Organisatie | Schiedam |
---|---|
Organisatietype | Gemeente |
Officiële naam regeling | Financieel Besluit maatschappelijke ondersteuning Nieuwe Waterweg Noord 2008 versie II |
Citeertitel | Financieel Besluit maatschappelijke ondersteuning Nieuwe Waterweg Noord 2008 versie II |
Vastgesteld door | college van burgemeester en wethouders |
Onderwerp | bestuur en recht |
Eigen onderwerp | maatschappelijke ondersteuning |
Geen.
Geen.
Datum inwerkingtreding | Terugwerkende kracht tot en met | Datum uitwerkingtreding | Betreft | Datum ondertekening Bron bekendmaking | Kenmerk voorstel |
---|---|---|---|---|---|
01-07-2008 | 01-01-2010 | Nieuwe regeling | 25-04-2008 Onbekend | Onbekend |
Hoofdstuk 1. Algemene bepalingen
In dit Financieel Besluit wordt verstaan onder:
Persoon met beperkingen: een persoon die ten gevolge van ziekte of gebrek objectief aantoonbare beperkingen ondervindt bij het uitvoeren van activiteiten op het gebied van het voeren van een huishouden, bij het normale gebruik van de woning, bij het verplaatsen in en om de woning, bij het zich lokaal verplaatsen per vervoermiddel en bij het ontmoeten van medemensen en het op basis daarvan aangaan van sociale verbanden;
Maatschappelijke participatie: normale deelname aan het maatschappelijke verkeer, te weten het voeren van een huishouden, het normale gebruik van de woning, het zich in en om de woning verplaatsen; het zich zodanig verplaatsen dat aansluiting wordt gevonden bij regionale, bovenregionale en landelijke vervoersystemen; het ontmoeten van andere mensen en het aangaan en onderhouden van sociale verbanden om op die manier deel te nemen aan het lokale maatschappelijke leven;
Eigen bijdrage of eigen aandeel in de kosten: een door het college vast te stellen bijdrage, die bij respectievelijk de verstrekking van een voorziening in natura, een persoonsgebonden budget (een eigen bijdrage) of een financiële tegemoetkoming (eigen aandeel) betaald moet worden en waarop de regels van dit Financieel besluit en het Verstrekkingenboek van toepassing zijn;
Hoofdstuk 2. Bijzondere regels over het persoonsgebonden budget.
Artikel 2 Regels rond verstrekking en verantwoording.
Verstrekking als persoonsgebonden budget vindt niet plaats indien:
reeds eerder op grond van de Verordening een persoonsgebonden budget is verstrekt en deze op grond van artikel 37 en 38 van de Verordening is ingetrokken en/of teruggevorderd, tenzij tijdens onderzoek duidelijk is geworden dat de aanvrager deze problemen met het omgaan met een persoonsgebonden budget niet meer zal hebben.
Hoofdstuk 3. Hulp bij het huishouden.
Artikel 4 Omvang van de hulp bij het huishouden
De omvang van hulp bij het huishouden wordt ingevolge artikel 12 van de Verordening uitgedrukt in klokuren per week, waarbij wordt afgerond op hele kwartieren.
Hoofdstuk 4. Woonvoorzieningen.
Artikel 6 Financiële tegemoetkoming
De hoogte van een financiële tegemoetkoming wordt bij de verstrekking van een woonvoorziening niet afgestemd op het inkomen.
Artikel 7 Omvang van eigen bijdrage of eigen aandeel in de kosten
Bij het verstrekken van een woonvoorziening wordt geen eigen bijdrage of eigen aandeel in de kosten gevraagd.
Artikel 8 Tegemoetkoming in de verhuis- en herinrichtingskosten
Het bedrag voor de tegemoetkoming in de verhuis- en herinrichtingskosten als genoemd in artikel 16 onder a van de Verordening bedraagt € 2.460,00 (geïndexeerd 2008) indien de aanvrager een aanvraag heeft ingediend voor een (niet) bouwkundige of (niet) woontechnische woonvoorziening maar een tegemoetkoming in de verhuis- en herinrichtingskosten de goedkoopst adequate voorziening is (primaat van de verhuizing).
Artikel 9 Sanering van de woning
Indien de voorziening als bedoeld in artikel 16 onder c van de Verordening (een niet bouwkundige of niet woontechnische woonvoorziening) wordt aangewend in het kader van een sanering ten behoeve van rolstoelgebruikers, geldt dat een bedrag wordt verstrekt voor de aanschaf van vloerbedekking van maximaal € 32,60 (geïndexeerd 2008) per vierkante meter.
Artikel 11 Bezoekbaar maken van de woning
Het bedrag dat als maximum verstrekt wordt bij het bezoekbaar maken als genoemd in artikel 20 lid 2 tot en met 5 van de Verordening bedraagt € 7.090,00 (geïndexeerd 2008).
Artikel 12 Vaststelling bedrag persoonsgebonden budget
Het persoonsgebonden budget bij een indicatie voor een woonvoorziening, als bedoeld in artikel 16 onder b van de Verordening (een bouwkundige of woontechnische woonvoorziening), artikel 16 onder c van de Verordening (een niet bouwkundige of niet woontechnische woonvoorziening) en artikel 16 onder e van de Verordening (een uitraasruimte), wordt vastgesteld als tegenwaarde (100%) van het bedrag zoals vermeld in de door het college geaccepteerde offerte inclusief een bedrag voor instandhoudingskosten, indien van toepassing.
Hoofdstuk 5. Het zich lokaal verplaatsen per vervoermiddel
Artikel 13 Financiële tegemoetkoming
De hoogte van een financiële tegemoetkoming wordt bij de verstrekking van een vervoersvoorziening
Artikel 14 Omvang van eigen bijdrage of eigen aandeel in de kosten.
Bij het verstrekken van een vervoersvoorziening wordt geen eigen bijdrage of eigen aandeel in de
Artikel 16 Algemeen gebruikelijke vervoersvoorzieningen
De inkomensgrens waarboven een auto, met een auto vergelijkbare voorzieningen en de daarmee samenhangende gebruiks- en onderhoudskosten niet voor verstrekking of vergoeding in aanmerking komen, zoals genoemd in artikel 26 van de Verordening, bedraagt voor1:
Artikel 17 Collectieve vervoersvoorzieningen
De aanvrager met een inkomen lager dan is bepaald in artikel 16, ontvangt naast de voorziening als genoemd in lid 2 van dit artikel een financiële tegemoetkoming als bedoeld in lid 1 onder b en c van dit artikel. De maximale vergoeding bedraagt op declaratiebasis € 275,00 (geïndexeerd 2007) per jaar.
De aanvrager met een inkomen lager dan is bepaald in artikel 16 en die volledig rolstoelgebonden is en uitsluitend met rolstoeltoegankelijk vervoer kan reizen, ontvangt naast de voorziening als genoemd in lid 2 van dit artikel een financiële tegemoetkoming als bedoeld in lid 1 onder b en c van dit artikel. De maximale vergoeding bedraagt op declaratiebasis € 410,00 (geïndexeerd 2007) per jaar.
Indien aan een aanvrager op grond van het beleid van het college dat voor 1 oktober 2000 in het kader van de Wvg van kracht was een auto in eigendom is verstrekt, komt deze aanvrager in aanmerking voor een forfaitaire financiële tegemoetkoming van € 0,31 (geïndexeerd 2008) per kilometer voor 2500 kilometer op jaarbasis.
Artikel 20 Vaststelling bedrag persoonsgebonden budget
Het persoonsgebonden budget bij een indicatie voor een vervoersvoorziening, niet zijnde een individuele vervoersvergoeding, zoals bedoeld in artikel 17, wordt vastgesteld op basis van de tegenwaarde (100%) van het bedrag zoals vermeld in de door het college geaccepteerde offerte inclusief een bedrag voor instandhoudingskosten indien van toepassing, verminderd met een eventuele besparingsbijdrage.
Hoofdstuk 6. Verplaatsen in en rond de woning.
Artikel 21 Vaststelling bedrag persoonsgebonden budget
Het persoonsgebonden budget bij een indicatie voor een rolstoelvoorziening, niet zijnde een sportvoorziening, wordt vastgesteld op basis van de tegenwaarde (100%) van het bedrag zoals vermeld in de door het college geaccepteerde offerte inclusief een bedrag voor instandhoudingskosten, indien van toepassing.
Een sportvoorziening wordt uitsluitend verstrekt als persoonsgebonden budget. Het bedrag van dit persoonsgebonden budget bedraagt maximaal € 3.500,00 (geïndexeerd 2008 versie II) welk bedrag bedoeld is als tegemoetkoming in aanschaf en onderhoud van een sportvoorziening voor een periode van drie jaar.
Artikel 22 Evaluatie en indexering
Het Financieel Besluit wordt jaarlijks geëvalueerd en geïndexeerd. Indien deze evaluatie/indexatie daartoe aanleiding geeft, wordt het Financieel Besluit aangepast.