Drank- en horecaverordening

Wetstechnische informatie

Gegevens van de regeling
Organisatie	Voorschoten
Organisatietype	Gemeente
Officiële naam regeling	Drank- en horecaverordening
Citeertitel	Drank- en horecaverordening
Vastgesteld door	gemeenteraad
Onderwerp	openbare orde en veiligheid
Eigen onderwerp	regels voor het verstrekken van sterke drank

Opmerkingen met betrekking tot de regeling

Getoond wordt de verordening zoals deze luidt

na de derde wijziging.

De verordening is van rechtswege vervallen door het per 1 januari 2013 vervallen van de wettelijke grondslag in art. 23 van de Drank- en Horecawet.

Wettelijke grondslag(en) of bevoegdheid waarop de regeling is gebaseerd

Algemene wet bestuursrecht
Drank- en horecawet

Regelgeving die op deze regeling is gebaseerd (gedelegeerde regelgeving)

Geen.

Overzicht van in de tekst verwerkte wijzigingen
Datum inwerkingtreding	Terugwerkende kracht tot en met	Datum uitwerkingtreding	Betreft	Datum ondertekening Bron bekendmaking	Kenmerk voorstel
06-09-1995		01-01-2013	art. 8, 9	30-03-1995 Voorschotense Courant, 29-08-1995	42
01-01-1994			art. 4, 5, 8, 9, 10, 11, 12, 13, 14, 15	23-12-1993 Voorschtense Courant, 13-06-1995	48
01-11-1975			art. 6, 8, 9, 11	31-01-1975 De Omroeper, 29-10-1975	4
08-02-1970	05-02-1970		nieuwe regeling	28-11-1969 De Omroeper, 05-02-1970	147

Tekst van de regeling

Intitulé

Drank- en horecaverordening

Nr. 48

De Raad der gemeente Voorschoten;

gezien het voorstel van Burgemeester en Wethouders van 17 januari 1969, nr. 48;

gelet op het advies van de Provinciale Raad voor de Volksgezondheid in de provincie Zuid-Holland d.d. 9 april 1969 en van de Kamer van Koophandel en Fabrieken voor Rijnland te Leiden, d.d. 3 maart 1969;

gelet op de Algemene wet bestuursrecht en de Drank- en Horecawet;

Besluit:

vast te stellen de navolgende

Drank- en horecaverordening

Hoofdstuk I Algemene bepalingen

Artikel 1

1.
Voor de toepassing van deze verordening wordt verstaan onder:
- a.
  de wet: de Drank- en Horecawet;
- b.
  inrichting: hetgeen daaronder wordt verstaan in artikel 1, eerste lid, van de wet;
- c.
  sterke drank: hetgeen daaronder wordt verstaan in artikel 1, eerste
  lid van de wet;
- d.
  horecabedrijf: een horecabedrijf als bedoeld in artikel 3 eerste
  lid, onder a, van de wet;
- e.
  slijtersbedrijf: het slijtersbedrijf, als bedoeld in artikel 3,
  eerste lid onder b, van de wet
- f.
  lokaliteit; hetgeen daaronder wordt verstaan in artikel 1, eerste lid, onder b, van het Besluit inrichtingseisen Drank- en Horecawet;

Artikel 2

De artikelen 1 tot en met 4 van de Algemene termijnenwet zijn op deze verordening van overeenkomstige toepassing.

Hoofdstuk II Aanvullende inrichtingseisen

Artikel 3

In een inrichting, waarin het slijtersbedrijf wordt uitgeoefend, moet:

a.
de oppervlakte van de lokaliteit ten minste 30 m² bedragen;
b.
de lokaliteit op de begane grond zijn gelegen;

Artikel 4

1.
De raad kan ontheffing verlenen van de eisen, gesteld in artikel 3.
2.
Een aanvraag om ontheffing kan zijn vervat in een aanvraag om een vergunning.
3.
De raad beslist binnen drie maanden, nadat de aanvraag om ontheffing is ingekomen. Deze beslissing kan zijn vervat in de beschikking van burgemeester en wethouders op de aanvraag om de vergunning.
4.
Een ontheffing kan onder beperkingen worden verleend; aan een ontheffing kunnen voorwaarden worden verbonden; een ontheffing kan worden ingetrokken en gewijzigd.

Artikel 5

Tegen een besluit, waarbij de in artikel 4 lid 1 bedoelde ontheffing is geweigerd, ingetrokken of gewijzigd, een ontheffing onder beperkingen is verleend of aan een ontheffing voorwaarden zijn verbonden, kan de belanghebbende administratief beroep instellen bij gedeputeerde staten van de provincie Zuid-Holland.

Hoofdstuk III Beperking verstrekking sterke drank

Artikel 6

Het is verboden anders dan om niet sterke drank voor gebruik ter plaatse te verstrekken in een inrichting:

a.
waarin of in een onderdeel waarvan uitsluitend of in hoofdzaak geringe eetwaren, zoals belegde broodjes, patates frites en croquetten, worden verkocht;
b.
waarin uitsluitend of in hoofdzaak onderwijs wordt gegeven;
c.
die of, waarvan een onderdeel uitsluitend of in hoofdzaak in gebruik is bij jeugdorganisaties of -instellingen;
d.
die of waarvan een onderdeel uitsluitend of in hoofdzaak in gebruik is bij sportorganisaties of instellingen.
e.
die of waarvan een onderdeel in gebruik is als wachtruimte voor passagiers van een openbaar vervoersbedrijf:

Artikel 7

Het is verboden bedrijfsmatig sterke drank voor gebruik elders dan ter plaatse te verstrekken in een inrichting als bedoeld in artikel 6.

Artikel 8

De burgemeester kan op aanvraag ontheffing verlenen van de verboden, gesteld in de artikelen 6 en 7. Op de aanvraag wordt binnen vier weken beslist.

Aldus vastgesteld in de openbare vergadering

van de raad der gemeente Voorschoten,

gehouden op 25 april 1969.

de secretaris, de voorzitter,