Organisatie | Smallingerland |
---|---|
Organisatietype | Gemeente |
Officiële naam regeling | Verordening onkostenvergoeding wethouders |
Citeertitel | Verordening onkostenvergoeding wethouders |
Vastgesteld door | gemeenteraad |
Onderwerp | bestuur en recht |
Eigen onderwerp |
De historie bij “Het overzicht van in de tekst verwerkte wijzigingen” is mogelijk niet compleet. Er kunnen wijzigingen ontbreken tussen het ontstaan van de regeling en de eerste opgenomen wijziging daarvan. Deze versie vervangt eerdere versies van 2 -2-1993 en de daarin aangebracht wijzigingen van 7-12-1993, 3 oktober 1995 en 6 maart 2001
Besluit regels kostenvergoeding wethouders
Datum inwerkingtreding | Terugwerkende kracht tot en met | Datum uitwerkingtreding | Betreft | Datum ondertekening Bron bekendmaking | Kenmerk voorstel |
---|---|---|---|---|---|
06-03-2001 | 26-04-2006 | Wijziging art. 5 | 06-03-2001 Onbekend | 06-03-2001, volgnr. 8 |
Voor de toepassing van deze verordening wordt verstaan onder:
Reisbesluit 1971: Koninklijk Besluit van 15 december 1970, stb. 602, en de uitvoeringsregeling van het genoemde reisbesluit: Reisbeschikking Nederland, regeling van 15 december 1970, stcr. 251; c. Besluit regels kostenvergoeding wethouders: KB van 26 augustus 1992, stb. 481; d. overige te vergoeden kosten: de kostencomponenten die zijn vermeld in de nota van toelichting bij het Besluit regels kostenvergoedingen wethouders onder paragraaf 2.4.
Artikel 3 Vergoeding verblijfkosten niet-woon-werkverkeer
De verblijfkosten ter zake van de reizen zoals bedoeld in artikel 2 lid 1 kunnen worden gedeclareerd en worden vergoed op basis van de werkelijk gemaakte kosten tot maximaal de in artikel 5 van de Reisregeling Binnenland vastgestelde bedragen.
Artikel 4 Overige te vergoeden kosten
1.Belanghebbende ontvangt per kalenderjaar een vaste vergoeding voor de overige te vergoeden kosten op de voet van artikel 3 Besluit regels kosten vergoeding wethouders.
2. a. Kosten voor optreden namens de gemeente (deelname aan congressen, seminars e.d.) worden vergoed indien naar het oordeel van burgemeester en wethouders sprake is van - in verhouding tot de vaste onkostenvergoeding – onevenredig hoge kosten en in zoverre het beschikbare budget dit toelaat. Burgemeester en wethouders beslissen over de hoogte van de vergoeding.