Afdeling 3 Vergunningen
Artikel 4 Vergunning
Het is verboden zonder vergunning van het bestuursorgaan standplaats in
te nemen op het marktterrein.
Artikel 5 Verbod innemen standplaats
Het is verboden een andere standplaats in te nemen dan waarvoor een
vergunning is afgegeven en handel uit te oefenen anders dan vanuit een
standplaats.
Artikel 6 Verbod voorwerpen
Het is verboden zonder vergunning van het bestuursorgaan op het
marktterrein kramen, of andere voor de verkoop van waren bestemde
bedrijfsmiddelen te plaatsen en te verhuren.
Artikel 7 Aanvraag vergunning
- 1.
Een vergunning voor een vaste plaats dient schriftelijk te
worden aangevraagd bij het bestuursorgaan.
- 2.
Een vergunning voor een dagplaats kan zowel schriftelijk als
mondeling worden aangevraagd.
- 3.
De aanvragen worden in volgorde van binnenkomst met vermelding
van de artikelen vermeld op een lijst voor de vaste plaatsen
respectievelijk een lijst voor de dagplaatsen. De aanvragers
wordt daarvan een schriftelijk bewijs verstrekt.
Afdeling 4 Toewijzing standplaatsen
Artikel 8 Vergunning standplaats
De toewijzing van standplaatsen geschiedt bij door het bestuursorgaan af
te geven vergunning.
Artikel 9 Toewijzing standplaatsen
- 1.
De standplaatsen op de markt worden als regel als vaste plaatsen
toegewezen.
- 2.
Een vrijgekomen vaste plaats wordt als dagplaats beschouwd en
blijft als zodanig aangemerkt, zolang zij niet overeenkomstig
het bepaalde in artikel 12 opnieuw als vaste plaats is
toegewezen.
Artikel 10 Vereisten aanvrager
- 1.
Om voor een standplaats in aanmerking te komen dient de
aanvrager:
- a.
natuurlijk persoon te zijn;
- b.
handelingsbekwaam te zijn;
- c.
te voldoen aan alle wettelijke verplichtingen op het
gebied van bedrijfsuitoefening en
bedrijfsorganisatie;
- d.
voldoende verzekerd te zijn tegen vorderingen tot
schadevergoeding, waartoe hij als gebruiker van een
verkoopinrichting op de markt krachtens wettelijke
aansprakelijkheidsbepalingen zou kunnen worden verplicht
wegens aan derden toegebrachte schade.
- 2.
Om voor een vaste plaats in aanmerking te komen dient de
aanvrager bovendien aan te tonen dat hij van het uitoefenen van
handel zijn hoofdberoep maakt.
- 3.
Om voor een standwerkersplaats (vaste plaats) in aanmerking te
komen dient de aanvragen ook te voldoen aan de in artikel 14,
lid 4, onder a, genoemde vereisten.
- 4.
De aanvrager voldoet aan het bepaalde in het eerste lid, onder
d, als hij een geldig bewijs overlegt van het lidmaatschap van
een organisatie, die voor haar leden een collectieve verzekering
als in dat lid bedoeld, heeft afgesloten.
Artikel 11 Lijst
Vergunninghouders van vaste plaatsen worden met vermelding van en in
volgorde van de datum, waarop aan hen voor het eerst een vaste plaats is
toegewezen, op een doorlopend te nummeren lijst ingeschreven.
Artikel 12 Toewijzing vrijgekomen plaatsen
- 1.
Voor de toewijzing van vrijgekomen vaste plaatsen, waartoe op
gezette tijden, doch tenminste eenmaal per jaar wordt
overgegaan, komen allereerst in aanmerking de vergunninghouders
van vaste plaatsen op de markt, die aan het bestuursorgaan de
wens te kennen hebben gegeven van standplaats te willen
veranderen. De volgorde waarin zij op de in artikel 11 bedoelde
lijst zijn ingeschreven, is bepalend.
- 2.
Daarna komen in aanmerking degenen die zich op de in artikel 7
bedoelde lijst hebben laten inschrijven, zulks in volgorde van
hun inschrijving op deze lijst.
- 3.
Indien voor de markt een indeling per artikelengroep geldt,
wordt hiermee rekening gehouden.
Artikel 13 Toewijzing dagplaatsen
De toewijzing als dagplaats van de vaste plaatsen geschiedt
overeenkomstig de volgende regels:
- a.
De vaste plaatsen, waarvan de vergunninghouder zich vooraf bij
het bestuursorgaan heeft afgemeld, kunnen voor die marktdag aan
een andere vaste vergunninghouder worden toegewezen. De
vergunninghouder, die van standplaats verwisselt, dient de eigen
standplaats ongebruikt te laten.
- b.
De dan beschikbare vrije kramen worden een half uur na het begin
van de markt door het bestuursorgaan als dagplaats toegewezen
aan de gegadigden (meelopers), die zich hiervoor bij de
marktmeester hebben aangemeld.
- c.
Voor de volgorde van toewijzing voor een dagplaats geldt de
datum, waarop betrokkene zich voor de eerste maal op de markt
bij de marktmeester heeft aangemeld voor een dagplaats en als
zodanig staat ingeschreven op de in artikel 7, lid 3, bedoelde
lijst.
Artikel 14 Standwerkers
- 1.
Standwerkers mogen uitsluitend op daartoe aangewezen
standplaatsen optreden.
- 2.
De toewijzing van standwerkersplaatsen (dagplaatsen) geschiedt
bij door het bestuursorgaan per marktdag af te geven
vergunningen.
- 3.
De in het tweede lid bedoelde afgifte geschiedt zonodig bij
loting ter bepaling van de volgorde, waarin gegadigden een
plaats kiezen, zulks met inachtneming van de wijze van
werken.
- 4.
Tot de loting voor een standwerkersplaats kunnen slechts worden
toegelaten marktkooplieden die handelingsbekwaam zijn en
aantonen dat zij voldoen aan de in artikel 9, eerste lid,
gestelde eisen, met dien verstande:
- a.
dat allereerst tot de loting worden toegelaten de door
het Centraal Registratiekantoor Detailhandel-Ambacht als
standwerker geregistreerde personen, van wie gebleken is
dat zij in de uitoefening van de markthandel uitsluitend
en daadwerkelijk als standwerker plegen op te
treden;
- b.
dat vervolgens tot de loting worden toegelaten andere
marktkooplieden die door het Centraal Registratiekantoor
Detailhandel-Ambacht als standwerker geregistreerd zijn
en ten aanzien van wie niet gebleken is dat zij op een
standwerkersplaats niet daadwerkelijk actief zijn als
standwerker.
- 5.
Standwerkers die gezamenlijk willen optreden, kunnen slechts
gezamenlijk voor een vergunning voor een standwerkersplaats
loten en gezamenlijk slechts één soort artikel op de voor
standwerkers geboden wijze ten verkoop aanbieden. De betrokkenen
dienen zulks voor de loting aan de marktmeester kenbaar te maken
met vermelding van het te verhandelen artikel.
- 6.
Een standwerker mag de aan hem toegewezen plaats niet tezamen
met een ander benutten, waaronder mede wordt verstaan dat hij
zich niet door een ander mag doen aflossen. Het bovenstaande
geldt niet voor degenen bedoeld in het vijfde lid van dit
artikel.
- 7.
Een standwerker die heeft deelgenomen aan de loting als bedoeld
in lid 4, wordt op de dag dat hij heeft deelgenomen aan de
loting, niet ingeschreven op de lijst als bedoeld in artikel 7.
De standwerker kan op deze dag dan ook geen andere plaats
bezetten dan een standwerkersplaats.
Afdeling 5 Voorschriften
Artikel 15 Tijdstip innemen vaste standplaats
Indien de rechthebbende op een vaste plaats deze niet binnen een half
uur na het begin van de markt heeft bezet en vóór dat tijdstip geen
kennis heeft gegeven van latere komst op grond van bijzondere
omstandigheden, vervalt voor die dag voor de rechthebbende zijn recht om
die vaste plaats in te nemen.
Artikel 15 Legitimatie
Degene die een standplaats op de markt inneemt of wenst in te nemen,
dient op eerste aanvraag van de marktmeester aan te tonen dat hij de
vergunninghouder is.
Artikel 16 Verlichting
De vergunninghouder is verplicht zijn standplaats vanaf zonsondergang
voorzien te hebben van een verlichting, waarmee de uitgestalde waren
helder verlicht dienen te zijn.
Artikel 17 Niet innemen van de vaste plaats
- 1.
Houders van vaste plaatsen, die wegens ziekte verhinderd zijn
hun standplaats in te nemen, dienen het bestuursorgaan daarvan
schriftelijk in kennis te stellen. Bij plotselinge verhindering
moet het bestuursorgaan mondeling of telefonisch worden
ingelicht, gevolgd door een schriftelijke bevestiging van deze
afmelding binnen vijf dagen na de desbetreffende markt.
- 2.
Bij langdurige afwezigheid wegens ziekte dient ten bewijze
hiervan iedere drie maanden een geneeskundige verklaring te
worden overgelegd, waaruit de ongeschiktheid tot het bezoeken
van de markt blijkt.
- 3.
Zij, die wegens vakantie een markt niet kunnen bezoeken, dienen
daarvan tijdig onder opgave van de duur van de vakantie,
schriftelijk mededeling te doen aan het bestuursorgaan. De
afwezigheid wegens vakantie mag maximaal vier opeenvolgende
weken duren per kalenderjaar, tenzij voor een langere periode
door het bestuursorgaan toestemming wordt verleend.
Artikel 18 Persoonlijk innemen standplaats
- 1.
Een standplaats moet door de vergunninghouder persoonlijk worden
ingenomen.
- 2.
De vergunninghouder mag zich op de standplaats doen
bijstaan.
Artikel 19 Ontheffing
- 1.
Het bestuursorgaan kan in bijzondere omstandigheden aan de
vergunninghouder ontheffing verlenen van de verplichting,
bedoeld in artikel 18, eerste lid.
- 2.
Het bestuursorgaan kan de vergunninghouder in de gevallen,
bedoeld in het eerste lid van dit artikel, alsmede in die,
bedoeld in artikel 17, toestemming verlenen zich te laten
vervangen.
Artikel 20 Aan- en afvoer goederen
- 1.
Het is verboden vroeger dan drie uren voor de aanvang van de
markt artikelen op de markt aan te voeren.
- 2.
De aanvoer moet uiterlijk een kwartier voor de aanvang van de
markt zijn beëindigd. De afvoer moet zijn beëindigd en de
voertuigen moeten verwijderd zijn uiterlijk twee uur na de
sluitingstijd van de markt.
- 3.
De marktartikelen mogen niet voor de sluitingstijd van de markt
worden afgevoerd.
Artikel 21 Innemen standplaats
De vergunninghouder is verplicht zijn standplaats tot de sluitingstijd
van de markt te blijven innemen.
Artikel 22 Voertuigen
Het is verboden voertuigen, waarmee de artikelen op de markt worden of
zijn aangevoerd, op de markt aanwezig te hebben op een andere plaats dan
die, welke door het bestuursorgaan is aangewezen.
Artikel 23 Verboden
Het is de vergunninghouder verboden:
- a.
op het marktterrein op een andere dan voor de markt bestemde
tijd artikelen te koop aan te bieden, te verkopen of af te
leveren;
- b.
meer ruimte in te nemen dan hem is toegewezen;
- c.
de opstal op zijn standplaats tijdens de markt af te breken of
te verplaatsen;
- d.
de doorgang in de wandelgangen op en langs het marktterrein op
enigerlei wijze te hinderen of te belemmeren;
- e.
zich, behoudens ontheffing van het bestuursorgaan, aan de
voorzijde van de standplaats op te houden bij het te koop
aanbieden, verkopen of afleveren van artikelen;
- f.
op de standplaats andere artikelen in voorraad te hebben dan
die, waarvoor vergunning is verleend.
Artikel 24 Verzorging standplaats
- 1.
De vergunninghouder is verplicht er zorg voor te dragen dat zijn
standplaats steeds een goed verzorgd aanzien biedt.
- 2.
Tijdens de markt dient hij zijn afval, verpakkingsmaterialen en
dergelijke zelf in te zamelen.
- 3.
Alvorens hij het marktterrein verlaat, dient hij zijn
standplaats en de onmiddellijke omgeving daarvan schoon op te
leveren en het afval zelf af te voeren.
Artikel 25 Eet- en drinkwaren
De vergunninghouder aan wie het is toegestaan eet- en drinkwaren te
verkopen, is verplicht deze waren op zodanige wijze te stallen, dat zij
voldoende beschermd zijn tegen verontreiniging door stof, vuil of
anderszins.
Artikel 26 Andere verkoop
- 1.
Het is verboden op het marktterrein tijdens de duur van de markt
met artikelen ten verkoop rond te lopen of te rijden.
- 2.
Van het bepaalde in het eerste lid kan door het bestuursorgaan
ontheffing worden verleend, voor zoveel betreft de verkoop van
alcoholvrije dranken en geringe eet- en drinkwaren ten behoeve
van de vergunninghouders.
Afdeling 6 Overschrijving en intrekking vergunningen
Artikel 27 Overschrijving vergunning
- 1.
Bij het overlijden van de vergunninghouder wordt de vergunning
voor de vaste plaats overgeschreven op de overblijvende
echtgenote (echtgenoot) of op één van de meewerkende kinderen,
als een daartoe strekkende aanvraag binnen zes weken na het
overlijden bij het bestuursorgaan wordt ingediend.
- 2.
Bij beëindiging van de markthandel door de vergunninghouder,
anders dan in de omstandigheid als bedoeld in het eerste lid,
kan de vergunning voor de vaste standplaats, op verzoek van de
vergunninghouder, worden overgeschreven op de echtgenote
(echtgenoot) of op één van de meewerkende kinderen. In dat geval
kan de vergunninghouder geen rechten meer doen gelden op een
standplaats (vaste plaats of dagplaats) op de betreffende
markt.
- 3.
Voor de toepassing van de voorgaande leden dient het kind reeds
gedurende een termijn van twee jaren op de betreffende markt
meegewerkt te hebben. Van de aanvang van de werkzaamheden door
een kind dient het bestuursorgaan in kennis gesteld te
worden.
Artikel 28 Intrekking vergunning
- 1.
De vergunning voor een vaste plaats wordt ingetrokken:
- a.
op verzoek van de vergunninghouder;
- b.
bij overlijden van de vergunninghouder, behoudens het
bepaalde in artikel 27;
- c.
wanneer niet langer wordt voldaan aan één of meer van de
eisen, gesteld in artikel 10.
- 2.
Indien het bepaalde in het eerste lid toepassing vindt, wordt de
inschrijving op de in artikel 11 bedoelde lijst van
vergunninghouders doorgehaald.
Artikel 29 Intrekkingsgronden
- 1.
Het bestuursorgaan kan de vergunning voor een vaste plaats
intrekken, indien:
- a.
de vergunninghouder het bij of krachtens deze
verordening bepaalde overtreedt;
- b.
de vergunninghouder niet of niet tijdig het
verschuldigde marktgeld voldoet;
- c.
de vergunninghouder zich schuldig maakt aan wangedrag of
bedrog;
- d.
indien de vergunninghouder niet tenminste eenmaal per
twee weken en tenminste negen maal per kwartaal zijn
plaats op de markt inneemt, zulks met inachtneming van
het bepaalde in de artikelen 17, 18 en 20.
- 2.
De in het eerste lid bedoelde intrekking kan voorwaardelijk of
tijdelijk geschieden.
- 3.
Bij definitieve intrekking van de vergunning wordt de
inschrijving op de in artikel 7, derde lid, bedoelde lijst
doorgehaald.
- 4.
Het bestuursorgaan trekt de vergunning niet in, voordat de
betrokken vergunninghouder in de gelegenheid gesteld is zich te
rechtvaardigen.
Artikel 30 Last tot onmiddellijke ontruiming
De vergunninghouder, die in strijd handelt met het bij of krachtens deze
verordening bepaalde of zich aan wangedrag of bedrog op de markt
schuldig maakt, het marktpersoneel in de uitoefening van zijn taak
belemmert, dan wel direct of indirect de orde op de markt verstoort of
in gevaar brengt kan door het bestuursorgaan gelast worden zijn
standplaats onmiddellijk te ontruimen.
Afdeling 7 Marktcommissie
Artikel 31 Taak marktcommissie
Er bestaat een marktcommissie, welke tot taak heeft het bestuursorgaan
te adviseren inzake aangelegenheden met betrekking tot de wekelijkse
goederenmarkten.
Artikel 32 Samenstelling
- 1.
De commissie bestaat uit 7 leden.
- 2.
De leden worden benoemd volgens onderstaande verdeling:
- a.
een lid, dat tevens als voorzitter optreedt, uit het
bestuursorgaan, tot wiens portefeuille het marktwezen
behoort; bij diens verhindering wordt hij vervangen door
een ander lid van het bestuursorgaan;
- b.
een lid op voordracht van de marktkooplieden van de
weekmarkt in het stadsdeel Venlo dat een vaste
standplaats inneemt, zoals bedoeld in artikel 1, sub d,
van deze verordening;
- c.
een lid op voordracht van de marktkooplieden van de
weekmarkt in het stadsdeel Blerick, dat een vaste
standplaats inneemt, zoals bedoeld in artikel 1, sub d,
van deze verordening;
- d.
een lid op voordracht van de marktkooplieden van de
weekmarkt in het stadsdeel Tegelen dat een vaste
standplaats inneemt, zoals bedoeld in artikel 1, sub d,
van deze verordening;
- e.
een lid op voordracht van de marktkooplieden van de
weekmarkt in het stadsdeel Belfeld, dat een vaste
standplaats inneemt, zoals bedoeld in artikel 1, sub d,
van deze verordening;
- f.
een lid op voordracht en uit het midden van het
hoofdbestuur van de Centrale Vereniging voor de
Ambulante Handel te 's-Gravenhage;
- g.
een lid op voordracht van de Consumentenbond, afdeling
Venlo.
- 3.
Aan de commissie wordt als adviserend lid de marktmeester
toegevoegd.
- 4.
Indien de voorzitter van de commissie dit wenselijk acht kunnen
derden als adviserend lid aan de vergaderingen deelnemen.
Artikel 33 Zittingsduur
- 1.
De zittingsduur van de leden is gelijk aan de zittingsduur van
de gemeenteraad.
- 2.
De leden zijn terstond opnieuw benoembaar.
- 3.
Een lid dat tussentijds wordt benoemd, treedt af op het
tijdstip, waarop diens voorganger zou zijn afgetreden.
- 4.
Een lid, benoemd op grond van een bepaalde functie houdt op lid
van de commissie te zijn, zodra het deze functie verliest.
- 5.
De leden kunnen tussentijds ontslag nemen. Zij doen dit
schriftelijk aan de voorzitter.
Artikel 34 Vergadering
- 1.
De commissie vergadert ten minste eenmaal per jaar en voorts zo
dikwijls als de voorzitter of tenminste drie leden dit nodig
acht(en).
- 2.
De vergaderingen van de commissie zijn besloten, tenzij de
meerderheid van de commissie anders beslist.
Artikel 35 Vergaderquorum
- 1.
De commissie vergadert slechts als, behalve de voorzitter, de
helft van het aantal stemgerechtigde leden aanwezig is.
- 2.
Bij onvoltalligheid van de vergadering, als vermeld in het
eerste lid, belegt de voorzitter een nieuwe vergadering. Deze
wordt gehouden ongeacht het aantal aanwezige leden. In deze
vergadering worden uitsluitend die punten behandeld, welke reeds
waren vermeld op de agenda van de eerste vergadering.
Afdeling 8 Toezicht- en strafbepalingen
Artikel 36 Toezicht
Met het toezicht op de naleving van het bepaalde bij of krachtens deze
verordening zijn belast de bij besluit van burgemeester en wethouders
aangewezen personen.
Artikel 37 Strafbepaling
Overtreding van het bepaalde bij of krachtens de artikelen 4, 5, 6, 21,
22, 23, en 26 van deze verordening wordt gestraft met een geldboete van
de tweede categorie of hechtenis van ten hoogste 2 maanden.
Afdeling 10 Slotbepalingen
Artikel 39 Inwerkingtreding
- 1.
Deze verordening treedt in werking op de eerste dag na die
waarop zij is bekendgemaakt.
- 2.
Op dat tijdstip worden ingetrokken:
- a.
de Marktverordening 1996, vastgesteld door de
gemeenteraad van Venlo;
- b.
de Marktverordening gemeente Tegelen, vastgesteld door
de gemeenteraad van Tegelen;
- c.
de Marktverordening, vastgesteld door de gemeenteraad
van Belfeld;
- d.
de Verordening op de weekmarkt in de gemeente Tegelen,
vastgesteld door de gemeenteraad van Tegelen;
- e.
de Verordening inzake de instelling van een commissie
voor de ambulante handel, vastgesteld door de
gemeenteraad van Tegelen.
Artikel 40 Titel van aanhaling
Deze verordening kan worden aangehaald als “Marktverordening
Venlo”.