Organisatie | Ridderkerk |
---|---|
Organisatietype | Gemeente |
Officiële naam regeling | 2e wijziging van de Verordening op het gebruik van parkeerplaatsen en de verlening van vergunningen voor het parkeren 1995 |
Citeertitel | Parkeerverordening 1995 |
Vastgesteld door | gemeenteraad |
Onderwerp | ruimtelijke ordening, verkeer en vervoer |
Eigen onderwerp | ruimtelijke ordening, verkeer en vervoer |
Geen
1.Geen
Datum inwerkingtreding | Terugwerkende kracht tot en met | Datum uitwerkingtreding | Betreft | Datum ondertekening Bron bekendmaking | Kenmerk voorstel |
---|---|---|---|---|---|
29-03-1996 | 2e wijziging | 19-02-1996 gemeentejournaal, 21-03-1996 | Gemeentestukken 1996 - 325 |
De raad van de gemeente Ridderkerk;
gezien het voorstel van het college van burgemeester en wethouders van 2 mei 1995, nr. 203;
gelet op artikel 149 van de Gemeentewet en artikel 2a van de Wegenverkeerswet;
Verordening op het gebruik van parkeerplaatsen en de verlening van vergunningen voor het parkeren 1995
Afdeling I Begripsomschrijvingen
Voor de toepassing van deze verordening wordt verstaan onder:
parkeren: het gedurende een aaneengesloten periode doen of laten staan van een voertuig, anders dan gedurende de tijd die nodig is voor en gebruikt wordt tot het onmiddellijk in- of uitstappen van personen dan wel onmiddellijk laden of lossen van zaken, op binnen de gemeente gelegen voor het openbaar verkeer openstaande terreinen of weggedeelten, waarop dit doen of laten staan niet ingevolge een wettelijk voorschrift is verboden;
houder: degene die naar de omstandigheden als houder van een voertuig moet worden beschouwd, met dien verstande dat voor een motorrijtuig dat is ingeschreven in het kentekenregister als houder wordt aangemerkt degene op wiens naam het voor het motorvoertuig opgegeven kenteken ten tijde van het parkeren in het register was ingeschreven.
Afdeling V Overgangs- en slotbepalingen
Met de oplossing van de overtredingen van deze verordening zijn, behalve de in artikel 141 van het Wetboek van Strafvordering genoemde opsporingsambtenaren, de door het college van burgemeester en wethouders aangewezen ambtenaren belast.