Ziet u een fout in deze regeling? Meld het ons op regelgeving@overheid.nl!
Gemeente Westland

Regeling Bestuurlijke Boeten Belastingen Westland 2007

Wetstechnische informatie

Gegevens van de regeling
OverheidsorganisatieGemeente Westland
Officiële naam regelingRegeling Bestuurlijke Boeten Belastingen Westland 2007
CiteertitelRegeling Bestuurlijke Boeten Belastingen Westland 2007
Vastgesteld doorcollege van burgemeester en wethouders
Onderwerpfinanciën en economie
Eigen onderwerpbelastingen, retributies en heffingen

Opmerkingen met betrekking tot de regeling

Geen.

Wettelijke grondslag(en) of bevoegdheid waarop de regeling is gebaseerd

  1. Algemene wet inzake rijksbelastingen, art. 62
  2. Gemeentewet, art. 231, lid 2

Regelgeving die op deze regeling is gebaseerd (gedelegeerde regelgeving)

Geen.

Overzicht van in de tekst verwerkte wijzigingen

Datum inwerking-

treding

Terugwerkende

kracht tot en met

Datum uitwerking-

treding

Betreft

Datum ondertekening

Bron bekendmaking

Kenmerk voorstel

01-02-201201-02-2012intrekking

20-12-2011

Gemeenteblad Westland, 29-12-2011

Gbw 2011, 72
01-01-200701-02-2012nieuwe regeling

10-10-2006

Het Hele Westland d.d. 9-11-2006

besluitenlijst b&w d.d. 10-10-2006, nr. 5.3.2

Tekst van de regeling

Intitulé

Regeling Bestuurlijke Boeten Belastingen Westland 2007

Het college van burgemeester en wethouders van Westland;

gelet op artikel 62 van de Algemene wet inzake rijksbelastingen en artikel 231, tweede lid, onderdeel a van de Gemeentewet;

besluit vast te stellen de:

REGELING BESTUURLIJKE BOETEN BELASTINGEN WESTLAND 2007

Artikel 1 Reikwijdte

Dit besluit bevat beleidsregels voor het opleggen van boeten bij de heffing van gemeentelijke belastingen waarop de Algemene wet inzake rijksbelastingen van toepassing is.

Artikel 2 Begripsbepalingen

In dit besluit wordt verstaan onder:

belanghebbende: degene aan wie een boete is of kan worden opgelegd;

inspecteur: de gemeenteambtenaar als bedoeld in artikel 231, tweede lid, onderdeel b, van de Gemeentewet.

Artikel 3 Verzuimboete/vergrijpboete

  • 1. De verzuimboete heeft tot doel een gebod tot nakoming van fiscale verplichtingen in te scherpen. Voor het opleggen van een verzuimboete is voldoende dat aan één of meer van deze verplichtingen niet is voldaan.

    Belanghebbende dient afwezigheid van alle schuld te stellen en te bewijzen.

  • 2. De vergrijpboete is gericht op het bestraffen van een handelen of nalaten waarbij sprake is van opzet dan wel grove schuld. De inspecteur dient de aanwezigheid van opzet of grove schuld te stellen en te bewijzen.

Artikel 4 Verzuimboeten hondenbelasting

De inspecteur legt wegens het niet of niet tijdig doen van aangifte voor de hondenbelasting een verzuimboete op ter grootte van het verschuldigde bedrag aan hondenbelasting voor een eerste hond in het betreffende belastingjaar. Deze boete wordt opgelegd voor iedere hond, waarvoor niet of niet tijdig aangifte is gedaan.

Artikel 5 Verzuimboeten toeristenbelasting

De inspecteur legt wegens het niet of niet tijdig doen van aangifte voor de toeristenbelasting een verzuimboete op ter grootte van 10% het verschuldigde bedrag aan toeristenbelasting met een miniumum van € 10,- over het betreffende belastingjaar. Deze boete wordt opgelegd voor iedere aangifte die niet of niet tijdig is gedaan.

Artikel 6 Vergrijpboeten toeristenbelasting

  • 1. Vergrijpboeten in verband met het doen van een onjuiste aangifte voor de belasting als bedoeld in artikel 2 van de "Verordening toeristenbelasting" kan alleen worden opgelegd indien sprake is van grove schuld of opzet.

    Onder opzet wordt mede verstaan voorwaardelijke opzet. Grove schuld is een in laakbaarheid aan opzet grenzende mate van verwijtbaarheid en omvat mede grove onachtzaamheid.

  • 2. In geval van grove schuld legt de inspecteur een vergrijpboete op van 25 procent.

  • 3. In geval van opzet legt de inspecteur een vergrijpboete op van 50 procent.

  • 4. Indien bij het opleggen van een vergrijpboete slechts een gedeelte van de verschuldigde belasting door opzet of grove schuld van belanghebbende te weinig is of zou zijn geheven dan wel betaald, berekent de inspecteur de boete over dat - naar evenredigheid bepaalde - gedeelte.

    Dit beginsel vindt overeenkomstige toepassing indien meer dan één boetepercentage moet worden toegepast.

Artikel 7 Bijzondere omstandigheden

Er kunnen omstandigheden zijn die aanleiding geven de hoogte van de boete te matigen, dan wel de reeds opgelegde boete te verminderen.

Tot deze verzachtende omstandigheden behoren een wanverhouding tussen de ernst van het feit en de op te leggen of opgelegde boete en omstandigheden die buiten de directe invloedssfeer van de belanghebbende liggen.

Een beroep op financiële omstandigheden van belanghebbende kan slechts in bijzondere gevallen tot matiging dan wel vermindering van de boete leiden.

De inspecteur beoordeelt of er sprake is van bijzondere omstandigheden.

Artikel 8 Toepassing rijksregelgeving

Voor het overige zijn van toepassing de bepalingen van het Besluit Bestuurlijke Boeten Belastingdienst 1998, vastgesteld bij resolutie van 19 december 1997, Stcrt. 248, en laatstelijk gewijzigd bij Besluit van staatssecretaris van Financiën van 16 september 199, Stcrt. 179, dan wel zoals dit besluit nader zal worden vastgesteld, voorzover de bepalingen van dit besluit niet specifiek betrekking hebben op bepaalde rijksbelastingen.

Artikel 9 Inwerkingtreding en citeertitel

  • 1.

    Deze regeling treedt in werking met ingang van 1 januari 2007.

  • 2.

    Deze regeling wordt aangehaald als: "Regeling Bestuurlijke Boeten Gemeentelijke Belastingen Westland 2007".

Ondertekening

Westland, 10 oktober 2006

Burgemeester en wethouders van Westland

De secretaris - G.I.W.M. Buck

De burgemeester - J. van der Tak