Organisatie | Hoogeveen |
---|---|
Organisatietype | Gemeente |
Officiële naam regeling | Leidraad invordering gemeentelijke belastingen Hoogeveen 2012 |
Citeertitel | Leidraad invordering gemeentelijke belastingen Hoogeveen 2012 |
Vastgesteld door | college van burgemeester en wethouders |
Onderwerp | financiën en economie |
Eigen onderwerp | Belastingen en tarieven |
Geen
N.v.t.
Datum inwerkingtreding | Terugwerkende kracht tot en met | Datum uitwerkingtreding | Betreft | Datum ondertekening Bron bekendmaking | Kenmerk voorstel |
---|---|---|---|---|---|
16-05-2012 | Nieuwe regeling | 08-05-2012 |
Artikel 1 Van toepassing verklaring landelijke leidraad 2008
De invordering van gemeentelijke belastingen van de gemeente Hoogeveen geschiedt volgens de Leidraad Invordering 2008 inzake de rijksbelasting behoudens voor zover in deze regeling hiervan wordt afgeweken.
Artikel 3 Procedure geautomatiseerde kwijtschelding
De procedure automatische kwijtschelding houdt in dat de toetsing op inkomen en vermogen wordt uitgevoerd door het Inlichtingen Bureau (IB) middels elektronische bestandsvergelijking. Hiervoor levert de gemeente een elektronisch bestand aan bij het IB van alle belastingschuldigen die voor deze procedure in aanmerking komen.
Artikel 4 Normbedragen voor bestaanskosten bij kwijtschelding
Voor de berekening van de kwijtschelding wordt 100 % van de bijstandsnorm aangehouden.
Artikel 5 Afhandelingstermijn kwijtschelding
In aanvulling op artikel 26 van de Leidraad Invordering 2008 wordt binnen 6 maanden na de datum van ontvangst op het verzoek beslist.
Artikel 6 Particulieren en de auto in relatie tot kwijtschelding
In aanvulling op artikel 26.2.3 van Leidraad Invordering 2008 wordt een auto, waarvan is vastgesteld dat die auto absoluut onmisbaar is voor de uitoefening van het beroep dan wel in verband met invaliditeit of ziekte van de belastingschuldige of zijn gezinsleden, wel als een vermogensbestanddeel in aanmerking genomen voor het bedrag van de dagwaarde volgens ANWB vanaf € 4.538,00.
Artikel 7 Particulieren en vakantiegeld in relatie tot kwijtschelding
In afwijking van artikel 26.2.11 van de Leidraad Invordering 2008 wordt het vakantiegeld gesteld op 6% van de – aan loonheffing onderworpen – inkomsten waarbij aanspraak bestaat op vakantiegeld.
Artikel 1 Van toepassing verklaring landelijke leidraad 2008
Met deze leidraad leggen B&W het beleid vast ten aanzien van de invordering van gemeentelijke belastingen. B&W volgen hiermee in principe de Leidraad Invordering 2008 inzake de rijksbelasting. Op een paar onderdelen wordt expliciet afgeweken en een aanvulling gegeven. Deze leidraad bevat beleidsregels ter invulling van de bevoegdheden als genoemd in de artikelen 249 tot en met 257 van de Gemeentewet. Deze leidraad is een instructie van B&W voor de gemeenteambtenaar die belast is met de invordering van gemeentelijke belastingen.
Artikel 2 Indien termijn kwijtschelding.
De verzoeker moet het door B&W voorgeschreven formulier gebruiken en de daarop benoemde bewijsdocumenten overleggen, anders wordt de aanvraag niet in behandeling genomen. Bij een onvolledig verzoek krijgt de verzoeker een termijn om de aanvraag volledig te maken. Een verzoek moet binnen 3 maanden na de dagtekening van de aanslag gemeentelijke belastingen zijn ontvangen. Als niet binnen deze termijn een verzoek wordt ontvangen, wordt het verzoek alleen in behandeling genomen indien eventuele reeds gemaakte extra kosten door de gemeente voor invordering van de geheven belasting (o.a. aanmaning of dwangbevelen) zijn betaald.
Artikel 3 procedure geautomatiseerde kwijtschelding
Voor een belastingschuldige die het vorig belastingjaar 100 % kwijtscheldingheeft gehad kan automatisch worden getoetst op (opnieuw) toekennen van kwijtschelding. De gemeente levert hiervoor de relevante (persoons)gegevens van de belastingschuldige aan bij het Inlichtingen Bureau (IB).
Het IB is een overheidsinstantie die speciaal is opgericht om gemeenten te helpen bepalen op welke ondersteuning burgers recht hebben. Enerzijds door na te gaan of mensen die geld van de gemeente ontvangen daar ook daadwerkelijk recht op hebben (rechtmatigheidscontrole). Anderzijds door te kijken of zij geld laten liggen, zoals huur- en zorgtoeslag Het IB toets het inkomen en vermogen door verschillende bestaande informatiebronnen te combineren. Hiervoor gebruikt het IB de bestanden van UWV, de Belastingdienst en de Rijksdienst voor het Wegverkeer.
Als een belastingschuldige geen toestemming geeft voor deze elektronische bestandsvergelijk, worden de gegevens van deze belastingschuldige niet bij het IB aangeboden. De belastingschuldige kan in dit geval via de normale procedure kwijtschelding aanvragen. Als kwijtschelding voor een belastingschuldige na de toetsing door het IB niet wordt toegekend, kan de belastingschuldige alsnog via de normale procedure (aanvraagformulier) kwijtschelding aanvragen.
Artikel 4 Normbedragen voor bestaanskosten bij kwijtschelding
Bij het berekenen van het kwijtscheldingsbedrag, wordt 100 % van de bijstandsnorm aangehouden.
Artikel 5 Afhandelingstermijn kwijtschelding
Hiermee wordt de piekbelasting in de afhandeling weggehaald. De aanvrager ondervindt hiervan geen hinder omdat de invordering van de gemeentelijke belasting tijdens de behandeling van het verzoek wordt gepauzeerd.
Artikel 6 Particulieren en de auto in relatie tot kwijtschelding
Indien de aanvrager van kwijtschelding voor het verkrijgen van inkomen zijn auto als vervoermiddel nodig heeft en hij kan dit aannemelijk maken, wordt de auto in principe niet aangemerkt als vermogen. Inwoners die in het bezit van een gehandicapten parkeerkaart zijn, hebben in de aanvraagprocedure voor die kaart al aannemelijk kunnen maken dat ze de auto als vervoermiddel nodig hebben. Voor beide gevallen wordt natuurlijk wel kritisch naar de waarde van de auto in het economische verkeer gekeken. Het deel van de dagwaarde volgens de ANWB boven de € 4.538,00 wordt wel meegeteld in de vermogensbepaling.
Artikel 7 Particulieren en vakantiegeld in relatie tot kwijtschelding
Vakantiegeld is onderdeel van het inkomen. Indien dit niet op het aanvraagformulier wordt vermeld, wordt dit in een berekening op 6 % gesteld terwijl dit in werkelijkheid wel naar boven of beneden zou kunnen afwijken.