Organisatie | Hoogeveen |
---|---|
Organisatietype | Gemeente |
Officiële naam regeling | Beleidsregels evenementenvergunningen |
Citeertitel | Beleidsregels evenementenvergunningen |
Vastgesteld door | college van burgemeester en wethouders |
Onderwerp | openbare orde en veiligheid |
Eigen onderwerp | Openbare orde, zedelijkheid, gezondheid, veiligheid, volkshuisvesting en milieu |
Geen
N.v.t.
Datum inwerkingtreding | Terugwerkende kracht tot en met | Datum uitwerkingtreding | Betreft | Datum ondertekening Bron bekendmaking | Kenmerk voorstel |
---|---|---|---|---|---|
12-04-2018 | 21-05-2021 | Toevoegen artikel 11a en artikel 11b | 27-03-2018 | ||
01-05-2013 | 12-04-2018 | Nieuwe regeling | 15-04-2013 | BBV00726 |
Het college van burgemeester en wethouders onderscheidenlijk de burgemeester, ieder voor zover het zijn bevoegdheden betreft,
Gelet op artikel 22 en 39 van de Algemene plaatselijke verordening (APV)
- Het belangrijk is om het gebruik van het openbaar gebied voor evenementen te ordenen;
- Het bieden van rechtszekerheid wenselijk is .
Een vergunning moet minimaal acht weken van tevoren worden aangevraagd. Indien een aanvraag meer dan zes maanden voor een evenement wordt ingediend, dan houdt de burgemeester de aanvraag aan tot zes maanden voor het geplande evenement, om bij de beoordeling rekening te kunnen houden met actuele ontwikkelingen.
6. Indien meerdere aanvragen voor dezelfde locatie tijdens hetzelfde dagdeel zijn ingediend wordt de navolgende prioriteitsvolgorde bij de vergunningverlening gehanteerd:
a. op volgorde van binnenkomst met dien verstande dat alle aanvragen die zes maanden en eerder zijn ingediend worden geacht gelijktijdig te zijn ingediend;
b. oude evenementen gaan voor nieuwe evenementen;
c. indien op grond van a en b geen keuze kan worden gemaakt, dan volgt loting.
7. De algemene voorschriften die verbonden zijn aan de evenementenvergunning zijn vastgelegd in de bijlage bij deze beleidsregels.
8. De burgemeester merkt een evenement als risicovol aan wanneer er sprake is van:
a. een grote impact op de omgeving;
b. een grote impact op het verkeer;
c. extra maatregelen om de openbare orde te handhaven;
d. extra capaciteit van de hulpdiensten is vereist.
9. Aanvragen voor een evenementenvergunning voor risicovolle evenementen worden mede op veiligheid getoetst conform de Regionale handreiking advisering en inzet bij risicovolle evenementen.
10. Bij risicovolle evenementen is een veiligheidsplan verplicht.
11. Bij risicovolle evenementen is het gebruik van kunststof drinkbekers verplicht.
11a. Een vergunning kan geweigerd worden indien er sprake is van een evenement met gemotoriseerde voertuigen. Onder deze categorie evenementen vallen in elk geval:
11b. Artikel 11a geldt niet voor bestaande evenementen die reeds meerdere keren georganiseerd zijn, mits:
12. Als uit de evaluatie naar voren komt dat er sprake is van terechte klachten en meldingen van overlast, dan stelt de burgemeester, indien wederom een dergelijk evenement georganiseerd wordt, zo nodig in afwijking van deze beleidsregels aanvullende eisen om de overlast te beperken.
13. Wanneer een evenement overlast heeft veroorzaakt, of er hebben ernstige incidenten plaatsgevonden, als gevolg van laakbaar gedrag van de organisator, dan wordt er geen volgende vergunning voor eenzelfde of vergelijkbaar evenement van dezelfde organisator of aanvrager verleend gedurende een periode van vijf jaar.
14. De burgemeester stelt tijden vast waarop verkoop en gebruik van alcohol mag plaatsvinden ter voorkoming van alcoholgerelateerde verstoring van de openbare orde.
15. De burgemeester stelt geen voorwaarden met betrekking tot de productie van geluid tijdens een evenement.
16. Bij buiten-evenementen gelden de volgende eindtijden voor de activiteiten:
a. van zondag tot en met woensdag 22.00 uur;
c. van vrijdag op zaterdag en van zaterdag op zondag 01.00 uur.
17. Evenementenvergunningen zijn persoons of organisatiegebonden en niet overdraagbaar.
18. De burgemeester handelt overeenkomstig de beleidsregel, tenzij dat voor een of meer belanghebbenden gevolgen zou hebben die wegens bijzondere omstandigheden onevenredig zijn in verhouding tot de met de beleidsregel te dienen doelen.