Ziet u een fout in deze regeling? Meld het ons op regelgeving@overheid.nl!
Meierijstad

Verordening Gemeentelijk Minimabeleid Meierijstad 2017

Wetstechnische informatie

Gegevens van de regeling
OrganisatieMeierijstad
OrganisatietypeGemeente
Officiële naam regelingVerordening Gemeentelijk Minimabeleid Meierijstad 2017
Citeertitel
Vastgesteld doorgemeenteraad
Onderwerpmaatschappelijke zorg en welzijn
Eigen onderwerp
Externe bijlageToelichting Verordening Gemeentelijk Minimabeleid

Opmerkingen met betrekking tot de regeling

Geen

Wettelijke grondslag(en) of bevoegdheid waarop de regeling is gebaseerd

  1. art. 147 Gemw
  2. art. 149 Gemw
Overzicht van in de tekst verwerkte wijzigingen

Datum inwerkingtreding

Terugwerkende kracht tot en met

Datum uitwerkingtreding

Betreft

Datum ondertekening

Bron bekendmaking

Kenmerk voorstel

24-01-201701-01-2017nieuwe regeling

02-01-2017

gmb-2017-10363

Tekst van de regeling

Intitulé

Verordening Gemeentelijk Minimabeleid Meierijstad 2017

De raad van de gemeente Meierijstad

 

gelezen het voorstel van de Stuurgroep fusie Meierijstad;

 

gelet op artikel 147 en 149 van de Gemeentewet

 

b e s l u i t :

vast te stellen de volgende:

Verordening Gemeentelijk Minimabeleid 2017

 

Artikel 1. Begrippen

  • 1.

    Alle begrippen die in deze verordening worden gebruikt en die niet nader worden omschreven hebben dezelfde betekenis als in de Participatiewet, de Algemene wet bestuursrecht (Awb) of de Gemeentewet.

  • 2.

    In deze verordening wordt verstaan onder:

    • a.

      aanvrager: de inwoner van 18 jaar of ouder die ten behoeve van zichzelf en zijn/haar gezinsleden en ten laste komende kinderen een bijdrage in de uitgaven/kosten op grond van deze verordening verzoekt;

    • b.

      wet: de Participatiewet;

    • c.

      college: het college van burgemeester en wethouders.

Artikel 2. Doelstelling

Deze verordening heeft tot doel aan inwoners die een inkomen hebben tot maximaal 120% van de voor hen toepasselijke bijstandsnorm een bijdrage te verstrekken voor sociaal-culturele, educatieve, sportieve en maatschappelijke activiteiten, voor henzelf en hun eventuele kinderen om zodoende de participatie aan de samenleving te bevorderen..

Artikel 3. Doelgroep

Om voor een bijdrage in aanmerking te komen moet de aanvrager op de dag van de aanvraag:

a. ingeschreven staan in de Basisregistratie personen (BRP) van de gemeente, en

b. gedurende twaalf maanden een inkomen hebben gehad dat gelijk is aan of minder dan 120% van de voor hen toepasselijke bijstandsnorm zoals bedoeld in Hoofdstuk 3, paragraaf 3.2. van de wet, en

c. een bedrag aan vermogen hebben dat ligt beneden de vermogensgrens als bedoeld in artikel 34 van de wet.

Artikel 4. De bijdrage

Door het college kan een bijdrage worden verleend aan een aanvrager die kosten maakt in verband met sociaal-culturele, educatieve, sportieve en maatschappelijke activiteiten zoals bijvoorbeeld:

- Abonnementen en (seizoen)kaartjes voor bijv.: zwembaden, schouwburg, bioscoop, bibliotheek, musea, kunstuitleen

- Contributies voor sport-, zang, ouderen- en buurtverenigingen, jeugd- en jongerenwerk, politieke partijen en vakbonden, hobbyclub en kosten sportattributen

- Cursusgeld voor her, om- en bijscholing, volwasseneneducatie, kunstzinnige vorming, club- en buurthuisactiviteiten, emancipatie- activiteiten en ouderbijdragen

- Eenmalige activiteiten voor schoolreisjes en kampen, werkweken, excursies, uitstapjes zoals bezoek aan dierentuin en pretpark

- Kosten van het bezoeken van de peuterspeelzaal

Artikel 5. Hoogte bijdrage

De bijdrage op grond van deze verordening bedraagt € 255,- per ten laste komend kind en € 187,- per persoon voor de aanvrager en zijn/haar overige gezinsleden.

Artikel 6. De aanvraag

a. De aanvraag om een bijdrage moet worden ingediend op een daartoe bestemd aanvraagformulier, onder overlegging van de benodigde bewijsstukken, en kan, indien dit naar het oordeel van het college doelmatiger is, ambtshalve worden opgemaakt of op een hiervoor door het college vastgestelde werkwijze.

b. Het college kan nadere regels geven ten aanzien van de wijze van controle van de voor de aanvraag benodigde bewijsstukken en de door de aanvrager gemaakte kosten.

Artikel 7. Aanpassing bedragen

De bedragen worden jaarlijks geïndexeerd overeenkomstig de ontwikkelingen van de consumentenprijsindex volgens het Centraal Bureau voor de Statistiek. De bedragen worden naar boven afgerond op hele euro’s.

Artikel 8. Bijzondere situaties

In bijzondere situaties kan het college afwijken van het bepaalde in deze verordening.

Artikel 9. Inwerkingtreding en citeertitel

  • 1.

    Deze verordening treedt in werking op de eerste dag na die van de bekendmaking en werkt terug tot en met 1 januari 2017

  • 2.

    Deze verordening wordt aangehaald als: Verordening Gemeentelijk Minimabeleid Meierijstad 2017.

  • 3.

    De Verordening Gemeentelijk Minimabeleid 2015 vastgesteld in de vergadering van 17 december 2015 wordt ingetrokken op de dag van inwerkingtreding als bedoeld in het eerste lid.

 

 

Aldus besloten in zijn openbare vergadering van 2 januari 2017.

De raad voornoemd,

De griffier, De voorzitter,

A.F.J. Franken M.A. Fränzel