Organisatie | Venlo |
---|---|
Organisatietype | Gemeente |
Officiële naam regeling | Verordening VROM startersregeling Venlo 2007 |
Citeertitel | Verordening VROM startersregeling Venlo 2007 |
Vastgesteld door | gemeenteraad |
Onderwerp | bestuur en recht |
Eigen onderwerp |
3e wijziging: Gemeenteblad, jaargang 2010, nummer 76
Bij besluit van 26 oktober 2011 heeft de gemeenteraad deze regeling geldend verklaard voor het gehele gebied dat vanaf 1 januari 2010 deel uitmaakt van de gemeente Venlo.
Geen
Datum inwerkingtreding | Terugwerkende kracht tot en met | Datum uitwerkingtreding | Betreft | Datum ondertekening Bron bekendmaking | Kenmerk voorstel |
---|---|---|---|---|---|
01-01-2012 | 01-11-2016 | Art. 5, lid 1 | 21-12-2011 E3-journaal/de Trompetter d.d. 28-12-2011 | Gemeenteblad, jaargang 2011 nummer 53 | |
11-11-2010 | 01-01-2012 | art. 5 lid 1 | 27-10-2010 E3-journaal, 03-11-2010 | ||
04-11-2010 | 11-11-2010 | art. 4 lid 3 | 28-09-2010 E3-journaal, 03-11-2010 | ||
10-09-2009 | 04-11-2010 | Artikel 4 lid 3, art. 6 lid 1 | 09-09-2009 Onbekend | ||
01-10-2007 | 10-09-2009 | nieuwe regeling | 26-09-2007 E3-journaal |
In deze verordening wordt verstaan onder:
VROM Starterslening: een lening die ten doel heeft om voor huishoudens met beperkte financiële mogelijkheden de ruimte te vergroten om een eigen woning te kopen, en die worden verstrekt op basis van de productspecificaties zoals vastgelegd in de SVn-informatiemap en de Gemeentelijke Uitvoeringsregels VROM Starterslening;
huishouden: het huishouden van de aanvrager, bestaande uit een natuurlijk persoon en zijn niet duurzaam gescheiden levende echtgenoot of geregistreerd partner, of degene die met hem op de ontvangstdatum van de aanvraag voor de Starterslening een gezamenlijke huishouding voert of zal gaan voeren in de aan te kopen woning, niet zijnde kinderen of pleegkinderen. Er kunnen niet meer dan 2 personen tot het aldus gedefinieerde huishouden behoren.
Hoofdstuk 2 Algemene bepalingen
Uit het gemeentelijk Stimuleringsfonds VROM Startersregeling kunnen slechts leningen worden toegewezen tot het maximale toekenningsplafond, zijnde op 1 januari 2012 € 345.000,00 en alle hieraan toe te voegen toekomstige terugvloeiende middelen in de gemeentelijke fondsen bij het Stimuleringsfonds Volkshuisvesting Nederlandse gemeenten (SVn).
Deze verordening is uitsluitend van toepassing op leningaanvragen:
van in de gemeente Venlo verblijfsgerechtigde personen die op het moment van de aanvraag minimaal 1 jaar zelfstandig een huurwoning bewonen of minimaal 1 jaar inwonend zijn en voor de eerste keer een eigen woning willen kopen. Deze personen dienen nooit eerder een eigen huis op hun naam te hebben gekocht;
alsmede voor studerende/schoolgaande kinderen van in de gemeente Venlo woonachtige verblijfsgerechtigde personen, die binnen 1 jaar na afronding van de studie of school zich opnieuw in de gemeente Venlo vestigen en voor dat zij de studie of school aanvingen minimaal 1 jaar aaneengesloten in de gemeente Venlo hebben gewoond;
Hoofdstuk 4 Aanvraag en toekenning
Burgemeester en wethouders toetsen of het in lid 1 bedoelde huishouden valt onder het toepassingsbereik van artikel 6 en stuurt binnen 5 werkdagen na ontvangst van het verzoek het aanvraagformulier toe. Tegelijkertijd sturen Burgemeester en wethouders SVn een kopie van het voorblad van dit aanvraagformulier.
Gemeentelijke uitvoeringsregeling VROM Starterslening
1. Kenmerken VROM Starterslening
De gemeente stelt, op basis van de lokale marktomstandigheden, de doelgroep, het marktsegment en de verwervingskostengrens vast wie in aanmerking komen voor de VROM Starterslening.
De VROM Starterslening past binnen de door SVn gehanteerde productspecificaties en heeft mede op grond van de verordening de volgende kenmerken:
voorafgaand aan het 4e, 7e, 11e en 16e jaar kan de aanvrager een draagkracht-hertoetsing aanvragen op basis van een brief die SVn circa 3 maanden van tevoren toestuurt en na overmaking van de kosten hertoetsing. Indien uit deze draagkracht-hertoetsing blijkt dat de financiële draagkracht onvoldoende is om aan de marktconforme maandtermijn te voldoen, dan worden de rente en aflossing aangepast op basis van de gemeentelijke uitvoeringsregels;
2. Voorwaarden aan de bancaire hypothecaire lening
De bank verstrekt de lening onder 1e hypotheek; SVn verstrekt de VROM Starterslening onder 2e hypotheek waarbij het volgende van toepassing is:
bij een nieuwbouwwoning wordt, indien de kosten en de eerste termijn kleiner zijn dan de hoofdsom van de VROM Starterslening, de VROM Starterslening in een te openen Bouwkrediet bij SVn gestort. De kosten en de eerste termijnbetaling worden direct in mindering gebracht op de hoofdsom van de VROM Starterslening. De volgende termijnen worden daarna gedeclareerd uit het bouwdepot van de VROM Starterslening en vervolgens uit het bouwdepot van de marktconforme bancaire lening;
de transportakte en de hypotheekakte voor uw eerste hypotheek en de akte voor uw 2e hypotheek (Starterslening) dienen in de gebruikelijke volgorde, maar beslist in één en dezelfde afspraak bij de notaris te passeren. Indien eigendom en 1e hypotheek eerder passeren kan de Starterslening geen doorgang vinden.
3. Uitgangspunten van de draagkrachttoets voor de VROM Starterslening
Voor de draagkrachttoets wordt zoveel mogelijk aangesloten bij de NHG-toetsing, waarin bepaald wordt of een lening Nationale Hypotheekgarantie mogelijk is met een bepaald inkomen. De kosten van de draagkrachttoets zijn voor rekening van SVn.
4. Definities ten behoeve van de vaststelling hoogte VROM Starterslening
Huishouden: het huishouden van de aanvrager, bestaande uit een natuurlijk persoon en zijn niet duurzaam gescheiden levende echtgenoot of geregistreerd partner, of degene die met hem op de ontvangstdatum een gezamenlijke huishouding voert of zal gaan voeren in de aan te kopen woning, niet zijnde kinderen of pleegkinderen.
Financierings-lastpercentage: het financieringslastpercentage conform de op de ontvangstdatum geldende Normen NHG, dat behoort bij het individueel toetsinkomen van partner 1, en rekening houdend met de toetsrente. Volgens de NHG-norm wordt bij het bereiken van de 65-jarige leeftijd de ‘financieringslasttabel vanaf 65 jaar’ van de NHG-voorwaarden en normen gehanteerd.
Peiljaar: indien de ontvangstdatum in de eerste helft van het kalenderjaar ligt: het kalenderjaar dat 2 jaar voorafgaat aan het jaar waarin de ontvangstdatum ligt; indien de ontvangstdatum in de tweede helft van het kalenderjaar ligt: het kalenderjaar dat voorafgaat aan het jaar waarin de ontvangstdatum ligt.
Genormeerde last marktconforme lening: de genormeerde bruto last van de marktconforme lening aan het begin van ieder van de volgende perioden, berekend op basis van maandannuïteiten, de toetsrente, het restant van een oorspronkelijke looptijd van 30 jaar en de restanthoofdsom aan het begin van de betreffende periode. In beginsel is deze last steeds gelijk. Indien echter één of meer van de aanvragers 56 jaar of ouder zijn, maar nog geen 65 jaar, wordt de genormeerde last zodanig naar beneden bijgesteld dat deze past bij het dan geldende inkomen (uitgaande van een aanname dat het inkomen dan daalt tot 70%).
De geadviseerde hoogte van de VROM Starterslening wordt door het Bemiddeld Orgaan als volgt berekend. De gemeente bepaalt de uiteindelijke hoogte.
Hoogte VROM Starterslening = Verwervingskosten -/- beschikbaar eigen geld -/-genormeerde marktconforme lening
De berekening van de genormeerde marktconforme lening is gebaseerd op een simulatie van de marktconforme lening die de aanvrager met NHG kan krijgen.
Indien geen van de partners op de ontvangstdatum 56 jaar of ouder is, verloopt de berekening van de genormeerde marktconforme lening als volgt:
Normfinancieringslast = Toetsinkomen huishouden x financieringslastpercentage
Genormeerde marktconforme lening = de maximale marktconforme lening op basis van de geldende NHG-normen per peildatum aanvangsdraagkrachttoets.
Indien op de ontvangstdatum één of meer van de partners 56 jaar of ouder is, maar nog geen 65 jaar, gelden de volgende aanvullende regels:
Als onderdeel van de aanvangstoets wordt vastgesteld hoe hoog de genormeerde last van de marktconforme lening bedraagt aan het begin van ieder van de volgende perioden. Deze bedragen zijn van belang bij de hertoetsen.
Bij de toets wordt er vanuit gegaan dat het belastbare vermogen in box 3 (dus boven de vrijstelling) wordt gebruikt als eigen geld ter financiering van de verwervingskosten.
6. Toewijzing VROM starterslening door de gemeente
Het Bemiddelend Orgaan (BO) brengt aan de gemeente advies uit over de hoogte van de VROM Starterslening.
De gemeente bepaalt de definitieve hoogte van de VROM Starterslening. Het is denkbaar dat de gemeente op basis van de eigen verordening hierbij nog correcties toepast op het advies van BO, waarbij het onder meer kan gaan om:
Voor de eerste periode van 3 jaar is de Starterslening renteloos en aflossingsvrij.
De gemeente kent de VROM Starterlening toe, met een toewijzingsbrief.
Indien de aanvrager naar het oordeel van de gemeente niet in aanmerking komt voor een VROM Starterslening, stuurt de gemeente de aanvrager hierover schriftelijk bericht.
SVn ontvangt een kopie van de toewijzingsbrief. c.q. van de brief met de afwijzing van de VROM Starterslening.
7. Hertoets VROM Startersleningen
- Persoonlijke verplichtingen worden bij de hertoets van de VROM Starterslening buiten beschouwing gelaten.
- Wanneer SVn op de mogelijke hertoetsmomenten, op verzoek van de klant, een hertoets uitvoert, bedraagt het tarief hiervoor € 144 prijspeil 2006. Na 2006 wordt het tarief jaarlijks geïndexeerd met de consumentenprijsindex alle huishoudens, en wel als volgt:
index september voorafgaand jaar x € 144
- De kosten van de hertoets komen voor rekening van de klant. SVn brengt deze kosten in rekening bij de aanvrager. De aanvrager tekent hiertoe vooraf een machtiging tot eenmalige automatische incasso.
- SVn brengt de kosten niet bij de klant in rekening, wanneer de gemeente in het genoemde besluit bepaalt dat de gemeente de kosten voor haar rekening neemt. In dat geval worden de kosten geboekt ten laste van de Gemeenterekening.
8. Definties ten behoeve van hertoets en aanpassing
In aanvulling op de voorgaande definities worden bij de draagkracht hertoets de volgende begrippen en definities gehanteerd.
Huishouden (t.b.v. hertoets): het huishouden van de aanvrager, bestaande uit een natuurlijk persoon en zijn niet duurzaam gescheiden levende echtgenoot of geregistreerd partner, of degene die met hem voorafgaand aan de peildatum tenminste 6 maanden een gezamenlijke huishouding voert, niet zijnde kinderen of pleegkinderen.
Financieringslast-percentage hertoets: het financieringslastpercentage conform de op de peildatum geldende NHG-normen dat behoort bij het individueel toetsinkomen van partner 1 , en rekening houdend met de hertoetsrente . Volgens de NHG-norm wordt bij het bereiken van de 65-jarige leeftijd de ‘financieringslasttabel vanaf 65 jaar’ van de NHG-voorwaarden en normen gehanteerd.
Het actuele toetsinkomen wordt op dezelfde wijze vastgesteld als voor de draagkrachttoets als bij de aanvangstoets.
De normfinancieringslast op de peildatum is de basis voor de herziening van de rente en aflossing voor de eerstvolgende periode.
Normfinancieringslast = Toetsinkomen huishouden x financieringslastpercentage hertoets
Beschikbare financieringslast = Normfinancieringslast -/- Genormeerde last marktconforme lening
Vervolgens wordt de rente en looptijd als volgt vastgesteld:
Indien de beschikbare financieringsruimte groter is dan, of gelijk is aan de marktconforme annuïteit Starterslening, geldt gedurende de restantlooptijd de genoemde annuïteit. De rente blijft vast t/m het einde van periode 4. Daarna gaat een nieuwe rentevastheids periode in van maximaal 15 jaar, met het rentepercentage van SVn bij 15 jaar rentevast, zoals geldt op de peildatum van periode 5.
Indien de beschikbare financieringsruimte kleiner is dan de marktconforme annuïteit Starterslening, dan geldt gedurende de eerstvolgende periode dat de financieringslast voor de starterslening gelijk is aan de beschikbare financieringsruimte. Ingeval de eerstkomende periode periode 5 is, dan is de financieringslast voor de starterslening voor de resterende looptijd gelijk aan de beschikbare financieringsruimte.
Het rentepercentage wordt als volgt berekend:
Beschikbare financieringsruimte x 100%
Het rentepercentage wordt naar beneden afgerond op eentiende procent.
Gaat voor de betreffende periode een annuïteit gelden, dan vinden er ten behoeve van de volgende periode geen hertoetsen meer plaats.
Wordt alleen rente berekend, dan vindt voorafgaand aan de volgende periode opnieuw een hertoets plaats.
Productspecificaties VROM Starterslening
De lening wordt verstrekt door SVn na toewijzing door de gemeente, voorzover de gemeente met betrekking tot minimaal 50% van de lening voldoende saldo heeft op de “Gemeenterekening VROM Starterslening” bij SVn. De VROM Startersrekening bij SVn voldoende resterend saldo heeft ter afdekking van maximaal 50% van de door SVn geraamde rentedervingskosten.
Voorwaarden aan eerste, bancaire hypothecaire lening
De bank die de eerste hypothecaire lening verkrijgt verplicht zich na het ingaan van de lening geen gelden meer onder verband van de eerste hypotheekstelling ter leen te verstrekken aan de schuldenaar. Deze verplichting rust op de bank uitsluitend voor zolang als de door SVn aangegane VROM Starterslening niet volledig is afgelost. Deze bepaling dient in de desbetreffende hypotheekakte of in de desbetreffende offerte te worden opgenomen.
De transportakte en de hypotheekakte voor uw eerste hypotheek en de akte voor uw tweede hypotheek (Starterslening) dienen in de gebruikelijke volgorde, maar beslist in één en dezelfde afspraak bij de notaris te passeren. Indien eigendom en eerste hypotheek eerder passeren kan de Starterslening geen doorgang vinden.