Organisatie | Smallingerland |
---|---|
Organisatietype | Gemeente |
Officiële naam regeling | Gemeenschappelijke regeling Hulpverleningsdienst Fryslân |
Citeertitel | Gemeenschappelijke regeling Hulpverleningsdienst Fryslân |
Vastgesteld door | gemeenteraad |
Onderwerp | openbare orde en veiligheid |
Eigen onderwerp |
Geen
Datum inwerkingtreding | Terugwerkende kracht tot en met | Datum uitwerkingtreding | Betreft | Datum ondertekening Bron bekendmaking | Kenmerk voorstel |
---|---|---|---|---|---|
01-01-2007 | 01-01-2011 | Nieuwe regeling | 06-06-2006 Onbekend | 06/06/2006, volgnr. 10 |
De raden, respectievelijk de colleges van burgemeester en wethouders en de burgemeesters van de gemeenten Achtkarspelen, Ameland, het Bildt, Boarnsterhim, Bolsward, Dantumadeél, Dongeradeel, Ferwerderadiel, • Franekeradeel, Gaasterlán-Sleat, Harlingen, Heerenveen, Kollumerland c.a., Leeuwarden, Leeuwarderadeel, Lemsteland, Littenseradiel, Menaldumadeel,. Nijefurd, Ooststellingwerf, . Opsterland, Schiermonnikoog, Skarsterlán, Smallingerland, Sneek, Terschelling, Tytsjerksteradiel, Vlieland, Weststellingwerf, Wunseradiel en Wymbritseradiel, ieder voor zover het hun bevoegdheid betreft;
-de Wet collectieve preventie volksgezondheid
de Wet Geneeskundige Hulpverlening bij Ongevallen en Rampen - de Brandweerwet 1985
de Wet Rampen en zware ongevallen
-de Wet gemeenschappelijke regelingen en
de volgende gemeenschappelijke regeling te treffen: GEMEENSCHAPPELIJKE REGELING HULPVERLENINGSDIENST FRYSLÂN
HOOFDSTUK 1 ALGEMENE BEPALINGEN
Artikel 2 Het openbaar lichaam
1.Er is een openbaar lichaam genaamd Hulpverleningsdienst Fryslán. Het is gevestigd te Leeuwarden.
2.Deze-regeling wordt aangegaan voor onbepaalde tijd.
ingevolge artikel 8, lid 1, van de Wet gemeenschappelijke regelingen (Wgr) is het openbaar lichaam .een rechtspersoon. Hierdoor kan het openbaar lichaam zelfstandig deelnemen aan het rechtsverkeer en bijvoorbeeld overeenkomsten aangaan. De Huipverleningsdienst Fryslán treedt op als rechtsopvolger van Brandweer Fryslán en GGD Fryslán. Beide organisaties zullen ais geheel opgaan in de Hulpverleningsdienst Fryslán.
1. Het openbaar lichaam heeft tot doei het behartigen van de belangen van de gemeenten in het samenwerkingsgebied op de terreinen van:
Artikel 10, lid 1 t/m 3, Wgr schrijft voor dat de gemeenschappelijke regeling het belang of de belangen waarvoor ze wordt aangegaan, vermeldt. Onder 'belang' wordt-verstaan het beleidsterrein waarop wordt samengewerkt. Met het vastleggen van het belang of de belangen wordt het werkgebied van de gemeenschappelijke regeling afgebakend.
Artikel 4 Taken en bevoegdheden
De taken van de Hulpverleningsdienst zijn de activiteiten die het samenwerkingsverband ontplooit in het kader van het te behartigen belang of de te behartigen belangen. Aan het bestuur van het openbaar lichaam worden de taken en bevoegdheden opgedragen als genoemd in:
Artikelen 2, 3 en 3a van de Wet collectieve preventie volksgezondheid (zie bijlage)
Artikel 4, lid 1 van de Brandweerwet 1985 (zie bijlage)
Artikel 4 van de Wet Geneeskundige Hulpverlening bij Ongevallen en Rampen (zie bijlage)
Onderdeel 2.a. van dit artikel geeft de Hulpverleningsdienst de taak en bevoegdheid om met de politie afspraken te maken over het instandhouden en het beheer van een gemeenschappelijke meldkamer, deze afspraken neer te leggen in een overeenkomst en vervolgens hieraan uitvoering te geven.
In onderdeel 2.b. van dit artikel krijgt de Hulpverleningsdienst de taak en bevoegdheid overeenkomsten af te sluiten met de regiopolitie, andere overheden en derden. Hierdoor kan de samenwerking met andere
overheden, en dan met name met de politie, nader worden ingevuld. Door middel van dit convenant wordt invulling gegeven aan de Veiligheidsregio,. conform het kabinetsstandpunt Veiligheidsregio's.
Het bestuur van de dienst bestaat uit:
Artikel 12 Wgr schrijft voor dat een openbaar lichaam de volgende drie bestuursorganen heeft: een algemeen bestuur, een dagelijks bestuur en een voorzitter. Overeenkomstig de artikelen 24 en 25 Wgr kunnen er commissies worden ingesteld.
HOOFDSTUK IV HET ALGEMEEN BESTUUR.
Artikel 6 Samenstelling van het algemeen bestuur
In dit. artikel is vastgelegd dat de burgemeesters van de deelnemende gemeenten tezamen het algemeen bestuur vormen. Hierdoor kent het algemeen bestuur van de Hulpverleningsdienst dezelfde samenstelling- als het Regionaal College van de politie, waardoor de samenwerking en afstemming tussen beide organen betrekkelijk eenvoudig is. Bij verhindering of ontstentenis van de burgemeester, treedt de loco-burgemeester namens zijn gemeente op als lid van het algemeen bestuur. Dit is op grond van de algemene waamemingsregeling in artikel 77, eerste lid, Gemeentewet.
Artikel 7 Taken en bevoegdheden algemeen bestuur
2. Alle taken en bevoegdheden in het kader van deze regeling, die niet aan het dagelijks bestuur, de voorzitter of een commissie zijn opgedragen, behoren aan het algemeen bestuur.
Dit artikel geeft het primaat van het algemeen bestuur weer.
In artikel 22, eerste lid, Wgr is geregeld dat het algemeen bestuur voor zijn vergaderingen een reglement van orde vaststelt. In het reglement van orde kan worden bepaald dat de vergaderingen van het algemeen bestuur en de vergaderingen van het regionaal college gelijktijdig plaatsvinden.
Artikel 9 Vergaderingen algemeen bestuur
Het algemeen bestuur vergadert jaarlijks tenminste tweemaal en voorts zo dikwijls de voorzitter of het dagelijks bestuur dit nodig oordeelt, of - binnen een termijn van drie weken nadat het schriftelijk verzoek is gedaan - indien tenminste zeven leden dat onder opgaaf van de te behandelen onderwerpen schriftelijk verzoeken.
HOOFDSTUK V HET DAGELIJKS BESTUUR
Artikel 10 Samenstelling dagelijks bestuur
In gevolge artikel 12 Wgr is de voorzitter tevens voorzitter van het dagelijks bestuur. Omdat de voorzitter en plaatsvervangend voorzitter lid zijn van het dagelijks bestuur, geldt de regeling van de zittingsperiode in artikel 10 • van deze regeling ook voor deze functionarissen. Een loco-burgemeester kan zijn burgemeester niet vervangen als lid van het dagelijks bestuur.
Artikel 11 Taken en bevoegdheden dagelijks bestuur
Het dagelijks bestuur kan een reglement van orde vaststellen voor zijn vergaderingen en overige werkzaamheden.
Artikel 13 Vergaderingen dagelijks bestuur
De voorzitter heeft in vergaderingen van het dagelijks bestuur een doorslaggevende stem ais de stemmen staken bij zakelijke .voorstellen (nadat eerst opnieuw is gestemd). Dit is op grond van artikel 59 Gemeentewet. Deze besluitvormingsregel voor het college van burgemeester en wethouders is ook van toepassing op het dagelijks bestuur van een openbaar lichaam.
1.Het algemeen bestuur, het dagelijks bestuur en de voorzitter kunnen, overeenkomstig
artikel 24 van de Wet gemeenschappelijke regelingen, commissies van advies instellen.
2.Het algemeen bestuur stelt in eik geval een adviescommissie Openbare Gezondheidszorg
in en wijst uit het dagelijks bestuur een voorzitter voor deze commissie aan.
3.Het algemeen bestuur neemt geen besluiten over het uitvoeren van de taken en bevoegdheden welke bij of krachtens de Wet collectieve preventie volksgezondheid en de Infectieziektewet aan het openbaar lichaam zijn opgedragen, als bedoeld in artikel 4.a, alvorens advies te hebben ingewonnen van de adviescommissie Openbare Gezondheidszorg
In artikel 24 van de Wgr is bepaald dat het algemeen bestuur van het openbaar lichaam commissies van advies kan instellen. Het algemeen bestuur regelt de bevoegdheden en de samenstelling. In de adviescommissie Openbare Gezondheidszorg hebben de leden van de colleges van B&W van de deelnemende gemeenten met de portefeuille Openbare Gezondheidszorg zitting.
HOOFDSTUK IX INLICHTINGEN, VERANTWOORDING EN ONTSLAG
Het algemeen bestuur en het dagelijks bestuur verstrekken aan de raden, uiterlijk binnen een maand, alle inlichtingen die door één of meer leden van die raden worden verlangd. De leden van het dagelijks bestuur geven - tezamen dan wel afzonderlijk - aan het algemeen bestuur, wanneer dit algemeen bestuur of één of meer leden daarvan hierom vragen, schriftelijk en - indien daartoe wordt verzocht - mondeling, uiterlijk binnen een maand, alle gevraagde inlichtingen.
De artikelen 16 en 17 van de Wgr schrijven voor dat een gemeenschappelijke regeling bepalingen bevat over het verstrekken van informatie. Daarbij gaat het zowel om de informatieplicht binnen de gemeenschappelijke regeling (de relatie tussen het dagelijks bestuur en het algemeen bestuur) ais om de informatieplicht van het bestuur van de gemeenschappelijke regeling ten opzichte van de (raden van de) de deelnemende gemeenten.
Artikel 19 Verantwoording en ontslag
Artikel 16 van de Wgr schrijft voor dat een gemeenschappelijke regeling bepalingen bevat over het afleggen van verantwoording. Daarbij gaat het zowel om de verantwoordingsplicht binnen de gemeenschappelijke regeling (de relatie tussen het dagelijks bestuur en het algemeen bestuur) ais om de verantwoordingsplicht van het bestuur van de gemeenschappelijke regeling ten opzichte van de (raden van de) de deelnemende gemeenten.
HOOFDSTUK X DE AMBTELIJKE ORGANISATIE
Artikel 20 Organisatiestructuur
Het dagelijks bestuur regelt de inrichting van de ambtelijke organisatie en stelt hiertoe een organisatieverordening vast.
Artikel 22 De regionaal commandant brandweer
De functie regionaal commandant brandweer is een wettelijk verplichte functie (artikel 4 brandweerwet 1985), wat onverlet laat dat het bestuur kan besluiten deze functie te combineren met de functies die genoemd zijn in de artikelen 21 enlof 23.
Artikel 23 De regionaal geneeskundig functionaris
De functie regionaal geneeskundig functionaris is een wettelijk verplichte functie (artikel 4 wet geneeskundige hulpverlening bij ongevallen en rampen),.wat onverlet laat dat het bestuur kan besluiten deze functie te combineren met de functies die genoemd zijn in de artikelen 21 en/of 22.
Artikel 25 Bijstand en hulpverlening
Met inachtneming van de gegeven richtlijnen bepaalt de regionaal commandant brandweer indien om bijstand wordt gevraagd, welke gemeente deze moet verlenen, afhankelijk van de aard van de melding, de situatie van en in de bijstand verkrijgende gemeente, de situatie van en in de bijstand verlenende gemeente en de situatie in de omliggende gemeenten op het moment dat bijstand wordt gevraagd. Hij bepaalt tevens de omvang van de gevraagde bijstand.
Conform artikel 4, tweede lid van de brandweerwet,1.985 bevat deze regeling bepalingen omtrent onderlinge bijstand bij het beperken en bestrijden van brand en bij hulpverlening bij ongevallen en rampen.
HOOFDSTUK XII FINANCIËLE. BEPALINGEN
Met inachtneming van de regels als bedoeld in lid 1 is het dagelijks bestuur bevoegd tot het aangaan van geldleningen en overeenkomsten in rekening-courant, ai dan niet met een daaraan verbonden kredietfaciliteit. Het dagelijks bestuur doet het algemeen bestuur mededeling van aangegane overeenkomsten als bedoeld in dit lid.
Op grond van dit artikel stelt het algemeen bestuur bij verordening de uitgangspunten van de organisatie van de financiële administratie en van het beheer van de geldmiddelen vast Tevens stelt het algemeen bestuur bij verordening regels vast voor de controle op het financiële beheer en de inrichting van de financiële administratie.
Artikel 28 Begroting en meerjarenraming
Het dagelijks bestuur biedt jaarlijks een ontwerpbegroting voor het volgend dienstjaar, alsmede een meerjarenraming voor tenminste drie op dat dienstjaar aansluitende jaren aan. De ramingen in de ontwerpbegroting en de meerjarenraming worden toegelicht. Zowel de ontwerpbegroting als de meerjarenraming worden zes weken voordat zij aan het algemeen bestuur worden aangeboden door het dagelijks bestuur toegezonden aan de raden.
4. Het algemeen bestuur stelt de begroting en de meerjarenraming vast voor 1 juli van het jaar, voorafgaande aan dat, waarvoor de begroting moet dienen.
Voor de berekening van de in het vorige lid bedoelde bijdrage wordt het nadelig saldo volgens de begroting over de gemeenten verdeeld naar verhouding van het inwonertal van de gemeenten op 1 januari, van het jaar, voorafgaande aan dat waarvoor de bijdrage verschuldigd is. * Voor de vaststelling van de inwoneraantallen worden aangehouden de door het Centraal Bureau' voor de Statistiek terzake bekend gemaakte cijfers.
De artikelen 186 tot en met 213 van de (gedualiseerde) Gemeentewet zijn ook van toepassing verklaard op gemeenschappelijke regelingen. Deze artikelen hebben betrekking op de begroting, jaarrekening, administratie en de controle. Ook het Besluit begroting en verantwoording provincies en gemeenten (BBV) is van toepassing op gemeenschappelijke regelingen. Dit betekent onder andere dat de begroting die door het algemeen bestuur wordt vastgesteld moet worden opgezet op basis van een indeling in programma's (programmabegroting). Het dagelijks bestuur stelt vervolgens op basis van de programmabegroting de productenraming vast.
Zowel de ontwerpbegroting als de meerjarenraming worden zes weken voordat zij aan het algemeen bestuur worden aangeboden door het dagelijks bestuur toegezonden aan de raden. De raden kunnen over de ontwerpbegroting en de meerjarenraming het dagelijks bestuur van hun zienswijze doen blijken. De termijn waarop de begroting uiterlijk moet zijn vastgesteld door het algemeen bestuur (1 juli) stelt gemeenten in staat de uitgaven die gemoeid zijn met de Huipverleningsdienst in de eigen begroting te verwerken. Het gaat immers om verplichte uitgaven. Artikel 34, tweede lid, Wet gemeenschappelijke regelingen bepaalt dat de begroting v66r 15 juli van het jaar, voorafgaande aan het jaar waarvoor deze geldt, aan Gedeputeerde Staten moet zijn toegezonden.
Artikel 29 Begrotingswijzigingen
Met betrekking tot het wijzigen van de begroting is het bepaalde in artikel 28 van overeenkomstige toepassing voorzover dit gevolgen heeft voor de in artikel 28, lid 7 genoemde gemeentelijke bijdrage.
1. Het dagelijks bestuur biedt jaarlijks voor 1 juni de rekening over het afgelopen jaar, met alle bijbehorende bescheiden, ter vaststelling aan het algemeen bestuur aan. Tevens
wordt de rekening aan de raden aangeboden. Daarbij wordt eveneens aangeboden het verslag van bevindingen als bedoeld in artikel 213, lid 2, van de Gemeentewet.
Van de vaststelling door het algemeen bestuur doet het dagelijks bestuur mededeling aan de raden van de gemeenten. Tevens zendt het dagelijks bestuur de vastgestelde rekening met alle daarbij behorende stukken binnen twee weken na de vaststelling doch in ieder geval voor 15 juli aan gedeputeerde staten.
Artikel 31 Gemeentelijke bijdrage
De uitgaven ten behoeve van een gemeenschappelijke regeling zijn verplichte uitgaven voor gemeenten. Als blijkt dat een gemeente weigert de financiële bijdrage in haar begroting op te nemen of tot betaling daarvan over te gaan, kunnen Gedeputeerde Staten ingrijpen op grond van respectievelijk artikel 194 en 195 van de Gemeentewet.
1.Het dagelijks bestuur is betast met de zorg voor de bewaring en het beheer van de archiefbescheiden van het openbaar lichaam, overeenkomstig een door het algemeen bestuur, met inachtneming van artikel 40 lid 1 en 2 van de Archiefwet 1995, vast te stellen regeling.
2. De secretaris is belast met de bewaring en het beheer van de archiefbescheiden, bedoeld in het eerste lid, overeenkomstig de door het algemeen bestuur vast te stellen regeling.
HOOFDSTUK XIV TOETREDING, UITTREDING, WIJZIGING EN OPHEFFING
Artikel 33 Toetreding en uittreding
Een gemeenschappelijke regeling dient een regeling te bevatten omtrent de toetreding en uittreding (artikel 9 Wgr). in het Besluit territoriale indeling brandweer- en GHOR-regio's zijn de gemeenten aangewezen waarvan de colleges van burgemeester en wethouders een gemeenschappelijke regeling moeten treffen terzake van de regionale brandweer en de geneeskundige hulpverlening bij ongevallen en rampen.
In deze regeling kunnen wijzigingen worden aangebracht bij gelijkluidend besluit van tenminste vierentwintig van de bestuursorganen van de deelnemende gemeenten, zij het dat een wijziging van Hoofdstuk 11 en van dit artikel uitsluitend kan worden aangebracht bij gelijkluidend besluit van de bestuursorganen van alle deelnemende gemeenten.
4. Ter uitvoering van de liquidatie blijft het dagelijks bestuur, zonodig na het tijdstip van
opheffen van de regeling, in functie.
5 .In geval van opheffing zijn de deelnemende gemeenten verplicht tot participatie in de volledige financiële gevolgen daarvan. Een batig saldo komt ten bate, een nadelig saldo komt ten laste van de deelnemende gemeenten. Dit batig dan wel nadelig saldo wordt naar verhouding van het aantal inwoners van de gemeente op 1 januari van het jaar voorafgaand aan het jaar waarin de regeling wordt opgeheven, vastgesteld. Voor de vaststelling van de inwoneraantallen worden aangehouden de door het Centraal Bureau voor de Statistiek terzake bekend, gemaakte cijfers.
HOOFDSTUK XV OVERGANGS- EN SLOTBEPALINGEN
Artikel 36 Nadere overgangsbepalingen
De vaststelling van de omvang van deze rechten en verplichtingen vindt door het algemeen bestuur plaats, waarbij de raden van de deelnemende gemeenten worden gehoord.
Aldus vastgesteld in de openbare raadsvergadering van 6 juni 2006
Aldus vastgesteld in de vergadering van burgemeester en wethouders van 12 april 2006
Aldus vastgesteld door de burgemeester op 12 april 2006
BIJLAGE: RELEVANTE WETSARTIKELEN
1.Op voordracht van Onze Minister van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties, in overeenstemming met Onze Minister van Volksgezondheid, Welzijn en Sport, wordt bij algemene maatregel van bestuur een verdeling van gemeenten in regio's vastgesteld. De colleges van burgemeester en wethouders van de gemeenten die behoren tot één regio treffen een gemeenschappelijke regeling teneinde een doelmatig georganiseerde en gecoordineerde uitvoering van de werkzaamheden, bedoeld In artikel 1, zesde lid, te bewerkstelligen en overigens een goede hulpverlening bij een ongeval of ramp te bevorderen.
Bij de regeling als bedoeld in artikel 3; eerste lid, wordt een openbaar lichaam met de aanduiding regionale brandweer ingesteld. Het openbaar lichaam is rechtspersoon. Bij deze regeling worden door de deelnemende gemeenten aan het bestuur van de regionale brandweer in elk geval de volgende taken opgedragen: 1°. Het zorgdragen voon
Wet geneeskundige hulpverlening bij ongevallen en rampen
Wet collectieve preventie volksgezondheid
Ter verwezenlijking van het bepaalde in het eerste lid draagt de gemeenteraad in ieder geval zorg voor:
. het verwerven van, op epidemiologische analyse gebaseerd, inzicht in de gezondheidssituatie van de bevolking; deze taak omvat in ieder geval het eenmaal per vier jaar, voorafgaand aan de opstelling van de nota gemeentelijk gezondheidsbeleid, bedoeld in artikel 3b, op landelijk gelijkvormige wijze verzamelen en analyseren van gegevens omtrent deze gezondheidssituatie. Bij algemene maatregel van bestuur kunnen hieraan nadere regels worden gesteld. .
het bevorderen van medisch-milieukundige zorg, waaronder in ieder geval wordt verstaan het signaleren van ongewenste situaties, het adviseren over risico's, in het bijzonder bij rampen of dreiging van rampen, het beantwoorden van vragen uit de bevolking, het geven van voorlichting en het doen van onderzoek;
het bevorderen van technische hygiënezorg, waaronder In ieder geval wordt verstaan het bijhouden van een lijst met instellingen waar,-gezi~n de aard van de doelgroep en de omstandigheden waaronder de activiteiten worden veracht, een verhoogd risico bestaat op verspreiding van pathogene micro-organismen, het adviseren van deze instellingen over mogelijkheden op het gebied van bouw, inrichting en organisatie van de activiteiten om deze risico's te verkleinen, het signaleren van ongewenste situaties, het beantwoorden van vragen uit de bevolking en het geven van•vooriichting;
het bevorderen van openbare geestelijke gezondheidszorg, waaronder in ieder geval wordt verstaan het signaleren en bestrijden van risicofactoren op het gebied van de openbare geestelijke gezondheidszorg, het bereiken en begeleiden van kwetsbare personen en risicogrepen, het functioneren als meldpunt voor signalen van crisis of dreiging van crisis bij kwetsbare personen en risicogroepen, het bieden van psychosociale hulp bij rampen en het tot stand brengen van afspraken tussen betrokken organisaties over de uitvoering van de openbare geestelijke gezondheidszorg.
De gemeenteraad draagt zorg voor de uitvoering van de infectieziektebestrijding, waaronder in ieder geval wordt verstaan algemene infectieziektebestrijding, bestrijding van seksueel overdraagbare aandoeningen, waaronder aids, tuberculosebestrijding, bron- en contactopsporing bij vermoeden op epidemieën van Infectieziekten, het beantwoorden van vragen uit de bevolking en het geven van voorlichting en begeleiding, voorzover dit bij algemene maatregel van bestuur is bepaald.
Onze Minister kan ter zake van de bestrijding van een epidemie van infectieziekten een aanwijzing geven aan de gemeenteraad, indien deze niet of niet naar behoren maatregelen treft ter bestrijding van de epidemie, terwijl er ernstig gevaar voor de volksgezondheid dreigt en een bovenregionale verspreiding van de desbetreffende infectieziekte te verwachten is.
Gelezen het voorstel van burgemeester en wethouders van Smallingerland van 24 mei 2006; Overwegende dat:
bij het "Besluit territoriale indeling brandweer- en. GHOR-regio's" gemeenten zijn aangewezen die tezamen een regio vormen als bedoeld in artikel 3, eerste lid van de Brandweerwet 1985;
de bestuursorganen van deze gemeenten verplicht zijn een gemeenschappelijke regeling te treffen op grond van de Brandweerwet 1985 en de Wet Geneeskundige Hulpverlening bij Ongevallen en Rampen;
het gewenst is dat het bestuur van deze gemeenschappelijke regeling tevens wordt belast met de behartiging van de belangen op grond van de Wet collectieve preventie volksgezondheid en de Infectieziektewet;
in het kabinetsstandpunt "Veiligheidsregio's" de gewenste integratie van de besturen van regionale brandweer en GHOR wordt beschreven (Hulpverleningsdienst), inclusief de verplichte bestuurlijke samenwerking met de politie (Veiligheidsregio).
-de Wet collectieve preventie volksgezondheid;
de Wet gemeenschappelijke regelingen en