Organisatie | Brielle |
---|---|
Organisatietype | Gemeente |
Officiële naam regeling | Antidiscriminatieverordening Brielle 2010 |
Citeertitel | Antidiscriminatieverordening Brielle 2010 |
Vastgesteld door | gemeenteraad |
Onderwerp | bestuur en recht |
Eigen onderwerp |
Geen.
Wet Gemeentelijke Antidiscriminatievoorzieningen, art. 2, lid 2
Geen.
Datum inwerkingtreding | Terugwerkende kracht tot en met | Datum uitwerkingtreding | Betreft | Datum ondertekening Bron bekendmaking | Kenmerk voorstel |
---|---|---|---|---|---|
01-01-2010 | Nieuwe regeling | 09-02-2010 Briels Nieuwsland, 17-02-2010 | sector samenleving |
De raad van de gemeente Brielle;
gelezen het voorstel van burgemeester en wethouders van Brielle van 29 januari 2010 volgnummer: 11
gelet op: - artikel 2, tweede lid, van de Wet Gemeentelijke Antidicriminatievoorzieningen - het advies van de commissie Samenleving d.d. 18 januari 2010
De Antidiscriminatieverordening 2010 vast te stellen per ingaande 1 januari 2010.
Artikel 3. Het belang van samenwerking met andere gemeenten
Ten behoeve van antidiscriminatie werkt de gemeente samen met gemeenten uit de omgeving en/of gemeenten met vergelijkbare kenmerken. Daartoe wordt:
Artikel 9. Bevoorschotting/afrekening
De bevoorschotting vindt als volgt plaats:
- 90% van het jaarlijkse bedrag wordt betaald in januari van ieder jaar in de driejaarlijkse periode waarvoor de subsidie wordt toegekend - 10% van het jaarlijkse bedrag wordt betaald binnen zes maanden na afloop van ieder jaar en na toetsing en goedkeuring van de verantwoording. Eventuele inflatiecorrectie wordt verrekend in het laatst te betalen bedrag, na vaststelling van de subsidie.
Artikel 10. Onvoorziene financiële tegenvallers
In geval van onvoorziene grote financiële problemen en/of buitenproportionele, onverwachte stijging van de prestaties, stelt de ADV burgemeester en wethouders zo spoedig mogelijk op de hoogte.
Artikel 12. Vervallen van eventuele eerdere subsidieafspraken
Bij in werking treden van deze verordening vervalt de inhoud van eventuele eerder gemaakte subsidiebeschikkingen met betrekking tot antidiscriminatie samenhangend met de WGA, voor zover zij de periode betreffen na ingaan van de verordening. Deze beschikkingen worden opgevat als beschikkingen bedoeld in artikel 6, lid 2. Alleen het bedrag genoemd in de eerder afgegeven beschikking blijft gelden.
Aldus besloten door de gemeenteraad van Briellein de openbare vergadering van 9 februari 2010,
de griffier, de voorzitter,
J. J. H. Verloop mw. G. W. M. van Viegen
1 Antidiscriminatieverordening Brielle 2010
ALGEMENE TOELICHTINGOp 28 juli 2009 is de Wet Gemeentelijke Antidiscriminatievoorzieningen (WGA) inwerking getreden. Uitgangspunt van de wettelijke regeling is de verplichting voorgemeenten om toegang te verlenen aan burgers tot een antidiscriminatievoorziening(ADV). Volgens artikel 1 van deze wet, dient deze ADV bijstand teverlenen bij klachten over discriminatie en deze klachten te registreren. DeMemorie van Toelichting op de WGA benadrukt ook het belang van preventiefbeleid.De wet voorziet in een besluit Algemene Maatregel van Bestuur. De Wet en hetBesluit zijn als bijlage toegevoegd bij deze toelichting (bijlage 2b en 2c). Tevensnoemt de wet een eventuele Ministeriële Regeling. Deze is nog niet gepubliceerd.In de WGA is in artikel 2 lid 2 opgenomen dat de gemeenteraad bij verordeningregels vaststelt omtrent de inrichting van de antidiscriminatievoorziening en deuitvoering van haar taak. Nu veel van de nadere invulling die de wet behoeft isgeregeld in het besluit, kan deze verordening zich voornamelijk richten op hetbelang van samenwerking met andere gemeenten en stroomlijning van desubsidieprocedure.|ARTIKELSGEWIJZE TOELICHTINGArtikel 1Deze bepaling behoeft geen toelichting.Artikel 2Zoals in het algemene deel van deze toelichting al aangegeven, is deze zorgplichtopgenomen in artikel 1 van de wet. In wetstechnische zin is het dan ook nietnoodzakelijk om deze hier te herhalen. Er is voor gekozen om dat wel te doen, nudeze zozeer de kern van deze regelgeving uitmaken, dat het opnemen ervansterk bijdraagt aan de begrijpelijkheid van deze verordening.Lid 3 benadrukt criteria die direct voor de burger van belang zijn.Artikel 3Discriminatie is niet aan (gemeente)grenzen gebonden. Regionale samenwerkingmet naburige of vergelijkbare gemeenten is bevorderlijk voor goed inzicht intrends en ontwikkelingen, en voor goed antidiscriminatiebeleid. Een deel van deregionale samenwerking is geregeld via de aanwijzing discriminatie van hetcollege van procureurs-generaal van het OM, die voorschrijft dat in iederepolitieregio een regionaal discriminatieoverleg (RDO) ingesteld wordt tussenpolitie, OM, antidiscriminatiebureau en lokale overheid (meestal wordt deze taakop zich genomen door de korpsbeheerdergemeente).Dit artikel legt twee concrete andere zaken vast: regionale inzameling vangegevens, die vergelijkingen mogelijk maakt, en periodieke bijeenkomsten metmeerdere gemeenten, die bespreking van die cijfervergelijkingen en aanverwantezaken mogelijk maakt.Artikel 4 t-m 12.Uitvoering van een vaste, meerjarige, wettelijke taak zou volgens de meestegemeentelijke subsidieverordeningen ieder jaar opnieuw geregeld moetenworden. Dat geeft aanzienlijk meer rompslomp dan nodig is. Daarom wordt hierbepaald dat de subsidieverordening niet geldt voor de taken in kwestie, en inplaats daarvan een subsidieprocedure opgenomen die de beheerstaken zoeenvoudig mogelijk maakt. Er is gekozen voor een periode van drie jaar,aangezien de WGA na drie jaar wordt geëvalueerd.Artikel 13De WGA vereist vaststelling van de verordening binnen 6 maanden nainwerkingtreden van de wet. 1 januari 2010 is daarom gekozen als datum voorvaststelling.