Ziet u een fout in deze regeling? Meld het ons op regelgeving@overheid.nl!
Landgraaf

Verordening seniorenraad voor het ouderenbeleid Landgraaf 2003

Wetstechnische informatie

Gegevens van de regeling
OrganisatieLandgraaf
OrganisatietypeGemeente
Officiële naam regelingVerordening seniorenraad voor het ouderenbeleid Landgraaf 2003
CiteertitelVerordening seniorenraad voor het ouderenbeleid Landgraaf 2003
Vastgesteld doorgemeenteraad
Onderwerpmaatschappelijke zorg en welzijn
Eigen onderwerp

Opmerkingen met betrekking tot de regeling

Geen

Wettelijke grondslag(en) of bevoegdheid waarop de regeling is gebaseerd

artikel 84 Gemeentewet

Overzicht van in de tekst verwerkte wijzigingen

Datum inwerkingtreding

Terugwerkende kracht tot en met

Datum uitwerkingtreding

Betreft

Datum ondertekening

Bron bekendmaking

Kenmerk voorstel

30-12-2010artikel 3, lid 3 sub a. en b.

16-12-2010

Landgraaf Aktueel, 29-12-2010

16-12-201001-01-200310-01-2013Nieuwe regeling

20-03-2003

Landgraaf Aktueel, 15-12-2010

Onbekend

Tekst van de regeling

Intitulé

Verordening seniorenraad voor het ouderenbeleid Landgraaf 2003

De raad der gemeente Landgraaf;

Gelezen het voorstel van Burgemeester en Wethouders d.d. 28 januari 2003;

Gehoord het besluit van de commissie Inwoners d.d. 25 februari 2003

overwegende dat het wenselijk is om een uit verschillende disciplines samengestelde seniorenraad voor het ouderenbeleid in te stellen die gevraagd en ongevraagd de gemeenteraad dan wel het college kan adviseren omtrent het in de gemeente Landgraaf te voeren ouderenbeleid alsmede omtrent de uitvoering hiervan;

Gelet op artikel 84, eerste lid, van de Gemeentewet;

b e s l u i t :

vast te stellen de “Verordening seniorenraad voor het ouderenbeleid Landgraaf 2003”.

Artikel 1 Definities

In deze Regeling wordt verstaan onder:

  • a.

    seniorenraad: de in artikel 2, eerste lid, bedoelde seniorenraad voor het ouderenbeleid;

  • b.

    raad: de raad van de gemeente Landgraaf;

  • c.

    college: het College van Burgemeester en Wethouders van de gemeente Landgraaf;

  • d.

    ouderenbeleid: het door de raad op hoofdlijnen vastgestelde of vast te stellen beleid ten aanzien van ouderen woonachtig in de gemeente Landgraaf;

  • e.

    ouderen: de ingezetenen van de gemeente Landgraaf die in verband met het vorderen van hun leeftijd niet of niet meer deelnemen aan het reguliere arbeidsproces dan wel in verband met hun leeftijd binnen afzienbare tijd niet meer zullen deelnemen aan het reguliere arbeidsproces;

  • f.

    ouderenbond: een binnen de gemeente Landgraaf gevestigde en actieve organisatie die aangesloten is bij het Centraal Orgaan Samenwerkende Bonden van Ouderen (COSBO);

  • g.

    ouderenorganisatie: een in de gemeente Landgraaf gevestigde en actieve organisatie die tot doel heeft het bevorderen van het leef- en woongenot alsmede het algemeen welzijn van ouderen.

Artikel 2 Seniorenraad

  • 1.

    Er is een seniorenraad voor het ouderenbeleid.

  • 2.

    De seniorenraad heeft in elk geval tot taak gevraagd dan wel ongevraagd advies uit te brengen aan de raad over het in de gemeente te voeren en gevoerde ouderenbeleid, waaronder het beleid ten aanzien van zorgverlening, sociaal-cultureel werk, educatie, recreatie, huisvesting, welzijn en ontspanning een en ander met in acht name van locale, provinciale en landelijke ontwikkelingen op het terrein van het ouderenbeleid.

  • 3.

    De seniorenraad heeft in elk geval tot taak gevraagd dan wel ongevraagd advies uit te brengen aan het college over:

    • a.

      de uitvoering van het door de raad vastgestelde ouderenbeleid;

    • b.

      de bevordering van participatie van ouderen aan het maatschappelijk leven;

    • c.

      al die zaken die de optimale ontplooiing van vaardigheden en capaciteiten van de ouderen kunnen bevorderen.

  • 4.

    De seniorenraad draagt zorg voor een goede afstemming van activiteiten met ouderenbonden en ouderenorganisaties op het terrein van het ouderenbeleid zulks met het oog op de eenheid van het door de raad vastgestelde beleid en een goede implementatie hiervan binnen de gemeente.

  • 5.

    De seniorenraad draagt waar mogelijk tevens zorg voor een goede afstemming van activiteiten met vergelijkbare organisaties in naburige gemeenten.

  • 6.

    Voor 1 april van elk jaar brengt de seniorenraad schriftelijk verslag uit aan de raad en het college omtrent de door de seniorenraad in het voorafgaande jaar ondernomen activiteiten.

Artikel 3 Samenstelling

  • 1.

    De seniorenraad bestaat uit negen leden onder wie een voorzitter en plaatsvervangend voorzitter.

  • 2.

    Het college roept door middel van een algemene bekendmaking in het gemeenteblad Landgraaf Koerier, ouderenbonden, ouderenorganisaties en overige organisaties alsook de in het derde lid sub e., f. en g. genoemde deskundigen op, zich schriftelijk bij haar te melden met het oog op het in het derde lid bedoelde voordracht voor benoeming in de seniorenraad. Het college kan aan de melding nadere voorwaarden verbinden.

  • 3.

    De benoemingen vinden plaats als volgt:

    • a.

      twee leden worden voor benoeming voorgedragen op gezamenlijke voordracht van de ouderenbonden;

    • b.

      twee leden worden voor benoeming voorgedragen op gezamenlijke voordracht van de ouderenorganisaties;

    • c.

      een lid wordt benoemd op gezamenlijke voordracht van binnen de gemeente werkzame professionele hulpverlening aan ouderen;

    • d.

      een lid wordt benoemd op gezamenlijke voordracht van in de gemeente werkzame geestelijke en pastorale zorg;

    • e.

      een lid wordt voor benoemd op basis van diens specifieke deskundigheid op het gebied van maatschappelijke dienstverlening en gezondheidszorg;

    • f.

      een lid wordt benoemd op basis van diens specifieke deskundigheid op het gebied van huisvesting en woonomgeving;

    • g.

      een lid wordt benoemd op basis van diens specifieke deskundigheid op het terrein van educatie en vorming.

Artikel 4 Benoeming en ontslag

  • 1.

    De leden worden voor een periode van vier jaar benoemd door het college. De aftredende leden komen na een eerste benoeming aansluitend voor ten hoogste twee herbenoemingen in aanmerking. Bij benoeming in verband met een tussentijds opengevallen plaats wordt het voor benoeming voorgedragen lid benoemd voor de resterende benoemingsduur.

  • 2.

    Een lid van de seniorenraad kan door het college tussentijds worden ontslagen op eigen verzoek dan wel op voorstel van de seniorenraad waarbij tenminste 6 van de overige leden met het voorstel tot ontslag hebben ingestemd.

Artikel 5 Werkwijze

  • 1.

    De seniorenraad kiest uit zijn midden een voorzitter, een plaatsvervangend voorzitter en een secretaris.

  • 2.

    De seniorenraad bepaalt met in achtneming van de artikelen 6, 7, en 8 haar eigen werkwijze en stelt hiertoe een reglement van werkzaamheden op.

  • 3.

    De seniorenraad wordt ondersteund door een door de gemeente aan te wijzen functionaris die terzake kundig is.

  • 4.

    De in het derde lid bedoelde functionaris heeft in elk geval tot taak in overleg met de voorzitter, de bijeenkomsten van de seniorenraad voor te bereiden, die bijeenkomsten te notuleren en overigens zorg te dragen voor een adequate secretariële ondersteuning.

  • 5.

    De voorzitter bepaalt tijd en plaats van de vergaderingen en stelt hiertoe in overleg met de secretaris en de in het derde lid bedoelde functionaris een agenda op.

  • 6.

    De seniorenraad komt zo vaak bijeen als de voorzitter zulks nodig acht, dan wel onder opgave van redenen, op voorstel van tenminste drie leden van de seniorenraad.

  • 7.

    De gemeente stelt aan de seniorenraad om niet, vergaderfaciliteiten beschikbaar.

  • 8.

    Elk lid ontvangt voor het bijwonen van een vergadering van de seniorenraad een vergoeding van € 62,32- per vergadering, tot een maximum van 12 vergaderingen per jaar. Dit bedrag wordt jaarlijks geïndexeerd overeenkomstig het rechtspositiebesluit raads- en commissieleden.

  • 9.

    Na 1 juli respectievelijk 1 januari van enig jaar kunnen declaraties over de voorafgaande 6 maanden als bedoeld in lid 8, bij het college worden ingediend.

Artikel 6 Stemming

  • 1.

    De vergadering kan worden geopend zodra tenminste vijf leden aanwezig zijn en de presentielijst hebben getekend..

  • 2.

    Bij verhindering van de voorzitter en plaatsvervangend voorzitter wordt een voorzitter aangewezen uit het midden van de aanwezige leden.

  • 3.

    De seniorenraad beslist bij meerderheid van stemmen. Desgewenst wordt het minder-heidsstandpunt in het uit te brengen advies opgenomen.

  • 4.

    Indien de stemmen staken wordt het agendapunt aangehouden en wordt het in een volgende vergadering opnieuw in stemming gebracht. Staken de stemmen opnieuw dan wordt het voorstel geacht te zijn verworpen.

Artikel 7 Bijwonen door derden

  • 1.

    Desgevraagd kunnen een of meer leden van het college dan wel de raad aan de beraadslagingen van de seniorenraad deelnemen.

  • 2.

    De leden van de seniorenraad kunnen zich voor de behandeling van een of meer agendapunten, laten bijstaan door een derde. De voorzitter kan aan deze derde het woord geven.

  • 3.

    Op uitnodiging van de seniorenraad kunnen bij de vergaderingen vertegenwoordigers van in de gemeente werkzame organisaties op het terrein van het ouderenbeleid aanwezig zijn. De voorzitter kan ter vergadering aan deze vertegenwoordigers het woord geven.

Artikel 8 Openbaarheid

De vergaderingen van de seniorenraad zijn openbaar.

Artikel 9 Zienswijze

  • 1.

    De raad dan wel het college nemen geen ingrijpende besluiten op het terrein van het ouderenbeleid alvorens de seniorenraad in de gelegenheid is gesteld hierover een zienswijze kenbaar te maken.

  • 2.

    In spoedeisende gevallen kan door de raad dan wel het college van het bepaalde in het eerste lid worden afgeweken. In dat geval wordt de seniorenraad onverwijld in kennis gesteld van het genomen besluit.

Artikel 10 Overgangsregeling

  • 1.

    In afwijking van het bepaalde in artikel 3, tweede lid, benoemt het college direct na inwerkingtreding van dit besluit, de leden in de seniorenraad zonder de in artikel 3, tweede lid genoemde voordrachten.

  • 2.

    In afwijking van artikel 4, eerste lid, geldt de in het eerste lid bedoelde benoeming voor een duur van twee jaar.

Artikel 11 Citeertitel

Deze verordening kan worden aangehaald als: Verordening seniorenraad voor het ouderenbeleid Landgraaf 2003.

Artikel 12 Inwerkingtreding

  • 1.

    De Verordening Raad voor het Ouderenbeleid Landgraaf 1994 wordt, voor zover nodig, ingetrokken.

  • 2.

    Deze verordening treedt in werking met ingang van de dag na de bekendmaking in Landgraaf Koerier en werkt terug tot en met 1 januari 2003.

Aldus besloten in de openbare vergadering van de raad, gehouden op 20 maart 2003.

De griffier, De voorzitter,