Organisatie | Maasdriel |
---|---|
Organisatietype | Gemeente |
Officiële naam regeling | Monumentenverordening gemeente Maasdriel 2010 |
Citeertitel | Monumentenverordening gemeente Maasdriel 2010 |
Vastgesteld door | gemeenteraad |
Onderwerp | bestuur en recht |
Eigen onderwerp | economie en arbeid |
Regeling vervangt Marktverordening 2002
Gemeentewet, artt. 147 en 149
Marktreglement
Datum inwerkingtreding | Terugwerkende kracht tot en met | Datum uitwerkingtreding | Betreft | Datum ondertekening Bron bekendmaking | Kenmerk voorstel |
---|---|---|---|---|---|
01-03-2010 | nieuwe regeling | 11-02-2010 Het Carillon, 24-02-2010 | Onbekend |
De raad van de Gemeente Maasdriel;
gezien het voorstel van burgemeester en wethouders van de gemeente Maasdriel van 25 mei 2010;
gelet op artikel 149 van de Gemeentewet, de artikelen 12, 14 en 15 van de Monumentenwet 1988 en de artikelen 2.1 en 2.2 van de Wet algemene bepalingen omgevingsrecht;
vast te stellen de Monumentenverordening Gemeente Maasdriel 2010;
HOOFDSTUK 2 BESCHERMDE GEMEENTELIJKE MONUMENTEN
§ 1. De aanwijzing als beschermd gemeentelijk monument en de registratie op de gemeentelijke monumentenlijst
Artikel 3 De aanwijzing tot beschermd gemeentelijk monument
Met ingang van de datum waarop de eigenaar van een monument de kennisgeving van het voornemen tot aanwijzing als beschermd gemeentelijk monument ontvangt, tot het moment dat de registratie als bedoeld in artikel 6 plaatsvindt, dan wel vaststaat dat het monument niet wordt geregistreerd, zijn de artikelen 9 tot en met 13 van overeenkomstige toepassing.
De aanwijzing als bedoeld in artikel 3, eerste lid, wordt meegedeeld aan degenen die als zakelijk gerechtigden in de kadastrale legger bekend staan en aan de ingeschreven hypothecaire schuldeisers.
§ 2. Vergunningen tot wijziging of afbraak van beschermde gemeentelijke monumenten
Een aanvraag als bedoeld in artikel 4.2. Besluit omgevingsrecht voor een vergunning als bedoeld in artikel 9, tweede lid en de daarbij te overleggen gegevens en bescheiden wordt ingediend bij het bevoegd gezag.
Het bevoegd gezag geeft met betrekking tot een beschermd kerkelijk monument geen vergunning ingevolge de bepalingen van artikel 9, tweede lid, dan in overeenstemming met de eigenaar, indien en voor zover het een vergunning betreft, waarbij wezenlijke belangen van de godsdienstuitoefening in het monument in het geding zijn.
HOOFDSTUK 4 BESCHERMDE GEMEENTELIJKE STADS- EN DORPSGEZICHTEN
Artikel 17 De wijziging en intrekking van de aanwijzing
De artikelen 7 en 8 van deze verordening zijn van overeenkomstige toepassing, met dien verstande dat voor gemeentelijke monumentenlijst moet worden gelezen lijst van beschermde gemeentelijke stads- en dorpsgezichten en dat in artikel 8, derde lid, voor artikel 3, zesde lid moet worden gelezen artikel 35 van de Monumentenwet 1988.
HOOFDSTUK 6 SLOT- EN OVERGANGSBEPALINGEN
Degene, die handelt in strijd met artikel 9 en 18 van deze verordening, wordt gestraft met een geldboete van de tweede categorie of een hechtenis van ten hoogste drie maanden.
Met het toezicht op de naleving van het bepaalde bij of krachtens deze verordening zijn belast de bij besluit van het college dan wel de burgemeester aan te wijzen personen.