Regeling betreffende de samenstelling en taak van de commissie begraafplaats Gemert-kern

Deze verordening verstaat onder:

• a.

  de wet: de Wet op de Lijkbezorging;

• b.

  college: het college van burgemeester en wethouders;

• c.

  parochiebestuur: het bestuur van de Rooms-Katholieke Parochie Kerk Sint Jan’s Onthoofding te Gemert;

• d.

  commissie: de commissie begraafplaats;

• e.

  verordening: verordening op het beheer en het gebruik van de algemene begraafplaats Gemert-kern;

• f.

  verzoek: een door (een) nabestaande(n) ingediend verzoek op grond van de verordening;

• g.

  klacht: belanghebbenden kunnen omtrent feitelijke handelingen of het nalaten van feitelijke handelingen betreffende de begraafplaats een schriftelijke klacht indienen.

• 1.

  De commissie bestaat uit 4 leden en bestaat uit twee vertegenwoordigers van het parochiebestuur en twee vertegenwoordigers namens de gemeente.

• 2.

  Een van de vertegenwoordigers namens de gemeente treedt op als voorzitter. Het college regelt de vervanging van de voorzitter.

• 3.

  Bij het staken der stemmen beslist de stem van de voorzitter.

• 4.

  De vertegenwoordigers namens de gemeente worden overeenkomstig het vervangingsschema van het college van burgemeester en wethouders vervangen. De leden namens het parochiebestuur worden overeenkomstig bijgevoegde lijst vervangen.

De secretaris van de commissie treedt op een door de gemeentesecretaris aan te wijzen gemeente-ambtenaar.

Deze laatste kan zich ter vergadering doen bijstaan door een notulant, indien dit naar zijn oordeel voor een goede gang van zaken ter vergadering nodig is.

• 1.

  De voorzitter en de leden van de commissie treden af op de dag van het aftreden van de gemeenteraad.

• 2.

  De leden van de commissie kunnen op ieder moment ontslag nemen.

• 3.

  De aftredende voorzitter en de aftredende leden van de commissie blijven hun functie vervullen tot dat in de opvolging is voorzien.

• 4.

  De benoeming ter voorziening in tussentijds opengevallen plaatsen geschiedt binnen 8 weken na het ontstaan van de vacature.

Aan de commissie worden toegekend alle bevoegdheden en daarmee in verband staande taken, genoemd in de verordening, welke betrekking hebben op de behandeling van en het beslissen op verzoeken en klachten op grond van de verordening.

Voor de voorbereiding en de uitvoering van haar besluiten maakt de commissie gebruik van de administratieve en technische hulp van de daartoe aangewezen beheerders van de begraafplaats en de daartoe aangewezen ambtenaren van de gemeente Gemert-Bakel.

De leden van de commissie zijn verplicht tot geheimhouding van al hetgeen hen bij de uitoefening van hun lidmaatschap ter kennis komt, tenzij enig wettelijk voorschrift anders bepaalt.

De verzoeken en bezwaarschriften worden gericht aan de commissie. Het postadres is ten gemeentehuize.

Op verzoeken op grond van de artikelen 3 en 12 lid 1 van de verordening voor wat betreft het begraven van een lijk, wordt binnen 24 uur beslist door de commissie. Artikel 12 van deze verordening is op deze verzoeken niet van toepassing.

• 1.

  Op het ingediende bezwaarschrift of verzoek wordt de datum van ontvangst aangetekend.

• 2.

  Op de ingediende verzoeken op grond van artikel 3 en 12 lid 1 van de verordening worden datum en tijdstip van ontvangst aangetekend.

• 3.

  De secretaris van de commissie bevestigt de ontvangst van het bezwaarschrift of het verzoek en geeft daarvan zo spoedig mogelijk kennis aan de leden van de commissie.

De voorzitter kan uit eigen beweging of op verlangen van de commissie bij deskundigen advies of inlichtingen inwinnen en deze zo nodig uitnodigen daartoe ter zitting te verschijnen.

• 1.

  De voorzitter van de commissie bepaalt plaats en tijdstip van de zitting waarin de belanghebbenden het college in de gelegenheid worden gesteld zich door de commissie te doen horen.

• 2.

  De voorzitter beslist over de toepassing van artikel 7:3 van de algemene wet bestuursrecht.

• 3.

  Indien de voorzitter op grond van het in het tweede lid genoemde artikel besluit van het horen af te zien, doet hij daarvan mededeling aan:

  • a.

    de belanghebbenden

  • b.

    de commissie.

• 1.

  De voorzitter deelt de belanghebbenden ten minste 10 dagen voor de zitting schriftelijk mee, dat zij in de gelegenheid worden gesteld zich te doen horen tijdens de zitting.

• 2.

  Binnen drie dagen na de in het eerste lid bedoelde mededeling kunnen de belanghebbenden of het college, onder opgaaf van redenen, de voorzitter verzoeken het tijdstip van de zitting te wijzigen.

• 3.

  De beslissing van de voorzitter op een verzoek als bedoeld in het tweede lid wordt zo spoedig mogelijk, doch in ieder geval 3 dagen, voor het tijdstip van de zitting aan de belanghebbenden en het college meegedeeld.

• 4.

  De voorzitter is bevoegd in bijzondere omstandigheden af te wijken of afwijkingen toe te staan van de termijnen in het eerste, tweede en derde lid.

Voor het houden van een zitting is vereist, dat de 4 leden of hun vervangers aanwezig zijn.

De voorzitter en de leden van de commissie nemen niet deel aan de behandeling van het bezwaarschrift of het verzoek, indien daarbij hun partijdigheid in het geding kan zijn. Zij laten zich in deze situatie vervangen.

De zittingen worden niet in het openbaar gehouden. Diegene die het verzoek heeft ingediend, mag aanwezig zijn bij de beraadslagingen van de commissie.

• 1.

  Het verslag als bedoeld in 7:7 van de Algemene wet bestuursrecht vermeldt de namen van de aanwezigen, met daarbij een vermelding van hun hoedanigheid.

• 2.

  Het verslag verwijst naar de ter zitting overgelegde bescheiden, die aan het verslag worden gehecht.