Organisatie | Epe |
---|---|
Organisatietype | Gemeente |
Officiële naam regeling | Verordening op de heffing en invordering van marktgeld 2011 |
Citeertitel | Verordening marktgeld 2011 |
Vastgesteld door | gemeenteraad |
Onderwerp | financiën en economie |
Eigen onderwerp | belastingen |
De datum van ingang van de heffing is 1 januari 2013.
Gemeentewet, art. 229, lid 1, aanhef en onderdelen a en b
1. Regeling gemeentelijke belastingen
Datum inwerkingtreding | Terugwerkende kracht tot en met | Datum uitwerkingtreding | Betreft | Datum ondertekening Bron bekendmaking | Kenmerk voorstel |
---|---|---|---|---|---|
22-11-2012 | 01-01-2014 | 2e wijz.: art. 4 | 08-11-2012 Veluws Nieuws, 20-11-2012 | raadsbesluit 2012-31485 | |
24-11-2011 | 22-11-2012 | 1e wijz.: art. 4 | 10-11-2011 Veluws Nieuws, 22-11-2011 | raadsbesluit 2011-68085 | |
02-12-2010 | 24-11-2011 | nieuwe regeling | 25-11-2010 Veluws Nieuws, 30-11-2010 | raadsbesluit 2010-23436 |
Artikel 2 Aard van de heffing en belastbaar feit
Onder de naam ‘marktgeld’ worden rechten geheven voor het ter beschikking stellen van een standplaats op een markt en voor het genot van de diensten die in verband daarmee door of vanwege de gemeente worden verleend.
Artikel 4 Maatstaf van heffing en tarieven
Het marktgeld wordt geheven bij wege van aanslag of bij wege van mondelinge dan wel gedagtekende schriftelijke kennisgeving, waaronder mede wordt begrepen een nota of andere schriftuur.
Artikel 9 Ontheffing en heffing naar tijdsgelang
Indien de belastingplicht met betrekking tot een vaste standplaats in de loop van het belastingtijdvak aanvangt, is het recht verschuldigd over zoveel derde gedeelten van het voor dat tijdvak verschuldigde recht als er in dat tijdvak, na de aanvang van de belastingplicht, nog volle kalendermaanden overblijven.
Indien de belastingplicht met betrekking tot een vaste standplaats in de loop van het belastingtijdvak eindigt, bestaat aanspraak op ontheffing voor zoveel derde gedeelten van het voor dat belastingtijdvak verschuldigde recht als er in dat tijdvak, na het einde van de belastingplicht, nog volle kalendermaanden overblijven.
Indien de belastingplichtige aantoont dat hij ten gevolge van overmacht gedurende een aaneengesloten periode van tenminste vier marktdagen de ter beschikking staande plaats niet heeft kunnen innemen en hij gedurende die periode de standplaats niet door een ander heeft laten innemen, wordt op verzoek ontheffing verleend over het aantal marktdagen waarin van de vaste plaats geen gebruik kan worden gemaakt, tenzij door het college een andere plaats voor het houden van de markt is aangewezen.
Artikel 11 Nadere regels door het college van burgemeester en wethouders
Het college kan nadere regels geven met betrekking tot de heffing en invordering van het marktgeld.
De Verordening marktgeld 2010 van 12 november 2009, wordt ingetrokken met ingang van de in artikel 13, tweede lid genoemde datum van ingang van de heffing, met dien verstande dat zij van toepassing blijft op de belastbare feiten die zich voor die datum hebben voorgedaan.