Ziet u een fout in deze regeling? Meld het ons op regelgeving@overheid.nl!
Waddinxveen

Instellingsbesluit Commissie beheer en exploitatie zwembad en binnensportaccommodaties 2010

Wetstechnische informatie

Gegevens van de regeling
OrganisatieWaddinxveen
OrganisatietypeGemeente
Officiële naam regelingInstellingsbesluit Commissie beheer en exploitatie zwembad en binnensportaccommodaties 2010
CiteertitelInstellingsbesluit Commissie beheer en exploitatie zwembad en binnensportaccommodaties 2010
Vastgesteld doorcollege van burgemeester en wethouders
Onderwerpbestuur en recht
Eigen onderwerp

Opmerkingen met betrekking tot de regeling

Regeling vervangt de Verordening regelende de samenstelling, bevoegdheden en werkwijze van de commissie exploitatie zwembad en binnensportaccommodaties 1996

Wettelijke grondslag(en) of bevoegdheid waarop de regeling is gebaseerd

Gemeentewet, art. 83

Overzicht van in de tekst verwerkte wijzigingen

Datum inwerkingtreding

Terugwerkende kracht tot en met

Datum uitwerkingtreding

Betreft

Datum ondertekening

Bron bekendmaking

Kenmerk voorstel

13-01-201116-04-2015Nieuwe regeling

04-01-2011

Hart van Holland, 05-01-2010

BW/10-1145

Tekst van de regeling

Intitulé

Instellingsbesluit Commissie beheer en exploitatie zwembad en binnensportaccommodaties 2010

Burgemeester en wethouders van Waddinxveen;

oerwegende dat adequaat dient te worden voorzien in het beheer van het zwembad en de binnensportaccommodaties en wijzigingen in de kandelijke wetgeving en de gemeentelijke organisatie dienen te worden geïmplementeerd;

gelet op artikel 83 van de Gemeentewet

b e s I u i ten

in te stellen de Commissie beheer en exploitatie zwembad en binnensportaccommodaties 2010

BEGRIPSBEPALING

Artikel 1
  • 1.

    Deze verordening verstaat onder:

    • a.

      de commissie: de commissie beheer en exploitatie zwembad en binnensportaccommodaties;

    • b.

      de raad: de raad der gemeente Waddinxveen;

    • c.

      burgemeester en wethouders: burgemeester en wethouders der gemeente Waddinxveen;

    • d.

      het zwembad: het gemeentelijk zwembad gelegen aan de Sniepweg;

    • e.

      de binnensportaccommodaties: sporthal "De Dreef', sportzaal Groenswaard, sportzaal "De Duikelaar", de gemeentelijke gymnastieklokalen;

    • f.

      de accommodaties: de accommodaties genoemd onder d. en e. van dit artikel;

    • g.

      bedrijfsleider: degene die door burgemeester en wethouders op voordracht van de commissie is aangesteld om het management over de accommodaties te voeren;

    • h.

      het personeel: de overige medewerkers die door burgemeester en wethouders op voordracht van de commissie zijn aangesteld om werkzaam te zijn in de accommodaties welke onder het beheer van de commissie zijn gebracht.

INSTELLINGSTERMIJN

Artikel 2

De commissie wordt ingesteld voor onbepaalde tijd.

SAMENSTELLING

Artikel 3
  • 1.

    De commissie bestaat uit een voorzitter en minimaal vier en maximaal zes andere leden. Zij worden in die respectieve hoedanigheid benoemd door burgemeester en wethouders, waarbij wordt gelet op het bezit van specifieke deskundigheid voor de vervulling van een bepaalde taak binnen de commissie; in het bijzonder zal gelet worden op relevante commerciële ervaring en kennis van en ervaring op het terrein van public relations en/of reclame-activiteiten, recreatie en/of horeca; de leden dienen tevens affiniteit te hebben met de taken vallende binnen het werkterrein van de commissie.

  • 2.

    Kandidaten voor het lidmaatschap kunnen worden gesteld op de volgende wijzen, zulks ter keuze van burgemeester en wethouders:

    • a.

      op aanzoek van burgemeester en wethouders;

    • b.

      door middel van aankondiging in de plaatselijke pers, waarbij inwoners van de gemeente Waddinxveen in de gelegenheid gesteld worden zichzelf of anderen als kandidaat voor te dragen.

  • 3.

    Aan de commissie kunnen door burgemeester en wethouders leden met adviserende stem worden toegevoegd.

  • 4.

    Bij verhindering of ontstentenis van de voorzitter treedt in zijn plaats een door burgemeester en wethouders uit de commissie aan te wijzen lid.

ZITTINGSDUUR

Artikel 4
  • 1.

    De zittingsduur van de leden van de commissie is gelijk aan de zittingsduur van de leden van de raad.

  • 2.

    Bij tussentijdse benoeming heeft de nieuw benoemde zitting tot het einde van de zittingsperiode.

  • 3.

    Aftredende leden zijn terstond herbenoembaar.

  • 4.

    De leden van de commissie kunnen te allen tijde ontslag nemen. Dit ontslag wordt schriftelijk bij de burgemeester en wethouders ingediend, onder mededeling daarvan aan de commissie.

  • 5.

     

    • a.

      De leden kunnen door burgemeester en wethouders, gevraagd en ongevraagd, tussentijds worden ontslagen.

    • b.

      De beslissing van de burgemeester en wethouders wordt terstond aan de belanghebbende en aan de commissie meegedeeld.

  • 6.

    Zo spoedig mogelijk na het ontstaan van een tussentijdse vacature benoemen burgemeester en wethouders een nieuw lid of voorzitter.

  • 7.

    Binnen twee maanden na de datum van periodieke aftreding van de leden van de commissie benoemen burgemeester en wethouders een voorzitter en nieuwe leden.

  • 8.

    Aftredende leden behouden hun lidmaatschap tot in hun vervanging is voorzien.

BENOEMINGSVEREISTEN EN ONVERENIGBARE BETREKKINGEN

Artikel 5
  • 1.

    Leden van de commissie kunnen alleen zijn personen die voldoen aan de in artikel 10 van de Gemeentewet gestelde vereisten voor het lidmaatschap van de raad, zulks met uitzondering van het ingezetenschap.

  • 2.

    De leden van de commissie mogen geen der in artikel 13 van de Gemeentewet voor de leden van de raad genoemde onverenigbare betrekkingen bekleden.

  • 3.

    De leden van de commissie mogen:

    • a.

      rechtstreeks nog middellijk een overeenkomst aangaan betreffende goederen of inkomsten behorend tot de beheerstaak van de commissie dan wel deelnemen aan leveringen of aannemingen ten behoeve van de in beheer en exploitatie gegeven accommodaties;

    • b.

      geen gift, provisie of beloning aannemen of enig voordeel, hoe genaamd en in welke vorm ook, genieten terzake van de in beheer en exploitatie gegeven accommodaties;

  • 4.

     

    • a.

      Indien een lid van de commissie zich schuldig maakt aan overtreding van de in het derde lid gestelde verboden, kan hij door burgemeester en wethouders worden geschorst;

    • b.

      Burgemeester en wethouders kunnen hem onmiddellijk van zijn lidmaatschap van de commissie vervallen kan verklaren, na de geschorste in de gelegenheid te hebben gesteld zich voor uit zijn midden door de burgemeester aan te wijzen commissie van drie leden te verdedigen.

    • c.

      De van zijn lidmaatschap vervallen verklaarde is gedurende twee jaar, te rekenen van het raadsbesluit tot vervallenverklaring van het lidmaatschap, niet tot lid van de commissie benoembaar.

    • d.

      Indien burgemeester en wethouders geen aanleiding vinden het lid van zijn lidmaatschap vervallen te verklaren, hefffen zij de schorsing terstond op.

    • e.

      De beslissing van burgemeester en wethouders wordt terstond aan de belanghebbende en aan de commissie medegedeeld.

TAAK

Artikel 6
  • 1.

    De commissie heeft tot taak het beheer, de exploitatie en de verhuur of ingebruikgeving op andere wijze en alles wat daarmee samenhangt van het zwembad.

  • 2.

    Burgemeester en wethouders kunnen per nader te bepalen tijdstip door hen aan te wijzen binnensportaccommodaties aan het beheer van en exploitatie door de commissie toevoegen.

  • 3.

    Het tijdstip als bedoeld in lid 2 zal worden bepaald op de ingangsdatum van een volledig boekjaar.

  • 4.

    De commissie bevordert de sportbeoefening en het zwemmen gelet op het recreatieve belang daarvan en vanwege de volksgezondheid.

Artikel 7

Tot de in artikel 6 genoemde taak van de commissie behoort onder meer:

  • a.

    het nemen van besluiten met betrekking tot het beheer, de verhuur en de exploitatie van de accommodaties, een en ander met inachtneming van de bepalingen van deze verordening;

  • b.

    het gevraagd en ongevraagd adviseren van burgemeester en wethouders, over aangelegenheden op het terrein van het beheer en de exploitatie van de accommodaties;

  • c.

    het onderhouden van contacten met en het bevorderen van het overleg en de samenwerking tussen organisaties, instellingen en personen die van de accommodaties gebruik kunnen maken;

  • d.

    het houden van toezicht op het gebruik van de accommodaties;

  • e.

    het (doen) verrichten van werkzaamheden, voortvloeiende uit het gebruik van de accommodaties;

  • f.

    het uitvoeren van het inhoudelijk werkgeverschap voor:

    • 1.

      de aan te stellen bedrijfsleider;

    • 2.

      het overige personeel in dienst van de gemeente Waddinxveen voorzover werkzaam bij de accommodaties.

BEVOEGDHEDEN

Artikel 8
  • 1.

    Aan de commissie worden, met inachtneming van de volgende artikelen, voor het uitoefenen van de in artikel 6 genoemde taak, de navolgende bevoegdheden, overgedragen:

    • a.

      het aangaan van verhuurovereenkomsten met de gebruikers van de accommodaties;

    • b.

      het vaststellen van reglementen, voorwaarden en tarieven voor huurders, gebruikers en bezoekers; voor wat de zwembadtarieven betreft met de beperking dat deze tarieven de eerste maal door burgemeester en wethouders kunnen worden vastgesteld;

    • c.

      het treffen van alle voorzieningen op het gebied van onderhoud, schoonhouden en hygiëne, waaronder begrepen de bevoegdheid tot uitbesteding van bepaalde werkzaamheden;

    • d.

      het treffen van voorzieningen, welke zijn aan te merken als partiële en/of functieverbeterende aanpassingen, rekening houdend met de wettelijke regelingen terzake en vergunningsplichtigheid;

    • e.

      het nemen van besluiten inzake het consumptiebeleid, waaronder het verpachten van restauratieve voorzieningen, inclusief het daartoe in de accommodaties ingerichte deel; alvorens tot verpachting over te gaan wordt het oordeel van burgemeester en wethouders ingewonnen;

    • f.

      het regelen van de openings- en sluitingstijden, met inachtneming van hetgeen daarover in enige wet of andere verordening is geregeld;

    • g.

      de planning van activiteiten;

    • h.

      het vaststellen van werkinstructies voor de bedrijfsleider en overig personeel.

  • 2.

    Burgemeester en wethouders kunnen in bijzondere gevallen de overgedragen bevoegdheden geheel of gedeeltelijk terugnemen.

Artikel 9

De uit de uitvoering van artikel 8 voortvloeiende besluiten worden niet genomen voordat de daaruit voortvloeiende financiële verplichtingen in de goedgekeurde begroting van de gemeente of in een goedgekeurd besluit tot wijziging van die begroting, zijn geraamd.

SECRETARIS

Artikel 10
  • 1.

    De commissie benoemt uit haar midden een secretaris. Tevens wordt een plaatsvervangend secretaris aangewezen, die tevens plaatsvervangend penningmeester is.

  • 2.

    De secretaris kan zich doen bijstaan door een notulist(e).

  • 3.

    De secretaris is verantwoordelijk voor secretariële werkzaamheden voortvloeiend uit de taak van de commissie alsmede voor de verslaglegging van de commissie,

PENNINGMEESTER

Artikel 11

De commissie benoemt uit haar midden een penningmeester. Tevens wordt een plaatsvervangend penningmeester aangewezen die tevens plaatsvervangend secretaris is.

VERGADERINGEN

Artikel 12
  • 1.

    De commissie vergadert tenminste viermaal per jaar en voorts zo dikwijls de voorzitter het nodig oordeelt.

  • 2.

    Minimaal twee leden van de commissie kunnen schriftelijk en met redenen omkleed aan de voorzitter verzoeken een vergadering te beleggen. Deze vergadering vindt binnen 14 dagen na dagtekening van het verzoek plaats.

  • 3.

    De vergaderingen van de commissie worden door haar voorzitter belegd, waartoe, behoudens in bijzondere omstandigheden, tenminste tweemaal vierentwintig uur tevoren aan de leden de agenda der te behandelen onderwerpen moet worden toegezonden.

  • 4.

    Dag, plaats, aanvangsuur en agenda van de openbare vergadering worden door toezending van de agenda aan de pers tijdig ter openbare kennis gebracht.

  • 5.

    De stukken betrekking hebbende op de in een openbare vergadering te behandelen onderwerpen, liggen in het raadhuis voor een ieder ter inzage op de dag voorafgaand aan de dag waarop de vergadering wordt gehouden.

Artikel 13
  • 1.

    De vergadering van de commissie wordt niet gehouden, indien blijkens de presentielijst niet meer dan de helft van het aantal zitting hebbende leden is opgekomen.

  • 2.

    Wanneer het vereiste aantal leden niet is opgekomen, wordt een nieuwe vergadering belegd op de in artikel 12, lid 3, voorgeschreven wijze, met aanhaling in de oproepingsbriefjes der bepalingen van dit artikel. Evenwel behoeven slechts vierentwintig uur tussen de rondzending der oproepingsbriefjes en het uur der vergadering te verlopen.

  • 3.

    Deze laatste vergadering wordt gehouden ongeacht het aantal opgekomen leden.

OPENBAARHEID

Artikel 14
  • 1.

    De vergaderingen van de commissie worden in net openbaar gehouden.

  • 2.

    De deuren van de vergadering worden evenwel gesloten wanneer de voorzitter het nodig acht of één der overige aanwezige leden dit verzoekt. De commissie beslist vervolgens of met gesloten deuren zal worden vergaderd.

  • 3.

    Indien moet worden vergaderd over aangelegenheden waarbij, naar het oordeel van de voorzitter, eerder een verkennende gedachtewisseling dan directe beleidsvoorbereiding aan de orde is, kan hiervoor een aparte, niet openbare, bijeenkomst worden uitgeschreven.

  • 4.

    De commissie kan omtrent het in besloten vergadering behandelde en omtrent de inhoud van stukken, welke aan de commissie worden overgelegd, geheimhouding opleggen. Zij wordt zowel door de leden, die bij de behandeling tegenwoordig waren, als door de leden, die op andere wijze van het behandelde en van de stukken kennis nemen, in acht genomen totdat de commissie haar opheft. De geheimhouding geldt ook voor de bedrijfsleider en anderen die van de stukken kennisnemen.

  • 5.

    De voorzitter kan omtrent de inhoud van stukken, als bedoeld in het vierde lid, voorlopige geheimhouding opleggen. Hij geeft hiervan terstond kennis aan de commissie.

  • 6.

    De voorlopige oplegging van geheimhouding vervalt, zo zij niet aan de commissie in haar eerstvolgende vergadering, waarin meer dan de helft van het aantal zitting hebbende leden tegenwoordig is, ter bekrachtiging wordt aangeboden. In geval van niet-bekrachtiging vervalt de voorlopige oplegging.

Artikel 15
  • 1.

    Over alle zaken wordt mondeling bij hoofdelijke oproeping gestemd, doch bij het doen van benoemingen, voordrachten of aanbevelingen van personen, bij gesloten en ongetekende stembriefjes.

  • 2.

    Indien bij het nemen van een besluit over een zaak door geen der leden stemming wordt gevraagd, wordt het voorstel geacht te zijn aangenomen.

BESLUITVORMING

Artikel 16
  • 1.

    Een stemming is nietig, indien niet meer dan de helft van het aantal leden, dat zitting heeft en zich niet op grand van artikel 18 van stemmen moet onthouden, aan de stemming heeft deelgenomen.

  • 2.

    Bij het doen van benoemingen, voordrachten of aanbevelingen van personen worden leden die blanco briefjes hebben ingeleverd, voor de toepassing van dit artikel geacht aan de stemming te hebben deelgenomen.

  • 3.

    Een stemming is geldig, ongeacht het aantal leden, dat daaraan heeft deelgenomen ingeval er opnieuw wordt gestemd over een voorstel of over een benoeming, voordracht of aanbeveling van personen, ten aanzien waarvan in een vroegere vergadering een stemming op grand van het bepaalde in het eerste lid nietig was.

Artikel 17
  • 1.

    Voor het totstandkomen van een besluit wordt de volstrekte meerderheid geëist van de leden, die aan de stemming hebben deelgenomen, met dien verstande dat bij het staken van stemmen over zaken de stem van de voorzitter doorslaggevend is.

  • 2.

    Bij het doen van benoemingen, voordrachten of aanbevelingen van personen, worden leden, die blanco briefjes hebben ingeleverd, voor de toepassing van dit artikel geacht niet aan de stemming te hebben deelgenomen.

  • 3.

    Wanneer omtrent het doen van benoemingen, voordrachten of aanbevelingen van personen bij de eerste stemming niemand de volstrekte meerderheid heeft gekregen, wordt tot een tweede vrije stemming overgegaan.

  • 4.

    Is ook bij deze stemming geen volstrekte meerderheid verkregen, dan heeft een derde stemming plaats over de twee personen, die bij de tweede stemming de meeste stemmen hebben verkregen.

  • 5.

    Indien bij de tweede stemming niet is uitgemaakt tussen wie een herstemming moet plaats hebben, wordt door een tussenstemming beslist, wie van hen, die een gelijk aantal stemmen op zich heeft verenigd, op het tweetal zal worden geplaatst.

  • 6.

    Indien, hetzij bij tussenstemming, hetzij bij de derde of vierde stemming de stemmen staken, beslist terstond het lot.

Artikel 18
  • 1.

    Een lid van de commissie onthoudt zich van stemmen over een aangelegenheid die hem rechtstreeks of middellijk persoonlijk aangaat of waarbij hij als vertegenwoordiger is betrokken.

  • 2.

    Een benoeming wordt geacht iemand persoonlijk aan te gaan, wanneer hij behoort tot die personen, tot wie de keuze door een voordracht of bij herstemming is beperkt.

VERGOEDINGEN

Artikel 19

De leden van de commissie, ontvangen voor het bijwonen van een vergadering van de commissie een vergoeding, als bedoeld in artikel 96 van de Gemeentewet.

DESKUNDIGEN

Artikel 20

De commissie is bevoegd deskundigen te horen over aangelegenheden, welke tot haar werkkring behoren, waaronder begrepen ambtenaren in dienst van de gemeente.

TOEGANGSBEVOEGDHEID

Artikel 21

De leden van de commissie hebben ten behoeve van de uitoefening van hun taak te allen tijde vrije toegang tot de gebouwen en terreinen, die aan haar in beheer en exploitatie zijn gegeven.

BEDRIJFSLEIDER

Artikel 22
  • 1.

    De dagelijkse leiding en het dagelijks toezicht op het beheer en exploitatie van de accommodaties berusten bij een aan te stellen bedrijfsleider.

  • 2.

    De bedrijfsleider zal in het bijzonder belast zijn met de dagelijkse leiding over het personeel werkzaam bij de accommodaties.

  • 3.

    De bedrijfsleider woont de vergaderingen van de commissie bij en heeft daarin een adviserende stem.

  • 4.

    De rechtspositie van de bedrijfsleider zal bij aanstelling worden bepaald.

  • 5.

    De bedrijfsleider is werkzaam onder toezicht en verantwoordelijkheid van de commissie.

  • 6.

    De commissie is bevoegd aan haar opgedragen taken aan de bedrijfsleider te mandateren.

PERSONEEL

Artikel 23
  • 1.

    Personeel reeds werkzaam bij de accommodaties, blijft in dienst van de gemeente Waddinxveen.

  • 2.

    Het personeel is aan de bedrijfsleider ondergeschikt.

  • 3.

    Het personeel is werkzaam onder verantwoordelijkheid van de commissie.

FINANCIËLE ADMINISTRATE

Artikel 24
  • 1.

    De boekhouding wordt gevoerd onder toezicht van de penningmeester, volgens de daartoe bepaalde voorschriften.

  • 2.

    De commissie kan nadere voorschriften geven omtrent de inrichting en bijhouding van de administratie.

Artikel 25

De penningmeester draagt er zorg voor, dat de administratieve organisatie zodanig is, dat wordt voldaan aan de eisen van doelmatig financieel beheer, alsmede dat maatregelen worden genomen voor een goede werking van de interne controle, opdat de volledigheid en juistheid van de administratie en van de ontwerp-jaarrekening zijn gewaarborgd.

Artikel 26

De penningmeester draagt zorg voor het verstrekken aan de commissie van zowel alle informatie nodig voor het goed functioneren van de commissie, als voor het op verzoek van de commissie geven van advies.

Artikel 27

Het is de commissie, na verkregen toestemming van burgemeester en wethouders, toegestaan een rekening-couranttegoed bij een bankinstelling of bij de Postbank te openen voor het doen van betalingen en ontvangsten.

Artikel 28

Betalingen worden uitsluitend gedaan ingevolge door de penningmeester gegeven betalingsopdrachten, welke eerst worden verstrekt nadat de hieraan ten grondslag liggende bescheiden door de bedrijfsleider voor "akkoord" zijn getekend.

Artikel 29

Overeenkomstig de daarop betrekking hebbende besluiten van de raad of van de commissie stelt de penningmeester de te innen bedragen vast.

Artikel 30
  • 1.

    De penningmeester draagt zorg voor een zodanige kredietbewakingsadministratie, dat te verwachten overschrijding van begrotingsposten tijdig wordt gesignaleerd.

  • 2.

    Hij geeft hiervan onverwijld kennis aan de commissie.

  • 3.

    Hij geeft eenmaal per maand aan de commissie een kredietoverzicht, omvattende per post het bedrag van de raming van de uitgaven, van de lopende bestellingen en van het nog beschikbare krediet of de overschrijding.

  • 4.

    Tevens dient tegelijk per maand een gespecificeerd overzicht te worden verstrekt van de geraamde inkomsten vergeleken met de werkelijke inkomsten.

BEGROTING

Artikel 31
  • 1.

    De commissie zendt vóór 1 mei van het jaar, voorafgaande aan dat waarvoor dit moet dienen, het door haar opgestelde jaarplan, vergezeld van alle financieel relevante stukken, waaronder het ontwerp van de begroting en een tarievenplan voor het zwembad, vergezeld van een beheers- en een beleidstoelichting, alsmede van een overzicht van planning groot onderhoud en meerjaren-begroting aan burgemeester en wethouders.

  • 2.

    Indien ingevolge het eerste lid opgestelde ontwerp-begroting niet past in het door burgemeester en wethouders voorgestane financiële beleid, geeft het college daarvan kennis aan de commissie en pleegt met haar overleg teneinde te komen tot een ontwerp-begroting, die, naar het oordeel van burgemeester en wethouders past in het hiervoor bedoelde beleid.

  • 3.

    Indien tussen burgemeester en wethouders en de commissie geen overeenstemming wordt bereikt, stellen burgemeester en wethouders zelfstandig een herziene ontwerpbegroting op en verwerken deze in de aan de raad ter vaststelling aan te bieden gemeentebegroting met vermelding van de geschilpunten ten opzichte van de door de commissie geadviseerde ontwerp-begroting, de motieven van de commissie tot hantering van andere bedragen en die van net college tot wijziging van die bedragen.

  • 4.

    Indien de ramingen dreigen te worden overschreden c.q. onderschreden, wordt op overeenkomstige wijze als in de vorige leden van dit artikel voor de ontwerp-begroting van de commissie is geregeld, tot een voorstel tot wijziging van de gemeentebegroting aan de gemeenteraad gekomen.

REKENING

Artikel 32
  • 1.

    Door de penningmeester wordt binnen drie maanden na afloop van het desbetreffende jaar de ontwerp-rekening en de daarop betrekking hebbende toelichting van de exploitatie van de accommodaties aan de commissie aangeboden.

  • 2.

    De commissie biedt het college de ontwerp-rekening vóór 1 april van dat jaar aan.

VERSLAG

Artikel 33

Binnen vier maanden na afloop van elk kalenderjaar zendt de commissie aan burgemeester en wethouders een verslag van haar werkzaamheden over het afgelopen jaar.

Artikel 34

De Commissie draagt zorg voor toezending van de besluitenlijsten van de openbare vergaderingen van de commissie aan burgemeester en wethouders.

VERANTWOORDING

Artikel 35

De commissie is voor de haar opgedragen taak verantwoording schuldig aan burgemeester en wethouders. Zij verstrekt daartoe aan burgemeester en wethouders alle gewenste inlichtingen.

VERHOUDING TOT BESLUITEN RAAD EN BURGEMEESTER EN WETHOUDERS

Artikel 36

Besluiten van de commissie treden niet in hetgeen is geregeld bij besluit van de raad of van burgemeester en wethouders; bij twijfel of een besluit dat doet, beslist de raad c.q. beslissen burgemeester en wethouders.

ONDERTEKENING

Artikel 37

Stukken uitgaande van de commissie worden door de voorzitter en de secretaris ondertekend. Bij afwezigheid van de voorzitter worden de stukken ondertekend door degene die hem ingevolge artikel 3, lid 4 vervangt. Bij afwezigheid van de secretaris worden de stukken ondertekend door degene, die ingevolge artikel 10 als zijn vervanger is aangewezen.

WIJZIGING VERORDENING

Artikel 38

Wijziging van deze verordening vindt niet plaats voordat de commissie is gehoord.

NIET VOORZIENE GEVALLEN

Artikel 39

In de gevallen, waarin deze verordening niet voorziet, beslissen burgemeester en wethouders, gehoord de commissie.

SLOTBEPALINGEN

Artikel 40
  • 1.

    Dit besluit treedt in werking op de dag na die van de bekendmaking.

  • 2.

    Dit besluit kan worden aangehaald als Ïnstellingsbesluit Commissie beheer en exploitatie zwembad en binnensportaccommodaties 2010".

Waddinxveen, 4 januari 2011

Burgemeester en wethouders van Waddinxveen,

de secretaris, de burgemeester,

(mr. A. Hoogendoorn) (drs. H.P.L. Cremers)