Organisatie | Amersfoort |
---|---|
Organisatietype | Gemeente |
Officiële naam regeling | SUBSIDIEREGELING GODSDIENSTONDERWIJS EN LEVENSBESCHOUWELIJK VORMINGSONDERWIJS 2008 |
Citeertitel | Onbekend |
Vastgesteld door | college van burgemeester en wethouders |
Onderwerp | maatschappelijke zorg en welzijn |
Eigen onderwerp |
Geen
Onbekend
Datum inwerkingtreding | Terugwerkende kracht tot en met | Datum uitwerkingtreding | Betreft | Datum ondertekening Bron bekendmaking | Kenmerk voorstel |
---|---|---|---|---|---|
02-10-2008 | 08-08-2013 | Onbekend | 20-05-2008 | Onbekend |
Burgemeester en wethouders van de gemeente Amersfoort;
gelezen de nota d.d. 23 april 2008 , sector WSO/MD (reg. nr. 2746678);
overwegende dat het gewenst is regels te stellen voor het verstrekken van gemeentelijke subsidie aan daarvoor in aanmerking komende rechtspersonen, die zich bezighouden met het geven van godsdienstonderwijs of levensbeschouwelijk vormingsonderwijs aan leerlingen van openbare scholen voor (speciaal) basisonderwijs;
gelet op de Algemene wet bestuursrecht en de Algemene subsidieverordening Amersfoort 2008;
besluit vast te stellen de volgende subsidieregeling:
SUBSIDIEREGELING GODSDIENSTONDERWIJS EN LEVENSBESCHOUWELIJK VORMINGSONDERWIJS 2008
HOOFDSTUK 1 ALGEMENE BEPALINGEN
Artikel 2 Doelgroepen/Activiteiten
Instellingen kunnen in aanmerking komen voor subsidie voor de kosten die zij maken voor het geven van godsdienstonderwijs of levensbeschouwelijk vormingsonderwijs aan leerlingen van openbare scholen voor basisonderwijs en openbare scholen voor speciaal basisonderwijs in Amersfoort.
Bij de subsidieverstrekking gelden de volgende toetsingscriteria:
het godsdienstonderwijs en het levensbeschouwelijk vormingsonderwijs dienen bij te dragen aan de ontwikkeling van de leerlingen met aandacht voor de godsdienstige, levensbeschouwelijke en maatschappelijke waarden, zoals die leven in de Nederlandse samenleving en met onderkenning van de betekenis van de verscheidenheid van die waarden;
De door de instellingen aangewezen leerkrachten voor godsdienstonderwijs en levensbeschouwelijk vormingsonderwijs onthouden zich van het voeren van propaganda voor een bepaalde godsdienst, levensbeschouwing, kerk, kerkelijke instelling, religieuze en andere levensbeschouwelijke groepering. Zij besteden naast het eigen godsdienstonderwijs of levensbeschouwelijk vormingsonderwijs ook aandacht aan andere godsdiensten en levensbeschouwelijke richtingen;
HOOFDSTUK 2 SUBSIDIEVERSTREKKING
Artikel 6 Indieningstermijn aanvraag
De aanvraag voor een subsidie ten behoeve van de kosten voor het geven van godsdienstonderwijs of levensbeschouwelijk vormingsonderwijs aan leerlingen van openbare scholen voor basisonderwijs en openbare scholen voor speciaal basisonderwijs in Amersfoort moet voor 1 november van het betreffende schooljaar worden ingediend.
Artikel 8 Beschikking op de aanvraag
De beschikking op een aanvraag voor een subsidie ten behoeve van de kosten voor het geven van godsdienstonderwijs of levensbeschouwelijk vormingsonderwijs aan leerlingen van openbare scholen voor basisonderwijs en openbare scholen voor speciaal basisonderwijs in Amersfoort wordt bekendgemaakt voor 1 januari van het jaar waarop de aanvraag betrekking heeft.
Subsidieverstrekking kan naast de weigeringsgronden in de Algemene subsidieverordening Amersfoort 2008 tevens worden geweigerd op grond van de in deze subsidieregeling opgenomen criteria.
1.De aanvrager van een subsidie ten behoeve van de kosten voor het geven van godsdienstonderwijs
of levensbeschouwelijk vormingsonderwijs aan leerlingen van openbare scholen voor basisonderwijs en openbare scholen voor speciaal basisonderwijs in Amersfoort dient voor 1 april van het jaar volgend op het jaar waarvoor een subsidie is verstekt rekening en verantwoording af aan het college door middel van een verslag over het godsdienstonderwijs of levensbeschouwelijk vormingsonderwijs, dan wel bij het verslag voegt de instellingen voor elke school afzonderlijk:
HOOFDSTUK 3 OVERGANGS- EN SLOTBEPALINGEN
Indien voor het tijdstip van de inwerkingtreding van deze subsidieregeling een aanvraag om een subsidie op grond van de verordening bedoeld in lid is ingediend en voor het tijdstip van de inwerkingtreding van deze subsidieregeling nog niet op de aanvraag is beslist, worden daarop de overeenkomstige toepasselijke bepalingen van de onderhavige subsidieregelingtoegepast.
De intrekking van de verordening bedoeld in lid 1 heeft geen gevolgen voor de geldigheid van op basis van die verordening genomen nadere regels, beleidsregels en aanwijzingsbesluiten, indien en voor zover de rechtsgrond waarop de aanwijzingsbesluiten zijn gebaseerd ook vervat is in deze verordening en voor zover niet eerder zijn vervallen of ingetrokken.