Organisatie | Nuth |
---|---|
Organisatietype | Gemeente |
Officiële naam regeling | Verordening burgerparticipatie Wet Maatschappelijke Ondersteuning gemeente Nuth 2009 |
Citeertitel | Verordening burgerparticipatie Wet Maatschappelijke Ondersteuning. Gemeente Nuth 2009 |
Vastgesteld door | gemeenteraad |
Onderwerp | maatschappelijke zorg en welzijn |
Eigen onderwerp |
Deze regeling is vervangen door de Verordening Burgerparticipatie Sociaal domein gemeente Nuth 2016.
Geen.
Datum inwerkingtreding | Terugwerkende kracht tot en met | Datum uitwerkingtreding | Betreft | Datum ondertekening Bron bekendmaking | Kenmerk voorstel |
---|---|---|---|---|---|
20-04-2016 | 20-04-2016 | intrekking | 19-04-2016 Elektronisch Gemeenteblad, 28-04-2016 | Z.10306 / INT. 13793 | |
24-09-2009 | 01-07-2009 | 20-04-2016 | Nieuwe regeling | 23-11-2010 Nuth & Omstreken, 16-09-2009 | WEBU/2009/7399 |
Het College vraagt het Platform tijdig advies, op een zodanige wijze advies dat het Platform minimaal 6 weken heeft om advies uit te brengen, inzake het ontwikkelen en uitvoeren van gemeentelijk WMO beleid, dat het uit te brengen advies van het Platform van wezenlijke invloed kan zijn op dit beleid. Dit houdt in dat het Platform betrokken wordt bij:
de start van de ontwikkeling en de vaststelling van nieuw beleid;
het formuleren en vaststellen van de vragen die ten grondslag liggen aan de evaluatie (art 9 WMO), de verantwoording van het gevoerde beleid en bij de bespreking van de evaluatie;
het voorbereiden en vaststellen van verordeningen en besluiten betreffende de WMO.
Het advies van het Platform wordt aan het college en (indien van toepassing) aan de gemeenteraad aangeboden. In geval het college in een voorstel aan de gemeenteraad afwijkt van dit advies, wordt tevens aangegeven waar en op welke gronden van het advies van het Platform is afgeweken. Het Platform wordt terstond over het ingenomen standpunt geïnformeerd.
Het college voorziet het Platform tijdig van alle en begrijpelijke informatie, noodzakelijk om naar behoren te kunnen functioneren. Het betreft hier alle informatie die noodzakelijk is om beleid en uitvoering te begrijpen en om te kunnen reageren op plannen voor ontwikkelingen en wijzigingen. De informatie wordt desgevraagd in digitale of speciale vorm aangeleverd.
De leden van het Platform zijn, ten opzicht van derden, verplicht tot geheimhouding met betrekking tot persoons- en beleidsgegevens met een vertrouwelijk karakter, die zij in hun hoedanigheid als lid van het Platform vernemen en waarvan zij het vertrouwelijk karakter kennen dan wel redelijkerwijze kunnen vermoeden. De plicht tot geheimhouding geldt ook na beëindiging van het lidmaatschap van het Platform.
Aldus besloten door de raad van de Gemeente Nuth in zijn openbare vergadering d.d. 14 juli 2009.
de voorzitter,
Mr. H.G.Vos
I n artikel 11 van de WMO is het onderstaande ogenomen:
Het college van burgemeester en wethouders betrekt de ingezetenen van de gemeente en in de gemeente een belang hebbende natuurlijke en rechtspersonen bij de voorbereiding van het beleid betreffende maatschappelijke ondersteuning, op de wijze voorzien in de krachtens artikel 150 van de Gemeentewet vastgestelde verordening.
Doel van dit artikel is zeker te stellen dat de gemeente burgers, instellingen en organisaties betrekt bij de voorbereiding van het beleid betreffende maatschappelijke ondersteuning. De formulering "bij de voorbereiding van het beleid" is zeer breed en omvat daarom niet slechts de voorbereiding en opstelling van het plan, maar het beleid in het kader van dit wetsvoorstel in volle breedte.
In artikel 12 van de WMO is het onderstaande ogenomen:
De regering acht het van groot belang dat vragers van maatschappelijke ondersteuning betrokken worden bij het vormgeven van het beleid ten aanzien van maatschappelijke ondersteuning. Zij wil dit mede bevorderen door de verplichting advies te vragen aan vertegenwoordigers van vragers. Deze verplichting richt zich op de "vragers" van maatschappelijke ondersteuning en niet op organisaties van aanbieders. De relatie van de laatsten tot de gemeente is vaak ook op andere wijze vormgegeven (bijvoorbeeld via contracten of subsidierelaties).
Het woord "vragers" in dit artikel dient ruim te worden opgevat. Het gaat niet alleen om mensen die een individuele voorziening vragen, maar evenzeer om potentiële vragers. Te denken valt daarbij aan organisaties van ouderen, gehandicapten, dak- en thuislozen, jongeren, mantelzorgers, etc. Het "potentiële" van de vragers kan anderzijds niet zo ver gaan dat iedere organisatie, vanuit de gedachte dat immers iedereen wel eens een beroep op de gemeentelijke voorzieningen zou moeten kunnen doen, als "organisatie van vragers" kan worden aangemerkt. De gemeente kan gemotiveerd zelf uitmaken wanneer zij een organisatie als representatief beschouwt.
In de gemeente Nuth hebben wij reeds jarenlang goed functionerende overlegsituaties waarin op uitvoerend en bestuurlijk niveau een breed scala van onderwerpen aan de orde komen. .
Deze overlegsituaties zijn o.a.:
LOON (lokaal Overleg Ouderen Nuth)
ION (Integraal Ouderenoverleg Nuth)
Stuurgroep WWZ (Wonen, Welzijn, Zorg)
GPN (Gehandicapten Platform Nuth)
Bureau VSV (Voortijdig School Verlaters)
De GGD (Gemeenschappelijke Geneeskundige Dienst)
We hebben het hier over professionele overlegstructuren, maar ook andere contacten kunnen het netwerk versterken, denk bijvoorbeeld aan de directeuren van de basisscholen die hun leerlingen (en vaak ook de gezinssituaties) goed kennen, de maaltijdbezorgers van de UW die een duidelijke signaleringsfunctie hebben, of voorzitters van buurtverenigingen die hun buurt en buurtbewoners kennen.
De Stg. WMO-platform Nuth is een adviesorgaan van zorgvragers (vertegenwoordigers van groepen van individuele personen welke op het gebied van WMO zorgbehoeftig zijn) die een wettelijke positie heeft op grond van de Wet Maatschappelijke Ondersteuning om de Gemeente Nuth te adviseren over alle WMO-aangelegenheden in de Gemeente Nuth.
In artikel 3.5.4 is opgenomen dat degenen die rechtstreeks privé en/of zakelijke belangen hebben bij de gemeente, geen lid mogen zijn van het platform. Hiermee wordt bedoeld dat b.v. zorgaanbieders uitgesloten zijn van het lidmaatschap van het Platform. Hiermee wordt njet bedoeld dat personen die b.v. een PGB of een voorziening o.g.v. de WMO hebben, geen lid mogen zijn van het Platform.
In deze verordening wordt specifiek de Stg. WMO-platform Nuth aangewezen als vertegenwoordiger van de belanghebbenden bij de WMO en daarmee als gesprekpartner voor de gemeente ter zake van de WMO. Door middel van deze verordening burgerparticipatie zal het Platform bijdragen aan het verbeteren van integraal gemeentelijk beleid op het gebied van maatschappelijke ondersteuning. Dit houdt in de verbetering van de mogelijkheden tot gelijkwaardige maatschappelijke deelname van alle mensen met een functiebeperking, chronische aandoening of mensen die anderszins behoefte hebben aan maatschappelijke ondersteuning.
In artikel 5 van de verordening burgerparticipatie is aangegeven dat de Stg. WMO-platform Nuth altijd gevraagd en ongevraagd advies kan uitbrengen aan het college van burgemeester en wethouders ter zake onderwerpen die de WMO betreffen. Dat geldt voor alle prestatievelden en de zaken die in de WMO zijn opgenomen.
In het derde lid van artikel 5 hebben wij opgesomd waarvoor wij de Stg. WMO-platform Nuth altijd om advies zullen vragen.
Uiteraard zal de Stg. WMO-platform Nuth in de gelegenheid gesteld worden om advies aangaande het vierjaarlijks vast te stellen WMO-beleidsplan uit te brengen (artikel 5.3.1).
Voorts is niet specifiek opgenomen dat wij het Platform over de beleidsvoornemens met betrekking tot de prestatievelden 1, 2, 7, 8 en 9, met uitzondering van advies met betrekking tot het ondersteunen van kleinschalige lokale projecten die vallen onder de prestatievelden 7, 8 en 9, altijd om advies zullen vragen en wel om de volgende redenen. Prestatieveld 1 (bevorderen van sociale cohesie) is een zo breed omschreven prestatieveld dat het zo goed als op het gehele gemeentelijke beleid (dus niet alleen het welzijnsbeleid) van toepassing is. Het voert ons te ver om voor elk gemeentelijk beleidsterrein advies aan de Stg. WMO-platform Nuth te vragen. Prestatieveld 2 (preventie jeugdbeleid) gaat heel specifiek over het voorkomen van problemen bij de (ontwikkeling van) jeugd. Wij kiezen omwille van de efficiency ervoor om met specifiek daarbij betrokken organisaties overleg te voeren. De prestatievelden 7, 8 en 9 zijn weliswaar door de wetgever apart beschreven, maar zoals ook uit de toelichting op de wet blijkt, moeten zij eigenlijk als één of op zijn minst in nauw verband met elkaar worden gezien. Het beleid en de uitvoering van het beleid voor deze prestatievelden wordt door de gemeente Heerlen als centrumgemeente omschreven in het Stedelijk Kompas. Het is een typerend voorbeeld van beleid dat wij als gemeente Nuth niet zelf kunnen ontwikkelen, enerzijds omdat onze schaalgrootte te klein is en anderzijds omdat de gemeente Heerlen daarvoor de middelen ontvangt. Wij vinden het niet juist om de Stg. WMO-platform Nuth de indruk te geven advies de kunnen uitbrengen door hen actief te benaderen, terwijl wij niet kunnen garanderen dat het advies ook zal worden meegewogen in het beleid. Wij hebben immers slechts beperkt invloed op het beleid ter zake van de prestatievelden 7, 8 en 9. Dit houdt ook in dat wij de formele verplichtingen (zoals het tijdig vragen van advies en voorleggen van een conceptnota) voor het vragen van advies niet kunnen garanderen. Een en ander neemt niet weg dat wij uiteraard wel de uitvoering van het beleid ter zake van de prestatievelden 1, 2, 7, 8 en 9 zullen bespreken met de Stg. WMO-platform Nuth. Adviezen zullen zorgvuldig worden afgewogen bij de vaststelling van het beleid en de uitvoering daarvan.
Met betrekking tot de prestatievelden 7, 8 en 9 denken wij echter dat het een goede zaak is om te starten met het ondersteuning van kleinschalige lokale projecten, ten einde te komen tot invulling van een eigenlijk beleid op de schaal van onze gemeente, naast het Stedelijk Kompas. In deze Verordening is derhalve wel in artikel 5.3.7 actief adviesrecht aangaande kleinschalige lokale projecten die vallen onder de prestatievelden 7, 8 en 9 opgenomen.
De Wmo definieert maatschappelijke ondersteuning in negen prestatievelden. In onderstaand schema is de samenhang tussen de prestatievelden en andere beleidsterreinen weergegeven.