Organisatie | Smallingerland |
---|---|
Organisatietype | Gemeente |
Officiële naam regeling | Subsidieverordening duurzaam bouwen Drachtstervaart 2003 |
Citeertitel | Subsidieverordening duurzaam bouwen Drachtstervaart 2003 |
Vastgesteld door | gemeenteraad |
Onderwerp | volkshuisvesting en woningbouw |
Eigen onderwerp |
De datum inwerkingtreding is niet precies te achterhalen en is daarom bij benadering ingevuld.
Gemeentewet, art. 149
Datum inwerkingtreding | Terugwerkende kracht tot en met | Datum uitwerkingtreding | Betreft | Datum ondertekening Bron bekendmaking | Kenmerk voorstel |
---|---|---|---|---|---|
15-09-2003 | 02-12-2008 | Nieuwe regeling | 02-09-2003 Onbekend | 02-09-03, volgnr. 37 |
De raad van de gemeente Smallingerland,
overwegende dat het in verband met de zorg voor het milieu wenselijk is het zuinig gebruik van energie en van schaarse grondstoffen te bevorderen en te stimuleren, alsmede overtuigd van de noodzaak de nadelige gevolgen die verband houden met de productie en toepassing van milieubelastende materialen zoveel mogelijk te beperken,
gelezen het voorstel van burgemeester en wethouders van 27 mei 2003,
gelet op artikel 149 van de Gemeentewet,
met inachtneming van hetgeen daaromtrent is bepaald in de Algemene wet bestuursrecht,
vast te stellen de SUBSIDIEVERORDENING DUURZAAM BOUWEN DRACHTSTERVAART 2003
Artikel 1. (Begripsomschrijvingen)
In deze verordening wordt verstaan onder:
Burgemeester en wethouders stellen het bedrag vast dat gedurende een bepaald tijdvak ten hoogste beschikbaar is voor de verstrekking van subsidies bij of krachtens deze verordening.
Artikel 6. (Besluit omtrent subsidieverlening)
Behalve het bepaalde in het derde lid, kunnen in het besluit omtrent subsidieverlening ook andere verplichtingen worden opgelegd die strekken tot verwezenlijking van het doel van de subsidie. Onverminderd het voorgaande, kunnen eveneens verplichtingen worden opgelegd over de wijze waarop of de middelen waarmee gesubsidieerde activiteiten worden verricht die niet strekken tot verwezenlijking van het doel van de subsidie.
Artikel 11. (Intrekking en wijziging subsidieverlening met terugwerkende kracht)
Van een situatie als bedoeld in het eerste lid, onderdeel a, van dit artikel is in ieder geval sprake indien de met de subsidieverlening samenhangende bouwvergunning is ingetrokken of vernietigd, dan wel zodanig is gewijzigd dat de activiteiten waarvoor subsidie is verleend niet of niet geheel zullen of hebben kunnen plaatsvinden.
Artikel 12. (Intrekking en wijziging subsidievaststelling met terugwerkende kracht)
Het besluit omtrent subsidievaststelling kan niet meer worden ingetrokken of ten nadele van de subsidieontvanger worden gewijzigd indien vijf jaren zijn verstreken sedert de dag waarop zij is bekendgemaakt, dan wel in het geval, bedoeld in het eerste lid, onderdeel c, sedert de dag waarop de handeling in strijd met de verplichting is verricht of de dag waarop aan de verplichting had moeten zijn voldaan.
Artikel 15. (Opschorting betaling bij voorgenomen intrekking of wijziging subsidie)
De verplichting tot betaling van een subsidiebedrag wordt opgeschort met ingang van de dag waarop burgemeester en wethouders aan de subsidieontvanger schriftelijk kennis hebben gegeven van het ernstige vermoeden dat er grond bestaat om toepassing te geven aan artikel 11 of artikel 12, tot en met de dag waarop de beschikking omtrent de intrekking of wijziging is bekendgemaakt of de dag waarop sedert de kennisgeving van het ernstige vermoeden dertien weken zijn verstreken.
Artikel 16. (Terugvordering onverschuldigde betalingen)
Onverschuldigd betaalde subsidiebedragen kunnen worden teruggevorderd voor zover na de dag waarop de subsidie is vastgesteld, dan wel de handeling als bedoeld in artikel 12, eerste lid, onderdeel c, heeft plaatsgevonden, nog geen vijf jaren zijn verstreken.