit op verzoek om ontheffing van verbod als bedoeld in artikel 3.32, eerste lid (bijvoederen hoefdieren) | Artikel 3.32, tweede lid | Afdelingshoofd | |
Besluit op verzoek om ontheffing van verbod als bedoeld in artikel 3.34, eerste lid (uitzetten van (eieren van) dieren) | Artikel 3.34, derde lid | Afdelingshoofd | |
Verbieden van vellen houtopstand ter bescherming van bijzondere natuur- of landschapswaarden (kapverbod) | Artikel 4.2, derde lid | Afdelingshoofd | |
Besluit op verzoek om ontheffing van artikel 4.3, eerste en tweede lid (herbeplanten op andere grond) | Artikel 4.5, eerste lid | Afdelingshoofd | |
Besluit op verzoek om ontheffing van artikel 4.2, eerste lid (meldingsplicht) of artikel 4.3, eerste, tweede of vijfde lid (herplantplicht) | Artikel 4.5, derde lid | Afdelingshoofd | |
Verlengen beslistermijn van dertien weken met zeven weken | Artikel 5.1, tweede lid | Afdelingshoofd | |
Verlenging mededelen aan aanvrager | Artikel 5.1, tweede lid | Afdelingshoofd | |
Aanvrager in gelegenheid stellen om voorstellen voor compenserende maatregelen te doen | Artikel 5.1, derde lid | Afdelingshoofd | |
Intrekken of wijzigen van een verleende vergunning of ontheffing | Artikel 5.4, eerste tot en met derde lid | Afdelingshoofd | |
| | | |
Wet algemene bepalingen omgevingsrecht | | | |
Besluiten op verzoek om verklaring van geen bedenkingen (vvgb) N2000- en flora- en fauna-activiteiten | Artikel 2.27, eerste lid | Afdelingshoofd | |
Verzoek tot wijziging of (gedeeltelijke) intrekking van de omgevingsvergunning waarvoor een vvgb is afgegeven | Artikel 2.29, eerste lid | Afdelingshoofd | |
| | | |
Hoofdstuk IX – Omgevingsvergunning | | | |
Geven van een verklaring van geen bedenkingen (vvgb) als bedoeld in artikel 2.27, eerste lid, Wabo | Artikel 46b, eerste lid | Afdelingshoofd | Na wijziging van de Nb-wet 1998 als gevolg van de Invoeringswet Wabo |
Intrekken omgevingsvergunning of de voorschriften die aan de omgevingsvergunning zijn verbonden wijzigen, aanvullen of intrekken dan wel alsnog aan de omgevingsvergunning verbinden | Artikel 46c, tweede lid | Afdelingshoofd | Na wijziging van de Nb-wet 1998 als gevolg van de Invoeringswet Wabo |
Geven van een verklaring van geen bedenkingen (vvgb) als bedoeld in artikel 2.27, eerste lid, Wabo | Artikel 47b, eerste lid | Afdelingshoofd | Na wijziging van de Nb-wet 1998 als gevolg van de Invoeringswet Wabo |
Bepalen dat aan de omgevingsvergunning een voorschrift wordt verbonden in geval deze om dwingende redenen van groot openbaar belang wordt verleend voor projecten als bedoeld in artikel 19h, eerste lid | Artikel 47b, vierde lid | Afdelingshoofd | Na wijziging van de Nb-wet 1998 als gevolg van de Invoeringswet Wabo |
Intrekken omgevingsvergunning of de voorschriften die aan de omgevingsvergunning zijn verbonden wijzigen, aanvullen of intrekken dan wel alsnog aan de omgevingsvergunning verbinden | Artikel 47c, tweede lid | Afdelingshoofd | Na wijziging van de Nb-wet 1998 als gevolg van de Invoeringswet Wabo |
| | | |
Wet hygiëne en veiligheid zwemgelegenheden | | | |
Toezenden van (door gs) aangewezen zwemwaterlocaties aan daarvoor bestemd landelijk orgaan. | Art. 10b, eerste en tweede lid | Afdelingshoofd | |
Toezenden van informatie omtrent zwemwaterlocaties aan daarvoor bestemd landelijk orgaan. | Art. 10 ca, tweede lid | Afdelingshoofd | |
| | | |
Wet milieubeheer | | | |
Afvalstoffen: hoofdstuk 10 | | | |
Besluiten tot verlenen ontheffing | Artikel 10.33, tweede lid | Afdelingshoofd | |
| | | |
Provinciale milieuverordening Zeeland | | | |
Vergoeding van kosten en schade (hoofdstuk 8) | | | |
Besluiten tot aanwijzen deskundigen, inclusief het inwinnen van advies | Artikel 8.3, eerste en tweede lid | Afdelingshoofd | |
Aanvrager beschikking in de gelegenheid stellen aanvraag aan deskundigen toe te lichten | Artikel 8.3, derde lid | Afdelingshoofd | |
Degene tot wie de beschikking zich richt in de gelegenheid stellen opvattingen aan deskundigen kenbaar te maken | Artikel 8.3, derde lid | Afdelingshoofd | |
Grondwateronttrekker in de gelegenheid stellen opvattingen over aanvraag of voornemen aan deskundigen kenbaar te maken | Artikel 8.3, vierde lid | Afdelingshoofd | |
Verzenden afschrift advies en vermelden termijn | Artikel 8.3, zesde lid | Afdelingshoofd | |
Grondwateronttrekker in de gelegenheid stellen zienswijze naar voren te brengen | Artikel 8.4 | Afdelingshoofd | |
Grondwateronttrekker in de gelegenheid stellen zienswijze naar voren te brengen | Artikel 8.5, tweede lid | Afdelingshoofd | |
BEVOEGDHEDEN GEDEPUTEERDE STATEN VAN ZEELAND
ALLE BEVOEGDHEDEN ZIJN GEMANDATEERD AAN DE SECRETARIS/ALGEMEEN DIRECTEUR, DE DIRECTEUR ORGANISATIE EN DE AFZONDERLIJKE BEVOEGDHEDEN TEVENS AAN DE DAARBIJ GENOEMDE FUNCTIONARIS,
AFDELING MOBILITEIT EN SAMENLEVING
Omschrijving bevoegdheid/mandaat | Wettelijke grondslag | Gemandateerd aan | Opmerkingen |
Algemeen | | | |
Zie mandaten genoemd onder algemeen deel en onder afdeling P&O | | | |
| | | |
Provinciewet/Algemene wet bestuursrecht | | | |
Toezicht en handhaving in het kader van wetten, waarvan de uitvoering aan de afdeling M&S is opgedragen: schriftelijke waarschuwing/vooraankondiging, alsmede het besluiten tot het opleggen van een last onder bestuursdwang | Artikel 122 Provinciewet juncto artikel. 5.24 Awb | Afdelingshoofd | |
Besluiten tot het opleggen van een last onder bestuursdwang in spoedeisende gevallen | Artikel 122 Provinciewet juncto art. 5.31, eerste lid | Directeur Organisatie | |
Ondertekenen van begeleidende brief bij besluit tot het opleggen van een last onder bestuursdwang in spoedeisende gevallen | | Directeur Organisatie | |
Op schrift stellen en bekendmaken van besluit als bedoeld in artikel 5.31, eerste lid, Awb | Artikel 122 Provinciewet juncto artikel 5.31, tweede lid | Directeur Organisatie | Slechts in zeer spoedeisende gevallen |
Feitelijke uitvoering bestuursdwang | | Afdelingshoofd | |
Besluiten tot het opleggen van een last onder dwangsom | Artikel 122 Provinciewet jo art. 5.32 Awb | Afdelingshoofd | |
| | | |
Concessie busvervoer | | | |
het nemen van besluiten inzake het beheer van de op 1 augustus 2014 verleende 'Concessie Openbaar Vervoer over de weg Provincie Zeeland 2015-2024'. M.n. te noemen het maken van beheerafspraken met de concessiehouder over: - -
De ontwikkeltaak van de concessiehouder, - -
Het vervoerplan en de dienstregeling, - -
De inzet van voertuigen en personeel, - -
- -
Tarieven en kaartsoorten, - -
- -
Sociale veiligheid, communicatie en marketing, - -
| De op basis van artikel 20 lid 2 Wet personenvervoer 2000 verleende 'Concessie Openbaar Vervoer over de weg Provincie Zeeland 2015-2024' | Afdelingshoofd; Senior beleidsmedewerker openbaar vervoer, die belast is met het concessiemanagement | |
| | | |
Archeologie | | | |
De bij of voorafgaand aan de uitvoering van de ontgrondingswerkzaamheden te nemen selectiebesluiten archeologische monumentenzorg | Kwaliteitsnorm Nederlandse Archeologie (KNA), versie 4.0; Artikel 3 lid 3 h t/m j van de Ontgrondingenwet; Artikel 2.22 lid 3 d juncto artikel 2.4 lid 2 van de Wet algemene bepalingen omgevingsrecht; Voor zover van toepassing: voorschriften verbonden aan de ontgrondingen- of omgevings-vergunning; Nota provinciaal cultuurbeleid 2017-2020 | Afdelingshoofd | |
Alle handelingen en correspondentie van procedurele en uitvoerende aard (uitgezonderd selectiebesluiten) | Kwaliteitsnorm Nederlandse Archeologie (KNA), versie 4.0; Artikel 3 lid 3 h t/m j van de Ont-grondingenwet; Artikel 2.22 lid 3 d juncto artikel 2.4 lid 2 van de Wet algemene bepalingen omgevingsrecht; Voor zover van toepassing: voorschriften verbonden aan de ontgrondingen- of omgevings-vergunning; Nota provinciaal cultuurbeleid 2017-2020 | Afdelingshoofd; Beleidsmedewerker Cultureel Erfgoed belast met archeologie | Het toetsen/beoor-delen van archeologische rapportages (= correspondentie in aanloop naar het nemen van het selectie-besluit); Het paraferen van Programma's van Eisen voor archeologisch onderzoek |
Alle handelingen en correspondentie van procedurele en uitvoerende aard voortvloeiende uit artikel 5.7 van de Erfgoedwet | Artikel 5.7 van de Erfgoedwet | Afdelingshoofd | Eigendom van archeologische vondsten |
Alle handelingen en correspondentie van procedurele en uitvoerende aard voortvloeiende uit de uitvoering van de depotbeheerstaken zoals genoemd in KNA, versie 4.0, protocol 4010 | Kwaliteitsnorm Nederlandse Archeologie (KNA), versie 4.0, protocol 4010 | Stichting Cultureel Erfgoed Zeeland (de depotbeheerder) | |
BEVOEGDHEDEN GEDEPUTEERDE STATEN VAN ZEELAND
ALLE BEVOEGDHEDEN ZIJN GEMANDATEERD AAN DE SECRETARIS/ALGEMEEN DIRECTEUR, DE DIRECTEUR ORGANISATIE EN DE AFZONDERLIJKE BEVOEGDHEDEN TEVENS AAN DE DAARBIJ GENOEMDE FUNCTIONARIS,
AFDELING RUIMTE
Omschrijving bevoegdheid/mandaat | Wettelijke grondslag | Gemandateerd aan | Opmerkingen |
Algemeen | | | |
Zie mandaten genoemd onder algemeen deel en onder afdeling P&O | | | |
| | | |
Wet ruimtelijke ordening: Provinciale coördinatieregeling | | | |
Overleg, handelingen en correspondentie van procedurele en uitvoerende aard | Artikel 3.33, vierde lid, Wro | Afdelingshoofd | Op basis van provinciaal coördinatiebesluit |
| | | |
Wet ruimtelijke ordening: Provinciaal inpassingsplan | | | |
Alle handelingen en correspondentie van procedurele en uitvoerende aard | artikel 3.26 Wro, hoofdstuk 1 en 3 van het Bro | Afdelingshoofd | |
| | | |
Wet ruimtelijke ordening: Grondexploitatie (exploitatieplan en overeenkomst grondexploitatie) | | | |
Alle handelingen en correspondentie van procedurele en uitvoerende aard. | Afdelingen 6.4 Wro | Afdelingshoofd | |
| | | |
Besluit ruimtelijke ordening ( Bro) | | | |
Voeren van overleg met het bestuursorgaan dat belast is met de voorbereiding van een wijzigings - of uitwerkingsplan | Artikel 3.1.1 | Afdelingshoofd | |
| | | |
Besluit Ruimtelijke ordening (Bro /Planschadeverordening) | | | |
Ontvangstbevestiging binnengekomen aanvraag. | Artikel 6.1.3.1. eerste lid Bro | Afdelingshoofd | |
In gelegenheid stellen verzuim te herstellen. | Artikel 6.1.3.1, eerste lid Bro | Afdelingshoofd | |
Besluit tot het niet in behandeling nemen van een aanvraag en bekendmaking hiervan aan de aanvrager. | Artikel 6.1.3.1, tweede lid Bro | Afdelingshoofd | |
Het eenmalig verlengen van de in artikel 6.1.3.1, tweede lid Bro genoemde termijn met ten hoogste vier weken. | Artikel 6.1.3.1, derde lid Bro | Afdelingshoofd | |
Aanwijzen van adviseur(s). | Artikel 6.1.3.2 Bro Artikel 2, eerste lid, onder a, b en c | Afdelingshoofd | |
Onderbouwing vragen inzake deskundigheid adviseur(s). | Artikel 2, tweede lid | Afdelingshoofd | |
Aanvrager in kennis stellen van voornemen adviseur(s) te benoemen. | Artikel 4, eerste en derde lid | Afdelingshoofd | |
Het beschikbaar stellen van gegevens aan adviseur(s). | Artikel 5, eerste lid | Afdelingshoofd | |
Het beschikbaar stellen van ambtelijke ondersteuning aan adviseur(s). | Artikel 5, tweede lid | Afdelingshoofd | |
Vertegenwoordigen bij hoorzitting. | Artikel 5, derde lid | Afdelingshoofd | |
Reactie indienen op het conceptadvies aan adviseur(s). | Artikel 5, tiende lid | Afdelingshoofd | |
De beslissing, zoals bedoeld in artikel 6.1.3.6, eerste lid Bro, op de aanvraag om een tegemoetkoming in de schade, onder opgaaf van redenen, eenmaal voor ten hoogste vier weken verdagen. | Artikel 6.1.3.6, tweede lid Bro | Afdelingshoofd | |
| | | |
Besluit omgevingsrecht ( Bor ) | | | |
Voeren van overleg met bestuursorgaan dat is belast met de voorbereiding van een omgevingsvergunning | Artikel 6.18 juncto artikel 3.1.1 Bro | Afdelingshoofd | |
| | | |
Wet voorkeursrecht gemeenten: Provinciaal voorkeursrecht | | | |
Handelingen en correspondentie van procedurele en uitvoerende aard | Wvg | Afdelingshoofd | |
| | | |
Huisvestingswet 2014 | | | |
Correspondentie met gemeenten i.v.m. verstrekking van informatie, toezenden rapportages in het kader van de huisvesting statushouders | | Afdelingshoofd | Geen afspraken en aanschrijvingen in de aanloop naar toepassing van artikel 34 (taakverwaarlozing)van de Huisvestingswet 2014 |
| | | |
Wet Stedelijke Vernieuwing (oud) | | | |
Correspondentie in verband met beoordeling en toekennen projectaanvragen van gemeenten Wet Stedelijke Vernieuwing is vervallen, betreft alleen nog afhandeling van oude, nog lopende zaken. | Artikel 5, vierde lid | Afdelingshoofd | Binnen financiële kaders zoals door gs vastgesteld, zie ook Verordening provinciaal investeringsbudget stedelijke vernieuwing; Provinciaal Blad 2004, nr. 48. |
| | | |
Wet Milieubeheer | | | |
Algemeen hoofdstuk1 Wm | | | |
Toezenden aan Minister van besluit tot vaststellen of wijziging van de provinciale milieuverordening | Artikel 1.4, derde lid | Afdelingshoofd | |
| | | |
Plannen: hoofdstuk 4 Wm | | | |
Verschaffen van inlichtingen | Artikel 4.2b | Afdelingshoofd | |
Mededeling doen door toezending aan Minister | Artikel 4.11, eerste lid | Afdelingshoofd | |
Bekendmaken in Staatscourant | Artikel 4.11, tweede lid | Afdelingshoofd | |
Toezenden verlengingsbesluit geldigheidsduur aan Minister en bestuursorganen en bekendmaken in Staatscourant | Artikel 4.12, tweede lid | Afdelingshoofd | |
Toezending programma aan Minister en bekendmaken in Staatscourant | Artikel 4.15, tweede en derde lid | Afdelingshoofd | |
| | | |
Hoofdstuk 7 - Milieueffectrapportage | | | Als gevolg van de wijziging van het Besluit Mer per 1 juli 2010, is hoofdstuk 7 Wm aangepast. De oude mandaten komen te vervallen en worden vervangen door mandaten op grond van het gewijzigde hoofdstuk 7 Wm. |
§ 7.4 – De voorbereiding van een milieueffectrapport dat betrekking heeft op een plan | | | |
Raadplegen adviseurs en bestuursorganen | Artikel 7.8 | Afdelingshoofd | |
Kennisgeven voornemen tot voorbereiding plan | Artikel 7.9, eerste lid | Afdelingshoofd | |
| | | |
§7.5 – Het plan | | | |
Kennisgeven toepassen artikelen 3:11 en 1:12 Awb | Artikel 7.11, eerste lid, onder a | Afdelingshoofd | |
Commissie in de gelegenheid stellen advies uit te brengen | Artikel 7.12, eerste lid | Afdelingshoofd | |
Bekendmaken plan conform artikel 3:42 Awb, toezenden exemplaar plan aan commissie, mededeling doen conform artikel 3:43 Awb | Artikel 7.15, eerste lid | | |
Uitbrengen advies op verzoek | Artikel 7.24, tweede lid | Afdelingshoofd | |
Ambtshalve uitbrengen advies | Artikel 7.24, derde lid | Afdelingshoofd | |
Raadplegen adviseurs en bestuursorganen, overleg plegen over advies met degene die activiteit onderneemt | Artikel 7.25 | Afdelingshoofd | |
Verlengen termijn uitbrengen advies ex artikel 7.24 | Artikel 7.26 | Afdelingshoofd | |
| | | |
§ 7.6 – Besluiten ten aanzien waarvan een MER moet worden gemaakt ( mer -beoordelingsplicht) | | | |
Beslissen omtrent de vraag of een MER moet worden gemaakt | Artikel 7.17, eerste lid | Afdelingshoofd | |
Mededeling doen van beslissing ex artikel 7.17, eerste lid | Artikel 7.17, vierde lid | Afdelingshoofd | |
Beslissen omtrent de vraag of MER moet worden gemaakt | Artikel 7.19, eerste lid | Afdelingshoofd | |
Mededeling doen van beslissing ex artikel 7.19, eerste lid | Artikel 7.19, vierde lid | Afdelingshoofd | |
| | | |
§ 7.8 – De voorbereiding van het MER dat betrekking heeft op besluit waarop afd. 3.4 Awb en afd. 13.2 van toepassing zijn, m.u.v. besluit m.b.t. activiteit waarvoor tevens besluit is vereist waarvoor o.g.v. artikel 19f, eerste lid, Nb-wet een passende beoordeling moet worden gemaakt | | | |
Uitbrengen advies op verzoek | Artikel 7.24, tweede lid | Afdelingshoofd | |
Ambtshalve uitbrengen advies | Artikel 7.24, derde lid | Afdelingshoofd | |
Raadplegen adviseurs en bestuursorganen, overleg plegen over advies met degene die activiteit onderneemt | Artikel 7.25 | Afdelingshoofd | |
Verlengen termijn uitbrengen advies ex artikel 7.24 | Artikel 7.26 | Afdelingshoofd | |
Opnemen in besluit alle andere voorwaarden, voorschriften en beperkingen die nodig zijn ter bescherming milieu | Artikel 7.35, derde lid, onder a | Afdelingshoofd | |
| | | |
§ 7.9 - De voorbereiding van het MER dat betrekking heeft op besluit waarop afd. 3.4 Awb en afd. 13.2 niet van toepassing zijn, m.u.v. besluit m.b.t. activiteit waarvoor tevens besluit is vereist waarvoor o.g.v. artikel 19f, eerste lid, Nb-wet een passende beoordeling moet worden gemaakt | | | |
Raadplegen adviseurs en bestuursorganen | Artikel 7.27, tweede lid | Afdelingshoofd | |
Kennisgeven van voornemen | Artikel 7.27, derde lid | Afdelingshoofd | |
Verlengen termijn uitbrengen advies | Artikel 7.27, zevende lid | Afdelingshoofd | |
Kennisgeven (openbaar) | Artikel 7.29 | Afdelingshoofd | |
Kennisgeven (openbaar) | Artikel 7.30 | Afdelingshoofd | |
| | | |
§ 7.10 - Het Besluit | | | |
Aanvraag om besluit buiten behandeling te laten | Artikel 7.28 | Afdelingshoofd | |
Verlengen termijn | Artikel 7.32, vijfde lid | Afdelingshoofd | |
Opnemen in besluit alle andere voorwaarden, voorschriften en beperkingen die nodig zijn ter bescherming milieu | Artikel 7.35, derde lid, onder a | Afdelingshoofd | |
| | | |
§ 7.11 – Activiteiten met mogelijke grensoverschrijdende milieugevolgen | | | |
Verstrekken van de onder a en b genoemde bescheiden aan de regering of aan door die regering aangewezen autoriteit, van het land waarvoor activiteit nadelige gevolgen voor milieu kan hebben | Artikel 7.38a, derde lid, onder a en b | Afdelingshoofd | |
Toezenden bescheiden aan instanties | Artikel 7.38a, vierde lid | Afdelingshoofd | |
Overleggen met bestuursorganen in betrokken andere land | Artikel 7.38a, vijfde lid | Afdelingshoofd | |
Geven informatie en zenden stukken aan Onze Minister | Artikel 7.38a, zesde lid | Afdelingshoofd | |
Toepassing geven aan artikel 7.38a, eerste t/m vijfde lid | Artikel 7.38d | Afdelingshoofd | |
| | | |
§ 7.12 - evaluatie | | | |
Opstellen verslag onderzoek | Artikel 7.41, eerste lid | Afdelingshoofd | |
Toezenden verslag aan adviseurs, bestuursorganen en aan commissie | Artikel 7.41, tweede lid | Afdelingshoofd | |
Toezenden verslag aan degene die activiteit onderneemt, bestuursorganen en adviseurs, bekendmaken verslag | Artikel 7.41, derde lid | Afdelingshoofd | |
Toezenden verslag aan commissie | Artikel 7.41, vierde lid | Afdelingshoofd | |
Nemen maatregelen om nadeliger gevolgen voor milieu te beperken of ongedaan te maken | Artikel 7.42, eerste lid | Afdelingshoofd | |
| | | |
Financiële bepalingen: hoofdstuk 15 Wm | | | |
Besluiten tot toekennen schadevergoeding | Artikel 15.20 | Afdelingshoofd | |
Toezenden advies met vermelden termijn voor kenbaar maken opvattingen | Artikel 15.20, vierde lid | Afdelingshoofd | |
Besluiten tot toekennen schadevergoeding | Artikel 15.21, eerste lid onder a | Afdelingshoofd | Op grond van regelgeving in de Provinciale milieuverordening |
Bepalen dat drijver stortplaats financiële zekerheid stelt | Artikel 15.46, eerste lid | Afdelingshoofd | |
Verhaal nemen op financiële zekerheid | Artikel 15.46, derde lid | Afdelingshoofd | |
| | | |
Bepalingen in verband met de openbaarheid: hoofdstuk 19 Wm | | | |
Verstrekken informatie over openbare verantwoordelijkheden en functies die gs hebben alsmede de openbare diensten die het verleent met betrekking tot het milieu | Artikel 19.1c | Afdelingshoofd | |
| | | |
Wet Milieubeheer (voorheen Wet Geluidhinder) | | | |
Geluidsbelastingkaarten | | | |
Verzoeken inlichtingen en gegevens t.b.v. Vaststelling geluidbelastingkaart | Artikel 11.7 eerste en tweede lid | Afdelingshoofd | Zowel inlichtingen en gegevens waarover betrokken autoriteit feitelijk reeds beschikt als waarover hij met een redelijke inspanning de beschikking kan krijgen |
Bekendmaken vaststellen geluidsbelastingkaart | Artikel 11.9, eerste lid | Afdelingshoofd | In één of meer dag-, nieuws-, of huis-aan-huisbladen, dan wel op andere geschikte wijze |
Elektronische ter beschikkingstelling | Artikel 11.9, tweede lid | Afdelingshoofd | |
Zenden geluidbelastingkaart aan Minister | Artikel 11.9, derde lid | Afdelingshoofd | |
Verschaffen inlichtingen en gegevens aan autoriteit andere lidstaat ten behoeve van opstellen kaart | Artikel 11.16, eerste lid | Afdelingshoofd | |
| | | |
Waterwet (waterveiligheid) | | | |
Correspondentie omtrent voorbereiding projectprocedure tot aanleg of wijziging primaire waterkering | Artikel 5.6 | Afdelingshoofd | |
Goedkeuren projectplan tot aanleg of verbetering primaire waterkering | Artikel 5.7 | Afdelingshoofd | |
Correspondentie omtrent gecoördineerde voorbereiding van besluiten bij toepassing projectprocedure primaire waterkeringen | Artikelen 5.8 en 5.9 | Afdelingshoofd | |
| | | |
Waterbesluit (waterveiligheid) | | | |
Toezenden gegevens voor opstellen van overstromingsrisicobeheerplannen aan Minister | Artikel 3.4, vierde lid | Afdelingshoofd | |
| | | |
Waterverordening Zeeland (waterveiligheid) | | | |
Correspondentie omtrent voorbereiding projectprocedure als bedoeld in de Waterwet, tot aanleg of wijziging van primaire waterkering. | Artikel 5.7 | Afdelingshoofd | |
Goedkeuren projectplan m.b.t. primaire waterkering. | Artikel 5.7 | Afdelingshoofd | |
Correspondentie omtrent gecoördineerde voorbereiding van besluiten t.b.v. projectplan m.b.t. primaire waterkering. | Artikel 5.7 | Afdelingshoofd | |
| | | |
Wet bodembescherming | | | |
Bij minnelijke schikking te vorderen eigendom verkrijgen | Artikel 50, tweede lid | Afdelingshoofd | |
Schadevergoeding bij mogelijkheid bevel, maar vrijwillige medewerking | Artikel 74, tweede lid | Afdelingshoofd | |
Verantwoordingen en verklaringen geven aan het ministerie van VROM in het kader van bodemonderzoek, saneringen en het meerjarenprogramma op basis van de wet bodembescherming | | Afdelingshoofd | Soms worden in het kader van monitoring ad hoc gegevens opgevraagd |
Voornemen besluit toe of afwijzen verzoek schade als gevolg van een sanering uitgevoerd door de Provincie | | Afdelingshoofd | |
Besluit toe of afwijzen verzoek schade als gevolg van een sanering uitgevoerd door de provincie | | Afdelingshoofd | |
| | | |
Regelgeving burgerluchthavens en militaire luchthavens in de Wet luchtvaart | | | |
Heffen van recht t.b.v aanvraag om schadevergoeding | Artikel 8.56, tweede lid, juncto art. 8.31, tweede lid, Wet luchtvaart | Afdelingshoofd | |
Niet-ontvankelijk verklaren aanvraag om schadevergoeding bij niet betalen heffing | Artikel 8.56, tweede lid juncto artikel. 8.31, tweede lid Wet luchtvaart | Afdelingshoofd | |
| | | |
Interbestuurlijk Toezicht | | | |
Correspondentie met gemeenten i.v.m. verstrekken van informatie, toezenden rapportages in het kader van indeplaatsstelling dan wel vernietiging of schorsing besluit | Artikel 124 e.v. + artikel 273a Gemeentewet | Afdelingshoofd | |
Meedelen van besluit of voornemen van indeplaatsstelling in dagblad | Artikel 124, 4e lid, Gemeentewet | Afdelingshoofd | |
Aanwijzing toezichtambtenaren | Aanwijzing toezichtambtenaren | Afdelingshoofd | |
| | | |
RUD Zeeland | | | |
Goedkeuren van wekelijkse informatie overzichten van de Regionale uitvoeringsdienst Zeeland | o.g.v. artikel 5, eerste en tweede lid Mandaatbesluit RUD Zeeland 2014 | Afdelingshoofd | |
| | | |
BEVOEGDHEDEN GEDEPUTEERDE STATEN VAN ZEELAND
ALLE BEVOEGDHEDEN ZIJN GEMANDATEERD AAN DE SECRETARIS/ALGEMEEN DIRECTEUR, DE DIRECTEUR ORGANISATIE EN DE AFZONDERLIJKE BEVOEGDHEDEN TEVENS AAN DE DAARBIJ GENOEMDE FUNCTIONARIS,
AFDELING ECONOMIE EN DUURZAAMHEID
Omschrijving bevoegdheid/mandaat | Wettelijke grondslag | Gemandateerd aan | Opmerkingen |
Algemeen | | | |
Zie mandaten onder algemeen deel en onder afdeling P&O | | | |
BEVOEGDHEDEN GEDEPUTEERDE STATEN VAN ZEELAND
ALLE BEVOEGDHEDEN ZIJN GEMANDATEERD AAN DE SECRETARIS/ALGEMEEN DIRECTEUR, DE DIRECTEUR ORGANISATIE EN DE AFZONDERLIJKE BEVOEGDHEDEN TEVENS AAN DE DAARBIJ GENOEMDE FUNCTIONARIS,
AFDELING PLANVORMING EN REALISATIE
Omschrijving bevoegdheid/mandaat | Wettelijke grondslag | Gemandateerd aan | Opmerkingen |
Algemeen | | | |
Zie mandaten onder algemeen deel en onder afdeling P&O | | | |
| | | |
Provinciewet | | | |
Besluiten tot de aankoop van onroerende zaken (aankoopbesluit), behoudens opstallen, en daaruit voortvloeiend het besluiten tot het aangaan van een privaatrechtelijke overeenkomst op het gebied van grondverwerving en eigendomsbeheer | Artikel 158, eerste lid sub e Provinciewet | Afdelingshoofd | - a)
Uitsluitend voor zover dit geschiedt binnen het daarvoor beschikbaar gestelde krediet e/o budget - b)
Altijd op basis van een taxatierapport van een deskundige (Als uitvloeisel van de nota grondbeleid zijn er aanvullende richtlijnen van gs inzake taxatierapporten, vastgelegd in de werkprocessen) - c)
Aankoop van strategische (niet-taakgebonden) gronden van € 1 miljoen of hoger wordt altijd aan GS voorgelegd en valt dus buiten het mandaat
|
Besluiten tot de verkoop van provinciale eigendommen, behoudens opstallen, en het bezwaren van provinciale eigendommen alsmede het besluiten tot het vestigen van beperkte rechten | Artikel 158, eerste lid sub e Provinciewet | Afdelingshoofd | - a.
Altijd op basis van een taxatierapport van een deskundige. (Als uitvloeisel van de nota grondbeleid zijn er aanvullende richtlijnen van gs inzake taxatierapporten, vastgelegd in de werkprocessen). - b.
Verkoop van strategische (niet-taakgebonden) gronden van € 1 miljoen of hoger wordt altijd aan GS voorgelegd en valt dus buiten het mandaat
|
Besluiten tot aan- en verkoop van provinciale eigendommen die onderdeel uitmaken van een (kavel)ruil, behoudens opstallen. | Artikel 158, eerste lid sub e Provinciewet | Afdelingshoofd | - a.
Altijd op basis van een taxatierapport van een deskundige. (Als uitvloeisel van de nota grondbeleid zijn er aanvullende richtlijnen van gs inzake taxatierapporten, vastgelegd in de werkprocessen). - b.
het saldo van de aan- en verkoop van strategische (niet-taakgebonden) gronden van € 1 miljoen of hoger wordt altijd aan GS voorgelegd en valt dus buiten het mandaat
|
Besluiten tot het verpachten en/of verhuren provinciale eigendommen (inclusief de ontbinding van deze overeenkomsten) | Artikel 158 , eerste lid sub e Provinciewet | Afdelingshoofd | |
Besluiten tot kavelruil cf. een positief advies van de commissie kavelruilbureau Zeeland op een kavelruilvoorstel, genomen bij gewone meerderheid van stemmen | Artikel 158, eerste lid sub e Provinciewet; Regelement commissie Kavelruilbureau Zeeland | Afdelingshoofd | |
het innen van de kavelruilbijdrage van derden | | Afdelingshoofd | |
het vergoeden van notaris- en kadasterkosten | | Afdelingshoofd | |
Het verlenen van een kavelaanvaardings-subsidie | Openstellingsbesluit 4.3.01 Fysieke investeringen voor innovatie en modernisering van agrarische ondernemingen juncto Artikel 1.3 van de Verordening subsidies Plattelandsontwikke-lingsprogramma (POP3) 2014-2020 Zeeland | Afdelingshoofd | |
Het indienen van een bezwaar- en/of beroepschrift tegen een belastingaanslag / WOZ-beschikking | Artikel 158, eerste lid sub f Provinciewet | Afdelingshoofd | |
Het indienen van een bezwaar- en/of beroepschrift tegen de uitslag van een kadastrale meting | Artikel 158, eerste lid sub f Provinciewet | Afdelingshoofd | |
| | | |
Onteigeningswet | | | |
Vertegenwoordiging Provincie Zeeland op hoorzitting | | Afdelingshoofd; Beleidsmedewerker grondverwerving c.a. | |
Volmacht en machtiging voor het verrichten van privaatrechtelijke rechtshandelingen en overige handelingen die verband houden met het vertegenwoordigen van de Staat der Nederlanden bij het verwerven bij minnelijke overeenkomst van de op grond van de Onteigeningswet te onteigenen hertogin Hedwigepolder | | Afdelingshoofd; Beleidsmedewerker grondverwerving | |
| | | |
Regeling Nadeelcompensatie Verkeers- en Vervoersvoorzieningen en provinciale projecten provincie Zeeland 2010 | | | |
Ontvangstbevestiging op een binnengekomen verzoek | Artikel 13, tweede lid | Afdelingshoofd | |
In gelegenheid stellen verzuim te herstellen | Artikel 13, derde lid | Afdelingshoofd | |
Niet in behandeling nemen van verzoek | Artikel 14, eerste lid jo Artikel 13 | Afdelingshoofd | |
Mededeling van niet in behandeling nemen van verzoek | Artikel 14, tweede lid | Afdelingshoofd | |
Het eenmalig verlengen van de in artikel 15 lid 2 genoemde termijn met ten hoogste zes weken | Artikel 15, derde lid | Afdelingshoofd | |
Benoemen deskundige(n) / aanwijzen voorzitter | Artikel 16, eerste en derde lid, jo Artikel 14, eerste lid en Artikel 15, eerste lid | Afdelingshoofd | |
Verzoeker in kennis stellen van voornemen deskundige(n) te benoemen | Artikel 16, vijfde lid | Afdelingshoofd | |
Het beschikbaar stellen van gegevens aan deskundige(n) | Artikel 18, eerste lid | Afdelingshoofd | |
Instemmen met inwinnen van inlichtingen en adviezen bij derden door deskundige(n) | Artikel 18, derde lid | Afdelingshoofd | |
Vertegenwoordigen bij mondelinge toelichting | Artikel 19, tweede lid | Afdelingshoofd; Beleidsmedewerker grondverwerving c.a. | Of door afdelingshoofd per geval aan te wijzen behandelend ambtenaar |
Bedenkingen maken tegen het conceptadvies aan deskundige(n) | Artikel 19, zesde lid | Afdelingshoofd | |
De beslissing, zoals bedoeld in artikel 20 lid 1, op het verzoek om schadevergoeding, onder opgaaf van redenen, eenmaal voor ten hoogste zes weken verlengen | Artikel 20, tweede lid | Afdelingshoofd | |
| | | |
Belemmeringenwet Privaatrecht | | | |
Advisering minister van Infrastructuur en Milieu | | Afdelingshoofd | |
Aanwijzen plaats zitting, voorzitter zitting, opmaken proces-verbaal | Artikel 2 | Afdelingshoofd; Beleidsmedewerker grondverwerving c.a. | Of door afdelingshoofd per geval aan te wijzen behandelend ambtenaar |
BEVOEGDHEDEN GEDEPUTEERDE STATEN VAN ZEELAND
ALLE BEVOEGDHEDEN ZIJN GEMANDATEERD AAN DE SECRETARIS/ALGEMEEN DIRECTEUR, DE DIRECTEUR ORGANISATIE EN DE AFZONDERLIJKE BEVOEGDHEDEN TEVENS AAN DE DAARBIJ GENOEMDE FUNCTIONARIS,
AFDELING BEHEER EN ONDERHOUD
Omschrijving bevoegdheid/mandaat | Wettelijke grondslag | Gemandateerd aan | Opmerkingen |
Algemeen | | | |
Zie mandaten onder algemeen deel en onder afdeling P&O | | | |
| | | |
Provinciewet/Burgerlijk Wetboek | | | |
Vaststellen van beheersregelingen en aangaan van beheersovereenkomsten. | Artikel 158, eerste lid sub e Provinciewet; Burgerlijk Wetboek | Afdelingshoofd | |
Het aansprakelijk stellen + kosten van verhaal bij schade aan provincie eigendommen (bijv. bij modder op de weg, olie op de weg, enzovoort) | Artikel 158, eerste lid sub e Provinciewet juncto artikel 6:162 en 6:174 BW en artikel 185 Wegenverkeerswet | Afdelingshoofd | |
| | | |
Provinciewet/Algemene wet bestuursrecht | | | |
Toezicht en handhaving in het kader van wetten, waarvan de uitvoering aan de afdeling B&O is opgedragen: Schriftelijke waarschuwing/vooraankondiging, alsmede het besluiten tot het opleggen van een last onder bestuursdwang | Artikel 122 Provinciewet juncto artikel 5.24 Awb | Afdelingshoofd | |
Besluiten tot het opleggen van een last onder bestuursdwang in spoedeisende gevallen | Artikel 122 Provinciewet juncto artikel 5.31, eerste lid | Directeur Organisatie | |
Ondertekenen van begeleidende brief bij besluit tot het opleggen van een last onder bestuursdwang in spoedeisende gevallen | Artikel 122 Provinciewet juncto artikel 5.31, eerste lid | Directeur Organisatie | |
Op schrift stellen en bekendmaken van besluit als bedoeld in artikel 5.31, eerste lid, Awb | Artikel 122 Provinciewet juncto artikel 5.31, tweede lid | Directeur Organisatie | Slechts in zeer spoedeisende gevallen |
Feitelijke uitvoering van bestuursdwang | | Afdelingshoofd | |
Besluiten tot het opleggen van een last onder dwangsom. | Artikel 122 Provinciewet juncto artikel 5.32 Awb | Afdelingshoofd | |
| | | |
Waterverordening Zeeland: vaarwegen ( hfd . 3): | | | |
Zorg dragen dat overzichtskaart in overeenstemming is met de beheersituatie | Artikel 3.1, derde lid | Afdelingshoofd; Unithoofd | |
Besluiten tot verlenen ontheffing snelheden | Artikel 3.4 | | |
Besluiten tot ontheffing voor afmetingen en diepgang van schepen | Artikel 3.5 juncto artikel 3.13 | Afdelingshoofd; Unithoofd | |
Besluiten tot ontheffing voor samenstellen, een gekoppeld samenstel en een duwstel | Artikel 3.6 juncto artikel 3.13 | Afdelingshoofd; Unithoofd | |
Besluiten tot ontheffing om in, langs, boven, onder of over een vaarweg stoffen of voorwerpen te brengen die schade toebrengen aan de vaarweg en de veiligheid en het vlotte verloop van het scheepvaartverkeer | Artikel 3.9, sub a, juncto artikel 3.13 | Afdelingshoofd; Unithoofd | |
Besluiten tot ontheffing voor houtgewas of takken van bomen in of boven de vaarweg te laten hangen die hinder veroorzaken voor de scheepvaart | Artikel 3.9, sub b, juncto artikel 3.13 | Afdelingshoofd; Unithoofd | |
Besluiten tot ontheffing om op andere wijze enige belemmering of hinder voor de scheepvaart te veroorzaken | Artikel 3.9, sub c, juncto artikel 3.13 | Afdelingshoofd; Unithoofd | |
Besluiten tot ontheffing voor het wijzigen van de vaarweg | Artikel 3.10, sub a, juncto artikel 3.13 | Afdelingshoofd; Unithoofd | |
Besluiten tot ontheffing voor het gebruik van kunstwerken te beletten of te belemmeren. | Artikel 3.10, sub b, juncto artikel 3.13 | Afdelingshoofd; Unithoofd | |
Besluiten tot ontheffing voor werken aan te brengen, te houden, te veranderen of te verwijderen boven, op, in onder of langs de vaarweg, binnen tien meter, horizontaal gemeten vanuit de oeverlijn. | Artikel 3.10, sub c, juncto artikel 3.13 | Afdelingshoofd; Unithoofd | |
Besluiten tot ontheffing voor het maken, hebben of veranderen van een ligplaats of enige andere voorziening bestemd voor het meren van schepen. | Artikel 3.10, sub d, juncto artikel 3.13 | Afdelingshoofd; Unithoofd | |
Besluiten tot ontheffing voor het drijven van handel of het afleveren van koopwaar (parlevinkers). | Artikel 3.10, sub e, juncto artikel 3.13 | Afdelingshoofd; Unithoofd | |
Besluiten tot ontheffing voor ligplaats nemen (ankeren en meren). | Artikel 3.11 juncto artikel 3.13 | Afdelingshoofd; Unithoofd | |
Opdracht om te voorzien in onderhoudsplicht | Artikel 3.16 | Afdelingshoofd; Unithoofd | |
Aanwijzen van toezichthouders welke zijn belast met het houden van toezicht op de naleving van het bepaalde bij of krachtens de wettelijke voorschriften | Artikel 8.1 | Directeur Organisatie | |
| | | |
Wegenwet | | | |
Aan een weg de bestemming van openbare weg geven | Artikel 4, eerste lid, sub 3 | Afdelingshoofd | |
Onttrekking aan het openbaar verkeer van provinciale wegen | Artikel 7 juncto artikel 8, tweede lid | Afdelingshoofd | |
Onttrekking aan het openbaar verkeer van waterschapswegen | Artikel 7 juncto artikel 8, tweede lid | Afdelingshoofd | Deze bevoegdheid is door provinciale staten, middels statenbesluit op 16 mei 2008, gedelegeerd aan gedeputeerde staten |
Goedkeuring verlenen aan overdracht (beheer en) onderhoud van een weg door de gemeente of waterschap aan een gemeente of waterschap. | Artikel 18a | Afdelingshoofd | |
Het onderhoud van een weg, welke door de provincie wordt onderhouden, ten laste te brengen van de gemeente, waarin de weg is gelegen | Artikel 19 lid 1 | Afdelingshoofd | |
Vaststellen/wijzigen wegenlegger | Artikel 39 | Afdelingshoofd | |
| | | |
Wegenverkeerswet 1994 | | | |
Tijdelijke plaatsing of toepassing van verkeerstekens en het tijdelijk uitvoeren van maatregelen | Artikel 17 Wegenverkeerswet 1994 juncto artikelen 34 en 37 Besluit Administratieve bepalingen inzake het wegverkeer | Afdelingshoofd | |
Tijdelijke plaatsing of toepassing van verkeerstekens en het tijdelijk uitvoeren van maatregelen | Artikel 17 Wegenverkeerswet 1994 juncto artikel 35 Besluit Administratieve bepalingen inzake het wegverkeer | Afdelingshoofd; Unithoofd; Rayonmedewerker droge infrastructuur | |
Het nemen van verkeersbesluiten | Artikel 18 (en artikel 15 Wegenverkeerswet juncto artikel 12 Besluit Administratieve bepalingen inzake het wegverkeer | Afdelingshoofd | De bevoegdheden van Gedeputeerde Staten voor de Westerscheldetunnel c.a. (zie Tunnelwet) zijn gemandateerd aan de directeur van de NV Westerscheldetunnel |
Vergunning wegwedstrijden verlenen | Artikel 148, eerste lid, sub b, juncto artikel 10, eerste lid | Afdelingshoofd; Unithoofd DI | |
| | | |
Voertuigreglement | | | |
Verlenen ontheffingen bijzondere transporten (zoals voor landbouwvoertuigen) | Artikel 149, eerste lid, sub b, Wegenverkeerswet 1994 juncto artikel 87 Reglement Verkeersregels en Verkeerstekens | Afdelingshoofd; Unithoofd DI | Gedeputeerde Staten hebben op 28 januari 2003, nr. 030333/16, mandaat verleend aan Rijksdienst voor Wegverkeer voor het nemen van besluiten inzake de aanvraag van ontheffingen voor exceptionele wegtransporten |
| | | |
Reglement Verkeersregels en Verkeerstekens 1990 | | | |
Verlenen ontheffingen | Artikel 87 | Afdelingshoofd; Unithoofd DI | |
Verlenen ontheffingen Zeelandbrug / Oesterdam (invalidenvoertuigen, brommobielen, etc.) | Artikel 87 | Afdelingshoofd; Unithoofd DI | |
| | | |
Wegenverordening Zeeland 2010 | | | |
Ontheffing voor het aanbrengen en snoeien of verwijderen van beplanting op een weg | Artikel 5 juncto artikel 13, tweede lid | Afdelingshoofd; Unithoofd DI | Voor het verwijderen van beplanting op een weg, voor zover er sprake is van het vellen of doen vellen van een houtopstand, is een omgevingsvergunning vereist. Een omgevingsvergunning is ook vereist als sprake is van een combinatie van beide. Zie ook artikel 2.2 lid 1 sub g van de Wabo |
Ontheffing voor het wijzigen en aantasten van een weg (zoals een weg op een bestaande weg aan te sluiten, etc) | Artikel 6 juncto artikel 13, tweede lid | Afdelingshoofd; Unithoofd DI | Voor het hebben, maken of veranderen van een uitweg en / of de aanleg van een weg (voor zover er tevens een verbod geldt als bedoeld in artikel 2.1 sub b van de Wabo) is een omgevingsvergunning vereist. Zie ook artikel 2.2. lid 1 sub d en e. |
Ontheffing voor zaken op, in en boven wegen (zoals masten, palen, afrasteringen en andere terreinafscheidingen, borden, spandoeken, vlaggen of andere voorwerpen te plaatsen of te hebben en kabels en leidingen te leggen of te hebben) | Artikel 7 juncto artikel 13, tweede lid | Afdelingshoofd; Unithoofd DI | Voor het maken of voeren van handelsreclame is een omgevingsvergunning vereist. Zie artikel 2.2 lid 1 sub h en i. |
Ontheffing gebruik van een weg en activiteiten op een weg (zoals een weg anders dan voor verkeersdoeleinden te gebruiken, op een weg een standplaats in te nemen of in te richten voor het aanbieden en leveren van producten) | Artikel 8 juncto artikel 13, tweede lid | Afdelingshoofd; Unithoofd DI | |
Ontheffing voor zaken en activiteiten langs wegen (zoals het aanbrengen of hebben van masten, palen, borden, et cetera, binnen een afstand van 1,80 meter uit de verkeersbaan, niet zijnde een fietspad of ander pad, dan wel binnen een afstand van 0,60 meter uit een fietspad of ander pad) | Artikel 9 juncto artikel 13, tweede lid | Afdelingshoofd; Unithoofd DI | |
Ontheffing met betrekking tot uitzichtstroken (zoals op of langs een weg buiten de bebouwde kom, ter plaatse van kruisingen, aansluitingen, uitwegen en bochten, bouwwerken, wallen, beplanting, gewassen, terreinafscheidingen en andere uitzicht belemmerende voorwerpen te maken, waardoor het vrije uitzicht wordt belemmerd | Artikel 11 juncto artikel 13, tweede lid | Afdelingshoofd; Unithoofd DI | Hierbij ook rekening houden met het Uitvoeringsbesluit uitzichtstroken wegen (Provinciaal Blad, nr. 36 van 2010) |
Ontheffing bebouwingsvrije stroken (zoals langs een weg buiten de bebouwde kom een bouwwerk te maken of te hebben binnen een afstand uit de as van de hoofdverkeersbaan of, indien de weg twee hoofdverkeersbanen heeft, uit de as van de dichtbijzijnde gelegen hoofdverkeersbaan, van 40 meter voor wegen die in beheer zijn bij de provincie. | Artikel 12, eerste lid juncto artikel 13, tweede lid | Afdelingshoofd; Unithoofd DI | |
Ontheffing bestaande bouwwerken binnen de in artikel 12 lid 1 bedoelde stroken, te vernieuwen, te wijzigen of uit te breiden. | Artikel 12, tweede lid juncto artikel 13, tweede lid | Afdelingshoofd; Unithoofd DI | |
Het verlenen van een ontheffing van het bepaalde in hoofdstuk 3 en het stellen van voorschriften | Artikel 13, tweede lid, Artikel 3, derde lid en Artikel 5, derde lid | Afdelingshoofd; Unithoofd DI | |
Het uitbrengen van een advies over: de aanvraag of het ontwerp van de beschikking op de aanvraag of de bij de beslissing op de aanvraag te betrekken gegevens of aan de vergunning te verbinden voorschriften. | Artikel 13, vijfde lid juncto artikel 2.26, derde en vierde lid Wabo | Afdelingshoofd; Unithoofd DI | |
Het voeren van overleg inzake afwijken van het in artikel 13 lid 5 van de Wegenverordening Zeeland 2010 bedoelde advies | Artikel 13, zesde lid | Afdelingshoofd | |
Aanwijzen van toezichthouders welke zijn belast met het houden van toezicht op de naleving van het bepaalde bij of krachtens de wettelijke voorschriften | Artikel 18, eerste lid | Directeur Organisatie | |
Aanslagen opleggen op benzineverkoop | | Afdelingshoofd | |
| | | |
Uitvoeringsbesluit vrijheid van meningsuiting | | | Dit betreft een nadere uitwerking van artikel 7, lid 3 van de Wegenverordening Zeeland 2010 |
Het in ontvangst nemen van een melding | | Afdelingshoofd; Unithoofd DI | |
Het geven van instructies | | Afdelingshoofd; Unithoofd DI | |
| | | |
Wet algemene bepalingen omgevingsrecht ( Wabo ): Hoofdstuk 2 – De omgevingsvergunning | | | |
Uitbrengen advies over de aanvraag of ontwerp beschikking op aanvraag | Artikel 2.26, derde lid Wabo juncto artikel 13, vijfde lid, Wegenverordening Zeeland 2010 | Afdelingshoofd; Unithoofd DI | De Wegenverordening Zeeland 2010 integreert in de omgevingsvergunning voor zover het betreft de activiteiten genoemd in artikel 2.2 lid 1 sub d, e, en g van de Wabo. |
Uitbrengen advies naar aanleiding van aanvraag om omgevingsvergunning | Artikel 2.26, vierde lid Wabo juncto artikel 13, vijfde lid Wegenverordening Zeeland 2010 | Afdelingshoofd; Unithoofd DI | De Wegenverordening Zeeland 2010 integreert in de omgevingsvergunning voor zover het betreft de activiteiten genoemd in artikel 2.2 lid 1 sub d, e, en g van de Wabo |
| | | |
Besluit administratieve bepalingen scheepvaartverkeer (behorend bij Binnenvaartpolitiereglement) | | | |
Plaatsen en verwijderen verkeerstekens, dan wel het publiceren van een bekendmaking met eenzelfde strekking | Artikel 2 juncto artikel 13 | Afdelingshoofd | |
Plaatsen tijdelijke verkeerstekens, dan wel het publiceren van een bekendmaking met eenzelfde strekking bij dringende omstandigheden | Artikel 10 juncto artikel 13 | Afdelingshoofd; Unithoofd NI | |
| | | |
Wrakkenwet | | | |
Besluit tot opruimen object | Artikel 2, eerste lid | Afdelingshoofd | |
Aankondiging ter plaatse | Artikel 2, eerste lid | Afdelingshoofd | |
Mededeling rechthebbende | Artikel 2, eerste lid | Afdelingshoofd | |
Vergunning verwijdering voorwerpen | Artikel 2, tweede lid | Afdelingshoofd | |
Zekerheidstelling ten genoegen van de beheerder | Artikel 2, derde lid | Afdelingshoofd | |
Publicatie tijdstip opruiming | Artikel 3, eerste lid | Afdelingshoofd | |
Vergunning toegang/verblijf op schip/voorwerp | Artikel 4 | Afdelingshoofd | |
Termijn van betaling stellen | Artikel 6 | Afdelingshoofd | |
| | | |
Waterstaatswet 1900 | | | |
Schriftelijke aanzegging m.b.t. het dulden van voorbereidingswerkzaamheden | Artikel 9 | Afdelingshoofd | |
Opmaken proces-verbaal/raming kosten etc. bij schade aan waterstaatswerken | Artikel 12c | Afdelingshoofd; Unithoofd NI | |
| | | |
NEN-EN 501101-1 / NEN-EN 50110-2 / NEN 3140 | | | |
Het toewijzen van taken, verantwoordelijkheden en bevoegdheden in het kader van NEN-EN 501101-1, NEN-EN 50110-2 en NEN 3140 in verband met bedrijfsvoering van elektrische installaties (infrastructuur) in beheer bij de provincie Zeeland aan medewerkers van de afdeling Beheer | | Afdelingshoofd | |
| | | |
Diversen | | | |
Besluiten omtrent openingstijden objecten vaarwater (bruggen en sluizen) Kanaal door Walcheren en Zeelandbrug. | | Afdelingshoofd; Unithoofd NI | |
| | | |
Telecommunicatiewet | | | |
Instemmen met c.q. overeenstemming hebben over plaats, tijdstip en wijze van aanleg, instandhouding of opruiming van kabels ten dienste van een openbaar elektronisch communicatienetwerk. | Artikel 5.3, 5.7 en 5.8 | Afdelingshoofd; Unithoofd DI; Unithoofd NI | |
Vergoeden van schade en verdelen van kosten, één en ander voortvloeiende uit de gedoogplicht. | Artikel 5.2 | Afdelingshoofd; Unithoofd DI; Unithoofd NI | |
BEVOEGDHEDEN GEDEPUTEERDE STATEN VAN ZEELAND
ALLE BEVOEGDHEDEN ZIJN GEMANDATEERD AAN DE SECRETARIS/ALGEMEEN DIRECTEUR, DE DIRECTEUR ORGANISATIE EN DE AFZONDERLIJKE BEVOEGDHEDEN TEVENS AAN DE DAARBIJ GENOEMDE FUNCTIONARIS,
AFDELING FINANCIËN
Omschrijving bevoegdheid/mandaat | Wettelijke grondslag | Gemandateerd aan | Opmerkingen |
Algemeen | | | |
Zie mandaten onder algemeen deel en onder afdeling P&O. | | | |
| | | |
Goedkeuren begrotingen en rekeningen voorafgaand aan de garantieverlening (door provinciale staten) | Artikel 216, tweede lid, sub c, Provinciewet | Afdelingshoofd; Unithoofd | |
Het indienen van declaraties bij derden. | | Afdelingshoofd; Unithoofd | |
Het verzenden aan het ministerie van BZK van door provinciale staten vastgestelde begrotingen/-begrotingswijzigingen/jaarrekeningen. | Artikel 195, tweede lid Provinciewet | Afdelingshoofd; Unithoofd | |
Intrekken privaatrechtelijke vorderingen tot een maximum van € 10.000,-- (wijziging bij gs-besluit van 17-3-1998 nr. 15, 06-11-2001 en 24-11-2009). | | Afdelingshoofd; Unithoofd | |
Verzoek doen teruggave dividendbelasting. | Wet Dividendbelasting | Afdelingshoofd; Unithoofd | |
Doen van aangifte en afdragen omzetbelasting en opgave BTW compensatiefonds. | Wet Omzetbelasting | Afdelingshoofd; Unithoofd | |
Doen van aangifte en afdragen vennootschapsbelasting. | Wet VPB | Afdelingshoofd; Unithoofd | |
Financieel afwikkelen van schadeclaims van derden indien gedekt door verzekering. | | Afdelingshoofd; Unithoofd | |
Taxaties laten uitvoeren i.v.m. verzekeringen. | | Afdelingshoofd; Unithoofd | |
Financieel afwikkelen van claims op derden bij schade aan provinciale eigendommen. | | Afdelingshoofd; Unithoofd | |
Accepteren/sluiten verzekeringscontracten. | Artikel 158 Provinciewet | Afdelingshoofd; Unithoofd | |
Brieven vaststellen inzake administratieve organisatie of administratieve procedures in de uitvoerende sfeer. | Artikel 216 Provinciewet | Afdelingshoofd; | |
Verzenden aanmaningen tot betaling van openstaande vorderingen. | | Afdelingshoofd; Unithoofd | |
Vaststellen rekening-courant percentages. | Artikel 216 Provinciewet | Afdelingshoofd; Unithoofd | |
Verrichten van betalingen. | | Afdelingshoofd; Unithoofd; Medewerkers Financiën | |
Gebruik creditkaart. | | Afdelingshoofd; Unithoofd | |
Het maken van betalingsafspraken met debiteuren. | Artikel 216 Provinciewet | Afdelingshoofd; Unithoofd | |
Besluiten inzake financieringen en uitzettingen voor de periode van max. 1 jaar. | Artikel 216 Provinciewet | Afdelingshoofd; Unithoofd | |
BEVOEGDHEDEN GEDEPUTEERDE STATEN VAN ZEELAND
ALLE BEVOEGDHEDEN ZIJN GEMANDATEERD AAN DE SECRETARIS/ALGEMEEN DIRECTEUR, DE DIRECTEUR ORGANISATIE EN DE AFZONDERLIJKE BEVOEGDHEDEN TEVENS AAN DE DAARBIJ GENOEMDE FUNCTIONARIS,
AFDELING INFORMATIEVOORZIENING EN AUTOMATISERING
Omschrijving bevoegdheid/mandaat | Wettelijke grondslag | Gemandateerd aan | Opmerkingen |
Algemeen | | | |
Zie mandaten onder algemeen deel en onder afdeling P&O | | | |
Aanbieden van gegevens, informatie etc., waaronder open data (verkeersinformatie, enz.) | | Afdelingshoofd; Unithoofd | |
Besluiten tot het aangaan van ICT overeenkomsten om niet, benodigd voor het aansluiten op landelijke ICT basisvoorzieningen | Artikel 158, eerste lid sub e Provinciewet | Afdelingshoofd; Unithoofd | |
Bevestigen ontvangst van brieven, verzoeken, aanvragen, besluiten e.d. | | DIV-medewerkers; Receptionist/portier | Ontvangstbevestiging postregistratiesysteem |
BEVOEGDHEDEN GEDEPUTEERDE STATEN VAN ZEELAND
ALLE BEVOEGDHEDEN ZIJN GEMANDATEERD AAN DE SECRETARIS/ALGEMEEN DIRECTEUR, DE DIRECTEUR ORGANISATIE EN DE AFZONDERLIJKE BEVOEGDHEDEN TEVENS AAN DE DAARBIJ GENOEMDE FUNCTIONARIS,
AFDELING FACILITAIR
Omschrijving bevoegdheid/mandaat | Wettelijke grondslag | Gemandateerd aan | Opmerkingen |
Algemeen | | | |
Zie mandaten onder algemeen deel en onder afdeling P&O | | | |
| | | |
Provinciewet/Burgerlijk Wetboek | | | |
In bruikleen geven van ruimten en terreinen binnen het Abdijcomplex. | Artikel 158, eerste lid sub e Provinciewet juncto artikel 7a:1777 Burgerlijk wetboek (BW) | Afdelingshoofd | Indien en voor zover met dat gebruik het provinciaal belang is gediend en voor zover met de activiteit waarvoor deze provinciale eigendommen in bruikleen worden gegeven geen commerciële belangen worden nagestreefd. |
Aangaan van bruikleenovereenkomsten roerende zaken | Artikel 158, eerste lid sub e Provinciewet juncto artikel 7a:1777 BW | Afdelingshoofd | |
Aansprakelijk stellen + kosten verhaal bij schade aan provincie eigendommen | Artikel 158, eerste lid sub e Provinciewet juncto artikel 6:162 en 6:174 BW | Afdelingshoofd | |
Het indienen van declaraties i.v.m. het leveren van energie aan derden. | | Afdelingshoofd | |
Vaststellen jaarlijkse huurverhoging voor door provincie verhuurde panden | | Afdelingshoofd | |
BEVOEGDHEDEN GEDEPUTEERDE STATEN VAN ZEELAND
ALLE BEVOEGDHEDEN ZIJN GEMANDATEERD AAN DE SECRETARIS/ALGEMEEN DIRECTEUR, DE DIRECTEUR ORGANISATIE EN DE AFZONDERLIJKE BEVOEGDHEDEN TEVENS AAN DE DAARBIJ GENOEMDE FUNCTIONARIS,
AFDELING COMMUNICATIE
Omschrijving bevoegdheid/mandaat | Wettelijke grondslag | Gemandateerd aan | Opmerkingen |
Algemeen | | | |
Zie mandaten onder algemeen deel en onder afdeling P&O | | | |
Besluiten tot het aangaan van overeenkomsten tot overdracht van auteursrechten en het verlenen van een gebruiksrecht op auteursrechten | Artikel 158, eerste lid sub e Provinciewet | Afdelingshoofd | Wordt o.a. gehanteerd bij het aangaan van (raam)overeenkomsten met fotografen, vormgevers, filmmakers |
Besluit tot toekenning en afwijzing van verzoeken voor het gebruik van het wapen van Zeeland en het woordmerk Zeeland Land in Zee | | Afdelingshoofd | Voor het al dan niet toestaan voor het gebruik van het Wapen van Zeeland wordt getoetst aan de regels uit de circulaire van BZK ‘wapen gebruik provincies’. |
BEVOEGDHEDEN GEDEPUTEERDE STATEN VAN ZEELAND
ALLE BEVOEGDHEDEN ZIJN GEMANDATEERD AAN DE SECRETARIS/ALGEMEEN DIRECTEUR, DE DIRECTEUR PROGRAMMA’S EN PROJECTEN EN DE AFZONDERLIJKE BEVOEGDHEDEN TEVENS AAN DE DAARBIJ GENOEMDE FUNCTIONARIS,
PROGRAMMA'S EN PROJECTEN
Omschrijving bevoegdheid/mandaat | Wettelijke grondslag | Gemandateerd aan | Opmerkingen |
Algemeen | | | |
Zie mandaten genoemd onder algemeen deel en onder afdeling P&O. | | | |
Alle handelingen en correspondentie van procedurele en uitvoerende aard t.b.v. projecten en programma's, al dan niet voortvloeiend uit maatschappelijke opgaven en in voorkomende gevallen opgedragen door de secretaris/algemeen directeur; rekening houdend met de bevoegdheden van de diverse taakgebieden/afdelingen. | | Programmaleider; Projectleider | Om te beoordelen of een functionaris de rol van programma- of projectleider vervult wordt aangesloten bij de procedure uit het Handboek Projecten en Programma’s. Dit betekent dat bij de start van een project/programma een startnotitie wordt opgesteld. In die startnotitie wordt ingevuld wie programmaleider en/of projectleider is. De vaststelling van de startnotitie wordt gezien als ‘aanwijzingsbesluit’. Eventueel wordt aanvullend door de ambtelijke opdrachtgever nog een bevestiging van de aanwijzing naar de programma- of projectleider gestuurd. |
| | | |
Onteigeningswet | | | |
Volmacht en machtiging voor besluiten omtrent het verrichten van privaatrechtelijke rechtshandelingen en overige handelingen die verband houden met het vertegenwoordigen van de Staat der Nederlanden bij het verwerven bij minnelijke overeenkomst van de op grond van de Onteigeningswet te onteigenen hertogin Hedwigepolder. | | Programmaleider; Projectleider | |
Toelichting behorende bij het mandaatbesluit gedeputeerde staten 2017
1. ALGEMEEN
Aanleiding voor het nieuwe mandaatbesluit gedeputeerde staten 2017 (mandaatbesluit gs)
Het besluit tot wijziging van de topstructuur heeft onder meer wijziging tot gevolg gehad van de indeling van de ambtelijke organisatie als vastgelegd in de Regeling ambtelijke organisatie en instructie voor de secretaris 2016. De wijziging van de indeling van de ambtelijke organisatie omvatte eveneens het aanwijzen van programma- en projectleiders ter uitvoering van het streven meer opgaven gestuurd en resultaatgericht te werken.
De aanstelling van de directeur Organisatie en van de directeur Programma's en Projecten heeft een wijziging van het mandaatbesluit gedeputeerde staten 2015 noodzakelijk gemaakt. Dit heeft geresulteerd in het mandaatbesluit gedeputeerde staten 2016.
De wijziging van het mandaatbesluit gedeputeerde staten 2016 heeft met name betrekking op de toekenning van toereikende mandaten aan project- en programmaleiders, al dan niet in de hoedanigheid van budgethouder om opgaven gestuurd en resultaatgericht te kunnen werken.
Tevens zijn alle overige mandaten geactualiseerd aan gevolgen van nieuwe wet- en regelgeving en/of beleid.
Onderscheid mandaat, machtiging en volmacht
Bijna dagelijks moeten er allerlei beslissingen door gedeputeerde staten (hierna te noemen: gs) worden genomen. Het zou niet werkbaar zijn als die beslissingen steeds in de vergadering van gs moeten worden genomen. Daarom bestaat al sinds jaar en dag de mogelijkheid dat gs aan een ander de bevoegdheid toekennen om dit namens hen te doen. Er is dus sprake van vertegenwoordiging van het bestuursorgaan. Er zijn verschillende vormen van vertegenwoordiging (mandaat, machtiging en volmacht). Hieronder wordt uitleg gegeven over het onderscheid tussen de begrippen mandaat, machtiging en volmacht.
Mandaat
In de Algemene wet bestuursrecht is een algemene regeling opgenomen over mandaat, en wel in afdeling 10.1.1. In artikel 10.1 van deze Algemene wet bestuursrecht (Awb) wordt onder mandaat verstaan: de bevoegdheid om in naam van een bestuursorgaan (lees in casu: gs) besluiten te nemen. Met andere woorden: degene aan wie mandaat wordt verleend (= de gemandateerde) krijgt de bevoegdheid om een besluit te nemen dat geldt als een besluit van het bestuursorgaan dat het mandaat heeft verleend. De functionaris heeft dan 'mandaat' van gs. Het door de gemandateerde genomen besluit geldt dan ook als een besluit van het bestuursorgaan en heeft dezelfde juridische gevolgen als een door het bestuursorgaan zelf genomen besluit.
Mandaat heeft alleen betrekking op het nemen van besluiten in de zin van de Algemene wet bestuursrecht. In deze wet wordt onder besluit verstaan “een schriftelijke beslissing van een bestuursorgaan inhoudende een publiekrechtelijke rechtshandeling”. Het gaat hier om typische overheidsbeslissingen, zoals het verlenen van een vergunning of het nemen van een besluit op een subsidieaanvraag.
Het bestuursorgaan dat mandaat heeft verleend (= de mandaatgever) blijft volledig verantwoordelijk voor het besluit dat in mandaat is genomen.
Machtiging
Van machtiging is sprake bij het verrichten van feitelijke handelingen. Feitelijke handelingen zijn geen privaatrechtelijke handelingen of besluiten als bedoeld in artikel 1:3 van de Awb.
Feitelijke handelingen zijn bijvoorbeeld het geven van informatie of het voeren van het woord in een juridische procedure. De functionaris aan wie de machtiging is verleend noem je de 'gemachtigde'.
De schakelbepaling van artikel 10:12 van de Awb bepaalt dat de bepalingen in de Awb die betrekking hebben op mandaat (afdeling 10.1.1) tevens van toepassing zijn indien het bestuursorgaan aan een ander, werkzaam onder zijn verantwoordelijkheid, machtiging verleent tot het verrichten van handelingen die noch een besluit, noch een privaatrechtelijke rechtshandeling zijn. Soms wordt het begrip machtiging ook wel gebruikt als verzamelbegrip voor de verschillende vormen van vertegenwoordiging.
Volmacht
Volgens het Burgerlijk wetboek wordt onder volmacht verstaan: de bevoegdheid die een volmachtgever verleent aan een ander, de gevolmachtigde, om in zijn naam rechtshandelingen te verrichten (artikel 3:60 lid 1 Burgerlijk wetboek). Een door de gevolmachtigde "binnen de grenzen van zijn bevoegdheid in naam van de volmachtgever verrichte rechtshandeling treft in haar gevolgen de volmachtgever" (artikel 3:61 lid 1 Burgerlijk wetboek). Volmacht heeft altijd betrekking op privaatrechtelijke rechtshandelingen, zoals bijvoorbeeld het ondertekenen van een overeenkomst of convenant of het verrichten van betalingen. Evenals bij machtiging geldt dat de mandaatregeling van afdeling 10.1.1 van de Awb van overeenkomstige toepassing is wanneer een bestuursorgaan volmacht verleent.
Het aangaan van een overeenkomst
Het aangaan van een overeenkomst is een privaatrechtelijke rechtshandeling waarbij in de regel de provincie partij is. Het gaat daarbij om de provincie als privaatrechtelijke rechtspersoon en niet om gs of de commissaris van de Koning(hierna: cvdK) als bestuursorganen. Omdat de provincie als bestuursorgaan niet bestaat, zijn gs op grond van de Provinciewet bevoegd om te besluiten tot privaatrechtelijke rechtshandelingen (artikel 158, eerste lid sub e). gs zullen dus moeten besluiten om een bepaalde overeenkomst aan te willen gaan. Vervolgens is bepaald dat de cvdK de provincie in en buiten rechte vertegenwoordigt (artikel 176 Provinciewet). Dit houdt zowel formele procesvertegenwoordiging (in rechte) als vertegenwoordiging bij het verrichten van privaatrechtelijke rechtshandelingen (buiten rechte). De cvdK is daarom degene die de overeenkomst namens de provincie ondertekent.
Voor het aangaan van een overeenkomst is dus zowel een mandaat nodig van gs (voor het beslissen om een overeenkomst aan te gaan) als een volmacht van de cvdK om de overeenkomst te ondertekenen. De volmacht van de cvdK is geregeld in het 'mandaatbesluit cvdK 2017' met bijbehorend register.
Naast het contracteren inzake privaatrechtelijke bevoegdheden kan ook sprake zijn van het middels privaatrechtelijke overeenkomst vastleggen van afspraken inzake (het gebruik van) publiekrechtelijke bevoegdheden door het bestuursorgaan. In dat geval komt de bevoegdheid tot ondertekening van de bedoelde overeenkomst toe aan het bestuursorgaan. In de regel is dat het college van gedeputeerde staten. Als men een gedeputeerde wil aanwijzen die de ondertekening op zich neemt gebeurt dat via mandaat.
Uitgangspunten
Algemeen
In vervolg op het besluit van gedeputeerde staten d.d. 8 december 2015 tot wijziging van de topstructuur van de ambtelijke organisatie alsmede de daaropvolgende doorontwikkeling van de ambtelijke organisatie, is de Regeling ambtelijke organisatie en instructie voor de secretaris 2016, het mandaatbesluit gedeputeerde staten 2015 en de Regeling budgetbeheer Provincie Zeeland 2010 per 1 september 2016 gewijzigd. De wijzigingen houden verband met de aanstelling van de directeur Organisatie en van de directeur Programma's en Projecten, het aanwijzen van programma- en projectleiders ter uitvoering van het streven meer opgaven gestuurd en resultaatgericht te werken en het aanwijzen van functionarissen als budgethouder.
De Regeling ambtelijke organisatie en instructie voor de secretaris 2016 is de algemene 'kapstok' waarin het organisatorische uitgangspunt wordt uitgewerkt dat verantwoordelijkheden zo laag mogelijk in de organisatie worden neergelegd. In de regeling wordt in dat verband een link gelegd naar het mandaatbesluit van gedeputeerde staten en de regeling voor budgetbeheer (de budgethoudersregeling). Er is voorzien in een algemene vervangingsregeling voor leidinggevenden. Daarnaast geldt een specifieke vervangingsregeling voor de budgethouder. De grondslag voor het aanwijzen van budgethouders is de budgethoudersregeling. Toereikende mandaten voor deze functionarissen zijn vervolgens opgenomen in het mandaatbesluit gs.
Ten aanzien van programma- en projectleiders:
Programma- en projectleiders maken deel uit van de ambtelijke organisatiestructuur als beschreven in de Regeling ambtelijke organisatie en instructie voor de secretaris 2016. Aan functionarissen die de rol van programma- of projectleider vervullen komen specifieke bevoegdheden toe ter uitvoering van hun leidinggevende taken in het betreffende programma of project. Zij kunnen in dat kader tevens worden aangewezen als budgethouder als bedoeld in de Regeling aanwijzing budgethouders en budgetbeheer. Als budgethouder zijn zij bevoegd binnen de grenzen van het toegewezen budget en deze regeling al datgene te doen en te besluiten ter uitvoering van het programma of project op grond van het betreffende programma- of projectplan.
Programma- of projectleider is de formele aanduiding voor de leidinggevende functionaris van een programma of project. In artikel 1, van de Regeling ambtelijke organisatie en instructie voor de secretaris 2016, is een definitie opgenomen van programma en project. In de dagelijkse praktijk van de provinciale organisatie kan het voorkomen dat andere benamingen worden gebruikt, zoals die van opgavemanager. Een opgavemanager geldt naar de aard van zijn functie als programmaleider in de zin van de Regeling ambtelijke organisatie en instructie voor de secretaris 2016. Zo zijn er ook andere benamingen denkbaar die steeds moeten worden gekwalificeerd als programma- of projectleider. Het verdient de voorkeur de formele functiebenaming te hanteren, maar als dat onder de gegeven omstandigheden niet is gewenst, dan dient men zich te realiseren wat het formele kader is.
Om te beoordelen of een functionaris de rol van programma- of projectleider vervult wordt aangesloten bij de procedure uit het Handboek Projecten en Programma’s. Dit betekent dat bij de start van een project/programma een startnotitie wordt opgesteld. In die startnotitie wordt ingevuld wie programmaleider en/of projectleider is. De vaststelling van de startnotitie wordt gezien als ‘aanwijzingsbesluit’. Eventueel wordt aanvullend door de ambtelijke opdrachtgever nog een bevestiging van de aanwijzing naar de programma- of projectleider gestuurd.
In het najaar van 2016 is meer fundamenteel gekeken naar de gewenste reikwijdte van de bevoegdheden en verantwoordingsverplichtingen van de budgethouder en de mandaten die hiermee samenhangen, mede gelet op de introductie van de programma- en projectleider als budgethouder ter uitvoering van de ambitie meer opgave gestuurd te werken. Het vorenstaande heeft geleid tot aanpassing van het Mandaatbesluit gedeputeerde staten 2016 en de Regeling budgetbeheer Provincie Zeeland 2016 in:
'Mandaatbesluit gedeputeerde staten 2017 ' en 'Regeling aanwijzing budgethouders en budgetbeheer Provincie Zeeland 2017'
Het mandaatbesluit gs geeft een algemeen kader waarbinnen kan worden beoordeeld of een bevoegdheid namens gs kan worden uitgeoefend. In de bij dit besluit behorende bijlage (register gs) wordt concreet aangegeven om welke bevoegdheden het gaat. Of deze besluiten c.q. (rechts)handelingen inderdaad 'in mandaat' kunnen worden afgedaan, kan worden beoordeeld aan de hand van de in artikel 2 genoemde criteria.
Er wordt in het besluit en register geen onderscheid gemaakt tussen mandaten, volmachten en machtigingen, omdat dit voor de werkwijze geen consequenties heeft. Te meer ook omdat het merendeel van de bevoegdheden mandaten betreffen, hanteren we als verzamelnaam het begrip ‘mandaat’ maar wanneer wordt gesproken over mandaat zou het dus best kunnen zijn dat het in feite een volmacht (b.v. het doen van betalingen) of machtiging (b.v. het voeren van het woord in een juridische procedure; het verstrekken van informatie) betreft.
In de Regeling aanwijzing budgethouders en budgetbeheer Provincie Zeeland 2017 (de budgethoudersregeling) is een heroverweging gemaakt van de bevoegdheden en verantwoordelijkheden van de budgethouder ter zake van het voeren van een transparant en goed budgetbeheer.
Op grond van deze regeling kan een budgethouder zijn budget aanwenden om een (beleids)doelstelling te realiseren. Hij kan dan bijvoorbeeld een overeenkomst naar privaatrecht aangaan. Deze bevoegdheid om de provincie privaatrechtelijk te binden is echter niet onbeperkt. De budgethouder mag alleen een overeenkomst aangaan als het gaat om een werk, een levering of een dienst, nodig voor het realiseren van de (beleids)doelstelling waarvoor hij het budget heeft verkregen. De wijze waarop een dergelijke overeenkomst moet worden aangegaan is vastgelegd in het provinciale inkoop- en aanbestedingsbeleid. De budgethouder moet zich er steeds van vergewissen dan hij volgens de regels van dit inkoop- en aanbestedingsbeleid handelt, dat wil zeggen dat hij in ieder geval in de voorbereidingsfase het onderdeel Inkoop- en aanbesteding van de afdeling JIS/P&O betrekt. In artikel 3 van de budgethoudersregeling, over de reikwijdte van de bevoegdheden van de budgethouder, is voorts meer concreet geregeld wat de budgethouder moet doen als het gaat om het aangaan van een privaatrechtelijke overeenkomst, een rechtsgeldige ondertekening daarvan, de registratie en financiële afwikkeling. Nadrukkelijk wordt hier gewezen op de beperkte categorie van overeenkomsten die de budgethouder namens de provincie mag aangaan: die van werken, levering of diensten. Het is de budgethouder niet toegestaan overeenkomsten aan te gaan op het gebied van bijvoorbeeld de aan- en verkoop van vastgoed, huur- en verhuur, aankoop van gronden, samenwerkingsovereenkomsten of beheersovereenkomsten. Mocht het in het kader van de realisatie van de (beleids)doelstelling noodzakelijk zijn dat een overeenkomst wordt gesloten met betrekking tot een onderwerp dat buiten het bestek van zijn bevoegdheid valt en waarvan hierboven enkele voorbeelden zijn genoemd, dan dient de budgethouder zich te wenden tot de afdeling van de provinciale organisatie waar dat onderwerp thuishoort. Als het bijvoorbeeld over vastgoedovereenkomsten zou gaan dan is de afdeling P&R de afdeling waarbij de budgethouder zich moet voegen. In samenspraak met die afdeling moeten verdere stappen worden ondernomen.
Voor het voeren van een inkoop- en aanbestedingsprocedure hebben gs voorts bepaalde bevoegdheden gemandateerd aan diverse functionarissen, waaronder de afdelingshoofden, unithoofden en programma- en projectleiders. De budgethouder kan in zijn hoedanigheid van afdelingshoofd, unithoofd en/of programma- en projectleider bepaalde besluiten namens gs nemen inzake inkoop- en aanbesteding. Bijvoorbeeld het besluiten tot het voeren van een inkoop-/aanbestedingsprocedure met betrekking tot werken, leveringen en diensten.
De mandaten voor de budgethouder inclusief de op grond van de budgethoudersregeling geldende bevoegdheid tot het besluiten inzake het aangaan van een privaatrechtelijke overeenkomst tot levering, werk of dienst zijn opgenomen in Onderdeel I, Algemeen deel, onderdeel 'Aanbesteden werken, leveringen en diensten; Inkoopproces' van het mandaatbesluit gs. Het is vanuit praktisch oogpunt belangrijk dat in één register kenbaar is wie als budgethouder is aangemerkt en bevoegd is om de actie uit te voeren. Zie voor meer informatie onder het kopje inkoop en aanbesteding van de Toelichting op het Register.
De vervanging van budgethouders wordt geregeld in artikel 15 van de Regeling ambtelijke organisatie en instructie voor de secretaris 2016.
De wettelijke grondslag voor de budgethouder om in mandaat voor bepaalde activiteiten binnen een (beleids)doelstelling overeenkomsten naar privaatrecht aan te gaan is artikel 158, eerste lid sub e Provinciewet. De bevoegdheid tot ondertekening van privaatrechtelijke overeenkomsten waarbij de provincie Zeeland partij is, is wettelijk toegekend aan de cvdK, die op zijn beurt toestemming heeft gegeven aan één of meerdere provinciale functionaris(sen) om dit namens hem te doen. Dit laatste is mogelijk op grond van artikel 176, tweede lid Provinciewet. Juridisch gezien is dit geen mandatering maar verleent de cvdK volmacht aan een functionaris. De aanvulling van deze ondertekeningsvolmachten dient te worden geregeld in het mandaatbesluit en –register van de cvdK. Dit laat onverlet dat de bevoegdheid tot ondertekening van overeenkomsten over het gebruik van publiekrechtelijke bevoegdheden aan het bestuursorgaan toekomt. In de regel is dat het college van gedeputeerde staten. Als men een gedeputeerde wil aanwijzen die de ondertekening op zich neemt gebeurt dat via mandaat.
2. ARTIKELSGEWIJZE TOELICHTING
Artikel 1. Verlenen mandaat
Uitgangspunten mandaatbesluit gs en –register
- 1.
Uitgangspunt is het toekennen van meervoudig mandaat. (=de bevoegdheid komt aan meerdere functionarissen toe). Mandaten worden verleend aan de secretaris/algemeen directeur, de directeur Organisatie, de directeur Programma's en Projecten, de afdelingshoofden en unithoofden. De eerste functionaris is de secretaris/algemeen directeur, de tweede de directeuren (directeur Organisatie en directeur Programma's en Projecten) en de derde de functionaris in de organisatie die daadwerkelijk in de dagelijkse praktijk van die bevoegdheid gebruik maakt: afdelingshoofd, unithoofd en in sommige gevallen programma-/projectleider in de hoedanigheid van budgethouder of een (senior-)beleidsmedewerker.
Uitzondering:
- -
een aantal mandaten is uitsluitend aan de directeur Organisatie toegekend:
- •
besluitvorming omtrent het opleggen van een last onder dwangsom in spoedeisende gevallen.
- •
aanwijzen van toezichthouders welke zijn belast met het houden van toezicht op de naleving van het bepaalde bij of krachtens de wettelijke voorschriften.
Daarnaast behoudt de secretaris/algemeen directeur conform de algemene uitgangspunten ter zake van mandatering zijn bevoegdheden (vangnetfunctie).
t.a.v. mandaten inzake personeelsaangelegenheden:
- •
een aantal bevoegdheden is enkel aan de directeur Organisatie toegekend. Dit betreffen bevoegdheden die nu nog uitsluitend aan de secretaris/algemeen directeur zijn gemandateerd. (bijvoorbeeld: besluiten inzake aanstellingen en inzake bezoldiging), en die in lijn zijn met de aard van de functie van de directeur Organisatie.
- •
de bevoegdheden ter zake van het nemen van orde- en strafmaatregelen op grond van de CAP blijven vanwege het bijzondere karakter daarvan berusten bij de secretaris/algemeen directeur.
Daarnaast behoudt de secretaris/algemeen directeur conform de algemene uitgangspunten ter zake van mandatering zijn bevoegdheden (vangnetfunctie).
Voor de onderlinge vervanging van functionarissen is van toepassing de algemene vervangingsregeling van artikel 14, en de specifieke vervangingsregeling voor de budgethouder van artikel 15 van Regeling ambtelijke organisatie en instructie voor de secretaris 2016.
Ondermandaat is niet toegestaan, enkel in uitzonderlijke gevallen
Artikel 2. Beperking
Naast de wettelijke beperking die artikel 10:3 van de Algemene wet bestuursrecht aangeeft somt dit artikel criteria op waardoor het voor de gemandateerde mogelijk wordt om te beoordelen of hij een bevoegdheid c.q. beslissing in mandaat kan uitoefenen en/of nemen.
Mandaat kan enkel worden verleend indien het gevallen betreft die routinematig (waarvan onomstotelijk vaststaat dat zij passen binnen het vastgestelde beleid), administratief, procedureel of formeel van aard zijn. Bij zaken die het routinematig karakter te boven gaan valt te denken aan gevallen waarin het besluit leidt tot afwijking of aanvulling van het vastgestelde beleid, en/of er precedentwerking te verwachten is, of indien een besluit betrekking heeft op zaken die politiek of bestuurlijk gevoelig liggen. Van dit laatste is bijvoorbeeld sprake wanneer redelijkerwijs te verwachten is dat een gedeputeerde door de pers aangesproken kan worden over een genomen beslissing. Bij twijfel overlegt de gemandateerde met de portefeuillehouder(s).
In ieder geval kan een bevoegdheid niet worden verleend indien het een besluit betreft dat genomen moet worden nadat in een voorbereidingsprocedure is gebleken dat tegen het ontwerp besluit bedenkingen, zienswijzen of bezwaren zijn ingediend óf waarbij wordt afgeweken van adviezen. Bij twijfel of een te nemen besluit valt onder deze uitzondering dient de gemandateerde te overleggen met de portefeuillehouder(s).
Artikel 3. Inlichtingen en verantwoording
Omdat gs, ook al hebben zij mandaat verleend, verantwoordelijk blijven voor de 'in mandaat' genomen beslissing is het van belang dat zij op de hoogte worden gesteld van die beslissingen of handelingen waarvan kennisneming door hen van belang is.
Artikel 4. Ondertekening
In dit artikel wordt concreet aangeven hoe de ondertekening plaats dient te vinden. In het onderhavige mandaatbesluit en –register wordt er wanneer mandaat aan een ambtelijk functionaris wordt verleend, vanuit gegaan dat die zowel het besluit neemt als ondertekent. Het besluit en register gaan derhalve uit van zgn. 'afdoeningsmandaten'. Kenbaarheid speelt hierbij een rol, dat wil zeggen dat naar buiten toe duidelijk is wie de beslissing 'in mandaat' heeft genomen.
3. TOELICHTING REGISTER
De algemene mandaten zijn vastgelegd in een register. In bijzondere gevallen kunnen gs (buiten het register om) besluiten om een mandaat te verlenen. Dit dient dan plaats te vinden in een afzonderlijk gs-besluit.
Zoals hiervoor reeds aangehaald is het uitgangspunt bij het nieuwe besluit en –register dat meervoudig mandaat wordt verleend. Dit heeft tot gevolg dat de bevoegdheid aan meerdere functionarissen toekomt. In de praktijk houdt dit in dat primair de functionaris in de organisatie die daadwerkelijk in de dagelijkse praktijk van die bevoegdheid gebruik maakt (dus afdelingshoofd, unithoofd etc.) gebruik maakt van het mandaat. De twee directeuren, voor zover het bevoegdheden betreft die tot hun taakveld behoren, en de secretaris/algemeen directeur geven in tweede instantie uitvoering aan de mandaten. Zij kunnen altijd als vangnet dienen. Let op: Een aantal mandaten zijn uitsluitend aan de directeur Organisatie en aan de secretaris/algemeen directeur toegekend.
Het register bestaat uit een algemeen deel en mandaten per afdeling.
Hoofdstuk algemeen
In een algemeen hoofdstuk zijn de bevoegdheden van algemene aard ondergebracht die in mandaat door functionarissen uit de gehele organisatie kunnen worden uitgeoefend. Dit verbetert de toegankelijkheid en leesbaarheid van het register. Als voorbeeld van de hierin opgenomen onderwerpen kan worden genoemd:
- •
Awb-mandaten, inclusief procesvertegenwoordiging
- •
Mandaten op grond van de Wet openbaarheid van bestuur
- •
Aanbestedingen en inkoop
Diverse stappen in het inkoopproces die leiden tot besluitvorming omtrent het voeren van een inkoop-/aanbestedingsprocedure zijn gemandateerd aan de budgethouder in de hoedanigheid van afdelingshoofd, unithoofd (enkele mandaten zijn gekoppeld aan grensbedrag van € 50.000,-) en/of programma- en/of projectleider. De secretaris/algemeen directeur, de directeur Organisatie en de Directeur programma's en projecten fungeren als vangnet.
Het formeel besluiten tot het voeren van een inkoop/aanbestedingsprocedure (enkelvoudig, meervoudig, nationale en Europese procedures) mag in mandaat worden genomen indien aan de onderstaande voorwaarden is voldaan:
- -
budget is beschikbaar gesteld
- -
passend binnen de doeleinden waartoe het budget is toegewezen
- -
passend binnen/conform vastgesteld globaal bestedingsplan, dan wel jaarlijks vastgestelde ramingen, uitgesplitst per onderwerp.
- -
afgestemd met inkoop- en aanbesteding en/of afdeling Financien
Voor een aantal besluiten zoals bijvoorbeeld het afwijken van de algemene inkoopvoorwaarden is vooraf een (juridisch) advies van de afdeling JIS nodig (Inkoop- en aanbesteding). Dit is van belang om de juridische kwaliteit van het afwijkingsbesluit te waarborgen.
Het besluiten tot het verlenen van een opdracht dan wel een privaatrechtelijke overeenkomst, voortvloeiende uit het besluit tot het voeren van een inkoop/aanbestedingsprocedure is niet ongelimiteerd, maar mag enkel worden uitgeoefend indien aan onderstaande criteria is voldaan:
- -
budget is beschikbaar gesteld;
- -
passend binnen de doeleinden waartoe het budget is toegewezen;
- -
passend binnen/conform vastgesteld globaal bestedingsplan, dan wel jaarlijks vastgestelde ramingen, uitgesplitst per onderwerp.
- -
na afstemming en zo nodig advies JIS (Inkoop- en aanbesteding) en Financiën wat betreft overeenstemming met provinciaal inkoop- en aanbestedingsbeleid en het relevante wettelijk kader.
heffen van leges
In het mandaatregister is het mandaatbesluit van de heffingsambtenaar tot het heffen van leges opgenomen in het algemeen deel van onderdeel I van het mandaatregister. Hoewel het hier formeel geen mandaat van gs betreft maar een mandaat van de door gs ingevolge de Provinciewet aangewezen heffingsambtenaar (het afdelingshoofd Financiën), is de strekking van het aanwijzingsbesluit uit praktische overwegingen ook in het mandaatregister vermeld. Het heffen van leges wordt door de heffingsambtenaar toegekend aan de secretaris/algemeen directeur, de directeur Organisatie, de directeur Programma's en Projecten, de afdelingshoofden en unithoofden.
Hoofdstuk afdeling P&O
Hierin zijn alle mandaten inzake personele aangelegenheden opgenomen.
Naast de bestaande mandaten op grond van de CAP zijn voor zover mogelijk en gewenst enkele rechtspositionele regelingen (lokale regelingen en regelingen waarover in het SPA overeenstemming is bereikt) gemandateerd. Mandatering vindt plaats aan de directeur Programma's en projecten, de directeur Organisatie, het afdelingshoofd P&O en aan de afdelingshoofden afzonderlijk. De directeuren oefenen de mandaten voornamelijk uit jegens de onder hun aansturing staande afdelingshoofden.
Hoofdstuk Programma’s en projecten
Ten behoeve van de uitvoering van programma’s en projecten is een afzonderlijk onderdeel opgenomen met specifieke bevoegdheden voor programma- en projectleiders die zij in mandaat kunnen uitoefenen. Programma- en projectleiders die tevens budgethouder zijn hebben daarnaast nog een aantal algemene bevoegdheden die zij in mandaat uit kunnen oefenen. Deze bevoegdheden zijn opgenomen in het Algemeen deel van het mandaatregister (bijvoorbeeld afhandeling Wob-verzoeken, mandaten op gebied van inkoop en aanbesteding).
De Directeur Programma’s en projecten en de Secretaris/Algemeen Directeur fungeren als vangnet.
Tot slot een praktisch 'stappenplan':
Stap 1
Kijk in het mandaatregister onder het hoofdstuk “algemeen” of het hoofdstuk van je eigen afdeling.
Kijk in de kolom “omschrijving bevoegdheid” en kijk of het besluit of de (rechts)handeling die je wilt (laten) nemen of verrichten of wordt genoemd.
Er zijn twee mogelijkheden:
- 1.
De bevoegdheid wordt niet genoemd. Dit betekent dat je je tot gs dient te richten om toestemming tot het namens hen mogen uitoefenen van de bevoegdheid. Het mandaatbesluit en -register is dan niet meer van toepassing.
- 2.
De bevoegdheid wordt wel genoemd. Ga dan naar stap 2.
Stap 2
Kijk in de kolom “namens gs uitgeoefend door”. Hier staan de functionaris(sen) genoemd die de bevoegdheid mogen uitoefenen. Vaak is dat het nemen van een besluit. Deze functionarissen mogen tevens ondertekenen. Naast de daarin genoemde functionaris(sen) is altijd de betreffende directeur of de secretaris/algemeen directeur bevoegd tenzij het een uitzondering betreft. (zie hiervoor onder: ARTIKELSGEWIJZE TOELICHTING, Artikel 1. Verlenen mandaat).
Bij ontstentenis of afwezigheid van de desbetreffende functionaris: raadpleeg de vervangingsregeling uit de artikelen 14 en 15 van de Regeling ambtelijke organisatie en instructie voor de secretaris 2016.
Stap 3
* Stel een conceptbesluit/brief op en maak gebruik van het model uit I-writer.
* Zorg voor een juiste ondertekening.
Bijlage bij onderdeel 'ARTIKELSGEWIJZE TOELICHTING, artikel 1' van de Toelichting
Regeling ambtelijke organisatie en instructie voor de secretaris 2016
Artikel 14 Algemene vervangingsregeling
- 1.
Bij afwezigheid of ontstentenis van de secretaris/algemeen directeur geldt de directeur Programma's en projecten als 1ste waarnemend secretaris/algemeen directeur, en geldt de directeur Organisatie als 2de waarnemend secretaris/algemeen directeur.
- 2.
Bij afwezigheid of ontstentenis van de directeur Programma's en projecten geldt als 1ste waarnemend directeur Programma's en projecten de secretaris/algemeen directeur en als 2de waarnemend directeur Programma's en projecten, de directeur Organisatie.
- 3.
Bij afwezigheid of ontstentenis van de directeur Organisatie geldt als 1ste waarnemend directeur Organisatie de secretaris/algemeen directeur en als 2de waarnemend directeur Organisatie de directeur Programma's en projecten.
- 4.
Een programma- of projectleider wordt bij afwezigheid of ontstentenis vervangen door een andere programma- of projectleider binnen de betreffende lopende programma's of projecten.
- 5.
In de vervanging van een afdelingshoofd bij afwezigheid of ontstentenis is voorzien door horizontale vervanging door een ander afdelingshoofd.
- 6.
In de vervanging van een unithoofd bij afwezigheid of ontstentenis is voorzien door vervanging door een afdelingshoofd.
Artikel 15 Vervangingsregeling budgethouder
Bij afwezigheid of ontstentenis van een budgethouder die deze bevoegdheid uitoefent in de functie van secretaris/algemeen directeur, directeur Programma's en projecten, directeur Organisatie, programma- of projectleider, afdelingshoofd of unithoofd, vindt vervanging plaats analoog aan het bepaalde in artikel 14.