Organisatie | Groningen |
---|---|
Organisatietype | Provincie |
Officiële naam regeling | Beleidsregels van Gedeputeerde Staten van de provincie Groningen houdende uitvoering innovatieagenda Beleidsregel Budget Ontwikkeling Innovatie Bibliotheekvoorziening |
Citeertitel | Beleidsregel Budget Ontwikkeling Innovatie Bibliotheekvoorziening |
Vastgesteld door | gedeputeerde staten |
Onderwerp | bestuur en recht |
Eigen onderwerp |
Deze beleidsregel en treedt in werking vanaf 1 januari 2017 tot en met 31 december 2020.
Onbekend
Datum inwerkingtreding | Terugwerkende kracht tot en met | Datum uitwerkingtreding | Betreft | Datum ondertekening Bron bekendmaking | Kenmerk voorstel |
---|---|---|---|---|---|
01-01-2017 | 13-12-2017 | nieuwe regeling | 20-12-2016 | 665909 |
Gedeputeerde Staten van Groningen maken bekend dat in hun vergadering van 20 december 2016, nr A.19, afdeling ECP, zaaknummer 665909, is vastgesteld de Beleidsregel Budget Ontwikkeling Innovatie Bibliotheekvoorziening.
Gedeputeerde Staten der provincie Groningen
Gelet op het uitvoeringsprogramma cultuur 2017-2020.
Besluiten vast te stellen hetgeen volgt:
BELEIDSREGEL BUDGET ONTWIKKELING INNOVATIE BIBLIOTHEEKVOORZIENING
Dit budget is één van de instrumenten in het Uitvoeringsprogramma Cultuur 2017-2020, vastgesteld door Gedeputeerde Staten in de vergadering van 12 juli 2016. Hiermee wordt uitvoering gegeven aan het cultuurbeleid voor de periode 2017-2020 en de strategische lijnen.
Vernieuwing en maatschappelijke relevantie staan hoog op de agenda van de bibliotheek. De bibliotheek zoekt naar nieuwe positionering. Dit wordt veroorzaakt door meerdere factoren en ontwikkelingen. Vanuit haar publieke waarden (onafhankelijkheid, betrouwbaarheid, toegankelijkheid, pluriformiteit en authenticiteit) wil de bibliotheek zich herpositioneren en onderscheiden als een laagdrempelig centrum van lezen in relatie tot informatie, ontwikkeling en participatie.
Op 1 januari 2015 is de Wet stelsel openbare bibliotheekvoorzieningen (Wsob) in werking getreden. Daarin zijn de uitgangspunten van netwerkverantwoordelijkheid van het rijk, de provincies en de gemeenten opgenomen. De provincies stellen middelen beschikbaar voor o.a. ontwikkeling van innovaties ten behoeve van de lokale bibliotheken (in overeenstemming met de Koninklijke Bibliotheek in verband met haar coördinerende taak).
Voor de realisatie hiervan stellen wij een Budget Ontwikkeling Innovatie Bibliotheekvoorziening (BOIB) beschikbaar. Dit budget staat open voor subsidieaanvragen. Voor de inzet en besteding ervan nemen wij de Landelijke Innovatieagenda als leidraad.
Op de te verstrekken subsidies is de Kaderverordening subsidies provincie Groningen 1998 van toepassing. In artikel 8 van deze verordening staat dat Gedeputeerde Staten bevoegd zijn om te besluiten op aanvragen tot verstrekking van subsidies. Deze bepaling brengt met zich mee dat Gedeputeerde Staten bevoegd zijn tot het stellen van regels over de uitoefening van deze bevoegdheid. Dit budget betreft dergelijke regels en heeft de status van beleidsregel in de zin van artikel 1:3, vierde lid, Algemene wet bestuursrecht.
Gezamenlijke innovatieagenda netwerk openbare bibliotheekvoorzieningen, Leidraad voor gezamenlijke innovatie in de periode 2016-2018
In verband met de nauwe relatie tussen de taken op landelijk niveau, de provinciale en gemeentelijke taken op het terrein van innovatie voor de lokale bibliotheekvoorziening, is er in gezamenlijkheid een landelijke innovatieagenda opgesteld voor het netwerk bibliotheekvoorzieningen, onder regie van de Koninklijke Bibliotheek (KB). Deze heeft betrekking op de periode t/m 2018. In deze landelijke agenda is opgenomen dat de provincies een belangrijke rol spelen voor de financiering van de ontwikkeling van innovatie.
Door deze landelijke innovatieagenda kunnen successen en lessen op het terrein van vernieuwing worden gedeeld. Er is ruimte voor experimenteren, voor ontwikkeling en samenvoeging van vernieuwende diensten of producten, voor borging en hergebruik van resultaten.
In deze beleidsregel zetten wij uiteen welke activiteiten voor subsidie in aanmerking komen en aan welke vereisten en verplichtingen moet worden voldaan.
Doelstelling en subsidiabele activiteiten
Subsidie kan worden verstrekt voor projecten die bijdragen aan de volgende doelen:
De ontwikkeling van innovatie ten behoeve van de lokale bibliotheken in de transitie naar de toekomstbestendige bibliotheek, zowel inhoudelijk als organisatorisch. Voorbeelden hiervan zijn onder meer terug te vinden in de landelijke innovatieagenda:
Op grond van de drie fasen van innovatie die zijn onderscheiden, kan ‘ontwikkeling van innovaties’ worden gedefinieerd als: het ondersteunen van het proces van ideevorming (fase 1), het ondersteunen van experimenten (fase 2) en het bevorderen van de implementatie van innovaties bij lokale bibliotheken (fase 3).
Om voor subsidie in aanmerking te komen, wordt voldaan aan de volgende vereisten:
Indien er sprake is van een andere aanvrager dan de provinciale ondersteuningsinstelling (poi) Biblionet Groningen, dan geldt het vereiste dat er intensief wordt samengewerkt met Biblionet. De reden hiervoor is om te garanderen dat projecten op een adequate manier onderdeel zijn van het bestaande netwerk en collecties van bibliotheken in Groningen en daarmee aansluiten op de Wsob. Deze samenwerking en de inbedding in het netwerk (Wsob) wordt concreet aangetoond in het projectplan.
In de aanvraag wordt de monitoring op de effecten van het project inzichtelijk uitgewerkt en worden er meetinstrumenten/indicatoren daarvoor in het projectplan opgenomen. Dit heeft als doel om op basis hiervan informatie te verzamelen en inzicht te verschaffen ten behoeve van kennisdeling alsmede een mogelijke doorontwikkeling / overdracht van het project. Dit heeft betrekking op regionaal en landelijk niveau. Hierover vindt ook afstemming plaats met de KB, die een erkenningstraject ontwikkelt voor de toekenning van een status per project (de mate waarom het project bewezen effectief en uitvoerbaar is).
Verplichtingen van de subsidieontvanger
De uitvoering van het project is gereed binnen twee jaar na start van het project. Verlenging van deze termijn is slechts mogelijk indien vooraf een schriftelijk verzoek wordt ingediend met een toelichting over de voortgang van de activiteit en de reden van de opgelopen vertraging en de verwachte duur van de vertraging. De verlenging bedraagt maximaal één jaar.
Bij de eindverantwoording van het project is de Beleidsregel uitvoering Rijkssubsidiekader (RSK) van toepassing. Bij een subsidie vanaf € 125.000 is financiële verantwoording verplicht, inclusief een verklaring van getrouwheid die is opgesteld door een accountant als bedoeld in artikel 393, eerste lid, van Boek 2 van het Burgerlijk Wetboek. Mocht het een aanvraag betreffen van Biblionet Groningen, dan kan deze eindverantwoording opgenomen worden in het/de Jaarverslag/-rekening, maar wel separaat verantwoord.
Kosten voor zover noodzakelijk en adequaat in relatie tot het doel van de subsidie komen voor een subsidie in aanmerking.
In afwijking van het onderdeel 'Subsidiabele kosten' komen de volgende kosten in ieder geval niet voor subsidie in aanmerking:
Looptijd beleidsregel en subsidieplafond
De beleidsregel wordt gepubliceerd in het Provinciaal Blad en treedt in werking vanaf 1 januari 2017 tot en met 31 december 2020. Gedurende de looptijd van deze 4 jaren (2017-2020) is er per jaar een budget beschikbaar van € 300.000. Mocht dit tussentijds wijzigen, dan zal deze wijziging na vaststelling door Gedeputeerde Staten worden gepubliceerd in het Provinciaal Blad.
Subsidie wordt verdeeld op volgorde van binnenkomst van de subsidieaanvragen. Indien een subsidieaanvraag nog niet volledig is, geldt voor het bepalen van de onderlinge rangschikking voor de verdeling van de subsidie de dag waarop de subsidieaanvraag volledig is als datum van binnenkomst.
Dreigt het subsidieplafond op enige dag te worden overschreden, dan vindt rangschikking van de op die dag binnengekomen volledige subsidieaanvragen plaats door middel van loting.
Gedeputeerde Staten winnen ter voorbereiding van een besluit tot subsidieverlening advies in van de Koninklijke Bibliotheek.
De hoogte van de subsidie bedraagt maximaal 100% van de subsidiabele kosten. Er wordt uitsluitend subsidie verstrekt indien de hoogte van de subsidie ten minste € 50.000 bedraagt.
In afwijking van het bovenstaande bedraagt de hoogte van de subsidie voor projecten die betrekking hebben op de onder B genoemde activiteiten (implementatie van innovatieprojecten en de projecten breder dan cultureel), waaraan gemeenten bijdragen, maximaal 40% van de subsidiabele kosten. Er wordt uitsluitend subsidie verstrekt voor deze activiteiten indien de hoogte van de subsidie ten minste € 25.000 bedraagt.