Organisatie | Bunschoten |
---|---|
Organisatietype | Gemeente |
Officiële naam regeling | Verordening Cliëntenparticipatie Wet werk en bijstand 2004 |
Citeertitel | Verordening cliëntenparticipatie Wet werk en bijstand |
Vastgesteld door | gemeenteraad |
Onderwerp | maatschappelijke zorg en welzijn |
Eigen onderwerp |
Geen
Geen
Datum inwerkingtreding | Terugwerkende kracht tot en met | Datum uitwerkingtreding | Betreft | Datum ondertekening Bron bekendmaking | Kenmerk voorstel |
---|---|---|---|---|---|
01-02-2005 | 25-02-2016 | nieuwe regeling | 22-12-2004 Gemeenteblad 2004, 10 |
De raad van de gemeente Bunschoten,
gelezen het voorstel van burgemeester en wethouders van 9 november 2004, nr. 14
gelet op artikel 47 van de Wet werk en bijstand, artikel 42 van de Wet inkomensvoorziening oudere en gedeeltelijk arbeidsongeschikte werkloze werknemers, artikel 42 van de Wet inkomensvoorziening oudere en gedeeltelijk arbeidsongeschikte gewezen zelfstandigen en artikel 150 van de Gemeentewet;
HOOFDSTUK 1: ALGEMENE BEPALINGEN
Alle begrippen die in deze verordening worden gebruikt en die niet nader omschreven worden hebben de betekenis die de Wet werk en bijstand daaraan toekent.
In deze verordening wordt verstaan onder:
cliënt: de persoon die een uitkering ontvangt van de gemeente Bunschoten op grond van de wet, alsmede de persoon die behoort tot de doelgroep van artikel 4 van de Reïntegratieverordening Wet werk en bijstand van de gemeente Bunschoten;
wet: de Wet werk en bijstand, de Wet inkomensvoorziening oudere en gedeeltelijk arbeidsongeschikte werkloze werknemers, de Wet inkomensvoorziening oudere en gedeeltelijk arbeidsongeschikte gewezen zelfstandigen en het Besluit bijstandsverlening zelfstandigen;
Artikel 2. Doelstelling cliëntenparticipatie
Het cliëntenoverleg heeft als doel te bewerkstelligen dat cliënten en maatschappelijke organisaties vanuit een onafhankelijke positie door middel van advisering aan het college optimaal betrokken zijn bij de voorbereiding, vaststelling, uitvoering en evaluatie van het gemeentelijk beleid op het gebied van de wet, de wijze van dienstverlening en de wijze van communicatie.
HOOFDSTUK 2: SAMENSTELLING CLIENTENOVERLEG
Cliënten en/of vertegenwoordigers van maatschappelijke organisatie, die zich kandidaat stellen, worden binnen zes weken na de kandidaatstelling benoemd tot lid van het cliëntenoverleg voor zover zij voldoen aan de voorwaarden om tot lid van het cliëntenoverleg te kunnen worden benoemd en ook overigens niet van gegronde bezwaren tegen benoeming tot lid vanuit het cliëntenoverleg of daarbuiten is gebleken.
Het cliëntenoverleg kiest uit zijn midden een voorzitter, een penningmeester en een secretaris. De functie van penningmeester en secretaris kan gecombineerd worden.
HOOFDSTUK 3: TAKEN EN BEVOEGDHEDEN
Artikel 8. Taak cliëntenoverleg
Het cliëntenoverleg heeft tot taak het college gevraagd en ongevraagd te adviseren over:
de vorming, uitvoering en evaluatie van het gemeentelijk beleid op het gebied van de wet;
Voor zover het college het advies van het cliëntenoverleg niet of niet geheel overneemt, wordt het cliëntenoverleg schriftelijk in kennis gesteld van de redenen om van het advies af te wijken. Betreft het advies een voorstel aan de gemeenteraad dan worden de redenen bovendien in het raadsvoorstel opgenomen.
Het cliëntenoverleg fungeert in de gemeente als contactorgaan voor de cliënten en is alert op van dezen te ontvangen geobjectiveerde signalen over knelpunten in de uitvoering van het beleid met betrekking tot de wet, bespreekt deze knelpunten en vraagt zonodig aandacht voor oplossing of geeft adviezen voor mogelijke oplossingen van die knelpunten.
Artikel 9. Recht op informatie
Het college is verplicht het cliëntenoverleg tijdig alle informatie te verstrekken die deze voor een goede vervulling van zijn taak nodig heeft. Daartoe behoren in ieder geval alle beleidsnota’s en verordeningen die door de gemeente worden voorbereid op het gebied van de wet.