Ziet u een fout in deze regeling? Meld het ons op regelgeving@overheid.nl!
Delft

Voorwaarden voor ingebruikgeving en het gebruik van de gemeen­telijke sportterreinen

Wetstechnische informatie

Gegevens van de regeling
OrganisatieDelft
OrganisatietypeGemeente
Officiële naam regelingVoorwaarden voor ingebruikgeving en het gebruik van de gemeen­telijke sportterreinen
CiteertitelVoorwaarden voor ingebruikgeving en het gebruik van de gemeentelijke sportterreinen
Vastgesteld doorgemeenteraad
Onderwerpmaatschappelijke zorg en welzijn
Eigen onderwerp

Opmerkingen met betrekking tot de regeling

Geen

Wettelijke grondslag(en) of bevoegdheid waarop de regeling is gebaseerd

Gemeentewet

Overzicht van in de tekst verwerkte wijzigingen

Datum inwerkingtreding

Terugwerkende kracht tot en met

Datum uitwerkingtreding

Betreft

Datum ondertekening

Bron bekendmaking

Kenmerk voorstel

10-12-2001Onbekend

29-11-2001

Stadskrant 9 december 2001

Onbekend
10-12-200117-01-2012Onbekend

29-11-2001

Onbekend

Onbekend

Tekst van de regeling

Intitulé

Voorwaarden voor ingebruikgeving en het gebruik van de gemeen­telijke sportterreinen

 

 

 

De raad der gemeente Delft;

gezien het voorstel van burgemeester en wethouders van 14 februari 1969;

gelet op de bepalingen in de Gemeentewet;

b e s l u i t :

vast te stellen de volgende

voorwaarden voor ingebruikgeving en het gebruik van de gemeentelijke sportterreinen.

Artikel 1.
  • 1.

    De ingebruikgeving van gemeentelijke sportterreinen al dan niet met was- en kleedgelegenheden geschiedt overeenkomstig de onderstaande bepalingen door burgemeester en wethouders.

  • 2.

    De ingebruikgeving vindt plaats tegen de tarieven en voorwaarden vastgesteld door de raad der gemeente Delft.

  • 3.

    De ingebruikgeving geschiedt voor de duur van maximaal 12 achtereenvolgende maanden en wordt per schriftelijke vergunning geregeld.

  • 4.

    Aan de gebruiker wordt een exemplaar van deze Voorwaarden alsmede van de daarin aan te brengen wijzigingen tegen ontvangstbewijs ter beschikking gesteld.

Artikel 2.

In de vergunning betreffende de ingebruikgeving, wordt opgenomen een omschrijving van de accommodatie, de duur, de dagen en uren waarop deze ter beschikking van de gebruiker wordt gesteld, het in rekening gebrachte tarief en de van toepassing zijnde artikelen van deze Voorwaarden.

Artikel 3.

vervallen.

Artikel 4.
  • 1.

    In afwijking van de in de verleende vergunning bepaalde dagen en uren, mag de accommodatie niet worden gebruikt in de door burgemeester en wethouders te bepalen, in de zomer gelegen periode van ten hoogste 2 achtereenvolgende maanden.

  • 2.

    Het in het voorafgaande lid bepaalde geldt niet voor recreatie-ruimten.

  • 3.

    Tenzij uitdrukkelijk anders is overeengekomen gelden voor ingebruikgeving de volgende tijden:

    op werkdagen vanaf 13.00 uur en

    op zaterdagen en zondagen vanaf 9.00 uur.

  • 4.

    Voor het gebruik van de accommodatie op andere dan de in de vergunning vermelde tijden is vooraf de schriftelijke toestemming van burgemeester en wethouders nodig.

Artikel 5.
  • 1.

    De accommodatie of een gedeelte daarvan mag niet worden gebruikt, indien dit naar het oordeel van burgemeester en wethouders niet voor bespeling of gebruik geschikt is.

  • 2.

    De gebruiker zal in dit geval geen aanspraak op restitutie of vermindering van de gebruiksvergoeding kunnen maken.

Artikel 6.
  • 1.

    Burgemeester en wethouders hebben het recht de accommodatie op andere dan de in artikel 2 bedoelde dagen en uren aan derden voor sport- of speldoeleinden in gebruik te geven.

  • 2.

    Mocht de accommodatie ten gevolge van het in het voorgaande lid van dit artikel bedoelde gebruik gedurende de tijden, bedoeld onder artikel 2, niet voor bespeling geschikt zijn, dan kan de gebruiker op evenredige restitutie van de gebruiksvergoeding aanspraak maken.

Artikel 7.
  • 1.

    Burgemeester en wethouders kunnen de accommodatie - na overleg met de gebruiker - gedurende de tijden, bedoeld onder artikel 2, hetzij voor eigen gebruik, hetzij voor gebruik door andere personen of verenigingen vorderen, mits uitsluitend voor sport- of speldoeleinden en met dien verstande, dat een dergelijke vordering niet zal plaatsvinden op tijden, welke binnen het vastgestelde competitierooster vallen.

  • 2.

    De gebruiker zowel als burgemeester en wethouders verbinden zich, elkaar van voorgenomen bijzondere evenementen als schoolsportdagen of wedstrijden, welke niet binnen het tijdvak van het vastgestelde competitierooster vallen, in een zo vroeg mogelijk stadium op de hoogte te stellen en wederzijds met dergelijke plannen rekening te houden.

  • 3.

    De gebruiker zal in geval van een dergelijke vordering van de door hem in gebruik gegeven accommodatie, aanspraak op evenredige restitutie of vermindering van gebruiksvergoeding kunnen maken.

Artikel 8.
  • 1.

    De gebruiker mag zonder schriftelijke toestemming van burgemeester en wethouders niets aan de aard of de bestemming van de accommodatie veranderen.

  • 2.

    De gebruiker mag de accommodatie zonder schriftelijke toestemming van burgemeester en wethouders niet aan derden onder welk voorwendsel of benaming, al dan niet tegen betaling, in gebruik geven.

Artikel 9.
  • 1.

    Burgemeester en wethouders kunnen aan een rechtspersoonlijkheid bezittende vereniging op haar schriftelijk verzoek, onder nader te stellen voorwaarden, met inachtneming van de algemeen geldende bouwvoorschriften en eisen van welstand toestaan op of nabij de ingebruikgegeven accommodatie voor eigen rekening uitsluitend ten behoeve van en ten gebruike door haar leden een verenigingsgebouw te stichten.

  • 2.

    De uit die stichting voortvloeiende extra zakelijke lasten zijn voor rekening van de vereniging.

  • 3.

    Eveneens zijn voor rekening van de vereniging de aansluiting van het verenigingsgebouw op de gas-, elektriciteits-, waterleiding- en telefoonnetten en de kosten, verbonden aan het verbruik van gas, elektriciteit en water, zomede van het gebruik van telefoon.

  • 4.

    De vereniging is verplicht het door haar gestichte verenigingsgebouw op haar kosten, ten genoegen van burgemeester en wethouders, zowel in- als uitwendig, in een goede staat van onderhoud te houden.

Artikel 10.

Burgemeester en wethouders hebben de zorg voor het gehele onderhoud van de accommodatie.

Artikel 11.
  • 1.

    De gebruiker is aansprakelijk voor de schade, welke aan de accommodatie wordt toegebracht gedurende de tijden, waarop hij hiervan gebruik maakt, tenzij hij aantoont, dat deze buiten zijn schuld is veroorzaakt.

  • 2.

    De gebruiker is verplicht van vernielingen en beschadigingen aan de accommodatie, welke door hem worden geconstateerd, terstond melding te maken bij de dienstdoende terreinknecht.

Artikel 12.
  • 1.

    Het is de gebruiker verboden:

    • a.

      graszoden te steken;

    • b.

      met ballen op de goal te trappen, te slaan of te werpen op andere plaatsen dan door burgemeester en wethouders daartoe worden aangewezen;

    • c.

      de sportvelden met motorrijwielen, bromfietsen, rijwielen of andere vervoermiddelen te berijden of deze daarop te plaatsen.

  • 2.

    Alle vervoermiddelen dienen te worden geplaatst op de daartoe door burgemeester en wethouders aangewezen plaats(en).

Artikel 13.

Consumptie-artikelen mogen alleen worden verkocht in een verenigingsgebouw, hetwelk eigendom is van de gebruiker en het onmiddellijk aangrenzende, daarbij behorende terrein, waaronder echter niet worden begrepen de voor toeschouwers bestemde stroken terrein rond de speelvelden en de speel- of oefenvelden zelf.

Artikel 14.
  • 1.

    Het is de gebruiker toegestaan bij door hem te organiseren wedstrijden op de accommodatie entree te heffen voor de toegang hierop, met dien verstande dat van personen, die zich naar de andere bij derden in gebruik zijnde sportterreinen dienen te begeven, geen betaling van entree mag worden gevorderd en aan hen moet worden toegestaan, zich naar die andere terreinen te begeven.

  • 2.

    De gebruiker zal te allen tijde toegang tot de accommodatie dienen te verlenen aan burgemeester en wethouders en door deze daartoe aangewezen ambtenaren.

Artikel 15.
  • 1.

    De gebruiksvergoeding wordt zonder enige korting of schuldvergelijking bij vooruitbetaling voldaan bij de betrokken in artikel 212, tweede lid van de Gemeentewet bedoelde gemeenteambtenaar van Delft, en wel:

    • a.

      indien de ingebruikgeving geschiedt voor een tijd van drie maanden of korter in één termijn, en

    • b.

      indien de ingebruikgeving geschiedt voor een tijd langer dan drie maanden in vier gelijke termijnen vóór of op de eerste werkdag van de maanden januari, april, juli en oktober van het jaar.

  • 2.

    Bij niet tijdige betaling van de huurprijs verbeurt de gebruiker ten bate van de gemeente indien de nalatigheid langer dan een week voortduurt, zonder dat enige ingebrekestelling zal zijn vereist, over het tijdvak der nalatigheid een boete van 1% per maand of een gedeelte daarvan over het achterstallig gebleven bedrag, met een minimum van € 0,45.

Artikel 16.
  • 1.

    Zowel de gebruiker als burgemeester en wethouders hebben het recht de vergunning, verleend voor de duur van één jaar, te beëindigen met een opzeggingstermijn van tenminste vijf maanden.

  • 2.

    Indien de vergunning door de gebruiker niet vóór het in het voorgaande lid bedoelde tijdstip is opgezegd, wordt de duur van de vergunning geacht met één jaar te zijn verlengd, echter met dien verstande, dat de gebruiker bevoegd blijft te verzoeken, wijziging te brengen in de dagen en uren, waarop de accommodatie te zijner beschikking is gesteld.

  • 3.

    Burgemeester en wethouders zullen met een dergelijk verzoek zoveel mogelijk rekening houden.

Artikel 17.
  • 1.

    Bij het niet naleven door de gebruiker van de bepalingen van deze voorwaarden of bij niet of niet tijdig voldoen van de gebruiksvergoeding hebben burgemeester en wethouders het recht de ingebruikgeving te doen beëindigen, zonder dat de gebruiker enige aanspraak op vergoeding van schade of restitutie van gebruiksvergoeding kan maken.

  • 2.

    Burgemeester en wethouders zullen de gebruiker vooraf schriftelijk in gebreke stellen en hem daarbij een redelijke termijn gunnen om alsnog aan zijn verplichtingen te voldoen.

Artikel 18.
  • 1.

    Bij beëindiging van de vergunning is de gebruiker verplicht de opstallen, welke door hem op de accommodatie zijn gesticht binnen één maand na het tijdstip van beëindiging der vergunning op zijn kosten en ten genoegen van burgemeeste en wethouders te verwijderen, tenzij burgemeester en wethouders de wens te kennen geven de opstallen voor zich te behouden.

  • 2.

    Blijft de gewezen gebruiker in het eerste geval in gebreke aan zijn verplichting te voldoen, dan geschiedt de verwijdering dan wel behoorlijker verwijdering door of namens burgemeester en wethouders op kosten van de gewezen gebruiker.

  • 3.

    De hierbedoelde kosten moeten op eerste aanmaning bij gewoon gedagtekende brief van burgemeester en wethouders binnen 14 dagen ten kantore van de betrokken in artikel 212, tweede lid van de Gemeentewet bedoelde gemeenteambtenaar van Delft worden voldaan.

  • 4.

    In geval burgemeester en wethouders de opstallen wensen te behouden is de gemeente verplicht de waarde van die opstallen op die tijd aan de gebruiker te betalen, welke laatste recht van terughouding zal hebben, totdat die betaling zal zijn voldaan.

  • 5.

    De waarde der opstallen zal door drie deskundigen worden vastgesteld.

  • 6.

    Van deze drie deskundigen zal er één worden aangewezen door burgemeester en wethouders en één door de vereniging.

  • 7.

    Deze twee deskundigen wijzen tezamen de derde deskundige aan.

  • 8.

    Indien één der partijen in gebreke blijft binnen één maand na beëindiging van de overeenkomst een deskundige aan te wijzen of indien de twee deskundigen binnen één maand na hun aanwijzing casu quo benoeming geen overeenstemming kunnen bereiken omtrent de aanwijzing van de derde deskundige - zullen de nalatigheid of het ontbreken van de overeenstemming blijken door het enkele verloop van de gestelde termijn - dan zal op verzoek van de meest gerede partij de aanwijzing van de deskundigen geschieden door de Kantonrechter te Delft.

  • 9.

    Indien de drie deskundigen binnen één maand na de datum hunner aanwijzing casu quo benoeming niet tot overeenstemming kunnen komen omtrent de door hen gezamenlijk te taxeren prijs, zullen op verzoek van de meest gerede partij door de kantonrechter te Delft drie andere deskundigen worden benoemd, die alsdan de taxatie zullen verrichten.

  • 10.

    In beide gevallen is de uitslag van de taxatie voor beide partijen bindend.

  • 11.

    De kosten van taxatie worden door partijen, ieder voor de helft, gedragen.

  • 12.

    Het bepaalde in dit artikel blijft buiten werking, indien aan de gebruiker gedurende de gebruikstijd een recht van opstal mocht zijn verleend op de grond, waarop de door hem gestichte opstallen zijn verrezen.

Artikel 19.
  • 1.

    Voor elk geval, dat door of vanwege burgemeester en wethouders wordt geconstateerd, dat door de gebruiker -of met voorkennis van de gebruiker door derden - van de accommodatie is of wordt gebruik gemaakt in strijd met de bepalingen van de aan hem verleende vergunning, kunnen burgemeester en wethouders de gebruiker een boete opleggen van € 11,34.

  • 2.

    De hier bedoelde boete dient op eerste bij gewoon gedagtekende brief verzonden aanmaning van burgemeester en wethouders binnen veertien dagen te worden voldaan ten kantore van de betrokken in artikel 212, tweede lid van de Gemeentewet bedoelde gemeenteambtenaar van Delft.

Artikel 20.
  • 1.

    Het is de gebruiker verboden op de accommodatie, dan wel op of aan de gemeentelijke of voor eigen rekening gestichte opstallen reclames aan te brengen, te doen aanbrengen of te gedogen, tenzij schriftelijke toestemming van burgemeester en wethouders is verkregen.

  • 2.

    Het is de gebruiker niet toegestaan op de terreinen en in de gemeentelijke kleedruimten alcoholhoudende dranken te verstrekken, aanwezig te hebben of te gebruiken.

    Artikel 21.

  • 3.

    Onverminderd de bepalingen van de Drank- en Horecawet, is het de gebruiker verboden, zonder schriftelijke toestemming van burgemeester en wethouders in of op de accommodatie of in de door de gebruiker gestichte opstallen, kantine te houden, etenswaren en/of dranken te verkopen, te verstrekken of in voorraad te hebben of te houden.

  • 4.

    Burgemeester en wethouders kunnen aan hun toestemming voorwaarden verbinden.

 

 

Aldus vastgesteld door de raad der gemeente Delft in zijn openbare vergadering van 26 februari 1969.

 

J.M. Ravesloot ,burgemeester.

P.A.L. Brinkman ,lo.secretaris.

 

Gewijzigd bij raadsbesluit van 11 december 1974.

Gewijzigd bij raadsbesluit van 25 januari 1996. Bekendgemaakt 17 mei 1996.

Laatstelijk gewijzigd bij raadsbesluit van 29 november 2001. Bekendgemaakt 9 december 2001.

 

 

 

Bijlage

De raad der gemeente Delft;

gezien het voorstel van burgemeester en wethouders van 19 september 1977;

b e s l u i t :

  • A.

    gerekend met ingang van 1 januari 1978 voor het gebruik van de gemeentelijke sportterreinen, met uitzondering van het hoofdwedstrijdveld op het sportpark Brasserskade, de volgende tarieven vast te stellen:

  • I.

    tarieven voor doorlopend gebruik van de gemeentelijke sportterreinen door verenigingen, aangesloten bij een landelijke sportbond (in euro).

    met dien verstande dat:

    • 1.

      voor een veld met kleedgelegenheid per vereniging een garantie per jaar van € 1.812,85;

    • 2.

      in het gebruik van de kleedgelegenheid, waaronder wordt verstaan één lokaal + natte cel + w.c., een normaal gebruik van koud water en elektrische verlichting is inbegrepen.

  • II.

    tarieven voor doorlopend gebruik van de sintelbaan door de atletiekvereniging op in overleg met de vereniging te bepalen tijdstippen.

    € 14,52 per jaar per seniorlid, zulks met een minimum van € 1.771,10 per vereniging per jaar en met een maximum van € 3.542,21 per vereniging per jaar.

  • III.

    tarieven voor overig gebruik van gemeentelijke sportterreinen.

    met dien verstande, dat voor het gebruik van de sintelbaan dezelfde tarieven in rekening worden gebracht als voor het gebruik van een veld, voor het gebruik van een oefenveld de helft dezer tarieven, terwijl in het gebruik van een kleedgelegenheid, evenals onder I.2. is vermeld, een normaal gebruik van koud water en elektrische verlichting is begrepen.

  • B.

    De krachtens dit besluit geldende tarieven, garantie-minimum en maximum-bedragen worden jaarlijks per 1 januari, ingaande 1 januari 1988, door de gemeenteraad vastgesteld.

  • C.

    Burgemeester en wethouders te machtigen, in bijzondere gevallen van de in dit besluit neergelegde tarieven en garantie-, minimum- en maximumbedragen af te wijken. Jaarlijks zullen burgemeester en wethouders aan de gemeenteraad een overzicht verstrekken van het aantal gevallen, waarin zulks is geschied.

Aldus vastgesteld door de raad der gemeente Delft in zijn openbare vergadering van 29 september 1977.

 

A.P. Oele ,burgemeester.

G.H. Bosker ,lo.secretaris.

 

Gewijzigd bij raadsbesluit van 26 juli 1984 (goedgekeurd op 6 november 1984, no. 1284/I/2127), bij raadsbesluit van 17 december 1987 (Bekendgemaakt op 13 januari 1988), bij raadsbesluit van 21 december 1989, bij raadsbesluit van 25 januari 1996. (Bekendgemaakt 17 mei 1996), bij raadsbesluit van 9 december 1997, bij raadsbesluit van 17 december 1998 en bij raadsbesluit van 23 december 1999. Laatstelijk gewijzigd bij raadsbesluit van 29 november 2001. Bekendgemaakt 9 december 2001.

 

TARIEVEN SEIZOENHUUR SPORTVELDEN per 01-01-1991

Gebruik door

maandag/dinsdag/donderdag/vrijdag

woensdag

zaterdag

Zondag

 

voor 13.00 na 13.00

voor 13.00 na 13.00

voor 13.00 na 13.00

na 09.00

Voetbal, Rugby, Honkbal en Cricket

€ 136,59 € 271,81

€ 181,06 € 362,57

€ 362,57 € 705,17

€ 1.087,71

Hockey, Korfbal

€ 90,76 € 181,06

€ 126,15 € 254,12

€ 235,97 € 489,63

€ 725,59

Oefenveld

€ 72,60 € 145,21

€ 90,76 € 181,06

€ 181,06 € 362,57

€ 544,08

Handbal

€ 172,89 € 346,23

€ 231,43 € 460,59

€ 460,59 € 922,54

€ 1.383,12

 

TARIEVEN INCIDENTELE HUUR SPORTVELDEN per 01-01-1991

gebruik van

maandag/dinsdag/donderdag of vrijdag de gehele dag

woensdag of zaterdag voor 13.00 uur.

woensdag na

13.00 uur

zaterdag na

13.00 uur

zondag na

09.00 uur

veld

per uur € 14,52

garantie € 29,50

per uur € 17,24

garantie € 37,21

per uur € 23,60

garantie € 43,11

per uur € 29,50

garantie € 58,08

trainingsveld

per uur € 7,26

garantie € 14,52

per uur € 8,62

garantie € 19,51

per uur € 11,80

garantie € 22,24

per uur € 14,52

garantie € 29,50

handbalveld

per uur € 18,60

per uur € 22,24

per uur € 29,04

per uur € 37,21

Voor een veld per vereniging een garantie per jaar van € 1.812,85

Tarieven voor doorlopend gebruik van de sintelbaan door de atletiekverenigingen op, in overleg met de verenigingen, te bepalen tijdstippen:

€ 14,52 per jaar per lid met een minimum van € 1.771,10 per vereniging per jaar en met een maximum van

€ 3.542,21,-- per vereniging per jaar.

VOOR BEDRIJFSVOETBAL

per wedstrijd ( gehele week) € 36,76