Organisatie | Waddinxveen |
---|---|
Organisatietype | Gemeente |
Officiële naam regeling | Instellingsbesluit Commissie beheer en exploitatie zwembad en binnensportaccommodaties 2010 |
Citeertitel | Instellingsbesluit Commissie beheer en exploitatie zwembad en binnensportaccommodaties 2010 |
Vastgesteld door | college van burgemeester en wethouders |
Onderwerp | bestuur en recht |
Eigen onderwerp |
Regeling vervangt de Verordening regelende de samenstelling, bevoegdheden en werkwijze van de commissie exploitatie zwembad en binnensportaccommodaties 1996
Gemeentewet, art. 83
Datum inwerkingtreding | Terugwerkende kracht tot en met | Datum uitwerkingtreding | Betreft | Datum ondertekening Bron bekendmaking | Kenmerk voorstel |
---|---|---|---|---|---|
13-01-2011 | 16-04-2015 | Nieuwe regeling | 04-01-2011 Hart van Holland, 05-01-2010 | BW/10-1145 |
Burgemeester en wethouders van Waddinxveen;
oerwegende dat adequaat dient te worden voorzien in het beheer van het zwembad en de binnensportaccommodaties en wijzigingen in de kandelijke wetgeving en de gemeentelijke organisatie dienen te worden geïmplementeerd;
gelet op artikel 83 van de Gemeentewet
in te stellen de Commissie beheer en exploitatie zwembad en binnensportaccommodaties 2010
De commissie bestaat uit een voorzitter en minimaal vier en maximaal zes andere leden. Zij worden in die respectieve hoedanigheid benoemd door burgemeester en wethouders, waarbij wordt gelet op het bezit van specifieke deskundigheid voor de vervulling van een bepaalde taak binnen de commissie; in het bijzonder zal gelet worden op relevante commerciële ervaring en kennis van en ervaring op het terrein van public relations en/of reclame-activiteiten, recreatie en/of horeca; de leden dienen tevens affiniteit te hebben met de taken vallende binnen het werkterrein van de commissie.
Wanneer het vereiste aantal leden niet is opgekomen, wordt een nieuwe vergadering belegd op de in artikel 12, lid 3, voorgeschreven wijze, met aanhaling in de oproepingsbriefjes der bepalingen van dit artikel. Evenwel behoeven slechts vierentwintig uur tussen de rondzending der oproepingsbriefjes en het uur der vergadering te verlopen.
De commissie kan omtrent het in besloten vergadering behandelde en omtrent de inhoud van stukken, welke aan de commissie worden overgelegd, geheimhouding opleggen. Zij wordt zowel door de leden, die bij de behandeling tegenwoordig waren, als door de leden, die op andere wijze van het behandelde en van de stukken kennis nemen, in acht genomen totdat de commissie haar opheft. De geheimhouding geldt ook voor de bedrijfsleider en anderen die van de stukken kennisnemen.
Een stemming is geldig, ongeacht het aantal leden, dat daaraan heeft deelgenomen ingeval er opnieuw wordt gestemd over een voorstel of over een benoeming, voordracht of aanbeveling van personen, ten aanzien waarvan in een vroegere vergadering een stemming op grand van het bepaalde in het eerste lid nietig was.
De penningmeester draagt er zorg voor, dat de administratieve organisatie zodanig is, dat wordt voldaan aan de eisen van doelmatig financieel beheer, alsmede dat maatregelen worden genomen voor een goede werking van de interne controle, opdat de volledigheid en juistheid van de administratie en van de ontwerp-jaarrekening zijn gewaarborgd.
De penningmeester draagt zorg voor het verstrekken aan de commissie van zowel alle informatie nodig voor het goed functioneren van de commissie, als voor het op verzoek van de commissie geven van advies.
Het is de commissie, na verkregen toestemming van burgemeester en wethouders, toegestaan een rekening-couranttegoed bij een bankinstelling of bij de Postbank te openen voor het doen van betalingen en ontvangsten.
Betalingen worden uitsluitend gedaan ingevolge door de penningmeester gegeven betalingsopdrachten, welke eerst worden verstrekt nadat de hieraan ten grondslag liggende bescheiden door de bedrijfsleider voor "akkoord" zijn getekend.
Overeenkomstig de daarop betrekking hebbende besluiten van de raad of van de commissie stelt de penningmeester de te innen bedragen vast.
De commissie zendt vóór 1 mei van het jaar, voorafgaande aan dat waarvoor dit moet dienen, het door haar opgestelde jaarplan, vergezeld van alle financieel relevante stukken, waaronder het ontwerp van de begroting en een tarievenplan voor het zwembad, vergezeld van een beheers- en een beleidstoelichting, alsmede van een overzicht van planning groot onderhoud en meerjaren-begroting aan burgemeester en wethouders.
Indien ingevolge het eerste lid opgestelde ontwerp-begroting niet past in het door burgemeester en wethouders voorgestane financiële beleid, geeft het college daarvan kennis aan de commissie en pleegt met haar overleg teneinde te komen tot een ontwerp-begroting, die, naar het oordeel van burgemeester en wethouders past in het hiervoor bedoelde beleid.
Indien tussen burgemeester en wethouders en de commissie geen overeenstemming wordt bereikt, stellen burgemeester en wethouders zelfstandig een herziene ontwerpbegroting op en verwerken deze in de aan de raad ter vaststelling aan te bieden gemeentebegroting met vermelding van de geschilpunten ten opzichte van de door de commissie geadviseerde ontwerp-begroting, de motieven van de commissie tot hantering van andere bedragen en die van net college tot wijziging van die bedragen.
Stukken uitgaande van de commissie worden door de voorzitter en de secretaris ondertekend. Bij afwezigheid van de voorzitter worden de stukken ondertekend door degene die hem ingevolge artikel 3, lid 4 vervangt. Bij afwezigheid van de secretaris worden de stukken ondertekend door degene, die ingevolge artikel 10 als zijn vervanger is aangewezen.