Ziet u een fout in deze regeling? Meld het ons op regelgeving@overheid.nl!
Leiden

Nadere regels ter zake handelsreclame als bedoeld in artikel 4.16, derde lid, onder m van de Algemene Plaatselijke Verordening 2009

Wetstechnische informatie

Gegevens van de regeling
OrganisatieLeiden
OrganisatietypeGemeente
Officiële naam regelingNadere regels ter zake handelsreclame als bedoeld in artikel 4.16, derde lid, onder m van de Algemene Plaatselijke Verordening 2009
CiteertitelNadere regels handelsreclame 2010
Vastgesteld doorcollege van burgemeester en wethouders
Onderwerpfinanciën en economie
Eigen onderwerp

Opmerkingen met betrekking tot de regeling

Geen.

Wettelijke grondslag(en) of bevoegdheid waarop de regeling is gebaseerd

  1. Algemene Plaatselijke Verordening 2009, art. 4.16, lid 3
  2. Algemene wet bestuursrecht, art. 4:81

Regelgeving die op deze regeling is gebaseerd (gedelegeerde regelgeving)

Geen.

Overzicht van in de tekst verwerkte wijzigingen

Datum inwerkingtreding

Terugwerkende kracht tot en met

Datum uitwerkingtreding

Betreft

Datum ondertekening

Bron bekendmaking

Kenmerk voorstel

24-10-2010nieuwe regeling

05-10-2010

Stadskrant, 16-10-2010

B&W nr. 10.1029

Tekst van de regeling

Intitulé

Nadere regels ter zake handelsreclame als bedoeld in artikel 4.16, derde lid, onder m van de Algemene Plaatselijke Verordening 2009

 

Het college van burgemeester en wethouders van Leiden

 

overwegende, dat de raad aan zijn college heeft overgelaten nadere invulling te geven ter zake van het aanbrengen van handelsreclame;

 

dat dit mede tot doel heeft de vermindering van de administratieve lasten van ondernemers en bedrijven;

 

gelet op artikel 4.16, derde lid, onder m van de Algemene Plaatselijke Verordening 2009 en artikel 4:81 van de Algemene wet bestuursrecht;

 

besluit 

 

vast te stellen: 

 

Nadere regels ter zake handelsreclame als bedoeld in artikel 4.16, derde lid, onder m van de Algemene Plaatselijke Verordening 2009

Artikel 1 Begripsomschrijvingen

  • a.

    APV: de Algemene Plaatselijke Verordening 2009

  • b.

    handelsreclame: iedere openbare aanprijzing van goederen of diensten, waarmee kennelijk beoogd wordt een commercieel belang te dienen.

  • c.

    reclameaanduiding: elk opschrift, aankondiging of afbeelding op of aan een onroerende zaak die gericht is op het maken van handelsreclame.

Artikel 2 Vergunningsvrij

  • 1.

    Er is op grond van artikel 4:16, eerste lid, jo. 4.16, derde lid, onder m van de APV voor handelsreclame geen vergunning op grond van de APV noodzakelijk indien deze valt onder één van onderstaande criteria:

    • a.

      Het een bestaande en vergunde reclameaanduiding betreft die uitsluitend voor wat betreft de op de reclameaanduiding voorkomende opschrift, aankondiging of afbeelding wordt gewijzigd;

    • b.

      Het een reclameaanduiding door middel van het beplakken van glas betreft, mits het glasoppervlak van de winkelpui voor niet meer dan 15% wordt beplakt;

    • c.

      Het een opschrift, aankondiging of afbeelding betreft die betrekking heeft op de naam of aard van de in uitvoering zijnde bouwwerken of op de namen van degenen die bij het ontwerp of de uitvoering van het bouwwerk betrokken zijn, mits deze opschriften, aankondigingen of afbeeldingen zijn aangebracht op borden bij of op de in uitvoering zijnde bouwwerken zelf, zulks voor zolang zij feitelijke betekenis hebben.

  • 2.

    Voor de genoemde criteria in het eerste lid van dit artikel geldt dat de reclameaanduiding betrekking moet hebben op de goederen of diensten die in het bedrijf worden verkocht.

Artikel 3 Citeertitel

Deze regeling wordt aangehaald als: Nadere regels handelsreclame 2010.

Artikel 4 Inwerkingtreding

Deze nadere regels treden in werking op de achtste dag na die waarop zij is bekendgemaakt.

Leiden,

Burgemeester en wethouders van Leiden

de secretaris, de burgemeester

Toelichting op de Nadere regels handelsreclame 2010

In het kader van het terugdringen van de gemeentelijke regelgeving is in het programma Minder & Beter een aantal voorstellen gedaan. Wat betreft de vergunningsplicht voor handelsreclame opgenomen in de APV is er voor gekozen om deze vergunningplicht te laten vervallen, wanneer wordt voldaan aan nadere regels.

Artikel 2 lid 1

sub a

Het moet voor een (nieuwe) ondernemer of een (nieuw) bedrijf eenvoudig zijn om de reeds bestaande en vergunde reclameaanduiding op of aan een onroerende zaak qua naamsvoering te kunnen aanpassen.

De toegestane vergunningsvrije wijziging ziet alleen op de naamsvoering. Dit betekent dat de reeds bestaande reclameaanduiding (d.w.z. het bord, de draagconstructie etc.) qua vorm, locatie e.d. gelijk moet blijven aan de oude vergunde situatie.

sub b

Met het glasoppervlak van de winkelpui wordt het glasoppervlak van de begane grond bedoeld. Bij vaststelling van het percentage van 15% is aansluiting gezocht bij het Modellenboek Gevelreclame.

sub c

Voor deze regel heeft het rapport Handreiking Ondernemersgerichte Algemene Plaatselijke Verordening 2007 als leidraad gefungeerd.

Deze regel heeft betrekking op de aanprijzing van de naam van de architect, het

bouwbedrijf, renovatiebedrijf e.d. De zinsnede ‘voor zolang zij feitelijke betekenis heeft’ geeft aan dat deze regel ziet op actuele reclame. De aanprijzing is van tijdelijke aard.

Voor bepaalde borden die onder dit criterium vallen is een bouwvergunning (per 1 oktober 2010 een omgevingsvergunning) nodig. Wijziging van naamsvoering op reeds bestaande en vergunde borden is vergunningsvrij, omdat een dergelijke wijziging onder artikel 2, eerste lid, onder a, van deze nadere regels valt.