Organisatie | Venlo |
---|---|
Organisatietype | Gemeente |
Officiële naam regeling | Gebiedsaanwijzing, mandaat en gebruiksinstructie verblijfsontzeggingen (Vossener) |
Citeertitel | Gebiedsaanwijzing, mandaat en gebruiksinstructie verblijfsontzeggingen (Vossener) |
Vastgesteld door | burgemeester |
Onderwerp | openbare orde en veiligheid |
Eigen onderwerp |
Geen
Algemene plaatselijke verordening Venlo, artikel 2:75
Geen
Datum inwerkingtreding | Terugwerkende kracht tot en met | Datum uitwerkingtreding | Betreft | Datum ondertekening Bron bekendmaking | Kenmerk voorstel |
---|---|---|---|---|---|
14-04-2005 | 24-06-2010 | nieuwe regeling | 06-04-2005 E3-journaal, 13-04-2005 | BV/16722 |
Overwegende dat de gemeenteraad in van de Algemene plaatselijke verordening Venlo de grondslag heeft gelegd voor het opleggen van een verblijfsontzegging aan personen in verband met samenscholing, ongeregeldheden, hinderlijk gedrag op of aan de weg en hinderlijk gedrag bij of in gebouwen.
Dat de burgemeester ingevolge artikel 2:75 van de Algemene plaatselijke verordening Venlobevoegd is om aan personen een verbod op te leggen om zich gedurende een in dat verbod genoemde tijdvak te bevinden in door hem aangewezen gebied.
Dat hij de uitoefening van deze bevoegdheid onder strikte voorwaarden wenst te mandateren aan functionarissen van Regiopolitie Limburg-Noord.
Dat zowel politie als justitie kunnen instemmen met de wijze waarop de bevoegdheid tot het opleggen van verblijfsontzeggingen wordt uitgeoefend.
Gebruiksinstructie verblijfsontzeggingen
Als gebied, waar het personen, aan wie overeenkomstig deze een instructie een verblijfsverbod wordt opgelegd, verboden is te verblijven wordt aangewezen:
Op de bij deze instructie behorende bijlage is het gebied op een plattegrond aangegeven.
II. Voorwaarden individuele verblijfsontzeggingen
De geadresseerde, zijnde de overlastveroorzaker, moet bij de politie bekend zijn als overlastveroorzaker. Dit ‘bekend zijn’ kan blijken uit een (eerder) opgemaakt proces-verbaal in verband met overtredingen van de Algemene plaatselijke verordening Venlo. Dit ‘bekend zijn’ kan ook blijken uit persoonlijke waarnemingen van een politiefunctionaris. In het laatste geval wordt bij een voorgenomen oplegging van een verblijfsontzegging een rapport van deze waarneming opgemaakt.
Indien de persoon aan wie de verblijfsontzegging gegeven moet worden, kan aantonen dat hij een zwaarwegend belang heeft om zich in het gebied op te houden, wordt daarmede bij het opleggen van de verblijfsontzegging rekening gehouden, in die zin dat het verbod om in het gebied te verblijven niet geldt voor zover de aanwezigheid in het gebied een relatie heeft met het aangegeven zwaarwegende belang.
Of iemand een zwaarwegend belang heeft om zich in het gebied op te houden, zal door betrokkene zelf moeten worden aangetoond. Het kan daarbij alleen gaan om belangen in de persoonlijke sfeer, te weten indien betrokkene in het gebied zijn woning heeft, zijn werk of beroep uitoefent of hulpverlenende instanties bezoekt. Zo'n aangevoerd belang zal telkens op zijn inhoud beoordeeld worden.
III. Strafbare en/of openbare orde verstorende handelingen
Bij de volgende geconstateerde strafbare feiten dan wel openbare orde verstorende handelingen wordt een verblijfsontzegging gegeven:
- alle gedragingen als omschreven in artikel 2:1, 2:41 en 2:43 van de Algemene plaatselijke verordening Venlo alsmede overtreding van de verblijfsontzegging (artikel 2:75, lid 5, van de Algemene plaatselijke verordening Venlo).
Genoemde strafbare feiten en openbare orde verstorende handelingen liggen ten grondslag aan de verblijfsontzegging omdat hieruit kan worden geconcludeerd dat de openbare orde in het desbetreffende gebied in het geding is door de aanwezigheid van de pleger. Het is niet doorslaggevend of de feiten op straat plaatsvinden, maar er moet wel een relatie met de openbare orde zijn.
IV. Geldigheidsduur van de verblijfsontzegging
Indien een persoon, met in achtneming van de bepalingen van deze gebruiksinstructie, zich binnen een periode van een jaar na een eerdere aan hem opgelegde verblijfsontzegging zich wederom schuldig maakt aan de gedragingen als bedoeld onder III wordt een verblijfsontzegging opgelegd voor de duur van 14 dagen.
In deze situatie kan worden geconcludeerd dat betrokkene er een openbare orde verstorend Ieefpatroon op na houdt, waarin deze gedragingen meer dan incidenteel voorkomen; derhalve wordt de openbare orde in een relatief kort tijdsbestek zo vaak verstoord dat een verblijfsontzegging voor langere duur geboden en gerechtvaardigd is.
Indien een persoon, met in achtneming van de bepalingen van deze gebruiksinstructie, zich binnen een periode van een jaar na een eerdere aan hem opgelegde verblijfsontzegging zich wederom schuldig maakt aan de gedragingen als bedoeld onder III wordt een verblijfsontzegging opgelegd voor de duur van 4 weken.
Indien een persoon, met in achtneming van de bepalingen van deze gebruiksinstructie, in strijd met een tegen hem uitgevaardigde verblijfsontzegging, zonder aantoonbaar redelijk belang in het betreffende gebied wordt aangetroffen en tegen hem een nieuwe verblijfsontzegging wordt uitgevaardigd, gaat deze nieuwe verblijfsontzegging pas in op de datum en tijd waarop de verblijfsontzegging die overtreden wordt, eindigt.
De chef dient van de toepassing van de verblijfsontzeggingen een adequate registratie bij te houden. De chef dient de burgemeester per kwartaal te rapporteren.
Gebiedsaanwijzing bestrijding overlast winkelcentrum Vossener
Het gebied begrensd door Grimmstraat, Goethelaan, Dickenslaan, Malherbestraat en Molièrelaan, met inbegrip van deze wegen, voor zover grenzend aan het aangewezen gebied.
Gebiedsaanwijzing Vossener.pdf (versie geldig sinds: 18-06-2009; PDF-bestand; grootte: 46.69 KB)