Organisatie | Helmond |
---|---|
Organisatietype | Gemeente |
Officiële naam regeling | www.hureninhelmond.nl, Van Woonruimteverdeling naar Woonruimtebemiddeling |
Citeertitel | www.hureninhelmond.nl, Van Woonruimteverdeling naar Woonruimtebemiddeling |
Vastgesteld door | college van burgemeester en wethouders |
Onderwerp | bestuur en recht |
Eigen onderwerp | huisvesting |
De bekendmaking van de regeling is niet meer te acherhalen.
De inwerkingtreding is bij benadering ingevuld.
Geen.
Datum inwerkingtreding | Terugwerkende kracht tot en met | Datum uitwerkingtreding | Betreft | Datum ondertekening Bron bekendmaking | Kenmerk voorstel |
---|---|---|---|---|---|
01-11-2005 | 01-06-2010 | nieuwe regeling | 22-02-2005 Onbekend. | Collegebesluit, 2005, 04.11913 |
In oktober 2003 spreken de Gemeente, woningcorporaties en woonconsumenten in Helmond (hierna steeds aangeduid als de participanten) af, samen te komen tot een transparanter woonruimtebemiddeling systematiek. De samenwerkende corporaties, gemeente en woningzoekenden hebben nu al ruime ervaring met het gezamenlijke hanteren van een distributiemodel, maar willen een nog klantvriendelijkere variant uitwerken.
Tijdens de eerste besprekingen hebben de corporaties – gebaseerd op een evaluatieperiode van de huidige methodiek van woonruimteverdeling – gekozen voor een combinatie uit gangbare modellen zoals het optiemodel, winkelmodel en distributiemodel.
Kenmerkend voor een dergelijke aanpak is dat ongeveer 5000 woningzoekenden in dit nieuwe systeem hun voorkeuren (woonwens) gaan uitspreken op een of meer als zodanig goed herkenbare groep woningen in Helmond waarbij de vermoedelijke wachttijd (gebaseerd op wachtrij en mutatiegraad) direct inzichtelijk moet zijn bij het opgeven van de voorkeur(en). Een woonwens kan heel ruim of heel specifiek geformuleerd worden.
Bij de ontwikkeling van een transparante woonruimtebemiddeling realiseren de participanten zich dat verdergaande vormen van automatisering en in het bijzonder Internet enorme mogelijkheden biedt om de keuzevrijheid van en communicatie met woningzoekenden te vergroten. De woningzoekende kan meer zelf, zonder dat dit ten koste gaat van de inzet van de woningcorporaties om de woningzoekende zo optimaal mogelijk te willen bedienen.
Wij stellen u daarom voor aan www.hureninhelmond.nl
Woningzoekenden “surfen” als het ware door de woonmogelijkheden (zgn. clusters) in Helmond en maken keuzen; worden direct geïnformeerd over de wachtrij en de vermoedelijke wachttijd voor een dergelijke woonwens en zetten hun keuze(n) door of gaan op zoek naar andere mogelijkheden.
Woningzoekenden krijgen op die manier een maximale vrijheid om voorkeuren te registreren of in te trekken al naar gelang van de ontwikkeling van hun wooncarrière.
Ook de voorziene nieuwbouwwoningen wordt op die manier vroegtijdig onder de aandacht van de woningzoekenden gebracht.
De woningzoekende krijgt (via Internet) 7 dagen per week inzicht in zijn/haar dossier en de stand van zaken tav vermoedelijke wachttijden op geregistreerde woonwensen. De toewijzing geschiedt aan de eerste in de wachtrij voor een bepaalt cluster.
De beoogde veranderingen geven de woningzoekende een duidelijk inzicht in de mogelijkheden op de woningmarkt in Helmond. DE rol van de woningcorporaties gaat daardoor ook veranderen. In die zin hanteren de participanten dan ook liever de term woonruimtebemiddeling dan het bevoogdende woord “woonruimteverdeling”
Namens het Directeuren Overleg Helmondse Woningcorporaties
Aan de totstandkoming van dit rapport werkten mee:
We zetten de belangrijkste beleidsuitgangspunten die naar voren zijn gekomen tijdens het stand komen van dit rapport kort op een rij.
De introductie van een vernieuwd woonruimtebemiddelingssysteem zal weinig kunnen betekenen voor de oplopende wachttijden in zin algemeenheid. Het aanbod aan goede en betaalbare woningen zoals gevraagd door een groot deel van de populatie wordt er niet mee vergroot.
Wel wordt zichtbaar wat nu de echt populaire woningen zijn en daarmee de populaire wijken en buurten.
De grote winst ligt vooral bij de woningzoekenden die keuzevrijheid krijgen op basis van up-to-date informatie over de mogelijkheden op de woningmarkt. Hiermee wordt naadloos aangesloten op de belangrijkste intentie van de MVROM-Nota “Mensen, Wensen, Wonen; “Keuzevrijheid”
De participanten in het woonruimtebemiddelingssysteem willen de informatie en communicatie met de woningzoekenden zo optimaal mogelijk inrichten. Vanuit die invalshoek is gekozen voor een multimedia aanpak waarbij baliecontacten, telefonische contacten, voorlichtingsmateriaal en vooral Internet worden ingezet. Inschrijven, woonwensen registeren, wijzigen persoonsgegevens, de aanbieding en de acceptatie / weigering en de verantwoording; het gehele proces moet van begin tot eind transparant kunnen verlopen. Hierbij is van belang dat de woningzoekende inzicht heeft/krijgt in de toegang en werking van het systeem, zijn/haar persoonlijke situatie daarin helder is na te gaan en gecombineerd gaat worden met een optimale keuzevrijheid als het gaat om de vraag; ”Waar zou ik willen wonen”.
Voor de inrichting van het woonruimtebemiddelingssysteem betekent dit dat de woningzoekende via een aantal kanalen het totale woningaanbod in Helmond duidelijk gepresenteerd moet krijgen. Hierbij wordt de totale voorraad huurwoningen in “clusters” getoond. Een cluster is een voor de klant herkenbare, logisch bij elkaar horende groep woningen waarop een optie genomen kan worden.
Vervolgens kan de woningzoekende – vrijblijvend - via diverse zoeksleutels naar het aanbod, (in de vorm van clusterinformatie) kunnen kijken en een keuze kunnen maken.
Moderne informatietechnologie wordt ingezet om dit proces maximaal te ondersteunen.
Uitgaande van recente statistieken beschikt minimaal 50% van de populatie in Helmond over Internet faciliteiten. Ook de oudere woningzoekende maakt meer en meer gebruik van dit kanaal. (bron CBS en Trendbox)
Ter bescherming van de privacy van de woningzoekende is een goed geregelde registratie / autorisatie nodig binnen de kaders van de Wet Persoon Registratie.(WPR).
Er is natuurlijk ook rekening gehouden met de doelgroepen die geen beschikking over Internet hebben. De balies en spreekkamers van de woningcorporaties worden zo ingericht dat woningzoekende daar op Internet kunnen. De mensen die geen ervaring met Internet hebben kunnen altijd terecht bij woonconsulenten voor hulp en ondersteuning.
Als de woningzoekende na verloop van tijd een woning krijgt aangeboden, dan kan de aanbieding (indien gewenst door de woningzoekende) geheel via de website worden afgehandeld.
Op de website laten de woningcorporaties zien hoe de vrijkomende woningen zijn toegewezen.
Dit maakt het systeem transparant voor de overige woningzoekenden.
Al met al zijn de eisen en wensen behoorlijk vooruitstrevend doordat informatietechnologie een belangrijke rol in de het woningzoekenden proces moet gaan spelen.
Belangrijk element in de methodiek van wachttijdvoorspelling is de wachtrij voor een specifiek cluster van woningen. Een cluster is een voor de klant herkenbare, logisch bij elkaar horende groep woningen waarop een optie genomen kan worden. Met een “optie” maak je kenbaar dat je als woningzoekende (op termijn) in aanmerking wilt komen voor een leegkomende woning in dat cluster..
De wachtrij wordt bepaald door het aantal woningzoekenden met opties voor een specifiek cluster.
Hij of zij kan bij het nemen van een optie direct zien (of te horen krijgen):
De woningzoekende kan besluiten een andere (kortere) wachtrij op te zoeken dus, zijn of haar woonwens te veranderen. Aan de presentatie van de voorspelling van de gemiddelde wachttijd kunnen geen rechten worden ontleend.
Weigeren woningzoekenden aangeboden woningen dan zal een bepaalde woningzoekende sneller aan de beurt kunnen komen. Ook kan de werkelijke mutatiesnelheid (mutatiegraad) in een cluster door marktwerking worden beïnvloed (meer of minder snel beschikbaar komen van leegkomende woningen).
Voor de overgrote meerderheid van de woningzoekendenpopulatie in Helmond geldt: keuzevrijheid in gebondenheid.
Iedere woningzoekende creëert bij inschrijving (eventueel samen met een medewerker van de corporatie) een globaal zoekprofiel. Op basis van dit zoekprofiel krijgt de klant “zicht” op voor hen beschikbare clusters. De woningzoekende wordt bij het opgeven van de woonwens gewezen op vooraf - bekende, tot een minimum teruggebrachte, beperkingen op het gebied van leeftijd, de verhouding huur en inkomen en een (verruimde norm voor de) relatie huishoudensamenstelling, de zgn. passendheidscriteria. Daarnaast wordt gewezen op specifieke cluster kenmerken en doelgroep labeling van bepaalde clusters. Als snelheid geboden is; kan de klant zelfs zoeken op de clusters met de hoogste mutatiegraad.
De woningzoekende kan te allen tijde wijzigingen aanbrengen in de gekozen opties (intrekken en nieuwe opties nemen). Daarbij moet wel rekening gehouden worden dat men achteraan aansluit in de wachtrij voor een specifiek cluster. Ook voor specifieke woonwensen is er aandacht.
In het nieuwe transparante woonruimtebemiddelingsysteem is gezocht naar methoden om sociaal en medisch urgenten en bijzondere doelgroepen op maat te kunnen bemiddelen.
Het gaat te ver om alle bijzondere doelgroepen uitgebreid te behandelen, maar ook daarmee is rekening gehouden door het profiel van de woningzoekende daarvoor te specificeren.
Ouderen met een indicatie van het Regionaal Indicatie Orgaan (RIO) kunnen (naast gewone clusterselectie) op specifieke senioren-, aanleun- en steunpuntwoningen zoeken en opties nemen. Door de wachttijdvoorspelling wordt ook voor deze groep de kans op een dergelijke woning veel doorzichtiger. In die zin is deze categorie een gewone woningzoekende.
De gemeente Helmond en de woningcorporaties vinden het belangrijk dat aangebrachte voorzieningen in het kader van de Wet Voorzieningen Gehandicapten (WVG) opnieuw worden benut door deze specifieke doelgroep. Uiteraard mogen gehandicapten ook opties nemen, maar zij moeten zich realiseren dat zij gekoppeld worden aan passende, aangepaste woningen wanneer die leegkomen.
Helmondse woningcorporaties nemen voor de bijzondere bemiddeling ook opties in bepaalde clusters en bemiddelen kandidaten die daarvoor in aanmerking komen
Elke corporatie biedt haar eigen woningen aan. De andere corporaties hebben hier geen direct zicht op. Iedere leegkomende woning wordt leeg gemeld met de benodigde specifieke kenmerken van die woning. De computer selecteert de langst wachtende kandidaat voor het overeenkomende cluster en woningzoekende krijgen bericht van de aanbieding.
Het computerprogramma bewaakt dit proces en genereert een verantwoording die gepubliceerd wordt zonder tussenkomst van consulenten.
De woningzoekende kan op basis van een volledig transparante publicatie zelf controleren of de juiste toewijzing heeft plaatsgevonden. Klachten daarover worden behandeld door een onafhankelijke beroepscommissie
Bouwstenen voor Huren in Helmond
Aan onderstaande uitgangpunten moet de nieuwe systematiek voldoen.
Maatwerk voor klant en corporaties: Maatwerk voor de klant betekent dat hij zijn woonwensen moet kunnen aangeven en ook volgens deze woonwensen geholpen wordt. Maatwerk voor de corporaties betekent dat de corporaties bijzondere woningzoekenden moet kunnen bemiddelen, mits dit voldoet aan het uitgangspunt transparant handelen.
Vertaling naar verordening: De systematiek die beschreven wordt in deze notitie krijgt een één op één vertaling in de huisvestingsverordening. De Gemeente Helmond zit in de werkgroep om het proces te bewaken en knelpunten tijdig te signaleren. De gemeente gaat een verordening opstellen in vorm van een raamwerk. Er is sprake van prestatieafspraken. Er blijft ruimte bestaan voor het maken van aanvullende afspraken.
In dit hoofdstuk wordt ingegaan op een drietal spanningsbogen.
1.Wijkontwikkeling en transparantie woonruimtebemiddeling
In hoeverre kun je wijkontwikkeling laten slagen door een ‘goed’ woonruimtebemiddelingssysteem? Hiervoor moeten eerst de succesfactoren voor wijkontwikkeling op een rij worden gezet.
Vervolgens stellen we ons de vraag; “Wat kan woonruimtebemiddeling doen voor wijkontwikkeling?”
Succesfactoren voor wijkontwikkeling
Een helder, wijkontwikkelingsplan (SMART) dat is opgesteld door o.a. de gezamenlijke corporaties, de gemeente Helmond, bewoners, maatschappelijke instellingen, politie en commerciële vastgoedontwikkelaars. Instrumenten zijn dan:
Wat is er te regelen via woonruimtebemiddeling?
Wat is er niet te regelen via woonruimtebemiddeling?
Woonruimtebemiddeling vormt een onderdeel van een groter scala van instrumenten die bijdragen aan een goede wijkontwikkeling. Hierdoor kan en mag de woonruimtebemiddeling niet als enig instrument gezien worden voor het slagen van een goede wijkontwikkeling.
Woonruimtebemiddeling levert veel goede beleidsinformatie op die er mede voor zorgt dat de wijkontwikkeling op gang kan komen.
Het belangrijkste instrument is een wijkontwikkelingsplan waarin gezamenlijke afspraken zijn gemaakt tussen relevante partijen.
2.Verantwoording & stigmatisering
Om transparantie te waarborgen is het goed om de woningtoewijzing achteraf te verantwoorden, door een verantwoording te publiceren zónder stigmatisering.
‘Niet stigmatiseren’ betekent dat in de verantwoording geen informatie mag worden vrijgegeven waardoor de persoonlijke situatie van de nieuwe huurder openbaar bekend wordt gemaakt. De verantwoording moet in die zin worden uitgewerkt
3.Stimuleren doorstroming & woonruimteverdeling
De corporaties staan voor de uitdaging doorstroming te stimuleren.
“Kan woonruimteverdeling aan doorstroming bijdragen, of kan doorstroming alleen op gang komen door nieuwbouw?”
Doorstroming kan worden gestimuleerd door een scala aan factoren. Sommige zijn door de corporaties niet te beïnvloeden, denk bijvoorbeeld aan het consumentenvertrouwen, de rentestand of de koopprijzen.
Wel kunnen de corporaties via woonruimtebemiddeling trachten;
De gezamenlijke corporaties zullen in de nieuwe systematiek zoveel als mogelijk de doorstroming stimuleren.
Huidige klantgroepen & systematiek
Om de overgang naar het nieuwe model goed te begrijpen wordt in dit hoofdstuk de huidige situatie geschetst. Dit wordt gedaan door de klantgroepen en de gehanteerde systematiek uit een te zetten, gevolgd door de ontstane twijfels over deze situatie. Deze twijfels zijn gefilterd uit het stuk ‘Klant weer aan zet’ en uit gesprekken met corporaties, de bewonersorganisaties en de Gemeente Helmond.
Woonwenskandidaten zijn woningzoekenden die een verbetering zoeken ten opzichte van de huidige woonsituatie. Om die reden zijn zij bereid langer te wachten op een woning. Er vindt in de operationele systematiek een ordening plaats van woonwenskandidaten in wachttijd.
Twijfels huidige woonwenskandidaat: Het is heel goed dat men de woonwensen kan aangeven, alleen moeten de woonwenskandidaten beter voorzien worden van informatie op basis waarvan zij hun woonwens kunnen formuleren. De woonwenskandidaat moet ook beter op de hoogte worden gehouden van zijn voortgang in de slagingskans.
Onder urgent wordt in het huidige model verstaan; de mensen voor wie de wens om binnen een specifiek tijdsbestek een woning toegewezen te krijgen belangrijker is dan de specifieke woonwens. Zij krijgen de zekerheid relatief snel geholpen te worden, dat wil zeggen binnen een half jaar. Ten aanzien van de woonvoorkeur mag de urgent woningzoekende een beperkte woonwens opgeven. Hij mag slechts twee buurten aanwijzen waar hij niet wilt wonen. Wel dient de urgente een passende aanbieding te krijgen wat betreft woningtype, woninggrootte en huurprijsklasse. Een woningzoekende mag zélf aangeven of hij of zij urgent is. Het criterium is wel dat hij of zij sociale binding moet hebben met Helmond. De lijst met mensen die zichzelf urgent vinden wordt steeds langer, de lijst urgenten is momenteel gelijk aan 1/3 van de vrijkomende woningen in één jaar.
Twijfels huidige urgenten: Er wordt in de notitie ‘Klant weer aan zet’ gesproken over het verschil in urgentie aan te geven en in dit kader wordt gesproken over ‘anders urgenten’. Met de ‘anders urgenten’ wordt gedoeld op mensen die hoognodig moeten verhuizen wegens een onhoudbare situatie, medische problematiek, calamiteiten en of herstructuring). Het maatwerk wat hiervoor wordt toegepast verschilt per corporatie.
Het huidige systeem biedt geen mogelijkheid voor het doen van passende aanbiedingen en registratie van deze “anders urgent” woningzoekenden. Wel wordt als een groot goed ervaren dat je kan aangeven of je ‘snelle, maakt niet uit wat’ woningzoekende bent of een ‘ik weet precies waar ik wil wonen en ik ben bereid daarop te wachten’ woningzoekende bent.
De optiemodule vormt de hoofdsystematiek. Zoveel mogelijk doelgroepen worden via het optiemodule geholpen
De klant kan alleen of samen met de woonconsulent de woonwensen onderzoeken en deze registreren via www.hureninhelmond.nl Op deze wijze kan een woningzoekende zichzelf in de wachtrij plaatsen voor een cluster woningen. Dit noemen we “een optie nemen”. De rol van de corporaties is in deze adviserend, de klant kiest. De optie die als eerste in de wachtrij staat krijgt de eerstvolgende vrijkomende woning in dat cluster aangeboden. Van belang is een zuivere wachtrij na te streven. Inbreken op de wachtrij is dan ook uit den boze.
Nb; de corporaties nemen ten behoeve van de winkelmodule ook een (vooraf afgesproken) hoeveelheid opties. Zie verder bij de winkelmodule.
De woningzoekende neemt op basis van cluster - informatie een optie. Deze informatie moet juist, relevant en compleet zijn. Denk bijvoorbeeld aan: locatie - informatie, woningtype, foto’s en plattegronden, aantal slaapkamers, huurprijsklasse, advies over mogelijke huursubsidie, verwachte wachttijd, tuin, open keuken, 2e toilet, foto’s en plattegronden, wel of niet gelijkvloers, sociaaldemografische samenstelling buurt etc.
In samenwerking met andere partijen, o.a. Gemeente Helmond, wordt informatie over buurten verzameld en onderhouden.
Per cluster wordt de leefstijl gepresenteerd. Via een aantal vragen kan de woningzoekende achterhalen wat de leefstijl is die bij hem of haar zou kunnen horen. (profiel)
Presentatie van leefstijlen heeft als doel het verschaffen van informatie aan de klant en het ondersteunen van een adviesgesprek, het heeft géén voorschrijvend karakter.
Op clusterniveau kan worden gewerkt met reserveringen voor bepaalde doelgroepen, door deze clusters te labelen voor woningzoekenden met een specifiek profiel.
Bijvoorbeeld clusters met seniorenwoningen waarop alleen 55-plussers een optie kunnen nemen, een WVG- cluster waar alleen mensen met een indicatie een optie op kunnen nemen of clusters waarvoor een inkomensgrens geldt.
De doorstroommodule wordt alleen ingezet ten behoeve van optienemers.
Werkwijze Doorstroombemiddeling
Het kan zijn dat de woonwens van een optienemer kan worden vervuld door van woning te wisselen met een andere optienemer. Deze mogelijkheid om optienemers snel te helpen door het wisselen van de huidige woning wordt benut via de doorstroommodule.
Een optienemer geeft aan in welk cluster hij of zij woont. De optienemer geeft ook naar welk(e) cluster(s) hij of zij wil doorstromen.
Indien in de wachtrij voor dat (die) cluster(s) een andere woningzoekende de omgekeerde variant voorkomt, wordt er een signaal afgegeven aan de woonconsulent (de woonconsulenten) dat er een doorstroombemiddeling gestart kan worden. De corporatie (de corporaties) bemiddelen verder actief de woningruil en worden de optienemers op de hoogte gebracht. Zij kunnen beslissen of zij van woning willen wisselen. Wanneer zij dit willen kunnen zij via de corporatie het verdere proces afhandelen. Er zijn dan weer twee woningzoekenden geholpen.
Bijvoorbeeld: een oudere vrouw woont, in een volgens haar, te grote eengezinswoning en wil verhuizen naar een gelijkvloerse, kleine woning. Een jonge vrouw met twee kinderen woont in een kleine gelijkvloerse woning, maar wilt eigenlijk naar een eengezinswoning. De woonconsulent zou nu kunnen bemiddelen om deze twee situaties aan elkaar te koppelen en van woning te wisselen.
De systematiek van een doorstroommodule is, voor zover bekend, elders nog niet eerder in combinatie met een optiemodule uitgevoerd. Een risico is dat de systematiek van opties nemen onder druk komt te staan wegens een teruglopende mutatiegraad in bepaalde clusters. Deze stelling is een hypothese en is niet onderzocht. De doorstroommodule kent de vorm van een experiment en zal na een bepaalde periode worden geëvalueerd.
De winkelmodule is niet voor optienemers, maar voor een aantal bijzondere doelgroepen (welke doelgroepen? Zie tabel: ‘Klantgroep per module’).
De door de corporatie genomen opties staan in de winkel. Een ieder kan het aanbod in de (virtuele) etalage van de winkel bekijken. Echter, enkel klanten die een unieke geconditioneerde sleutel hebben gekregen kunnen reageren op het aanbod in de etalage. De toewijzing vindt plaatst volgens het principe ‘wie het eerst komt, die het eerst maalt’.
Verdeling woningen tussen optie- en winkelmodule
De optiemodule en de winkelmodule zijn met elkaar verbonden, ze voeden elkaar. De gezamenlijke corporaties nemen opties op clusters door het gehele bezit: deze opties noemen we de corporatieopties. Wanneer een corporatieoptie op één staat in de wachtrij gaat de eerstvolgende, leegkomende woning (behorende bij het betreffende cluster) naar de winkel en wordt daar bemiddeld.
De bijzondere doelgroepen verstoren op deze wijze niet de wachttijdberekening van de optienemers.
De interval waarmee corporatie-opties in een wachtrij worden geplaatst wordt pér cluster bepaald. Het plaatsen van een corporatie optie op basis van een vooraf vastgestelde interval, instelbaar per cluster, wordt geautomatiseerd en krijgt een concrete uitwerking op clusterniveau. Omdat de doorloopsnelheid van de wachtrij per cluster verschilt (de doorloopsnelheid hangt af van de mutatiegraad) kan niet voor alle clusters exact dezelfde interval worden gehanteerd.
Het totale aantal corporatie opties (en daarmee het maximale aanbod in de winkel) wordt vastgelegd in afspraken met de Gemeente Helmond. Deze afspraken hebben bijvoorbeeld betrekking op het maximale aantal ‘bijzondere doelgroepen’ dat per jaar geholpen moet worden.
In de uitwerking wordt een veiligheidsmarge ingebouwd, dit betekent dat er een teveel aan corporatie opties wordt genomen. Dit om een continu winkelaanbod te garanderen. Zo wordt tevens voorkomen dat de wachtrij moet worden opengebroken wanneer er opeens een grotere vraag naar bijzondere bemiddeling dan gemiddeld ontstaat.
Aantal dagen aanbod in etalage
Het aantal dagen dat een woning in de etalage mag hangen, wordt beperkt tot maximaal 3 werkdagen.
Geen reactie op aanbod in de winkel: wat nu?
Wanneer er na de 3 werkdagen termijn geen reactie is op een woning die in de etalage hangt, dan gaat deze woning terug naar de optiemodule; deze woning wordt aangeboden aan de eerst volgende optienemer in de wachtrij. Dit betekent dat wanneer er geen gebruik wordt gemaakt van de corporatie-opties, de wachttijd voor de optienemers korter wordt.
Het doen van speciale aanbiedingen, staat buiten de optie- en de winkelmodule in een speciale aanbiedingen module.
Middels deze module kunnen woningen worden aangeboden die niet in het optiemodel zijn opgenomen, en waarvoor dus geen optienemers zijn. Denk bijvoorbeeld aan woningen die gesloopt gaan worden, deze worden niet opgenomen in het optiemodel. Je laat woningzoekenden immers niet wachten voor een cluster woningen waarvan nu al bekend is dat deze woningen gesloopt gaan worden. Deze woningen wil je, in het kader van leefbaarheid en financiën, echter niet leeg laten staan, maar juist verhuren voor een korte periode. Dit kan via deze module ‘speciale aanbiedingen’ (voorwaarden voor korte verhuur zijn nader te bepalen).
Ook kun je via deze module moeilijk verhuurbare woningen verhuren. Denk dan aan woningen waarvoor geen optienemer interesse heeft getoond en waarvoor geen gegadigden zich hebben gemeld in de winkel.
Ten slotte kan deze module ingezet worden om een verhuisketen op gang te brengen. Denk aan een bepaalde ‘vastzittende’ woonwijk, waar je mensen wilt verleiden om te verhuizen. Door het doen van een speciale aanbieding voor bewoners van deze woonwijk met selectie op bijvoorbeeld woonduur, kan doorstroming wellicht door verleiding worden bewerkstelligd.
In de speciale aanbiedingen module kan ook gebruikt worden voor het aanbod aan bedrijfspanden en koopwoningen van de woningcorporaties.
Het is wenselijk dat ook commerciële verhuur (onder nader te bepalen condities) aanhaakt aan de systematiek van ‘Hurenn in Helmond’. Dit geldt ook voor instellingen die (wel of niet aangepaste) woningen verhuren. Makelaars zouden dan te verhuren woningen ook via deze site kunnen presenteren in een apart daarvoor gereserveerde ruimte.
De volgende klantgroepen zijn door de werkgroep woonruimtebemiddeling onderkend en geplaatst bij de volgende systematiek:
Transparantie & verantwoording
Door het periodiek (halfjaarlijks of jaarlijks) met de gemeente af te spreken contingent woningen wat via het Winkelmodule moet worden bemiddeld worden vooraf prestatieafspraken gemaakt over de hoeveelheid te helpen bijzondere doelgroepen. De gemeente toetst of de corporaties zich aan die afspraken houden (verantwoording achteraf)
De gehele woonruimtebemiddeling systematiek zal periodiek door de participanten worden geëvalueerd. De conclusies uit deze evaluatie worden door de participanten gezamenlijk verwerkt in de werking en de spelregels van de respectlieflijke modulen.
Strategisch voorraadbeleid en clusterbepaling
Opties intrekken / overdragen aan derden
Blokkade bij inloggen of opties nemen
Woningaanbieding bij Winkelmodel
Woningaanbieding bij ‘Speciale aanbiedingen’
Organisatie Wonen in Helmond in hoofdlijnen
In onderstaand schema worden de belangrijkste componenten van het nieuwe transparante woonruimtebemiddeling in haar systematiek en systeem samengevat