Organisatie | Brielle |
---|---|
Organisatietype | Gemeente |
Officiële naam regeling | Verordening subsidiëring van woonconsumenten (organisaties) |
Citeertitel | Verordening subsidiering van woonconsumenten (organisaties) |
Vastgesteld door | gemeenteraad |
Onderwerp | volkshuisvesting en woningbouw |
Eigen onderwerp |
Geen.
Geen.
Datum inwerkingtreding | Terugwerkende kracht tot en met | Datum uitwerkingtreding | Betreft | Datum ondertekening Bron bekendmaking | Kenmerk voorstel |
---|---|---|---|---|---|
01-04-1988 | Nieuwe regelgeving | 15-03-1988 Briels Nieuwsland, | III/JvP |
In deze verordening wordt verstaan onder:
activiteiten: werkzaamheden die verricht worden door woonconsumenten, door woonconsumentenorganisaties of door derden, die gericht zijn op het versterken van de positie van woonconsumenten in de volkshuisvesting of die gericht zijn op de realisering van een concreet project ten behoeve van woonconsumenten;
Hoofdstuk 2 Bepalingen met betrekking tot het toekennen van subsidie.
Indien het bedrag, dat als subsidie voor een activiteit is toegekend, door de aanvrager nadat de activiteit verwezenlijkt is, van derden kan worden ontvangen, dan is de aanvrager verplicht om dit bedrag op verzoek van burgemeester en wethouders aan de gemeente geheel of gedeeltelijk terug te storten. Dit teruggestorte bedrag wordt toegevoegd aan het op grond van artikel 2, door de gemeenteraad vastgestelde bedrag voor de subsidiëring van woonconsumenten en woonconsumentenorganisaties.
Hoofdstuk 4 Bepalingen met betrekking tot de afhandeling van aanvragen.
Het door de gemeenteraad op grond van de artikelen 2 en 3 vastgestelde bedrag ten behoeve van de subsidiëring van activiteiten wordt verdeeld over de tijdvakken.
Burgemeester en wethouders beslissen binnen één maand na afloop van elke tijdvak over alle aanvragen voor de subsidiëring van activiteiten die gedurende het desbetreffende tijdvak zijn ingediend.
Als tijdstip van ontvangst van een aanvraag voor de toekenning van subsidie voor activiteiten of voor apparaatskosten geldt het moment waarop de aanvraag aan de in deze, dan wel bij of krachtens deze, verordening gegeven voorschriften voldoet.
Burgemeester en wethouders beslissen binnen drie maanden na indieiiingstijdstip, bedoeld in artikel 7, lid 7, over alle aanvragen voor de subsidiëring van apparaatskosten.
Hoofdstuk 5 Bepalingen met betrekking tot de uitbetaling.
Het bedrag dat burgemeester en wethouders hebben vastgesteld als subsidie voor een activiteit wordt terstond voor 70 % betaalbaar gesteld.Het resterende bedrag wordt betaalbaar gesteld nadat de aanvrager ten behoeve van burgemeester en wethouders aan de hand van declaraties heeft aangetoond dat de in artikel 5 eerste lid bedoelde, in de begroting opgenomen kosten daadwerkelijk zijn gemaakt ten behoeve van de activiteit waarvoor burgemeester en wethouders de subsidie hebben toegekend.
Hoofdstuk 6 Bepalingen met betrekking tot niet bestede subsidie.
Indien burgemeester en wethouders niet het gehele bedrag dat b^st^md is voor de subsidiering van activiteiten gedurende een bepaald tijdvak besteed hebben, dan wordt het resterende bedrag door burgemeester en wethouders verdeeld over de resterende tijdvakken van het betreffende begrotingsjaar.
Indien burgemeester en wethouders het door de gemeenteraad op grond van artikel 2, vastgestelde bedrag aan het eind van een begrotingsjaar niet geheel besteed hebben, dan wordt höt resterende bedrag toegevoegd aan het door de gemeenteraad vast te stellen bedrag op grond van artikel 2 voor het daaropvolgende begrotingsjaar.
Hoofdstuk 7 Het toezicht op de werkzaamheden en het financieel beheer van woonconsumentenorganisaties.
Een woonconsumentenorganisatie die subsidie krijgt op grond van deze verordening als tegemoetkoming in de apparaatskosten is verplicht ten behoeve van burgemeester en wethouders:- inzage te geven in haar boekhouding en administratie;- alle inlichtingen te verstrekken, desgewenst schriftelijk, welke van haar in het belang van een goede controle op het financiële beheer en administratie worden gevraagd;- alle inlichtingen te verstrekken, welke worden gevraagd in het belang van de beoordeling van de doelmatigheid en rechtmatigheid van de besteding van de subsidie.
In bijzondere gevallen kunnen burgemeester en wethouders, indien naar hun oordeel strikte toepassing van deze verordening zou leiden tot een onaanvaardbare beslissing, afwijken van de bepalingen van deze verordening. Burgemeester en wethouders zullen hiertoe niet overgaan dan nadat de commissie financiën ca. is gehoord.