Ziet u een fout in deze regeling? Meld het ons op regelgeving@overheid.nl!
Hilversum

Leefmilieuverordening kamerbewoning en appartementensplisting 2006

Wetstechnische informatie

Gegevens van de regeling
OrganisatieHilversum
OrganisatietypeGemeente
Officiële naam regelingLeefmilieuverordening kamerbewoning en appartementensplisting 2006
CiteertitelOnbekend
Vastgesteld doorgemeenteraad
Onderwerpvolkshuisvesting en woningbouw
Eigen onderwerp

Opmerkingen met betrekking tot de regeling

Geen

Wettelijke grondslag(en) of bevoegdheid waarop de regeling is gebaseerd

Onbekend

Overzicht van in de tekst verwerkte wijzigingen

Datum inwerkingtreding

Terugwerkende kracht tot en met

Datum uitwerkingtreding

Betreft

Datum ondertekening

Bron bekendmaking

Kenmerk voorstel

10-02-200625-05-2011Nieuwe regeling. Artikel 9 is tussentijds gewijzigd. Deze wijziging is integraal opgenomen in de tekst van de regeling.

11-01-2006

De Gooi en Eembode, 02-02-2006

Onbekend

Tekst van de regeling

Intitulé

Leefmilieuverordening kamerbewoning en appartementensplitsing 2006

De raad van de gemeente Hilversum,

Gelezen het voorstel van burgemeester en wethouders d.d. 15 november 2005.;

BESLUIT:

De Leefmilieuverordening kamerbewoning en appartementensplitsing 2006 met toelichting, als volgt vast te stellen:

LEEFMILIEUVERORDENING KAMERBEWONING EN

APPARTEMENTENSPLITSING 2006

PARAGRAAF 1 INLEIDENDE BEPALINGEN

Artikel 1 Begrenzing en benaming

  • 1.

    Deze voorschriften vormen met tekening S0501997 de ‘Leefmilieuverordening kamerbewoning en appartementensplitsing 2006’.

  • 2.

    De leefmilieuverordening is van toepassing op de gebieden die op tekening S0501997 zijn omlijnd als werkingsgebied.

  • 3.

    Deze verordening kan worden aangehaald als ‘Leefmilieuverordening kamerbewoning en appartementensplitsing 2006’.

Artikel 2 Begripsbepaling

In deze verordening wordt verstaan onder:

  • a.

    Gebouw: gebouw als bedoeld in artikel 1 van de Woningwet, (Stb. 1991, 439).

  • b.

    Bouwlaag: bouwlaag als bedoeld in NEN 2580, uitgave 1997.

  • c.

    Zelfstandige woonruimte: woonruimte die door één huishouden wordt bewoond zonder afhankelijk te zijn van wezenlijke voorzieningen (als keuken, douche of toilet) buiten die woonruimte. Zelfstandige woonruimte beschikt over een eigen afsluitbare toegang, al dan niet bereikbaar via een gemeenschappelijk trappenhuis of galerij.

  • d.

    Onzelfstandige woonruimte: Alle woonruimte die niet voldoet aan de onder c gestelde criteria.

  • e.

    Omzetten in zelfstandige woonruimte:

    • -

      het veranderen van niet-woonruimte in zelfstandige woonruimte.

    • -

      het veranderen van een zelfstandige woonruimte in meerdere zelfstandige woonruimtes.

    • -

      het veranderen van onzelfstandige woonruimte in zelfstandige woonruimte

  • f.

    Omzetten in onzelfstandige woonruimte: -het veranderen van niet-woonruimte in onzelfstandige woonruimte. -het veranderen van een onzelfstandige woonruimte in meerdere onzelfstandige woonruimtes. -het veranderen van zelfstandige woonruimte in onzelfstandige woonruimte.

  • g.

    Postcodegroep: verzameling adressen met een postcode met dezelfde letter- en cijfercombinatie.

PARAGRAAF 2 VERBODSBEPALINGEN

Artikel 3 Omzettingen

  • 1.

    Het is verboden zonder of in afwijking van een ontheffing van burgemeester en wethouders een bestaand gebouw –al dan niet door bouw of verbouw- om te zetten in zelfstandige of onzelfstandige woonruimte.

  • 2.

    Burgemeester en wethouders verlenen de ontheffing alleen als dit niet leidt tot een achteruitgang van de woon- en werkomstandigheden in het werkingsgebied van deze verordening.

  • 3.

    Aangenomen wordt dat sprake is van de in lid 2 bedoelde achteruitgang als het pand waarop de aanvraag betrekking heeft ligt in een postcodegroep waarin reeds één of meer omgezette panden aanwezig zijn.

  • 4.

    Burgemeester en wethouders kunnen bij het beoordelen van een aanvraag om ontheffing gemotiveerd afwijken van de in lid 3 geformuleerde aanname.

  • 5.

    Burgemeester en wethouders kunnen ter bescherming van de woon- en werkomstandigheden in het werkingsgebied van de verordening voorwaarden verbinden aan een ontheffing.

Artikel 4 Slopen

Een verbod als bedoeld in artikel 20 van de Wet op de Stads- en Dorpsvernieuwing is niet van toepassing op het in artikel 1 lid 2 genoemde gebied.

Artikel 5 Overgangsrecht

Deze verordening is slechts van toepassing op bestaand gebruik, voorzover dit gebruik ná in werking treden van de verordening is verzwaard in aard of omvang.

PARAGRAAF 3 PROCEDUREBEPALINGEN

Artikel 6 Coördinatiebepaling

Een aanvraag om bouwvergunning voor een bouwproject waarop deze verordening van toepassing is, wordt tevens beschouwd als een aanvraag om ontheffing van deze verordening.

Artikel 7 Indiening separate aanvraag om ontheffing

  • 1.

    Een aanvraag om ontheffing die geen deel uit maakt van een aanvraag om bouwvergunning wordt schriftelijk ingediend bij het college van Burgemeester en Wethouders van Hilversum.

  • 2.

    De aanvraag wordt in drievoud ingediend en bevat:

    - Een schriftelijke verduidelijking van de gewenste omzetting.

    - plattegronden van elke bouwlaag van het gebouw op een schaal van 1:100, waarop omvang en gebruik van de ruimtes is aangegeven, zowel in bestaande als in beoogde toestand.

    - plattegronden van de bij het gebouw behorende buitenruimte op een schaal van 1:100, waarop indeling en gebruik van deze buitenruimte is aangegeven, zowel in bestaande als in beoogde toestand.

    - een situatieschets van het gebouw op schaal 1:500 of 1:1000, waarop het gebouw duidelijk is gemarkeerd en waarop de kadastrale gegevens, straat en huisnummer(s) zijn vermeld.

Artikel 8 Aanvulling en buiten behandeling laten

Als de aanvraag niet voldoet aan artikel 7 lid 2 of anderszins onvoldoende duidelijkheid biedt passen burgemeester en wethouders artikel 4.5 Awb toe. Het schriftelijke verzoek om aanvulling geeft de aanvrager een aanvullingstermijn van vier weken.

Artikel 9 Ter inzage legging

In geval burgemeester en wethouders overwegen de ontheffing te verlenen leggen zij de aanvraag twee weken ter visie. Gedurende deze termijn kunnen belanghebbenden schriftelijk hun zienswijze geven.

Artikel 10 Intrekking

Burgemeester en wethouders kunnen een verleende ontheffing intrekken:

  • a.

    Op dezelfde gronden waarop een ontheffing kan worden geweigerd.

  • b.

    Indien de ontheffing is verleend op grond van onjuiste of onvolledige gegevens.

  • c.

    Indien geen gebruik wordt gemaakt van de ontheffing binnen zes maanden na verlening.

  • d.

    Indien het gebruik van de ontheffing langer dan zes maanden wordt gestaakt.

Artikel 11 Strafbare feiten

Overtreding van het bepaalde in artikel 3 lid 1 is een strafbaar feit als bedoeld in artikel 47 van de Wet op de Stads- en Dorpsvernieuwing (WSDV).

Artikel 12 Legesheffing

Voor de behandeling van een aanvraag om ontheffing van deze verordening wordt leges geheven op grond van de legesverordening van de gemeente Hilversum.

Artikel 13 Inwerkingtreding

Deze verordening treedt in werking acht dagen na de dag van bekendmaking.

Artikel 14 Evaluatie

Het effect van deze verordening zal twee jaar na inwerkingtreding worden geëvalueerd.

Aldus vastgesteld in de openbare vergadering van

11 januari 2006.

de griffier,

K.E. Driehuijs

de voorzitter,

E.C. Bakker