Ziet u een fout in deze regeling? Meld het ons op regelgeving@overheid.nl!
Beek

Verordening cliëntenparticipatie WWB gemeente Beek

Wetstechnische informatie

Gegevens van de regeling
OrganisatieBeek
OrganisatietypeGemeente
Officiële naam regelingVerordening cliëntenparticipatie WWB gemeente Beek
CiteertitelVerordening cliëntenparticipatie WWB gemeente Beek
Vastgesteld doorgemeenteraad
Onderwerpmaatschappelijke zorg en welzijn
Eigen onderwerp

Opmerkingen met betrekking tot de regeling

Indien de bekendmaking van deze regeling vóór 22-12-2010 niet heeft plaatsgevonden, dan geldt de bekendmaking in de Maas- en Geleenbode van 22-12-2010 als officiële bekendmaking van deze regeling zoals bedoeld in de Algemene wet bestuursrecht.

Het college van burgemeester en wethouders kunnen met betrekking tot de uitvoering van deze verordening nadere regels stellen.

Deze regeling vervangt de Verordening cliëntenraad gemeente Beek 1999.

Wettelijke grondslag(en) of bevoegdheid waarop de regeling is gebaseerd

Wet werk en bijstand

Overzicht van in de tekst verwerkte wijzigingen

Datum inwerkingtreding

Terugwerkende kracht tot en met

Datum uitwerkingtreding

Betreft

Datum ondertekening

Bron bekendmaking

Kenmerk voorstel

01-01-2005Nieuwe regeling

24-06-2004

Onbekend

Onbekend

Tekst van de regeling

Intitulé

Verordening cliëntenparticipatie WWB gemeente Beek

DE RAAD VAN DE GEMEENTE BEEK;

 

 

gezien het voorstel van burgemeester en wethouders d.d. 11 november 2004;

 

gelet op het bepaalde in de Wet werk en bijstand (WWB);

 

 

B E S L U I T :

 

 

de Verordening Cliëntenparticipatie Wet werk en bijstand (WWB) gemeente Beek vast te stellen.

 

VERORDENING CLIËNTENPARTICIPATIE WWB GEMEENTE BEEK.

 

 

Artikel 1 Begripsomschrijving

  • a.

    de wet: de Wet werk en bijstand;

  • b.

    uitkeringsgerechtigde: degene, die algemene bijstand ontvangt op de grond van de wet;

  • c.

    niet-uitkeringsgerechtigde: als omschreven in artikel 6, sub a van de wet;

  • d.

    cliënten: de sub b en c bedoelde persoon, alsmede degene die een uitkering ontvangt op grond van de Algemene nabestaandenwet;

  • e.

    vertegenwoordiger: afgevaardigde van een maatschappelijke instelling of belangenorganisatie die direct of indirect deel uit maakt van het dagelijkse leven van de cliënt;

  • f.

    college : burgemeester en wethouders;

  • g.

    portefeuillehouder: het collegelid dat belast is met de portefeuille Werk en Inkomen.

Artikel 2 Doelstelling

Het doel van de cliëntenparticipatie is dat cliënten en vertegenwoordigers invloed kunnen uitoefenen op het beleid, de uitvoering en de kwaliteit van de afdeling Werk en Inkomen door gevraagd en ongevraagd te adviseren.

Artikel 3 Beleidsterreinen

  • 1.

    In het kader van de cliëntenparticipatie adviseert de cliëntenraad over beleid in het kader van de wet, alsmede over aangelegenheden die de uitvoering en de kwaliteit van de dienstverlening betreffen.

  • 2.

    De cliëntenraad houdt zich niet bezig met:

    • -

      individuele klachten, bezwaarschriften en andere zaken die een individueel karakter dragen dan wel betrekking hebben op individuele cliënten;

    • -

      de Wet voorzieningen gehandicapten;

    • -

      verplichte uitvoering door de gemeentelijke organen van wettelijke voorschriten voor zover bij de uitvoering geen ruimte voor eigen gemeentelijk beleid aanwezig is.

Artikel 4 De voorzitter

  • 1.

    Het voorzitterschap van de raad berust bij een door het college van burgemeester en wethouders te benoemen onafhankelijk voorzitter. Deze heeft geen stemrecht.

  • 2.

    Het college kan in afwijking van het gestelde in lid 1 besluiten tot het benoemen van een lid van het college van burgemeester en wethouders als voorzitter.

  • 3.

    De voorzitter is belast met:

    • -

      de voorbereiding en uitvoering van het overleg;

    • -

      de leiding van het overleg;

    • -

      hetgeen deze verordening hem overigens opdraagt.

Artikel 5 De secretaris en aanwezigheid andere gemeenteambtenaren

  • 1.

    Als secretaris van de cliëntenraad treedt op een door het hoofd van de afdeling Werk en Inkomen aangewezen ambtenaar.

  • 2.

    Het overleg van de cliëntenraad kan worden bijgewoond door ambtenaren van de gemeente om inlichtingen en adviezen te verstrekken.

  • 3.

    In overleg met de voorzitter nodigt de secretaris de cliëntenraad en de betrokken wethouder uit voor het overleg en zorgt dat de agenda en de benodigde stukken tijdig worden verstuurd. Hij biedt ondersteuning tijdens het overleg, maakt de notulen en bewaakt de voortgang en afhandeling van de uitgebrachte adviezen.

Artikel 6 Tekenen van stukken

Alle van de cliëntenraad uitgaande stukken worden ondertekend door de voorzitter.

Artikel 7 Samenstelling

De cliëntenraad bestaat, naast de voorzitter en de secretaris, uit maximaal:

  • 1.

    Vier cliënten, die zoveel mogelijk een afspiegeling vormen van het cliëntenbestand. Indien minder dan vier cliënten bereid zijn om zitting te nemen in de cliëntenraad, kan deze aangevuld worden met maximaal twee afgevaardigden van de overkoepelende organen van cliënten.

  • 2.

    Vier leden van organisaties, die actief betrokken zijn bij de uitvoering van de sociale zekerheid en de belangen van de doelgroepen kunnen behartigen.

  • 3.

    Behoudens het bepaalde in artikel 4 lid 2 van deze verordening is het lidmaatschap van de cliëntenraad overenigbaar met het lidmaatschap van de gemeenteraad of het college.

Artikel 8 Voordracht en benoeming

  • 1.

    Het college van burgemeester en wethouders van de gemeente Beek benoemt de cliënt-leden op basis van het in artikel 7 lid 1 genoemd criterium. Indien de raad aangevuld moet worden met afgevaardigden van overkoepelende organen van cliënten, worden het Provinciaal Samenwerkingsverband Uitkeringsgerechtigden Limburg (PSUL) en/of het comité van Vrouwen in de Bijstand in de gelegenheid gesteld ieder voor zich één lid en één plaatsvervangend lid voor benoeming voor te dragen.

  • 2.

    Het college van burgemeester en wethouders van de gemeente Beek benoemt de leden en plaatsvervangend leden op voordracht van de cliëntvertegenwoordigende organisaties. De volgende organisaties worden in de gelegenheid gesteld ieder voor zich één lid en één plaatsvervangend lid voor benoeming voor te dragen:

    • -

      Vakorganisatie FNV;

    • -

      Vakorganisatie CNV;

    • -

      Ouderenbond KBO.

  • 3.

    De leden van de cliëntenraad worden benoemd voor een periode van twee jaar.

  • 4.

    Aftredende leden zijn direct hernoembaar.

  • 5.

    Een lid van de cliëntenraad kan te allen tijde ontslag nemen. Het lid geeft daarvan schriftelijk kennis aan de voorzitter van de cliëntenraad.

  • 6.

    De leden van de cliëntenraad kunnen tussentijds door het college van burgemeester en wethouders ontslagen worden op eigen verzoek of op verzoek van de organisatie die hen voor benoeming heeft voorgedragen.

  • 7.

    Aftredende leden, die blijven voldoen aan de vereisten van het lidmaatschap, kunnen hun functie blijven uitoefenen totdat hun opvolgers zijn benoemd.

  • 8.

    Zodra blijkt dat een lid van de cliëntenraad de hoedanigheid op grond waarvan hij benoemd is niet meer bezit, kan hij nog maximaal 6 maanden lid blijven van de cliëntenraad danwel, indien dit eerder ligt, tot het einde van de periode waarvoor hij benoemd is.

  • 9.

    De vervulling van een tussentijds ontstane vacature geschiedt binnen acht weken nadat zij is ontstaan.

  • 10.

    Burgemeester en wethouders kennen de leden van de cliëntenraad per bijgewoond én door de portefeuillehouder noodzakelijk geacht overleg een vergoeding toe conform de bedragen zoals opgenomen in de raamverordening voor commissies. Burgemeester en wethouders kennen een budget toe voor de kosten gemaakt in verband met deelname aan de cliëntenraad verbonden activiteiten.

Artikel 9 Tijd en plaats

  • 1.

    De cliëntenraad overlegt maximaal zes keer per jaar. Indien de voorzitter, de wens daartoe schriftelijk en met opgaaf van redenen aan de portefeuillehouder te kennen heeft gegeven, kan een extra overleg gehouden worden. Het initiatief voor een extra overleg kan ook uitgaan van de portefeuillehouder.

  • 2.

    Het overleg wordt in de regel in het gemeentehuis gehouden.

Artikel 10 Werkwijze

  • 1.

    In het kader van de cliëntenparticipatie vraagt het college de cliëntenraad om advies inzake het gemeentelijk beleid en de uitvoering en kwaliteit van dienstverlening zoals bedoeld in artikel 3 lid 1 van de verordening.

  • 2.

    De cliëntenraad is gerechtigd uit eigen beweging advies uit te brengen aan het college inzake het gemeentelijk beleid en de uitvoering en kwaliteit van dienstverlening zoals bedoeld in artikel 3 lid 1 van de verordening.

  • 3.

    Het advies wordt op een zodanig tijdstip gevraagd, dat het toegevoegd kan worden aan de voor besluitvorming van college of raad ter beschikking te stellen stukken.

  • 4.

    Contacten tussen cliëntenraad en de afdeling Werk en Inkomen lopen via de voorzitter en de secretaris.

  • 5.

    Wanneer de cliëntenraad uit eigen beweging advies uitbrengt, gebeurt dit via de voorzitter.

  • 6.

    De oproeping voor een overleg vindt schriftelijk plaats en wordt, spoedeisende gevallen uitgezonderd, tenminste 14 dagen vóór het overleg aan de leden toegezonden.

  • 7.

    De oproepingsbrief vermeldt de onderwerpen die in het overleg behandeld zullen worden.

  • 8.

    De leden kunnen agendapunten aanleveren. Deze dienen uiterlijk twee werkdagen vóór de verzending van de agenda bij de secretaris aangeleverd te zijn.

  • 9.

    De voorzitter kan agendapunten samenvoegen of, onder vermelding van de reden, niet opnemen.

Artikel 11 Adviezen cliëntenraad

  • 1.

    De adviezen van het cliëntenraad aan het college worden gegeven overeenkomstig de mening van de meerderheid van de cliëntenraad.

  • 2.

    Op verzoek kan het minderheidsstandpunt in het advies worden opgenomen.

  • 3.

    Indien in de raad de stemmen staken, wordt dat als zodanig vermeld in de notulen.

Artikel 12 Slotbepaling

  • 1.

    Het college van burgemeester en wethouders kunnen met betrekking tot de uitvoering van deze verordening nadere regels stellen.

  • 2.

    In gevallen waarin deze verordening niet voorziet, beslist het college.

  • 3.

    De verordening treedt in werking met ingang van 1 januari 2005 onder gelijktijdige intrekking van de verordening cliëntenraad gemeente Beek 1999.

     

     

Aldus besloten door de raad der gemeente Beek in zijn openbare vergadering van 24 juni 2004.

De raadsgriffier, De voorzitter,

drs. G.H.M. Erven drs. A.M.J. Cremers