Paragraaf 1 Algemene bepalingen
Artikel 1 Begripsomschrijvingen
- 1
In deze afdeling wordt verstaan onder
- a.
- b.
inzamelen: de activiteiten gericht op het ophalen of
innemen van afvalstoffen die binnen de gemeente ter
inzameling worden aangeboden en het feitelijk ophalen en
innemen daarvan;
- c.
ter inzameling aanbieden: de wijze van overdragen van
afvalstoffen aan een inzamelende persoon of instantie,
inclusief het achterlaten van afvalstoffen in daartoe
door of vanwege de inzamelende persoon of instantie
geplaatste inzamelmiddelen of -voorzieningen of op een
daartoe aangewezen plaats;
- d.
inzamelmiddel: een voor de inzameling van afvalstoffen
bestemd hulp- of bewaarmiddel, bijvoorbeeld een
huisvuilzak, minicontainer, afvalemmer, kca-box of big
bag, ten behoeve van één huishouden;
- e.
inzamelvoorziening: een voor de inzameling van
afvalstoffen bestemd(e) bewaarmiddel of -plaats,
bijvoorbeeld een verzamelcontainer, wijkcontainer of
brengdepot, ten behoeve van meerdere huishoudens;
- f.
inzameldienst: de krachtens artikel 7, eerste lid,
aangewezen inzameldienst, belast met de inzameling van
huishoudelijke afvalstoffen;
- g.
andere inzamelaars: de krachtens artikel 7, tweede lid,
aangewezen personen en instanties, belast met het
afzonderlijk inzamelen van categorieën huishoudelijke
afvalstoffen;
- h.
inzamelvergunning: de vergunning zoals bedoeld in
artikel 2.5;
- i.
gebruiker van een perceel: degene die in de gemeente
feitelijk gebruik maakt van een perceel ten aanzien
waarvan ingevolge artikel 10.22 van de Wet milieubeheer
een verplichting tot het inzamelen van huishoudelijke
afvalstoffen geldt;
- j.
straatafval: huishoudelijke afvalstoffen van zeer
beperkte omvang en gewicht, zoals proppen, papier,
sigarettenpeuken, kauwgom, plastic bekertjes en blikjes,
verpakkingsmateriaal, etenswaren, niet zijnde klein
chemisch afval, ontstaan buiten een perceel;
- k.
wegen: alle voor het openbaar verkeer openstaande wegen
of paden met inbegrip van de daarin liggende bruggen en
duikers en de tot die wegen behorende paden en bermen of
zijkanten;
- l.
motorrijtuigen: alle voertuigen, bestemd om anders dan
langs spoorstaven te worden voortbewogen uitsluitend of
mede door een mechanische kracht, op of aan het voertuig
zelf aanwezig dan wel door elektrische tractie met
stroomtoevoer van elders.
- m.
non-profitinstelling een in de gemeente op een perceel
gevestigde non-profitinstelling, zijnde een school of
andere sociaal-culturele instelling, waar geregeld met
huishoudelijk afval vergelijkbaar afval vrijkomt.
- 2
Burgemeester en wethouders kunnen besluiten dat, binnen de in
dat besluit aan te geven condities voor instellingen als bedoeld
onder m. het bepaalde in deze afdeling voor gebruikers van
percelen voor deze instellingen van overeenkomstige toepassing
is. (Besluit non-profitinstellingen)
- 3
Burgemeester en wethouders stellen een omschrijving vast van de
categorieën huishoudelijke afvalstoffen als bedoeld in artikel
2.2. (Besluit omschrijving categorieën huishoudelijke
afvalstoffen)
Artikel 1.1 Beslistermijn
- 1
Het college beslist op een aanvraag voor een vergunning of
ontheffing binnen 8 weken na de dag waarop de aanvraag ontvangen
is.
- 2
Het college kan zijn beslissing voor ten hoogste 8 weken
verdagen.
Artikel 1.2 Indiening aanvraag
- 1
Indien een aanvraag voor een vergunning of ontheffing wordt
ingediend minder dan drie weken vóór het tijdstip waarop de
aanvrager de vergunning of ontheffing nodig heeft, kan het
college besluiten de aanvraag niet te behandelen.
- 2
Voor bepaalde, door het college aan te wijzen, vergunningen of
ontheffingen kan de in het eerste lid termijn worden verlengd
tot ten hoogste acht weken.
Artikel 1.3 Voorschriften en beperkingen
- 1
Aan een krachtens deze verordening verleende vergunning of
ontheffing kunnen voorschriften en beperkingen worden verbonden
in het belang van de bescherming van het milieu.
- 2
De houder van een vergunning of ontheffing is verplicht de
daaraan verbonden voorschriften en beperkingen na te komen.
Artikel 1.4 Persoonlijk karakter van de vergunning of ontheffing
De vergunning of ontheffing is persoonsgebonden, tenzij bij of
krachtens verordening anders is bepaald.
Artikel 1.5 Intrekking of wijziging van de vergunning of
ontheffing
De vergunning of ontheffing kan worden ingetrokken of
gewijzigd:
- a.
indien ter verkrijging daarvan onjuiste dan wel
onvolledige gegevens zijn verstrekt;
- b.
indien op grond van verandering van de omstandigheden of
inzichten opgetreden na het verlenen van de vergunning of
ontheffing, moet worden aangenomen dat intrekking of
wijziging moet worden gevorderd in het belang van de
bescherming van het milieu;
- c.
indien de aan de vergunning of ontheffing verbonden
voorschriften en beperkingen niet zijn of worden
nagekomen;
- d.
indien van de vergunning of ontheffing geen gebruik wordt
gemaakt binnen een daarin gestelde termijn dan wel, bij
gebreke van een dergelijke termijn binnen een redelijke
termijn;
- e.
indien de houder dit verzoekt.
Paragraaf 2 Inzameling van huishoudelijke afvalstoffen
Artikel 2.1 Aanwijzing inzamelende instanties
- 1
Als inzameldienst belast met het ter uitvoering van de wet, de
provinciale milieuverordening en deze afdeling inzamelen van
afvalstoffen wordt door burgermeester en wethouders een
inzameldienst aangewezen.
- 2
Naast de in het eerste lid genoemde inzameldienst kunnen
burgemeester en wethouders personen of instanties aanwijzen die
zijn belast met het ter uitvoering van de wet, de provinciale
milieuverordening en deze afdeling afzonderlijk inzamelen van
categorieën huishoudelijke afvalstoffen. (Besluit aanwijzing
inzameldienst)
Artikel 2.2 Afzonderlijke inzameling
Door de inzameldienst of de krachtens artikel 2.1, tweede lid
aangewezen personen of instanties worden de volgende categorieën
huishoudelijke afvalstoffen afzonderlijk ingezameld:
- a.
groente-, fruit- en tuinafval;
- b.
- c.
- d.
- e.
- f.
- g.
- h.
- i.
grof huishoudelijk restafval;
- j.
- k.
- l.
- m.
- n.
Artikel 2.3 Inzamelmiddelen en -voorzieningen
- 1
De inzameling kan plaatsvinden via:
- a.
een inzamelmiddel, welke is voorzien van een chip, voor
de gebruiker van een perceel;
- b.
een inzamelmiddel, voor de gebruikers van door
burgemeester en wethouders aangewezen en geregistreerde
percelen; (Besluit aanwijzing percelen met
verzamelcontainers)
- c.
- 2
Burgemeester en wethouders kunnen aanwijzen via welk(e)
inzamelmiddel de inzameling van een bepaalde categorie
huishoudelijke afvalstoffen ten behoeve van de gebruiker van een
perceel plaatsvindt. (Besluit aanwijzing inzamelmiddelen)
Artikel 2.4 Frequentie van inzamelen bij elk perceel
- 1
Huishoudelijk restafval wordt ten minste een maal per twee weken
bij elk perceel ingezameld.
- 2
In afwijking van het in het eerste lid bepaalde wordt
huishoudelijk restafval bij een aantal aan te wijzen percelen
niet bij elk perceel ingezameld.
- 3
Groente-, fruit- en tuinafval wordt ten minste een maal per twee
weken afzonderlijk bij elk perceel ingezameld.
- 4
In afwijking van het in het derde lid bepaalde wordt
huishoudelijk groente-, fruit- en tuinafval bij een aantal aan
te wijzen percelen niet bij elk perceel ingezameld.
- 5
Restafval dat niet bij elk perceel wordt ingezameld maar in
verzamelcontainers wordt bewaard, wordt wekelijks ingezameld.
- 6
Gft-afval dat in verzamelcontainers wordt bewaard, wordt
tweewekelijks ingezameld.
- 7
Burgemeester en wethouders kunnen de frequentie van inzameling
vaststellen van de overige categorieën huishoudelijke
afvalstoffen die afzonderlijk in delen van de gemeente bij elk
perceel worden ingezameld. (Besluit dagen en tijden)
Artikel 2.5 Inzamelverbod huishoudelijke afvalstoffen behoudens
vergunning
- 1
Het is verboden zonder inzamelvergunning van het college
huishoudelijke afvalstoffen in te zamelen.
- 2
De inzamelvergunning kan worden geweigerd in het belang van een
doelmatig beheer van huishoudelijke afvalstoffen.
- 3
Het verbod geldt niet voor de inzameldienst of andere
inzamelaars.
- 4
Het verbod geldt niet voor personen of instanties die in het
kader van producentenverantwoordelijkheid bij algemene maatregel
van bestuur een inzamelplicht hebben gekregen voor categorieën
van huishoudelijke afvalstoffen.
Paragraaf 3 Ter inzameling aanbieden van huishoudelijke afvalstoffen
Artikel 3.1 Verbod op het ter inzameling aanbieden van huishoudelijke
afvalstoffen aan anderen
- 1
Het is verboden huishoudelijke afvalstoffen ter inzameling aan
te bieden aan een ander dan de inzameldienst, andere inzamelaars
en aan de houders van een inzamelvergunning.
- 2
Het verbod geldt niet voor personen of instanties die in het
kader van producentenverantwoordelijkheid bij algemene maatregel
van bestuur een inzamelplicht hebben gekregen voor categorieën
van huishoudelijke afvalstoffen.
Artikel 3.2 Verbod op het ter inzameling aanbieden van huishoudelijke
afvalstoffen door anderen dan de gebruikers van percelen
- 1
Het is anderen dan gebruikers van percelen verboden om
huishoudelijke afvalstoffen ter inzameling aan te bieden aan de
inzameldienst of de krachtens artikel 2.1 tweede lid aangewezen
personen of instanties.
- 2
Het is aan anderen dan gebruikers van percelen verboden is om
huishoudelijke afvalstoffen ter inzameling aan te bieden aan de
houder van een vergunning als bedoeld in artikel 2.5.
Artikel 3.3 Afzonderlijk ter inzameling aanbieden
- 1
Het is verboden om de volgende categorieën huishoudelijke
afvalstoffen anders dan afzonderlijk ter inzameling aan te
bieden:
- a.
- b.
- c.
- d.
- e.
groente-, fruit- en tuinafval
- f.
- g.
- h.
- i.
- 2
Burgemeester en wethouders kunnen aanwijzen aan welke personen
of instanties de in het eerste lid aangewezen categorieën
huishoudelijke afvalstoffen moeten worden aangeboden. ( Besluit
inzameldienst)
- 3
Het is verboden de aangewezen categorieën huishoudelijke
afvalstoffen aan te bieden aan anderen dan de krachtens het
tweede lid aangewezen personen of instanties.
Artikel 3.4 Ter inzameling aanbieden van huishoudelijke afvalstoffen via
een inzamelmiddel voor de gebruiker van een perceel
- 1
Indien voor de gebruiker van een perceel voor een bepaalde
categorie huishoudelijke afvalstoffen krachtens artikel 2.3 een
inzamelmiddel is aangewezen, is het voor die gebruiker verboden
de betreffende afvalstoffen anders aan te bieden dan via de
daartoe aangewezen inzamelmiddel.
- 2
Het is verboden andere categorieën huishoudelijke afvalstoffen
via een inzamelmiddel voor de gebruiker van een perceel aan te
bieden, dan de categorie waarvoor dit inzamelmiddel krachtens
artikel 2.3 is bestemd.
- 3
Burgemeester en wethouders kunnen regels stellen omtrent de
plaatsen en wijzen waarop huishoudelijke afvalstoffen via een
inzamelmiddel ter inzameling moeten worden aangeboden. (Besluit
inzamelmiddelen)
- 4
Het is verboden huishoudelijke afvalstoffen op andere plaatsen
en wijzen ter inzameling aan te bieden dan krachtens vorig lid
is bepaald.
- 5
Burgemeester en wethouders kunnen regels stellen met betrekking
tot het maximale gewicht van de afvalstoffen per inzamelmiddel
en het maximale aantal inzamelmiddelen dat per keer kan worden
aangeboden.
- 6
Aan een van gemeentewege aan de gebruiker van een perceel
verstrekte inzamelmiddel kunnen burgemeester en wethouders
regels stellen omtrent het gebruik en het reinigen daarvan.
- 7
Het is aan anderen dan de gebruiker van een perceel aan wie
krachtens artikel 2.3 een inzamelmiddel is toegewezen, verboden
enig afval in dit inzamelmiddel te deponeren dan wel hun
afvalstoffen ter inzameling aan te bieden via dit inzamelmiddel.
Artikel 3.5 Ter inzameling aanbieden van huishoudelijke afvalstoffen via
een inzamelvoorziening ten behoeve van een groep
percelen
- 1
Indien voor de gebruiker van een perceel voor een bepaalde
categorie huishoudelijke afvalstoffen krachtens artikel 2.3 mede
ten behoeve van zijn perceel een verzamelcontainer is
aangewezen, is het voor de gebruiker verboden de betreffende
afvalstoffen anders aan te bieden dan via de betreffende
inzamelvoorziening.
- 2
Het is verboden andere categorieën huishoudelijke afvalstoffen
via een inzamelvoorziening voor een aantal percelen aan te
bieden, dan de categorie waarvoor deze inzamelvoorziening
krachtens artikel 2.3 is bestemd.
- 3
Burgemeester en wethouders kunnen regels stellen ten aanzien van
de wijzen waarop huishoudelijke afvalstoffen via een
inzamelvoorziening ten behoeve van een groep percelen moeten
worden aangeboden. (Besluit inzamelmiddelen)
- 4
Het is verboden huishoudelijke afvalstoffen op andere wijzen aan
te bieden via een inzamelvoorziening ten behoeve van een groep
percelen dan krachtens dit artikel is bepaald.
- 5
Het is voor anderen dan de gebruikers van percelen voor wie
krachtens artikel 2.3 een inzamelvoorziening is aangewezen,
verboden huishoudelijke afvalstoffen aan te bieden via deze
inzamelvoorziening.
Artikel 3.6 Ter inzameling aanbieden van huishoudelijke afvalstoffen via
inzamelvoorzieningen (wijkcontainers)
- 1
Het verbod in artikel 3.4, vierde lid en artikel 3.5, vierde
lid, geldt niet voor het aanbieden van huishoudelijke
afvalstoffen via inzamelvoorzieningen op wijkniveau conform het
krachtens dit artikel bepaalde.
- 2
Het is verboden andere categorieën huishoudelijke afvalstoffen
via een inzamelvoorziening op wijkniveau aan te bieden dan de
categorie waarvoor de inzamelvoorziening krachtens artikel 2.3
is bestemd.
- 3
Burgemeester en wethouders kunnen regels stellen omtrent de
wijzen waarop huishoudelijke afvalstoffen ter inzameling kunnen
worden aangeboden via een inzamelvoorziening op wijkniveau.
- 4
Het is verboden huishoudelijke afvalstoffen op andere wijzen via
een inzamelvoorziening op wijkniveau ter inzameling aan te
bieden dan krachtens het derde lid is bepaald.
Artikel 3.7 Ter inzameling aanbieden van huishoudelijke afvalstoffen via
inzamelvoorzieningen (milieustraat)
- 1
Het verbod in artikel 3.4, vierde lid en artikel 3.5 vierde lid,
geldt niet voor het aanbieden van huishoudelijke afvalstoffen
via het brengdepot op lokaalniveau conform het krachtens dit
artikel bepaalde.
- 2
Het is verboden andere categorieën huishoudelijke afvalstoffen
via een brengdepot op lokaal niveau aan te bieden dan de
categorieën waarvoor het brengdepot krachtens artikel 2.3 is
bestemd.
- 3
Burgemeester en wethouders kunnen regels stellen omtrent de
wijzen waarop huishoudelijke afvalstoffen ter inzameling kunnen
worden aangeboden bij de milieustraat.
- 4
Het is verboden huishoudelijke afvalstoffen op andere wijzen via
de milieustraat aan te bieden dan krachtens het derde lid is
bepaald.
Artikel 3.8 Ter inzameling aanbieden van huishoudelijke afvalstoffen
zonder inzamelmiddel
- 1
Burgemeester en wethouders kunnen categorieën huishoudelijke
afvalstoffen aanwijzen die zonder inzamelmiddel als bedoeld in
artikel 2.3 van deze verordening ter inzameling kunnen worden
aangeboden.
- 2
Burgemeester en wethouders kunnen regels stellen omtrent de
wijzen waarop de krachtens het eerste lid aangewezen categorieën
huishoudelijke afvalstoffen ter inzameling moeten worden
aangeboden.
- 3
Het is verboden de in het eerste lid bedoelde huishoudelijke
afvalstoffen op andere wijzen ter inzameling aan te bieden dan
krachtens dit artikel is bepaald.
Artikel 3.9 Dagen en tijden voor het ter inzameling aanbieden
- 1
Burgemeester en wethouders stellen de dagen en tijden vast
waarop huishoudelijke afvalstoffen ter inzameling kunnen worden
aangeboden. (Besluit dagen en tijden)
- 2
Het is verboden huishoudelijke afvalstoffen op andere dagen en
tijden ter inzameling aan te bieden dan krachtens het eerste lid
is bepaald.
Artikel 3.10 Het in bijzondere gevallen ter inzameling aanbieden van
huishoudelijke afvalstoffen
In afwijking van hetgeen in dit hoofdstuk is bepaald kunnen
burgemeester en wethouders regels stellen omtrent het in bijzondere
gevallen ter inzameling aanbieden van huishoudelijke afvalstoffen
aan de inzameldienst of krachtens artikel 2.1, tweede lid aangewezen
personen of instanties.
Paragraaf 4 Inzameling van bedrijfsafvalstoffen
Artikel 4.1 Inzameling bedrijfsafvalstoffen door de inzameldienst
Het college kan categorieën bedrijfsafvalstoffen aanwijzen die door
de inzameldienst worden ingezameld.
Artikel 4.2 Ter inzameling aanbieden van bedrijfsafvalstoffen aan de
inzameldienst
- 1
Het is verboden bedrijfsafvalstoffen aan te bieden aan de
inzameldienst.
- 2
Het verbod geldt niet voor de krachtens artikel 4.1. aangewezen
categorieën bedrijfsafvalstoffen, voorzover degene die gebruik
maakt van de inzameling door de inzameldienst voldoet aan de
daarmee ontstane belastingplicht op grond van de verordening
Reinigingsrecht gemeente Bernheze.
- 3
Het college kan regels stellen omtrent de dagen, tijden, wijzen
en plaatsen waarop de krachtens artikel 4.1. aangewezen
bedrijfsafvalstoffen aan de inzameldienst ter inzameling kunnen
worden aangeboden.
- 4
Het is verboden de krachtens artikel 4.1. aangewezen
bedrijfsafvalstoffen ter inzameling aan te bieden in strijd met
deze regels.
Artikel 4.3 Het ter inzameling aanbieden van bedrijfsafvalstoffen aan een
ander dan de inzameldienst
- 1
Het college kan regels stellen voor het ter inzameling aanbieden
van bedrijfsafvalstoffen aan een ander dan de
inzameldienst.
- 2
Het is verboden bedrijfsafvalstoffen ter inzameling aan te
bieden in strijd met deze regels.
Paragraaf 5 Zwerfafval
Artikel 5.1 Voorkomen van diffuse milieuverontreiniging
- 1
Het is verboden buiten een daarvoor door het college bestemde
plaats en buiten een inrichting in de zin van de Wet
milieubeheer een afvalstof, stof of voorwerp op of in de bodem
te brengen, te storten, te houden, achter te laten of anderszins
te plaatsen op een wijze die aanleiding kan geven tot hinder of
nadelige beïnvloeding van het milieu.
- 2
Het college kan van het verbod ontheffing verlenen.
- 3
Het verbod is niet van toepassing op:
- a.
het overeenkomstig deze verordening ter inzameling
aanbieden van huishoudelijke afvalstoffen of
bedrijfsafvalstoffen;
- b.
het thuiscomposteren van groente-, fruit- en
tuinafval;
- c.
voor zover de (afval)stoffen tijdelijk op de weg
geraken of worden gebracht als onvermijdelijk gevolg van
het laden, lossen of vervoeren van afvalstoffen dan wel
het verrichten van andere werkzaamheden op of aan de
weg.
- 4
Het in het eerste lid gestelde verbod geldt niet voorzover de
Wet bodembescherming of het Bouwstoffenbesluit voorziet in de
beoogde bescherming van het milieu.
Artikel 5.2 Achterlaten van straatafval
- 1
Het is verboden straatafval in de openbare ruimte achter te
laten zonder gebruik te maken van de van gemeentewege of
anderszins geplaatste of voorgeschreven bakken, manden of
soortgelijke voorwerpen.
- 2
Het is verboden om andere afvalstoffen dan straatafval achter te
laten in daartoe van gemeentewege of anderszins geplaatste of
voorgeschreven bakken, manden of soortgelijke voorwerpen.
Artikel 5.3 Voorkomen van zwerfafval bij ter inzameling gereed staande
afvalstoffen
- 1
Voorkomen van zwerfafval bij ter inzameling gereed staande
afvalstoffen
- 2
Het is verboden tegen afvalstoffen of inzamelmiddelen, die ter
inzameling gereed staan, te stoten, te schoppen of deze omver te
werpen.
Artikel 5.4 Afvalbakken in inrichtingen voor het verbruiken van eet- en
drinkwaren
De houder of beheerder van een inrichting waar eet- of drinkwaren
worden verkocht die ter plaatse kunnen worden genuttigd, is
verplicht:
- a.
een afvalbak, -mand of soortgelijk voorwerp in of nabij de
inrichting op een duidelijk zichtbare plaats aanwezig te
hebben, waarin het publiek afval kan achterlaten;
- b.
zorg te dragen dat deze afvalbak, -mand of soortgelijk
voorwerp van een zodanige constructie is dat het afval
daarin deugdelijk geborgen blijft en dat die afvalbak, -mand
of voorwerp steeds tijdig wordt geledigd;
- c.
zorg te dragen dat dagelijks, uiterlijk een uur na sluiting
van de inrichting, doch in ieder geval terstond op eerste
aanzegging van een ambtenaar, belast met de toezicht op de
naleving van dit artikel, in de nabijheid van de inrichting
achtergebleven afval, voorzover kennelijk uit of van die
inrichting afkomstig, wordt opgeruimd.
Artikel 5.5 Wegwerpen van reclamebiljetten of ander
promotiemateriaal
Degene die in de openbare ruimte reclamebiljetten of dergelijke of
ander promotiemateriaal onder het publiek verspreidt, is verplicht
deze of de verpakking daarvan terstond op te ruimen of te laten
opruimen, indien deze in de omgeving van de plaats van uitreiking op
de weg of een andere voor het publiek toegankelijke plaats door het
publiek worden weggeworpen.
Artikel 5.6 Zwerfafval bij vervoeren, laden en lossen of overige
werkzaamheden
- 1
Het is verboden afvalstoffen, stoffen of voorwerpen zodanig te
laden, te lossen of te vervoeren of andere werkzaamheden te
verrichten dat de weg wordt verontreinigd of het milieu nadelig
kan worden beïnvloed.
- 2
Indien bij het laden of lossen of vervoeren van afvalstoffen,
stoffen of voorwerpen deze weg wordt verontreinigd of het milieu
nadelig wordt beïnvloed, is degene die genoemde werkzaamheden
verricht alsmede diens opdrachtgever verplicht deze weg te
reinigen of te laten reinigen: a. direct na het ontstaan van de
verontreiniging, indien de verontreiniging gevaar voor de
veiligheid van het verkeer of beschadiging van het wegdek
oplevert;
- a.
direct na het ontstaan van de verontreiniging, indien
de verontreiniging gevaar voor de veiligheid van het
verkeer of beschadiging van het wegdek oplevert;
- b.
direct na beëindiging van de werkzaamheden, indien de
verontreiniging geen gevaar voor de veiligheid van het
verkeer of beschadiging van het wegdek oplevert;
- c.
indien de werkzaamheden langer dan een dag duren, elke
dag direct na beëindiging van de werkzaamheden.
Paragraaf 6 Overige onderwerpen die de verordening aangaan
Artikel 6.1 Verbod opslag van afvalstoffen
- 1
Het is verboden afvalstoffen op voor het publiek zichtbare
plaats in de open lucht en buiten een inrichting in de zin van
de Wet milieubeheer op te slaan of opgeslagen te hebben.
- 2
Het college kan ontheffing verlenen van het in het eerste lid
gestelde verbod.
- 3
Het verbod is niet van toepassing op het overdragen of ter
inzameling aanbieden van huishoudelijke afvalstoffen aan de
inzameldienst, andere inzamelaars of aan houders van een
inzamelvergunning.
Artikel 6.2 Afgifte autowrakken afkomstig uit een huishouden
Het is de eigenaar of kentekenhouder verboden zich te ontdoen van
een autowrak, dat afkomstig is van een huishouden, anders dan door
afgifte aan inrichtingen, genoemd in artikel 6 van het Besluit
Beheer Autowrakken.
Paragraaf 7 Slotbepalingen
Artikel 7.1 Strafbepaling
Een gedraging in strijd met de volgende artikelen is een strafbaar
feit in de zin van artikel 1a, onder 3º, Wet op de economische
delicten:
- -
Art. 3.1 Verbod op het ter inzameling aanbieden van
huishoudelijke afvalstoffen aan anderen
- -
Art. 3.2 Verbod op het ter inzameling aanbieden van
huishoudelijke afvalstoffen door anderen dan gebruikers van
percelen
- -
Art. 3.3 Afzonderlijk ter inzameling aanbieden
- -
Art. 3.4 Ter inzameling aanbieden van huishoudelijke
afvalstoffen via een inzamelmiddel voor de gebruiker van een
perceel
- -
Art. 3.5 Ter inzameling aanbieden van huishoudelijke
afvalstoffen via een inzamelvoorziening ten behoeve van een
groep percelen
- -
Art. 3.6 Ter inzameling aanbieden van huishoudelijke
afvalstoffen via inzamelvoorzieningen op wijkniveau
- -
Art. 3.7 Ter inzameling aanbieden van huishoudelijke
afvalstoffen via een brengdepot op lokaal of regionaal
niveau
- -
Art. 3.8 Ter inzameling aanbieden van huishoudelijke
afvalstoffen zonder inzamelmiddel
- -
Art. 3.9 Dagen en tijden voor het ter inzameling
aanbieden
- -
Art. 4.2. Ter inzameling aanbieden van bedrijfsafvalstoffen
aan de inzameldienst
- -
Art. 4.3. Het ter inzameling aanbieden van
bedrijfsafvalstoffen aan een ander dan de inzameldienst
- -
Art. 5.1. Voorkomen van diffuse milieuverontreiniging
- -
Art. 5.2. Achterlaten van straatafval
- -
Art. 5.3. Voorkomen van zwerfafval bij ter inzameling
gereed staande afvalstoffen
- -
Art. 5.4. Afvalbakken in inrichtingen voor het verbruiken
van eet- en drinkwaren
- -
Art. 5.5. Wegwerpen van reclamebiljetten of ander
promotiemateriaal
- -
Art. 5.6. Zwerfafval bij vervoeren, laden en lossen of
overige werkzaamheden
- -
Art. 6.1. Verbod op een voor het publiek zichtbare plaats
aanwezig hebben van afvalstoffen
- -
Art. 6.2. Afgifte autowrakken afkomstig uit een
huishouden
Artikel 7.2 Toezichthouders
Met het toezicht op de naleving van het bepaalde bij of krachtens
deze verordening zijn belast de krachtens artikel 18.4, derde lid,
van de wet aangewezen ambtenaren.
Artikel 7.3 Inwerkingtreding
Deze verordening treedt op 11 juni 2004 in werking.
Artikel 7.4 Overgangsbepaling
Vergunningen en ontheffingen verleend op grond van of krachtens de
bepalingen in Afdeling 2 van de APV Bernheze 2000 blijven - indien
en voorzover het gebod of het verbod waarop de vergunning of
ontheffing betrekking heeft, ook vervat is in deze verordening en
voorzover zij niet eerder zijn vervallen of ingetrokken - nog
gedurende een (1) jaar na de inwerkingtreding van deze verordening
van kracht.
Artikel 7.5 Nieuw Artikel
Deze verordening wordt aangehaald als: Afvalstoffenverordening
Bernheze 2004.