Organisatie | Groningen (Gr) |
---|---|
Organisatietype | Gemeente |
Officiële naam regeling | Algemene subsidieverordening gemeente Groningen 2002 (hoofdstuk 6, Hulpverleningsdienst) |
Citeertitel | Algemene subsidieverordening gemeente Groningen 2002 (hoofdstuk 6, Hulpverleningsdienst) |
Vastgesteld door | gemeenteraad |
Onderwerp | maatschappelijke zorg en welzijn |
Eigen onderwerp | Algemene subsidieverordening gemeente Groningen 2002 (hoofdstuk 6, Hulpverleningsdienst) |
(toevoeging deelverordening Fonds Openbare Geestelijke Gezondheidszorg aan de ASV 2002)
Hoofdstuk 1 Algemeen deel
Hoofdstuk 2 Subsidies Onderwijs Cultuur Sport
Welzijn
Hoofdstuk 3 Subsidies Sociale Zaken en Werk
Hoofdstuk 4 Subsidies Milieudienst
Hoofdstuk 5 Subsidies Ruimtelijke Ordening en Economische Zaken
Hoofdstuk 7 Subsidies diversen
Voor het eerst vastgesteld bij raadsbesluit van 18 december 2002
Gemeentewet, art. 149
Geen
Datum inwerkingtreding | Terugwerkende kracht tot en met | Datum uitwerkingtreding | Betreft | Datum ondertekening Bron bekendmaking | Kenmerk voorstel |
---|---|---|---|---|---|
05-05-2005 | 01-11-2011 | Onbekend | 27-04-2005 Gemeenteblad, 2005, 30 | Onbekend |
HOOFDSTUK 6 SUBSIDIES HULPVERLENINGSDIENST
In aanvulling op artikel 1 van hoofdstuk 1 van deze verordening wordt voor de toepassing van deze afdeling verstaan onder:
Activiteiten van burgers of organisaties die een stimulans vormen voor het ontstaan van waardevolle vormen van bevordering en bescherming van de gezondheid.
Artikel 2 Te subsidiëren activiteit
Het college kan subsidie verlenen voor de in artikel 1 genoemde bijzondere activiteiten.
Artikel 3 Grondslag van de subsidie
De subsidie bedraagt maximaal 100% van de naar het oordeel van het college noodzakelijke kosten.
Wanneer voor enig kalenderjaar het totaal van de aanvragen het bedrag als bedoeld in het eerste lid van dit artikel overschrijdt wordt dit bedrag op onderstaande wijze verdeeld:
als eerste wordt toegekend de aanvraag die op de in artikel 5 lid 1 genoemde indieningsdatum in het bezit is van het college en die afkomstig is van een subsidie-aanvrager aan wie in het voorafgaande kalenderjaar voor dezelfde activiteiten subsidie is verleend en die aantoont de activiteiten te kunnen verzorgen in het kalenderjaar waarvoor de subsidie wordt gevraagd;
Een subsidie-aanvraag voor activiteiten als bedoeld in artikel 2 die een geheel kalenderjaar beslaan dienen uiterlijk op 1 oktober voorafgaande aan het kalenderjaar waarop de subsidie-aanvraag betrekking heeft in het bezit te zijn van het college; latere ingediende aanvragen worden beschouwd als aanvragen die tijdens het volgende kalenderjaar zijn ingediend.
Artikel 6 Nadere verplichtingen
Aan de subsidiëring van een activiteit kan door het college nadere voorwaarden worden gesteld, zijnde voorschriften ten aanzien van te betalen doelen, organisatie van activiteiten, samenwerking met derden, inspraak van burgers, fasering van activiteiten, rapportage over informatieverstrekking naar aanleiding van de activiteiten en publiciteit over de resultaten van de activiteit.
Afdeling 2 Fonds Stimuleringsbijdrage Woningaanpassing Gehandicapten
Voor de toepassing van deze verordening wordt verstaan onder:
Wvg : Wet voorzieningen gehandicapten;
Vvg : Verordening voorzieningen gehandicapten gemeente Groningen;
De adviescommissie : de commissie Stimuleringsbijdrage Woningaanpassing Gehandicapten;
Gehandicapte : de inwoners van de gemeente Groningen die ten gevolge van ziekte of gebrek aantoonbare beperkingen ondervinden op het gebied van wonen of het zich binnen de woon- en verblijfsruimte te verplaatsen;
Ergonomische belemmeringen : fysieke stoornis, beperking of handicap die het normale elementaire gebruik van de woning ten gevolge van haar bouwkundige of woontechnische opzet aanmerkelijk beperkt;
Woon- en verblijfsruimte : woonruimte met inbegrip van gemeenschappelijke ruimten bestemd voor permanente bewoning;
Aanpasbaar bouwen : het bij nieuwbouw en verbouw realiseren van woon- en verblijfsruimte die niet op voorhand speciaal is aangepast en bestemd voor gehandicapten en die zodanig is ontworpen dat latere aanpassingen op eenvoudige en daardoor relatief goedkope wijze kunnen plaatsvinden wanneer de bewoner gehandicapt raakt;
Woningaanpassingen : ingreep van bouwkundige of woontechnische aard in bestaande woon- en verblijfsruimten die gericht is op het opheffen of verminderen van ergonomische belemmeringen die een gehandicapte kan ondervinden bij het normale gebruik van zijn woon- en verblijfsruimte waardoor de woning bereikbaar, toegankelijk en bruikbaar wordt voor de gehandicapte;
Besparingen : het positieve verschil tussen de kosten die op grond van het Wvg-verstrekkingenbeleid gemaakt zouden moeten worden op grond van toekomstige aanvragen en de bijdrage die verstrekt wordt op grond van deze verordening.
Meerkosten : verschil tussen de kosten voor aanpasbaar bouwen en woningaanpassingen in de zin van deze regeling en de kosten van het realiseren van woonruimte die niet op voorhand speciaal is aangepast en bestemd voor gehandicapten.
Artikel 2 Te subsidiëren activiteit
Het college kan subsidie verlenen voor woningaanpassingen en voor aanpasbaar bouwen aan (toekomstige) eigenaren van woon- en verblijfsruimten in de gemeente Groningen aan de hand van de volgende criteria:
Artikel 3 Huurdervingsbijdrage
De eigenaar van de woon- en verblijfsruimte kan voor het beschikbaar houden van de woning na gereedkomen van het werk voor een door de gemeente voor te dragen gehandicapte een beroep doen op de huurdervingsregeling van de Vvg.
Artikel 4 Grondslag van de subsidie
De subsidie voor activiteiten als bedoeld in artikel 2 bedraagt maximaal 100% van de naar het oordeel van het college meerkosten per woning of project.
Voor elk kalenderjaar is voor het subsidiëren van de in deze verordening genoemde activiteit het bedrag beschikbaar dat in de begroting voor het betreffende jaar is vastgesteld.
Wanneer voor enig kalenderjaar het totaalbedrag van de aanvragen het bedrag als bedoeld in lid 1 van dit artikel overschrijdt, worden ten laste van dit bedrag de aanvragen toegekend op basis van de volgorde waarop de subsidieaanvragen bij de gemeente zijn binnengekomen.
Een subsidieaanvraag voor activiteiten als bedoeld in deze afdeling wordt middels een aanvraag-formulier ingediend bij de gemeente Groningen.
Aanvragen kunnen het gehele kalenderjaar worden ingediend.
Subsidieaanvragen voor activiteiten als bedoeld in deze afdeling gaan naast de gegevens als bedoeld in deze verordening onder hoofdstuk 1, Algemeen deel, en van hoofdstuk 6 afdeling 1 vergezeld van de volgende documenten voorzover van toepassing:
Het college kan om documenten verzoeken welke naar haar hun oordeel noodzakelijk zijn om tot een goed oordeel ten behoeve van de subsidieverlening te komen. Het college kan onder andere verzoeken om een aan de gemeentelijke normen voldoend bouwtechnisch rapport van de betreffende woning waaruit blijkt in welke bouwkundige toestand de woning zich bevindt en om een meerjarenonderhoudscontract als bedoeld in artikel 7 onder c.
Artikel 7 Nadere verplichtingen
Het college verleent slechts subsidie voor activiteiten als bedoeld in deze afdeling indien:
de meerkosten in redelijke verhouding staan tot het te bereiken kwaliteitsniveau;
binnen een termijn van een half jaar na het besluit tot subsidieverlening met de werkzaamheden wordt begonnen, tenzij het college een andere termijn toestaan;
de eigenaar in het bezit is van een door het college goedgekeurd onderhoudsplan of een meerjarenonderhoudscontract opgesteld door een door de gemeente erkende deskundige en de onderhoudswerkzaamheden conform dit onderhoudsplan of -contract worden uitgevoerd.
Artikel 8 Nadere weigeringsgronden
In aanvulling op de weigeringsgronden in hoofdstuk 1, Algemeen deel, van deze verordening weigert het college een subsidieaanvraag indien:
1.de woon- en verblijfsruimte betreft kamers die zelfstandig verhuurd worden, hotels en pensions, trekkerswoonwagens, bejaardenoorden, vakantiewoningen, tweede woningen en AWBZ-inrichtingen.
Het gaat om woningen terzake waarvan degene die als eigenaar, of uit andere hoofde bevoegd is tot het treffen van voorzieningen, is aangeschreven krachtens artikel 14 en volgende van de woningwet en in geval de in de aanschrijving bepaalde termijn voor het treffen van de voorzieningen is verstreken en de voorzieningen niet danwel onvoldoende zijn getroffen.
De aanpasbaar gebouwde of aangepaste woon- en verblijfsruimte moet worden gerealiseerd op grond van het bouwbesluit, de bouwverordening, een Wvg-aanvraag, enige andere wettelijke regeling of op grond van de huurovereenkomst.
2.Het college kan een subsidieaanvraag weigeren indien:
de huur na het treffen van de voorzieningen hoger is dan de op datmoment geldende aftoppingsgrens huursubsidie zoals die in gevolge de huursubsidiewet geldt voor meerpersoons-huishoudens;
de stichtingskosten van de te bouwen woningen op het moment van aanvraag meer dan € 136.135,00 per woning bedragen.
Artikel 9 Uitvoeringsovereenkomst
Ter uitvoering van de beschikking tot subsidieverlening kan een overeenkomst worden gesloten. In deze overeenkomst kan een anti-speculatiebeding worden opgenomen. Dit beding kan luiden dat in geval een eigen woning wordt aangepast en daardoor in waarde stijgt en de woning wordt binnen vijf jaar verkocht, de extra opbrengst (deels) aan de gemeente wordt teruggestort.
Afdeling 3 Fonds Openbare Geestelijke Gezondheidszorg
Voor de toepassing van deze verordening wordt verstaan onder:
OGGz Openbare Geestelijke Gezondheidszorg: alle activiteiten op het terrein van de geestelijke gezondheidszorg die niet op geleide van een vrijwillige hulpvraag worden uitgevoerd;
Fonds OGGz fonds van gemeente Groningen;
Artikel 2 Te subsidiëren activiteit
Burgemeester en wethouders kunnen subsidie verlenen voor activiteiten op het terrein van de openbare geestelijke gezondheidszorg die voldoen aan de volgende criteria:
Artikel 3 Grondslag van de subsidie
De subsidie voor activiteiten bedoeld in artikel 2 bedraagt maximaal 100% van de naar het oordeel van het college noodzakelijke kosten.
Een subsidieaanvraag voor activiteiten als bedoeld in artikel 2 die een geheel kalenderjaar beslaan, dienen uiterlijk op 1 oktober in het kalenderjaar waarop de subsidieaanvraag betrekking heeft in het bezit te zijn van burgemeester en wethouders; later ingediende aanvragen worden beschouwd als aanvragen die voor het volgende kalenderjaar zijn ingediend.
Artikel 6 Nadere verplichtingen
Aan de subsidiëring van een activiteit kunnen door burgemeester en wethouders nadere voorwaarden worden gesteld, zijnde voorschriften ten aanzien van te realiseren doelen, organisatie van activiteiten, samenwerking met derden, inspraak van burgers, fasering van activiteiten, rapportage over informatieverstrekking naar aanleiding van de activiteiten en publiciteit over de resultaten van de activiteit.