Organisatie | Moerdijk |
---|---|
Organisatietype | Gemeente |
Officiële naam regeling | Algemene subsidieverordening gemeente Moerdijk |
Citeertitel | Algemene subsidieverordening gemeente Moerdijk |
Vastgesteld door | gemeenteraad |
Onderwerp | bestuur en recht |
Eigen onderwerp |
Geen
Artikelen 147 en 149 van de Gemeentewet en de Algemene wet bestuursrecht, Titel 4.2 Subsidies
Datum inwerkingtreding | Terugwerkende kracht tot en met | Datum uitwerkingtreding | Betreft | Datum ondertekening Bron bekendmaking | Kenmerk voorstel |
---|---|---|---|---|---|
01-07-2009 | 01-04-2012 | Onbekend | 16-07-2009 Moerdijkse Bode | Onbekend |
HOOFDSTUK 1 ALGEMENE BEPALINGEN
In deze verordening wordt verstaan onder:
a. Wet: Algemene wet bestuursrecht (Awb);
b. Raad: De gemeenteraad van Moerdijk;
c. College: Het college van burgemeester en wethouders van Moerdijk;
d. Subsidie: De aanspraak op financiële middelen, door een bestuursorgaan verstrekt met het oog op bepaalde activiteiten, van de aanvrager, anders dan als betaling voor het aan het bestuursorgaan geleverde goederen of diensten.
e. Budgetsubsidie: Subsidie, waarbij de instelling of organisatie een gemaximeerd taakstellend bedrag krijgt verleend voor een periode van minimaal één jaar en maximaal vier jaar om een tevoren overeengekomen
activiteitenaanbod uit te voeren;
f.Startsubsidie:Een incidentele subsidie die wordt verleend voor de kosten die zijn gemaakt om als rechtspersoon te kunnen fungeren.
g.Projectsubsidie: Een projectsubsidie is een bijdrage in de kosten van eenmalige activiteiten die aanvullend zijn op het al bestaande aanbod van
activiteiten in het culturele en maatschappelijk leven in de gemeente.
h.Waarderingsubsidie: Een structurele subsidie waarmee activiteiten worden beloond, die in belangrijke mate bijdragen aan het culturele en maatschappelijke leven in de gemeente, zonder deze naar aard en inhoud te beïnvloeden;
i.Flexpot:Een subsidie voor een bepaalde activiteit met een incidenteel karakter. Het betreft hier activiteiten voor cultuur, jeugd en sport welke niet onder de reikwijdte van de projectsubsidie vallen, maar toch als waardevol
j. Activiteitenaanbod:Een document, waarmee een instelling voor enig subsidiejaar haar voorgenomen activiteiten en de daarvoor verlangde subsidie voor de gemeente in beeld brengt.
1.De raad stelt jaarlijks in de begroting een bedrag vast dat maximaal beschikbaar is voor de verlening van subsidies ten behoeve van de in artikel 8.1 genoemde beleidsterreinen.
Artikel 1:5 Verdelen van subsidieplafond
1.Het college maakt via de Programmabegroting bekend op welke wijze de beschikbare subsidie wordt verdeeld.
HOOFDSTUK 2 DE SUBSIDIEAANVRAAG
c.de laatst opgemaakte jaarrekening als bedoeld in artikel 361 van Boek 2 van het Burgerlijk
Wetboek, dan wel de balans en de staat van baten en lasten en de toelichting daarop of, als deze bescheiden ontbreken, een verslag over de financiële positie van de aanvrager op het moment van de aanvraag. De jaarrekening of het verslag van de financiële positie moet voorzien zijn van een accountantsverklaring (de subsidieaanvraag bedraagt minimaal € 35.000,--);
Artikel 2:3 De projectsubsidie
1.Een aanvraag om een projectsubsidie wordt ingediend tenminste vier weken voordat met het
uitvoeren van de activiteiten een begin wordt gemaakt;
andere instellingen of bestuursorganen, doet de aanvrager daarvan mededeling in de aanvraag.
Artikel 2:4 De waarderingsubsidie
1.Een aanvraag om een waarderingsubsidie wordt ingediend voor 1 oktober van het jaar
voorafgaand aan het jaar waarin de activiteiten worden gerealiseerd.
inkomsten en uitgaven, voorzien van een toelichting van de aanvrager.
Artikel 2:6 Niet tijdig of onvolledig indienen van de subsidieaanvraag
1.Indien een aanvraag bedoeld in artikel 2.1 tot en met artikel 2.4 niet tijdig is ingediend, kan het college besluiten deze niet in behandeling te nemen.
Dit geldt eveneens ten aanzien van aanvragen die weliswaar tijdig maar niet volledig zijn ingediend. De aanvrager wordt in de gelegenheid gesteld het verzuim binnen vier weken te herstellen. Indien daaraan binnen de gestelde termijn niet is voldaan, zal de aanvraag niet in behandeling worden
2.Een besluit om de aanvraag niet in behandeling te nemen wordt aan de aanvrager bekendgemaakt
2. binnen vier weken nadat de hersteltermijn onder 1 ongebruikt is verstreken.
HOOFDSTUK 3 DE BESLISSING OP DE AANVRAAG TOT VERLENING
Artikel 3:1 Beslistermijn subsidieverlening budgetsubsidie en waarderingssubsidie
Het college beslist op een aanvraag als bedoeld in artikel 2.1 en artikel 2.4 voor 31 december van het jaar waarin de subsidie is aangevraagd.
Artikel 3:2 Beslistermijn subsidieverlening startsubsidie, projectsubsidie en subsidie flexpot
Het college beslist op een aanvraag als bedoeld in de artikel 2.2, artikel 2.3 en artikel 2.5 binnen 6 weken na ontvangst van de aanvraag.
Artikel 3:3 Tijdvak periodieke subsidie
Het tijdvak dat wordt vermeld in de beschikking tot het verlenen van subsidie in de vorm van een
periodieke aanspraak op financiële middelen is ten hoogste vier jaar.
De subsidie kan naast de in de artikel 4:25, tweede lid, en artikel 4:35 van de wet genoemde gronden in ieder geval worden geweigerd indien naar het oordeel van het college:
a.de te subsidiëren activiteiten van de aanvrager niet gericht zijn op een belang gelegen in de
gemeente of niet aanwijsbaar ten goede komen aan ingezetenen van de gemeente;
1.Het college kan het beslissen op een subsidieaanvraag bedoeld in de artikel 2:2 tot en met 2:5
HOOFDSTUK 4VERPLICHTINGEN SUBSIDIEONTVANGER
Aan de beschikking tot verlening van budgetsubsidies kan het voorschrift worden verbonden dat
een uitvoeringsovereenkomst als bedoeld in artikel 4:36 van de wet wordt gesloten.
Artikel 4:5Meldingsplicht bij budgetsubsidies
De ontvanger van een budgetsubsidie informeert het college onverwijld over:
het aangaan en beëindigen van overeenkomsten tot verkrijging, vervreemding of bezwaring van registergoederen of tot huur, verhuur of pacht daarvan, indien deze goederen geheel of gedeeltelijk zijn verworven door middel van de subsidie dan wel de daaraan verbonden uitgaven daarvoor mede zijn bekostigd uit de subsidie;
Artikel 4:6Vergoeding vermogenswaarden van subsidies
1Voor zover het verstrekken van de subsidie heeft geleid tot vermogensvorming is de subsidieont-vanger een vergoeding verschuldigd aan het college in geval:
dien verstande dat in geval van ontvangst van schadevergoeding voor verlies of beschadiging van zaken wordt uitgegaan van het bedrag dat als schadevergoeding door de subsidieontvanger wordt ontvangen.
4.De waardebepaling geschiedt een door beide partijen aanvaarde onafhankelijke deskundige,
waarbij een geschillenregeling leidend is.
5.Dit artikel is niet van toepassing in die gevallen waarin de activiteiten door een derde worden
voortgezet en activa en passiva met toestemming van het college tegen boekwaarde aan die
HOOFDSTUK 5DE SUBSIDIEVASTSTELLING
Artikel 5:1De subsidievaststelling van budgetsubsidies
Artikel 5:2De subsidievaststelling van startsubsidies
1.De subsidievaststelling vindt tegelijkertijd met de subsidieverlening plaats.
Artikel 5:4De subsidievaststelling van waarderingsubsidies
1.De ontvanger van een waarderingsubsidie vanaf € 1.000,-- dient voor 1 juli na afloop van het
tijdvak waarvoor subsidie is verleend een aanvraag tot het vaststellen van subsidie in.
Artikel 5:6Het activiteitenverslag
Het activiteitenverslag beschrijft de aard en omvang van de activiteiten waarvoor subsidie werd verleend, vergelijkt de nagestreefde en gerealiseerde doelstellingen en geeft een toelichting op de verschillen.
Artikel 5:7Het financieel verslag
Het financieel verslag beschrijft de uitgaven die met de subsidie zijn gedaan, vergelijkt deze met de bij de subsidieaanvraag ingediende begroting en geeft een toelichting op de verschillen.
Artikel 5:8Accountantsverklaring bij budgetsubsidies
Bij de verlening van de subsidie kan worden bepaald, dat de opdracht aan de accountant tevens strekt tot een onderzoek naar de naleving van verplichtingen die aan de subsidie verbonden zijn en de doelmatigheid van de bestedingen. In dat geval wordt bij de verlening van de subsidie aanwijzingen gegeven over de reikwijdte en intensiteit van de controle. De accountant legt de uitslag van dit onderzoek vast in een schriftelijke verklaring;
Indien de subsidieontvanger na vaststelling van de subsidie een niet-goedkeurende accountants-verklaring overlegt, is het college bevoegd de beschikking tot vaststelling van de subsidie geheel of gedeeltelijk in te trekken en de vastgestelde en inmiddels betaalde subsidie geheel of gedeeltelijk terug te vorderen.
Artikel 5:9Niet tijdig overleggen van de accountantsverklaring
Indien de subsidieontvanger redelijkerwijs niet in staat is binnen de in artikel 5:1 genoemde termijn bij de aanvraag tot subsidievaststelling een accountantsverklaring als bedoeld in artikel 5.8 te
overleggen, is het college desondanks bevoegd een beslissing op deze aanvraag te nemen. In dat
geval wordt na vaststelling van de subsidie de vereiste accountantsverklaring alsnog zo spoedig
mogelijk (uiterlijk binnen drie maanden) door de subsidieontvanger overgelegd. Deze verplichting
wordt verbonden aan de beschikking tot subsidievaststelling.
Artikel 5:10Niet tijdig of onvolledig indienen van aanvraag tot vaststelling subsidie
1.Indien een aanvraag bedoeld in de artikelen 5.1, 5.3, 5.4 en 5.5 niet tijdig is ingediend, kan het
1. college besluiten de verleende subsidie op nul te stellen en terug te vorderen.
Dit geldt eveneens voor aanvragen die weliswaar tijdig maar niet volledig zijn ingediend. De
aanvrager wordt in de gelegenheid gesteld het verzuim binnen vier weken te herstellen. Indien daaraan binnen de gestelde termijn niet is voldaan, kan de verleende subsidie op nul worden
gesteld en worden teruggevorderd.
2.Een besluit om de verleende subsidie op nul te stellen en terug te vorderen wordt aan de
ontvanger binnen vier weken bekend gemaakt nadat de aanvraag onvolledig is aangevuld of
HOOFDSTUK 6INTREKKEN EN WIJZIGEN SUBSIDIE
Artikel 6:1Intrekken en wijzigen subsidie
1.Het college kan op grond van de artikelen 4:48, 4:49 en 4:50 van de wet de subsidieverlening of -
vaststelling intrekken of wijzigen als:
Het college kan met inachtneming van een redelijke termijn, zolang de subsidie niet is vastgesteld,
een beschikking tot subsidieverlening intrekken of ten nadele van de ontvanger wijzigen als de
activiteiten waarvoor de subsidie is verleend niet hebben plaatsgevonden, de subsidieontvanger
niet heeft voldaan aan de aan de subsidie verbonden voorwaarden, verplichtingen en prestaties
en de subsidieontvanger onjuiste of onvolledige gegevens heeft verstrekt, of voorzover de
subsidieverlening onjuist is of voorzover veranderende omstandigheden of gewijzigde inzichten zich
in overwegende mate tegen voortzetting van voortzetting van de subsidie verzetten.
HOOFDSTUK 7BETALING EN TERUGVORDERING
Het college kan voorschotten verstrekken op te verstrekken subsidies. Bij de subsidieverlening wordt
aangegeven of en op welke manier die voorschotten uitbetaald worden.
Bij de subsidievaststelling worden betaalde voorschotten verrekend met het bedrag van de subsidie.
De subsidie wordt binnen acht weken na de subsidieverlening betaald, tenzij bij wettelijk voorschrift
anders is bepaald. De subsidie kan in gedeelten worden betaald indien dat bij wettelijk voorschrift is
bepaald. Indien de subsidie niet op een wettelijk voorschrift berust, kan in het geheel worden
betaald indien bij de subsidieverlening is bepaald hoe de gedeelten worden berekend en op welke
Artikel 7:3 Opschorting en terugvordering
De verplichting tot betaling van de subsidie of een voorschot wordt opgeschort indien het college het
voornemen bekend heeft gemaakt de subsidieverlening of subsidievaststelling ten nadele van de subsidieontvanger in te trekken of te wijzigen.
Een onverschuldigd betaald subsidiebedrag of subsidievoorschot kan worden teruggevorderd tot vijf jaar na de subsidievaststelling, de intrekking of wijziging daarvan.
HOOFDSTUK 8BELEIDSTERREINEN DIE VOOR SUBSIDIE IN AANMERKING KOMEN
HOOFDSTUK 9SLOT- EN OVERGANGSBEPALINGEN
Op de subsidieontvanger die ten tijde van de inwerkingtreding van deze verordening reeds met naam en subsidiebedrag vermeld staat in de gemeentebegroting is, indien en zolang van deze vermelding
ook na dat tijdstip nog sprake is, het bepaalde in artikel 1.2 lid 2, sub c niet van toepassing.