Organisatie | Leek |
---|---|
Organisatietype | Gemeente |
Officiële naam regeling | Besluit maatschappelijke ondersteuning gemeente Leek 2010 |
Citeertitel | Besluit maatschappelijke ondersteuning gemeente Leek 2010 |
Vastgesteld door | college van burgemeester en wethouders |
Onderwerp | maatschappelijke zorg en welzijn |
Eigen onderwerp |
Terugwerkende kracht tot en met 01-01-2010
Geen
Datum inwerkingtreding | Terugwerkende kracht tot en met | Datum uitwerkingtreding | Betreft | Datum ondertekening Bron bekendmaking | Kenmerk voorstel |
---|---|---|---|---|---|
03-02-2011 | 01-01-2011 | 31-03-2011 | Intrekking | 25-01-2011 Midweek, 2-02-2011 | 2011000174 |
21-01-2010 | 01-01-2010 | 01-01-2010 | Nieuwe regeling | 22-12-2009 Midweek, 13-01-2010 | Geen |
Hoofdstuk 2 Eigen bijdragen, eigen aandeel en besparingsbijdrage
Artikel 3 39 perioden van 4 weken
Als er sprake is van een bouwkundige of woontechnische aanpassing van een woning van boven € 10.000,00 wordt, gedurende een periode van 39 maal 4 weken, een eigen bijdrage in rekening gebracht dan wel bij de vaststelling van de hoogte van een financiële tegemoetkoming gedurende die periode een met toepassing van het in artikel 2 vastgesteld bedrag in mindering gebracht.
Het in artikel 21 van de Verordening maatschappelijke ondersteuning genoemde afschrijvingsschema luidt als volgt:
voor het eerste jaar 100% van de verstrekte financiële tegemoetkoming of persoonsgebonden budget;
voor het tweede jaar 90% van de verstrekte financiële tegemoetkoming of persoonsgebonden budget;
voor het derde jaar 80% van de verstrekte financiële tegemoetkoming of persoonsgebonden budget;
voor het vierde jaar 70% van de verstrekte financiële tegemoetkoming of persoonsgebonden budget;
voor het vijfde jaar 60% van de verstrekte financiële tegemoetkoming of persoonsgebonden budget;
voor het zesde jaar 50% van de verstrekte financiële tegemoetkoming of persoonsgebonden budget;
voor het zevende jaar 40% van de verstrekte financiële tegemoetkoming of persoonsgebonden budget;
voor het achtste jaar 30% van de verstrekte financiële tegemoetkoming of persoonsgebonden budget;
voor het negende jaar 20% van de verstrekte financiële tegemoetkoming of persoonsgebonden budget;
voor het tiende jaar 10% van de verstrekte financiële tegemoetkoming of persoonsgebonden budget;
Hoofdstuk 5 Het zich lokaal verplaatsen per vervoermiddel
Het persoonsgebonden budget voor vervoersvoorzieningen wordt vastgesteld op basis van de tegenwaarde van de goedkoopst-adequate voorziening, indien nodig verhoogd met een gemiddeld bedrag voor onderhoud en reparatie, rekening houdend met de gemiddelde levensduur of afschrijving van het product.
In artikel 25 van de Verordening voorzieningen maatschappelijke ondersteuning wordt de inkomensgrens aangegeven waarboven een auto, met een auto vergelijkbare voorzieningen en de daarmee samenhangende gebruiks- en onderhoudskosten niet voor verstrekking of vergoeding in aanmerking komen. De hoogte van de inkomensgrens wordt bepaald door de bijstandsnorm voor respectievelijk alleenstaanden en echtparen/ samenwonende partners met 1,5 te vermenigvuldigen.
Hoofdstuk 7 Advisering en samenhangende afstemming
Artikel 11 Samenhangende afstemming
Om de verkrijging van individuele voorzieningen samenhangend af te stemmen op de situatie van de aanvrager wordt bij het onderzoek voor het advies ex artikel 32 van de Verordening voorzieningen maatschappelijke ondersteuning indien van toepassing aandacht besteed aan:
Bij de besluitvorming en motivering van het besluit wordt door het college bij deze bevindingen aangesloten.