Organisatie | Brielle |
---|---|
Organisatietype | Gemeente |
Officiële naam regeling | Verordening op de Monumentencommissie |
Citeertitel | Verordening op de Monumentencommissie, 1e wijziging |
Vastgesteld door | gemeenteraad |
Onderwerp | volkshuisvesting en woningbouw |
Eigen onderwerp |
Geen.
Geen.
Datum inwerkingtreding | Terugwerkende kracht tot en met | Datum uitwerkingtreding | Betreft | Datum ondertekening Bron bekendmaking | Kenmerk voorstel |
---|---|---|---|---|---|
01-10-2010 | 21-02-2017 | Nieuwe regeling | 07-09-2010 Briels Nieuwsland, 2010 - 38 | sector grondgebied | |
31-03-2003 | Nieuwe regeling | 18-03-2003 Briels Nieuwsland | sector grondgebied |
De raad van de gemeente Brielle;gelezen het voorstel van burgemeester en wethouders van Brielle van 1 september 2010;gezien de ledenbrief van de Vereniging van Nederlandse Gemeenten, kenmerk FEI/2002006353, d.d. 18 oktober 2002;gelet op artikel 149 van de Gemeentewet en het bepaalde in de Wet algemene bepalingen omgevingsrecht, de Monumentenwet 1988 en de Monumentenverordening;
Deze verordening verstaat onder
•a monument:1. zaak die van algemeen belang is wegens zijn schoonheid, betekenis voor de wetenschap of cultuurhistorische waarde;2. terrein dat van algemeen belang is wegens een daar aanwezige zaak als bedoeld onder 1; •b gemeentelijk monument: onroerend monument, dat overeenkomstig de bepalingen van de Monumentenverordening als beschermd gemeentelijk monument is aangewezen; •d rijksmonument: beschermd monument als bedoeld in artikel 1.1, eerste lid, van de Wet algemene bepalingen omgevingsrecht; •e monumentencommissie: de door de raad ingestelde commissie of aangewezen instantie, met als taak het bevoegd gezag c.q. het college op verzoek of uit eigen beweging te adviseren over de toepassing van de Monumentenwet 1988, de Wet algemene bepalingen omgevingsrecht, de Monumentenverordening en het monumentenbeleid; •f bevoegd gezag: bestuursorgaan als bedoeld in artikel 1.1 van de Wet algemene bepalingen omgevingsrecht; •g het college: het college van burgemeester en wethouders van de gemeente Brielle; •h vergunning: een omgevingsvergunning als bedoeld in artikel 2.1, eerste lid, of 2.2 van de Wet algemene bepalingen omgevingsrecht; •i Wabo: Wet algemene bepalingen omgevingsrecht.
De monumentencommissie baseert haar advies als bedoeld in lid 1, onder b en c en in lid 2 op cultuurhistorische, architectuurhistorische dan wel sociaalhistorische belangen. Wat betreft het beschermd stadsgezicht vesting Brielle zijn deze belangen beschreven in de aanwijzing tot beschermd stadsgezicht, zie bijlage. Wat betreft rijksmonumenten en gemeentelijke monumenten zijn deze belangen beschreven in het rijksmonumentenregister dan wel in de gemeentelijke monumentenbeschrijvingen.
Artikel 5 Jaarlijkse verantwoording.
De monumentencommissie stelt jaarlijks een verslag op van haar werkzaamheden voor de gemeenteraad, waarin ten minste aan de orde komt:
De monumentencommissie kan in haar jaarverslag aanbevelingen doen ten aanzien van het gemeentelijk monumentenbeleid en het gemeentelijk ruimtelijk kwaliteitsbeleid in het algemeen en de aanpassing van de gemeentelijke welstandsnota in het bijzonder.
Artikel 6 Termijn van advisering.
Het bevoegd gezag zendt onmiddellijk een afschrift van de aanvraag om vergunning als bedoeld in artikel 2, lid 1 aan de monumentencommissie. De monumentencommissie adviseert zo spoedig mogelijk over de aanvraag om vergunning. De termijn van advisering moet afgestemd worden op de voor de vergunning geldende voorbereidingsprocedure.
Artikel 7 Openbaarheid van vergaderen en mondeling toelichting.
De behandeling van bouwplannen als genoemd in artikel 2, lid 1, onder a door de monumentencommissie is openbaar. De agenda voor de vergadering van de monumentencommissie wordt tijdig bekendgemaakt in een van overheidswege uitgegeven blad of een dag-, nieuws- of huis-aan-huisblad, dan wel op een andere geschikte wijze. Indien burgemeester en wethouders – al dan niet op verzoek van de aanvrager – een verzoek doen tot niet-openbare behandeling, dan dienen burgemeester en wethouders daaraan klemmende redenen op grond van artikel 10 van de Wet openbaarheid van bestuur ten grondslag te leggen. De openbaarheid geldt zowel voor de beraadslagingen, de beoordeling als de adviezen.
a Indien de aanvrager hierom bij het indienen van de aanvraag heeft verzocht, wordt deze door of namens de monumentencommissie in staat gesteld tot het geven van een toelichting op de aanvraag.b In het geval dat de aanvraag in de vergadering van de commissie wordt behandeld en een verzoek tot het geven van een toelichting is gedaan, dient de aanvrager een uitnodiging te ontvangen voor de vergadering van de commissie, waarin de aanvraag wordt behandeld.
De monumentencommissie is bevoegd deskundigen te horen met dien verstande, dat de Monumentencommissie machtiging van het bevoegd gezag of college behoeft indien aan het horen van deskundigen kosten voor het bevoegd gezag of college zijn verbonden.
Artikel 11 Intrekking oude regeling.
De Verordening van de Monumentencommissie, gemeente Brielle, d.d. 18 maart 2003 en de Verordening op de Monumentencommissie, gemeente Brielle, d.d. 12 januari 2010, worden ingetrokken.
Aanvragen om vergunning die zijn ingediend vóór de inwerkingtreding van deze verordening worden afgehandeld met inachtneming van de in artikel 11 ingetrokken verordening.