Verordening op de heffing en invordering van marktgelden 2009

Onder de naam "marktgelden" worden rechten geheven voor het genot van door het gemeentebestuur verstrekte diensten, bestaande uit het ter beschikking stellen van een standplaats op de weekmarkten.

De rechten worden geheven van degene aan wie een standplaats ter beschikking is gesteld.

Grondslag voor de berekening van de rechten is de lengte van de ter beschikking gestelde standplaats.

De rechten bedragen:

• a.

  voor een standplaats die voor een dag ter beschikking wordt gesteld per strekkende meter met een minimum van vier strekkende meters €3,52 of bij abonnement, voor een dag per week gedurende een kwartaal, per strekkende meter met een minimum van vier strekkende meters € 35,24 of bij abonnement, voor een dag per week gedurende een maand, per strekkende meter met een minimum van 4 strekkende meters €14,10

• b.

  voor een standplaats voor "standwerkers", "zwemmers" en "demonstrateurs", per marktdag, per strekkende meter, met een minimum van vier strekkende meters €3,52

• c.

  de krachtens de onder a. en b. verschuldigde gelden worden vermeerderd met een bijdrage in de promotiekosten van € 2,00 per marktdag per standplaatshouder.

Voor de berekening van de verschuldigde rechten wordt onder een dag verstaan een periode van 24 aaneengesloten uren, aanvangende te 0.00 uur; een gedeelte van een dag wordt voor een gehele dag en een gedeelte van een strekkende meter wordt voor een gehele meter gerekend.

De rechten worden geheven door middel van een gedagtekende kennisgeving, nota of ander schriftuur.

• 1.

  Ontheffing van de rechten wordt verleend, indien de vergunning voor het innemen van een standplaats wordt ingetrokken en wel tot een bedrag gelijk aan zoveel twaalfde gedeelten van het betaalde abonnementsgeld als er volle maanden in het jaar, waarvoor de vergunning geldt, overblijven na de datum van intrekking van de vergunning.

• 2.

  Geen ontheffing van de rechten wordt verleend, wanneer, om welke reden ook, geen gebruik wordt gemaakt van een verleende vergunning bij abonnement tot het innemen van een standplaats.

• 1.

  Bij kwartaal- dan wel maandabonnement zijn de rechten verschuldigd bij terbeschikkingstelling van de standplaats en in afwijking van artikel 9, eerste lid, van de Invorderingswet 1990 te voldoen bij aanvang van het kalenderkwartaal dan wel aanvang van de maand en voor de andere standplaatsen bij de aanvang van de dag, waarop daarvan gebruik wordt gemaakt.

• 2.

  De Algemene termijnenwet is niet van toepassing op de in het eerste lid gestelde termijnen.

Bij de invordering van deze rechten wordt geen kwijtschelding verleend.

Het college van burgemeester en wethouders kan nadere regels geven met betrekking tot de heffing en de invordering van de marktgelden.

• 1.

  De "Verordening marktgelden 2008" vastgesteld bij raadsbesluit van 20 december 2007, wordt ingetrokken met ingang van de in het vierde lid genoemde datum van ingang van de heffing. Zij blijft van toepassing op de belastbare feiten die zich voor die datum hebben voorgedaan.

• 2.

  Deze verordening treedt in werking met ingang van de eerste dag na die van de bekendmaking.

• 3.

  In afwijking van het in de voorgaande leden bepaalde, blijft, indien de datum van inwerkingtreding van deze verordening ligt na de in het vierde lid genoemde datum van ingang van de heffing, de ingetrokken verordening gelden voor de in de tussenliggende periode plaatsvindende belastbare feiten voor zover ter zake daarvan de heffing van de marktgelden in die periode plaatsvindt.

• 4.

  De datum van ingang van de heffing is 1 januari 2009.

• 5.

  Deze verordening kan worden aangehaald als "Verordening marktgelden 2009".

Aldus besloten in de openbare vergadering van de raad der gemeente Schiedam, gehouden op 18 december 2008,

de griffier,

J.Gordijn

de voorzitter,

W.M. Verver-Aartsen