Organisatie | Lelystad |
---|---|
Organisatietype | Gemeente |
Officiële naam regeling | Verordening spaarloonregeling |
Citeertitel | Spaarloonregeling |
Vastgesteld door | gemeenteraad |
Onderwerp | bestuur en recht |
Eigen onderwerp |
De bekendmaking van de regeling is niet meer te achterhalen.
De inwerkingtreding van de regeling is bij benadering ingevuld.
Ambtenarenwet, art. 125, lid 2
Geen.
Datum inwerkingtreding | Terugwerkende kracht tot en met | Datum uitwerkingtreding | Betreft | Datum ondertekening Bron bekendmaking | Kenmerk voorstel |
---|---|---|---|---|---|
08-04-1994 | 01-01-1994 | 01-01-2012 | nieuwe regeling | 07-04-1994 Onbekend. | 42836 |
Het spaarloon komt niet eerder ter beschikking van de belanghebbende, dan nadat het gedurende ten minste vier jaren op een spaarloonrekening heeft gestaan, tenzij het spaarloon wordt opgenomen terzake van de verwerving van diens eigen woning als hoofdverblijf of bij beëindiging van het dienstverband.
In geval van overlijden van de belanghebbende eindigt de deelname van de spaarloonregeling. Het gehele tegoed van de spaarloonregeling wordt ter beschikking gesteld aan de erfgenamen van de belanghebbende. Voor elke volle maand gedurende welke het spaarloon binnen een termijn van vier jaren is opgenomen wordt een evenredig deel van het spaarloon aangemerkt als loon verstrekt door de werkgever, niet zijnde spaarloon.
Met betrekking tot ten laste van de spaarloonrekening voldane premies, andere dan premies ingevolge een pensioenregeling, welke verschuldigd zijn ingevolge een overeenkomst van levensverzekering waarbij een lijfrente als bedoeld in artikel 45, eerste lid, onderdeel g, onder 1, 3, 4 of 5, en vierde lid, van de Wet op de inkomstenbelasting 1964 is verzekerd bij een verzekeraar als bedoeld in het vijfde lid van dat artikel, mag het daarin begrepen bedrag aan ingehouden spaargelden worden gelijkgesteld met de ingehouden spaargelden op de spaarloonrekening, zolang de polis onbezwaard deel uitmaakt van het vermogen van de belanghebbende of dat van zijn echtgenoot, mits de termijnen voor lijfrente, behoudens het geval van overlijden, niet eerder kunnen ingaan dan in het vijfde jaar nadat de premies zijn voldaan.
Met betrekking tot ten laste van de spaarloonrekening voldane premies, andere dan premies ingevolge een pensioenregeling, welke verschuldigd zijn ingevolge een overeenkomst van levensverzekering waarbij een kapitaalsuitkering bij in leven zijn is verzekerd mag het daarin begrepen bedrag aan ingehouden spaargelden worden gelijkgesteld met ingehouden spaargelden op de spaarloonrekening, zolang de polis onbezwaard onderdeel uitmaakt van het vermogen van de belanghebbende of dat van zijn echtgenoot, danwel, ingeval de belanghebbende ongehuwd is, de partner met wie hij duurzaam een gezamenlijke huishouding voert.
De in het derde lid bedoelde overeenkomst van levensverzekering moet:
door de belanghebbende of zijn echtgenoot danwel, ingeval de belanghebbende ongehuwd is, door de partner met wie hij duurzaam een gezamenlijke huishouding voert, zijn gesloten, hetzij op het leven van de belanghebbende, hetzij op dat van zijn echtgenoot of partner, danwel de kinderen voor wie de belanghebbende, zijn echtgenoot of partner op 1 januari van het jaar waarin de premie is voldaan recht had op kinderbijslag ingevolge de Algemene Kinderbijslagwet of die zelf recht hadden op studiefinanciering ingevolge hoofdstuk II van de Wet op de studiefinanciering;
Voor toepassing van dit artikel worden mede aangemerkt als ingevolge een overeenkomst van levensverzekering verschuldigde premies: regelmatige inleggingen bij een instelling als bedoeld in artikel 3, lid 1, sub 2, waartoe de belanghebbende of zijn echtgenoot danwel, ingeval de belanghebbende ongehuwd is, de partner met wie hij duurzaam een gezamenlijke huishouding voert, zich ingevolge een overeenkomst tot sparen met levensverzekering heeft verplicht. Het derde en vierde lid van dit artikel vinden overeenkomstig toepassing.
Rechtstreekse betalingen van premies voor levensverzekeringen als bedoeld in het tweede en derde lid en van inleggingen voor een spaarovereenkomst als bedoeld in het vijfde lid, door de belanghebbende, mogen voor toepassing van dit artikel worden gelijkgesteld met ten laste van de spaarrekening voldane premies.
Het verloop van het tegoed op een spaarloonrekening moet voor iedere werknemer per kalenderjaar waarin hij overeenkomstig de spaarloonregeling heeft gespaard, afzonderlijk worden geadministreerd voor zoveel betreft:
Ingeval het spaarloon door de belanghebbende of zijn erfgenamen is opgenomen bij beëindiging van de dienstbetrekking van de belanghebbende, daaronder begrepen het overlijden van de belanghebbende, wordt voor toepassing van de Wet op de loonbelasting 1964 en de Coördinatiewet Sociale Verzekeringen voor elke volle maand gedurende welke het spaarloon binnen een termijn van vier jaren is opgenomen een evenredig deel van het spaarloon aangemerkt als loon verstrekt door de werkgever, niet zijnde spaarloon.