Organisatie | Roosendaal |
---|---|
Organisatietype | Gemeente |
Officiële naam regeling | Brandbeveiligingsverordening |
Citeertitel | Brandbeveiligingsverordening |
Vastgesteld door | gemeenteraad |
Onderwerp | openbare orde en veiligheid |
Eigen onderwerp | openbare orde en veiligheid |
1) Deze verordening vervangt de Brandbeveiligingsverordening 2009.
2) Wijziging d.d. 16 juli 2012 i.v.m. Bouwbesluit 2012.
Wet veiligheidsregio's en de aanpassing daarop, artikel 3
geen
Datum inwerkingtreding | Terugwerkende kracht tot en met | Datum uitwerkingtreding | Betreft | Datum ondertekening Bron bekendmaking | Kenmerk voorstel |
---|---|---|---|---|---|
19-11-2012 | 04-06-2021 | wijziging i.v.m. wijziging organisatiestructuur | 07-11-2012 Gemeenteblad 2012/100, Roosendaalse Bode 18 november 2012 | BC/2012-50 | |
16-07-2012 | 01-04-2012 | 19-11-2012 | wijziging i.v.m. Bouwbesluit 2012 | 04-07-2012 Gemeenteblad 2012/58, Roosendaalse Bode 15 juli 2012 | BC/2012-31 |
07-11-2011 | 01-10-2010 | 16-07-2012 | wijziging terminologie ivm Wabo | 02-11-2011 Gemeenteblad 2011/73, Roosendaalse Bode 13 november 2011 | AO/2011-71 |
03-01-2011 | 01-10-2010 | 04-06-2021 | nieuwe regeling | 15-12-2010 Gemeenteblad 2010, nr 67, Roosendaalse Bode 29 december 2010 | AO/2010-77 |
De raad van de gemeente Roosendaal;
gelezen het voorstel van het college van 11 oktober 2010;
gelet op artikel 3 van de Wet veiligheidsregio’s en de aanpassing daarop (Stb 2010,145 en 146);
overwegende dat het verplicht is een verordening vast te stellen omtrent het voorkomen, beperken en bestrijden van brand, het beperken van brandgevaar en het voorkomen en beperken van ongevallen bij brand en al hetgeen daarmee verband houdt;
Het college kan aan de gebruiksvergunning nieuwe voorwaarden verbinden en gestelde voorwaarden wijzigen of intrekken, indien het belang waarvoor de omgevingsvergunning voor brandveilig gebruiken is verleend dit vereist op grond van een verandering van inzichten of verandering van de omstandigheden gelegen buiten de inrichting, opgetreden na het verlenen van de omgevingsvergunning voor brandveilig gebruiken.
Het college weigert een gebruiksvergunning, indien de in de aanvraag vermelde wijze van gebruik van de inrichting niet brandveilig is en door het stellen van voorschriften ook niet kan worden bereikt.
De eisen gesteld aan het brandveilig gebruik van bouwwerken in de artikelen 1.16, 1.17 en 6.5 en in de afdelingen 6.5, 6.6, 7.1 en 7.2 van het Bouwbesluit 2012 (Stb. 2011, 416 en 676) zijn van overeenkomstige toepassing op vergunningplichtige en niet vergunningplichtige inrichtingen.
Artikel 5 Brandveiligheidsvoorzieningen
De eisen gesteld aan het brandveilig gebruik van bouwwerken in de afdelingen 6.7 en 6.8 van het Bouwbesluit 2012 (Stb. 2011, 416 en 676) zijn, met uitzondering van de artikelen 6.28, 6.29 en 6.39, van overeenkomstige toepassing op vergunningplichtige en niet vergunningplichtige inrichtingen.
Artikel 6 Melden van brand en broei
Ieder die brand of broei ontdekt of deze vermoedt, is verplicht dit onmiddellijk aan de brandweer te melden.
Artikel 7 Bossen, heidevelden, venen
De eigenaar van een aaneengesloten of vrijwel aaneengesloten opstand die voor meer dan de helft bestaat uit naaldhout, een heideveld, een veen of een ander erf of terrein, voor zover niet bedoeld in artikel 8, tweede lid onder b van de Woningwet, en dat met brandbare gewassen is begroeid, is verplicht de voorschriften op te volgen, die het college geeft tot het voorkomen van brand en het beperken van de gevolgen van brand.
Overtreding van de regels van deze verordening kan worden beboet met een bestuurlijke boete van maximaal het bedrag, genoemd in de Arbeidsomstandighedenwet artikel 34, vierde lid, onder 1°.