De raad van de gemeente Steenwijkerland;
gelezen het voorstel van het presidium d.d. 2 juni 2010;
gelet op het bepaalde in de artikelen 61, 82 en 86 van de Gemeentewet,
artikel 15 van de Archiefwet 1995 en artikel 9 van het Archiefbesluit en de
circulaire van de minister van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties
d.d. 4 november 2005, kenmerk 2005-278431;
besluit:
tot vaststelling van de
Verordening op de vertrouwenscommissie gemeente Steenwijkerland 2010
Artikel 1 -Begripsbepalingen
In deze verordening wordt verstaan onder:
- a.
de minister: de minister van Binnenlandse Zaken en
Koninkrijksrelaties;
- b.
de commissaris: de commissaris van de Koningin in de provincie
Overijssel;
- c.
de burgemeester: de burgemeester van Steenwijkerland;
- d.
de commissie: de vertrouwenscommissie, zijnde een
raadscommissie, die belast is met de voorbereiding van de
aanbeveling tot vervulling van de vacature burgemeester.
Artikel 2 - Taak en bevoegdheden van de commissie
- 1.
De commissie heeft tot taak een door de commissaris aan te reiken
selectie van kandidaten en eventuele andere kandidaten die zich bij
haar melden, te beoordelen. De commissie brengt over haar bevindingen schriftelijk en vertrouwelijk verslag uit aan de
raad en de commissaris. Het verslag aan de raad wordt voorzien van
een conceptaanbeveling van twee personen. De commissie geeft tevens een beredeneerde volgorde van de kandidaten op haar
conceptaanbeveling aan.
- 2.
Indien de commissie ook andere kandidaten, die niet behoren tot de
selectie van de commissaris, wil beoordelen, stelt zij de
commissaris hiervan onverwijld in kennis.
- 3.
Indien de commissie besluit een door de commissaris geselecteerde
kandidaat niet te ontvangen, stelt zij de commissaris en de
kandidaat hiervan onverwijld in kennis.
- 4.
De commissie verschaft zich slechts door tussenkomst van de
commissaris de door haar nodig geachte informatie over de
kandidaten.
- 5.
De commissie brengt haar in lid 1 bedoelde bevindingen uit op basis
van de namen en eventuele verdere gegevens die de commissaris van de
Koningin haar verstrekt en op basis van mondelinge en schriftelijke
informatie die de door haar ontvangen kandidaten haar geven, zulks
na weging van een en ander.
- 6.
De commissie kan de commissaris vragen in de gelegenheid te worden
gesteld de op schrift gestelde bevindingen mondeling toe te
lichten.
- 7.
Bij haar werkzaamheden neemt de commissie het gestelde in de
circulaire van de minister d.d. 4 november 2005, kenmerk
2005-278431, in acht.
Artikel 3- Samenstellingcommissie
- 1.
De commissie bestaat uit de voorzitters van alle in de raad
vertegenwoordigde raadsfracties.
- 2.
De commissie kiest uit haar midden een voorzitter.
- 3.
De commissie kent geen plaatsvervangende leden.
- 4.
Eén wethouder, als vertegenwoordiger van het college van
burgemeester en wethouders, wordt als adviseur aan de commissie
toegevoegd. De wethouder is geen lid van de commissie en heeft
geen stemrecht in de commissie.
Artikel 4 - Ambtelijke ondersteuning
- 1.
De griffier is secretaris van de commissie. Hij geeft ambtelijke
ondersteuning aan de commissie. Hij is geen lid van en heeft geen
stemrecht in de commissie.
- 2.
De gemeentesecretaris is plaatsvervangend secretaris van de
commissie. Hij is geen lid van en heeft geen stemrecht in de
commissie.
Artikel 5 - Vergaderingen
- 1.
De vergaderingen van de commissie zijn besloten.
- 2.
De commissie vergadert zo dikwijls als de voorzitter of
tenminste twee leden dit noodzakelijk achten.
- 3.
De voorzitter doet van elke vergadering tenminste vierentwintig
uur tevoren aankondiging aan de leden van de commissie.
- 4.
De commissie vergadert niet indien niet tenminste de helft plus
een van het aantal leden aanwezig is.
Artikel 6 - Geheimhouding
- 1.
De commissie legt in elke vergadering, met toepassing van artikel 86
van de Gemeentewet, geheimhouding op over de inhoud van de stukken
en het behandelde tijdens de vergadering.
- 2.
De voorzitter ziet erop toe dat aan het gestelde in het vorige lid
wordt voldaan.
- 3.
De commissie en haar leden verstrekken geen inzage in de stukken
noch informatie over de stukken en over het behandelde in haar
vergadering aan raadsleden die geen zitting hebben in de commissie,
noch aan anderen, behoudens het bepaalde in artikel 2, lid 1.
- 4.
De commissie, noch de gemeenteraad zal de geheimhouding waartoe het
eerste lid verplicht, opheffen.
- 5.
De geheimhoudingsplicht blijft na ontbinding van de commissie en na
het vervallen van deze verordening van kracht.
- 6.
Het in dit artikel bepaalde is van overeenkomstige toepassing op de
adviseur, de secretaris en plaatsvervangend secretaris van de
commissie.
Artikel 7 - Verslag
- 1.
De bevindingen, bedoeld in artikel 2, worden vastgesteld bij
meerderheid van de uitgebrachte stemmen.
- 2.
Het gevoelen van de minderheid wordt desgewenst in het verslag
vermeld.
- 3.
Bij het staken van de stemmen over de uit te brengen bevindingen,
wordt het nemen van een beslissing uitgesteld tot de volgende
vergadering. Is uitstel van de beslissing niet mogelijk of
staken de stemmen ook in die volgende vergadering, dan worden geen
bevindingen van de commissie, maar de verschillende meningen binnen
de commissie, ter kennis van de gemeenteraad en de
commissaris gebracht.
Artikel 8 - Gesprekken met de kandidaten
- 1.
De secretaris nodigt, in overleg met de commissie, de kandidaten uit
voor een gesprek met de commissie.
- 2.
De plaats en het tijdstip van een gesprek worden zodanig gekozen dat
wordt voorkomen dat de kandidaten hierdoor aan anderen bekend raken
of tijdens het bezoek aan de commissie met elkaar
in contact komen.
Artikel 9 - Ontbinding commissie
De commissie wordt geacht te zijn ontbonden met ingang van de dag
volgende op die waarop door de minister aan de gemeenteraad is bekend
gemaakt dat in de vacature van burgemeester is voorzien.
Artikel 10 - Archivering van stukken
- 1.
De voorzitter en de secretaris van de commissie dragen er zorg voor
dat op het tijdstip bedoeld in artikel 9 van het Archiefbesluit
1995, alle archiefbescheiden die de commissie zelf heeft opgemaakt
onverwijld in een verzegelde envelop en gerubriceerd als "geheim"
worden overgebracht naar de krachtens de wet door de raadaangewezen
archiefbewaarplaats.
- 2.
Zij dragen er eveneens zorg voor dat uitvoering wordt gegeven aan
het bepaalde in de volgende leden van dit artikel.
- 3.
Van de in het eerste lid bedoelde overbrenging wordt een verklaring
van overbrenging als bedoeld in artikel 9 van het Archiefbesluit
1995 opgemaakt. In deze verklaring wordt melding gemaakt van de
met toepassing van artikel15, lid 1 sub a. en c., van de Archiefwet
1995 gestelde beperkingen aan de openbaarheid, geldende voor een
periode van 75 jaar.
- 4.
Originele bescheiden die de commissie heeft ontvangen van de
commissaris of van kandidaten worden onmiddellijk aan dezen
teruggezonden, met inachtneming van het bepaalde in XI.6 van de circulaire van de minister.
- 5.
Alle overige bescheiden en alle kopieën van de in dit artikel
bedoelde bescheiden worden onmiddellijk vernietigd.
Artikel 11 - Contactpersoon
- 1.
De voorzitter van de commissie treedt op als contactpersoon naar
buiten.
- 2.
Alle stukken bestemd voor de commissie worden gericht aan de
voorzitter en gezonden aan het privé-adres van de secretaris en
aldaar bewaard tot het moment van ontbinding van de commissie.
- 3.
Alle stukken die van de commissie uitgaan worden door de voorzitter
en de secretaris ondertekend en vanaf het privé-adres van de
secretaris verzonden.
- 4.
Het gebruik van e-mail is niet toegestaan, tenzij het louter
procedurele aangelegenheden betreft.
Artikel 12 -Onvoorziene aangelegenheden
In alle gevallen waarin deze verordening dan wel de circulaire van de
minister d.d. 4 november 2005 niet voorziet, beslist de commissie.
Artikel 13 - Vervaldatum
Deze verordening vervalt met ingang van de dag volgend op die waarop aan
het gemeentebestuur bekend is gemaakt dat in de vacature is
voorzien.
Artikel 14 - Citeertitel
De verordening kan worden aangehaald als: Verordening op de
vertrouwenscommissie gemeente Steenwijkerland 2010.