Ziet u een fout in deze regeling? Meld het ons op regelgeving@overheid.nl!
Ridderkerk

Gedragscode voor raadsleden (inclusief commissieleden en hun vervangers) 2006

Wetstechnische informatie

Gegevens van de regeling
OrganisatieRidderkerk
OrganisatietypeGemeente
Officiële naam regelingGedragscode voor raadsleden (inclusief commissieleden en hun vervangers) 2006
CiteertitelGedragscode voor raadsleden (inclusief commissieleden en hun vervangers) 2006
Vastgesteld doorgemeenteraad
Onderwerpbestuur en recht
Eigen onderwerpbestuur en recht

Opmerkingen met betrekking tot de regeling

Geen.

Wettelijke grondslag(en) of bevoegdheid waarop de regeling is gebaseerd

Gemeentewet, art. 15

Regelgeving die op deze regeling is gebaseerd (gedelegeerde regelgeving)

1.Geen

Overzicht van in de tekst verwerkte wijzigingen

Datum inwerkingtreding

Terugwerkende kracht tot en met

Datum uitwerkingtreding

Betreft

Datum ondertekening

Bron bekendmaking

Kenmerk voorstel

16-03-200623-05-2019nieuwe regeling

27-02-2006

Gemeentejournaal, 16-03-2006

gemeentestukken 2006-393

Tekst van de regeling

Intitulé

Gedragscode voor raadsleden (inclusief commissieleden en hun vervangers) 2006

 

 

Artikel 0 Dit artikel moet nog worden gesplitst

De raad van de gemeente Ridderkerk;

gelezen het voorstel van het Presidium;

gelet op artikel 15 van de Gemeentewet;

b e s l u i t :

vast te stellen de

Gedragscode voor raadsleden( inclusief commissieleden en hun vervangers) 2006

  • 1.

    Algemene bepalingen

  • 1.

    Bespreking en besluitvorming over aangelegenheden als genoemd in deze gedragscode vinden plaats in het presidium.

  • 2.

    Het onder het eerste lid gestelde geldt tevens voor die gevallen waarin de code niet voorziet of waarbij de toepassing niet eenduidig is.

  • 3.

    Raadsleden ontvangen bij hun aantreden een exemplaar van de code.

  • 2.

    Belangenverstrengeling en aanbesteding

  • 1.

    Een raadslid doet opgave van zijn financiële belangen in ondernemingen en organisaties waarmee de gemeente zakelijke betrekkingen onderhoudt. Deze gegevens zijn openbaar.

  • 2.

    Een oud-raadslid dient bij aanvaarding van werkzaamheden voor de gemeente tegen beloning, in het eerste jaar na beëindiging van zijn ambtstermijn, zorgvuldigheid in acht te nemen.

  • 3.

    Een raadslid dat familie- (tot en met de 4de graad) of vriendschapsbetrekkingen of anderszins persoonlijke betrekkingen heeft met een aanbieder van diensten aan de gemeente, onthoudt zich van deelname aan de besluitvorming over de betreffende opdracht.

  • 4.

    Een raadslid neemt van een aanbieder van diensten aan de gemeente geen faciliteiten of diensten aan die zijn onafhankelijke positie ten opzichte van de aanbieder kan beïnvloeden.

  • 3.

    Nevenfuncties

  • 1.

    Een raadslid vervult geen nevenfuncties waarbij strijdigheid is of kan zijn met het belang van de gemeente.

  • 2.

    Een raadslid maakt melding van al zijn nevenfuncties waarbij tevens wordt aangegeven of de functie wel of niet bezoldigd is. Deze gegevens zijn openbaar.

  • 4.

    Informatie

  • 1.

    Een raadslid gaat zorgvuldig en correct om met informatie waarover hij uit hoofde van zijn raadslidmaatschap beschikt.

  • 2.

    Een raadslid maakt niet ten eigen bate of voor zijn persoonlijke betrekkingen gebruik van in de uitoefening van zijn raadslidmaatschap verkregen informatie.

5.Aannemen van geschenken

Geschenken en giften die een raadslid uit hoofde van zijn raadslidmaatschap ontvangt, ongeacht de locatie van ontvangst, waarvan de waarde meer dan € 50 euro bedraagt, worden gemeld en

geregistreerd en zijn eigendom van de gemeente. Er wordt een gemeentelijke bestemming voor gezocht. De griffier houdt hiervan een openbare registratie bij.

6.Gebruik van gemeentelijke voorzieningen

Gebruik van gemeentelijke eigendommen of voorzieningen voor privé-doeleinden is niet toegestaan, tenzij de raad deze ter facilitering van het raadswerk ter beschikking stelt.

  • 7.

    Reizen buitenland

  • 1.

    Een raadslid dat het voornemen heeft, uit hoofde van zijn functie of q.q.-nevenfunctie, een buitenlandse reis te maken of daartoe is uitgenodigd, heeft toestemming nodig van het presidium.

  • 2.

    Een raadslid dat het voornemen van een reis meldt, verschaft informatie over het doel van de reis, de bijbehorende beleidsoverwegingen, de samenstelling van het gezelschap en de geraamde kosten.

  • 3.

    Alvorens toestemming te verlenen, wordt getoetst op onder meer het risico van belangenverstrengeling. Het gemeentelijk belang van de reis is doorslaggevend voor de besluitvorming.

  • 4.

    Het ten laste van de gemeente meereizen van de partner van een raadslid is uitsluitend toegestaan wanneer dit gebeurt op uitnodiging van de ontvangende partij en het belang van de gemeente daarmee gediend is. Het meereizen van de partner wordt bij de besluitvorming betrokken.

  • 5.

    Het verlengen van een buitenlandse dienstreis voor privé-doeleinden is toegestaan, mits dit is betrokken bij de besluitvorming van het presidium. De extra reis- en verblijfkosten komen volledig voor rekening van het raadslid.

8. Rol raadsvoorzitter

Als het vermoeden bestaat dat een raadslid zich niet aan de code houdt, stelt de raadsvoorzitter, uit eigen beweging of op verzoek, een onderzoek in. De raadsvoorzitter bespreekt de kwestie met betrokkene. Waar de raadsvoorzitter dit wenselijk acht, legt de raadsvoorzitter de kwestie voor aan de desbetreffende fractievoorzitter. Treedt er geen verandering op in het handelen/nalaten van het raadslid, dan informeert de raadsvoorzitter het presidium. In geval van een eenmansfractie informeert de raadsvoorzitter het presidium rechtstreeks.

9. Inwerkingtreding

De code treedt in werking op 16 maart 2006.

Ridderkerk, 27 februari 2006

De raad voornoemd,

de griffier, de voorzitter,