Organisatie | Katwijk |
---|---|
Organisatietype | Gemeente |
Officiële naam regeling | Leidingverordening gemeente Katwijk 2006 |
Citeertitel | Leidingverordening gemeente Katwijk 2006 |
Vastgesteld door | gemeenteraad |
Onderwerp | bestuur en recht |
Eigen onderwerp |
Op 16 december 2010 is verordening uit 2006 ongewijzigd opnieuw vastgesteld.
Onbekend
Datum inwerkingtreding | Terugwerkende kracht tot en met | Datum uitwerkingtreding | Betreft | Datum ondertekening Bron bekendmaking | Kenmerk voorstel |
---|---|---|---|---|---|
01-01-2011 | 01-01-2016 | Onbekend | 16-12-2010 Katwijksche Post en Rijnsburger 23 december 2010 | 2010-020415 |
Het in het eerste lid bedoelde verbod geldt niet voor:
a. Telecommunicatie werken waarop de Telecommunicatieverordening Katwijk van toepassing is;
b. Werkzaamheden door of in opdracht van het college;
c. Kort cyclische werkzaamheden. Dergelijke werkzaamheden dienen uitsluitend drie werkdagen voor de uitvoering bij de gemeente te worden gemeld. Bij storingen, waarvoor uitstel van het verhelpen van de storing niet mogelijk is, dient de melding in ieder geval voorafgaande aan de werkzaamheden te worden gemeld. Indien de storing buiten de normale werktijden plaatsvindt, dient de melding bij burgemeester en wethouders achteraf, doch uiterlijk binnen achtenveertig uur te worden gedaan.
Bij de aanvraag worden de volgende gegevens overlegd:
a. Een omschrijving en doel van de uit te voeren werkzaamheden;
b. omschrijving aard, soort en aantal aan te leggen kabels of leidingen
c. naam en adres van de vergunninghouder
d. naam, adres, telefoonnummer van de aanvrager
e. Naam en telefoonnummer van de contactpersoon die belast is met de voorbereiding van de werkzaamheden.
Bij een aanvraag dient te worden gevoegd:
Een vergunning als bedoeld in artikel 2, eerste lid, kan worden geweigerd in het belang van:
b. het voorkomen of beperken van schade of overlast;
c. de bruikbaarheid van de openbare weg;
d. het veilig en doelmatig gebruik, beheer en onderhoud van de openbare weg;
e. de bescherming van het uiterlijk aanzien van de omgeving;
De in het eerste lid bedoelde nadere regels hebben onder andere betrekking op:
b. algemene bepalingen voor het leggen en hebben van leidingen;
c. technische bepalingen voor verrichten van grondwerk, opnemen en herstel verharding, omgang met bouwstoffen en werkzaamheden in groenvoorzieningen;
Het college kan een vergunning intrekken:
a. indien de vergunning op basis van een onjuiste of onvolledige opgave is verleend;
b. indien de vergunning in strijd met enig wettelijk voorschrift is afgegeven;
c. indien de leidingexploitant het bepaalde bij of krachtens deze verordening of vergunningsvoorschrift niet naleeft;
d. indien op grond van een verandering van de omstandigheden of inzichten, opgetreden na het verlenen van de vergunning, moet worden aangenomen, dat het van kracht blijven van de vergunning op onaanvaardbare wijze schade zou opleveren aan de belangen, welke deze verordening beoogt te dienen en aan dat bezwaar door het stellen van (nadere) voorschriften redelijkerwijze niet of niet voldoende kan worden tegemoet gekomen;
e. indien dit noodzakelijk is vanwege uitvoering van werken door of in opdracht van het college;
f. indien binnen zes maanden na het onherroepelijk worden van de vergunning daarvan geen gebruik is gemaakt en de vergunninghouder geen verzoek tot verlenging heeft ingediend;
De vergunninghouder stelt het college onverwijld in kennis van het feit dat het eigendom, de exploitatie of het beheer van de leidingen verandert of het feit dat de leidingen niet langer ten dienste staan van de vergunninghouder.
Het college kan wanneer zij dit nodig achten, de vergunninghouder verplichten binnen een redelijk termijn de leidingen, die op grond van deze verordening zijn gelegd, te verleggen.