Organisatie | Oegstgeest |
---|---|
Organisatietype | Gemeente |
Officiële naam regeling | Besluit van het college van burgemeester en wethouders van de gemeente Oegstgeest houdende regels omtrent het fietsenplan voor medewerkers van de gemeente Regeling fietsenplan gemeente Oegstgeest |
Citeertitel | Regeling fietsenplan gemeente Oegstgeest |
Vastgesteld door | college van burgemeester en wethouders |
Onderwerp | bestuur en recht |
Eigen onderwerp |
Deze regeling is reeds bekendgemaakt in het gemeenteblad van 4 november 2016. Omdat de regeling nog niet was opgenomen in het regelingenbestand op overheid.nl, is deze opnieuw bekendgemaakt.
artikel 160, eerste lid, van de Gemeentewet
Datum inwerkingtreding | Terugwerkende kracht tot en met | Datum uitwerkingtreding | Betreft | Datum ondertekening Bron bekendmaking | Kenmerk voorstel |
---|---|---|---|---|---|
05-11-2016 | 01-01-2016 | 01-01-2017 | nieuwe regeling | 18-10-2016 |
Burgemeester en wethouders van de Gemeente Oegstgeest;
Gelet op artikel 160, eerste lid, sub c, van de Gemeentewet;
Gelet op de bereikte overeenstemming in het Georganiseerd Overleg;
Gelet op het bepaalde in Hoofdstuk 3 van de Collectieve Arbeidsvoorwaardenregeling (CAR) voor de sector gemeenten;
vast te stellen de navolgende Regeling fietsenplan gemeente Oegstgeest.
1. Relatie met CAR/overige regelingen
De rechtspositionele grondslag voor de regeling wordt gevonden in de bepalingen in artikel 4a:3 1e en 2e lid van de CAR/UWO.
De bij de gemeente aangestelde medewerkers waarvoor de gemeente optreedt als inhoudingsplichtige voor de loonbelasting.
Bieden van gunstige secundaire arbeidsvoorwaarden voor huidige en toekomstige medewerkers.
Bevordering gebruik milieuvriendelijk vervoer ten behoeve van woon-werkverkeer en dienstreizen.
Een medewerker die in het kader van deze regeling een fiets wenst aan te schaffen, dient met betrekking tot het eigen gebruik en het gebruik maken ten behoeve van het woon – werkverkeer, een eigen verklaring in te vullen; indien de Belastingdienst zich bij een controle op het standpunt mocht stellen dat het zakelijk gebruik niet, of niet voldoende aannemelijk is, is de gemeente gerechtigd om de daaruit voortvloeiende kosten op de medewerker te verhalen.
Medewerkers die van de regeling gebruik maken, dienen zich er van bewust te zijn dat hun bruto salaris tijdelijk wordt verlaagd en daarmee dus ook hun aanspraken op vakantiegeld, eindejaarsuitkering en in voorkomende gevallen de hoogte van een uitkering als ambtsjubileumgratificatie. Deze verlaging kan gevolgen hebben voor de pensioenverzekering, en voor een ww/wachtgeld- of arbeidsongeschiktheidsuitkering, indien zulks tijdens de periode van aflossing aan de orde zou zijn; in dat kader aanvaardt de gemeente geen enkele aansprakelijkheid; medewerkers worden daaromtrent geïnformeerd en zij dienen te verklaren dat zij van een en ander op de hoogte zijn gesteld.
Voor medewerkers die gebruikmaken van de Regeling Fietsenplan geldt dat zij mogelijk eveneens rechthebbende zijn voor een vergoeding op grond van de regeling reiskosten woon-werkverkeer (zie verder aldaar).