Organisatie | Hilversum |
---|---|
Organisatietype | Gemeente |
Officiële naam regeling | Verordening geldelijke voorzieningen raads- en commissieleden 2003 |
Citeertitel | Verordening geldelijke voorzieningen raads- en commissieleden 2003 |
Vastgesteld door | gemeenteraad |
Onderwerp | bestuur en recht |
Eigen onderwerp |
Geen
Gemeentewet, art. 95 t/m 97
Datum inwerkingtreding | Terugwerkende kracht tot en met | Datum uitwerkingtreding | Betreft | Datum ondertekening Bron bekendmaking | Kenmerk voorstel |
---|---|---|---|---|---|
01-01-2000 | Nieuwe regeling | 08-01-2003 Onbekend | Onbekend |
Artikel 3 commissies en hoogte vergoeding
Voor het bepalen van de hoogte van de vergoeding worden de navolgende categorieën onderscheiden:
categorie A: 50% van de in het rechtspositiebesluit genoemde vergoeding;
categorie B: 75% van de in het rechtspositiebesluit genoemde vergoeding;
categorie C: 100% van de in het rechtspositiebesluit genoemde vergoeding;
categorie D: 150% van de in het rechtspositiebesluit genoemde vergoeding;
categorie E: 200% van de in het rechtspositiebesluit genoemde vergoeding;
categorie F: ontvangen een vergoeding zoals is aangegeven in lid 3.
In de gemeenten komen de leden van de navolgende commissies voor de in lid 1 bedoelde vergoeding in aanmerking:
A: leden van de jury voor de cultuur- en aanmoedigingsprijs der gemeente Hilversum;
B: geen commissies in deze categorie;
C: leden van de raadscommissies, niet zijnde raadsleden;
D: beroepsdeskundige leden van de monumentencommissie
E: voorzitter van de monumentencommissie;
F: architectenleden van de welstandscommissie;
voorzitter van de welstandscommissie;
voorzitters en fungerend voorzitters van de commissie voor bezwaar- en beroepschriften;
De hoogte van de vergoeding in categorie F wordt als volgt vastgesteld:
voor de voorzitters en de fungerend voorzitters van de commissie voor bezwaar- en beroepschriften een bedrag van € 225,-- per zitting; dit bedrag zal jaarlijks worden verhoogd met het zelfde percentage waarmee ook de vergoedingen voor raadsleden worden verhoogd, conform het gesteld in artikel 2, lid 1 van deze Verordening.
Artikel 4 reis- en verblijfkosten
De leden van de raad, alsmede de leden van de commissie, die daarin niet als raadslid of ambtenaar zitting hebben, ontvangen een vergoeding van reis- en verblijfskosten, gemaakt in verband met reizen buiten het grondgebied van de gemeente, ter uitvoering van een besluit van het gemeentebestuur of van een gemeentelijke commissie, welke wordt vastgesteld overeenkomstig de bedragen in artikel 2 van de Reisregeling binnenland.
De uitbetaling aan de rechthebbende geschiedt overeenkomstig de gemaakte afspraken in de diverse commissies.