Organisatie | Ouder-Amstel |
---|---|
Organisatietype | Gemeente |
Officiële naam regeling | Verordening voor periodiek onderzoek door het college naar de doelmatigheid en doeltreffendheid van het door het college gevoerde bestuur van de gemeente Ouder-Amstel. |
Citeertitel | Verordening onderzoeken doelmatigheid en doeltreffendheid gemeente Ouder-Amstel |
Vastgesteld door | gemeenteraad |
Onderwerp | bestuur en recht |
Eigen onderwerp |
Geen
Gemeentewet artikel 213A
Datum inwerkingtreding | Terugwerkende kracht tot en met | Datum uitwerkingtreding | Betreft | Datum ondertekening Bron bekendmaking | Kenmerk voorstel |
---|---|---|---|---|---|
15-11-2003 | Onbekend | 13-11-2003 Onbekend | 2003/58/3 |
De raad van de gemeente Ouder-Amstel,
gelezen het voorstel van burgemeester en wethouders d.d. 4 november 2003, nummer
gelet op artikel 21 3a Gemeentewet,
Verordening voor periodiek onderzoek door het college naar de doelmatigheid en
doeltreffendheid van het door het college gevoerde bestuur, van de gemeente Ouder-
Artikel 2 Onderwerp van onderzoek
1.Het college onderzoekt periodiek de doelmatigheid van (onderdelen van) de gemeentelijke organisatie en de uitvoering van taken door de gemeente.
2.Het college toetst periodiek de doeltreffendheid van (delen van) programma's en paragrafen.
1.Het college zal in de bedrijfsvoeringsparagraaf van de begroting het onderzoeksplan presenteren van de te verrichten interne onderzoeken naar de doelmatigheid en doeltreffendheid.
2.In het onderzoeksplan wordt per onderzoek globaal aangegeven:
Artikel 4 Voortgang onderzoeken
Het college rapporteert in de bedrijfsvoeringsparagraaf van de begroting en jaarstukken over de voortgang van de onderzoeken naar de doelmatigheid en doeltreffendheid.
Artikel 5 Rapportage en gevolgtrekking
1.De uitkomsten van een onderzoek worden vastgelegd in een rapportage. Elke rapportage bevat tenminste een analyse van de onderzoeksresultaten en indien nodig aanbevelingen voor verbeteringen.
2.Op basis van de resultaten van ieder onderzoek stelt het college indien nodig een plan van verbetering op. De rapportage en het plan van verbetering worden ter kennisgeving aan de raad aangeboden. Het college neemt op basis van het plan van verbetering organisatorische maatregelen.
Ouder-Amstel, 13 november 2003.
De raad voornoemd,
de raadsgriffier, de voorzitter,
G.H. Doornenbal C. de Groot
ARTIKELSGEWIJZE TOELICHTING VERORDENING 213a GEMEENTEWET
In artikel 2 wordt het college opgedragen onderzoek te doen naar de doelmatigheid en
de doeltreffendheid van het gevoerde bestuur. Hierbij wordt een scheiding aangebracht
tussen onderzoeken naar de doelmatigheid en onderzoeken naar de doeltreffendheid.
De onderzoeken naar de doelmatigheid betreffen onderzoeken naar de uitvoering van het
beleid en het beheer van middelen.
De onderzoeken naar doeltreffendheid vinden plaats op basis van het in de programma's
of paragrafen van de begroting geformuleerde beleid. Dit beleid kan gehele begrotingsprogramma's omvatten of delen daarvan. Ook kan het paragrafen van de
begroting en jaarstukken of delen daarvan omvatten.
Op grond van artikel 213a Gemeentewet dient het college periodiek onderzoek te
verrichten. Deze formulering is ook in dit artikel overgenomen. Er is niet voor gekozen
om het college op te dragen met een bepaalde frequentie organisatie-onderdelen en/of
programma's door te lichten. Het is van belang te onderkennen dat verbetering van
doelmatigheid en doeltreffendheid een continue proces is. De actualiteit zal bepalend zijn
voor wat onderzocht dient te worden. Het is zinvol bij deze onderzoeken een afweging te
maken tussen diepgang van informatie en belasting van de organisatie c.q. budgetten.
Zware doelmatigheidsonderzoeken belasten de gemeentelijke organisatie en het
gemeentelijk budget. Met eenvoudige onderzoeken kan misschien ook een voldoende
De beslissing wat te onderzoeken is aan het college. Vanzelfsprekend zal de raad willen
weten wat de plannen zijn. Ook zal de raad de gelegenheid willen hebben deze plannen
te bespreken en als hij dat nodig acht invloed uit te oefenen. Hierin voorziet het in de
bedrijfsvoeringsparagraaf van de begroting op te nemen onderzoeksplan. Het onderzoeksplan moet een beeld geven van de voorgenomen onderzoeken. In het
tweede lid worden onderwerpen genoemd welke in ieder geval in het onderzoeksplan
De onderwerpen genoemd in het tweede lid kunnen als volgt worden toegelicht:
a.Het object van het onderzoek wordt dusdanig omschreven dat duidelijk aangegeven
is wat de afbakening van het onderzoek is. Daarbij worden bij de
doelmatigheidsonderzoeken duidelijk de scheidslijnen aangegeven ten aanzien van de
te onderzoeken procedures en instrumenten. Bij de doeltreffendheidsonderzoeken
worden duidelijk de scheidslijnen met andere beleidsvelden aangegeven.
b.De reikwijdte van ieder onderzoek strekt zich in beginsel uit over alle organen (raad,
college), organisatie-eenheden en instellingen waarvoor de gemeente bestuurlijk
verantwoordelijk is of waarvan de activiteiten geheel of in belangrijke mate door de
gemeente worden bekostigd. Aangegeven moet worden welk tijdvak wordt
onderzocht en welke organisatie-eenheden en niet gemeentelijke instellingen bij het
c.Aangegeven dient te worden welke methoden gebruikt zullen worden (benchmarking,
ambtelijk apparaat (al dan niet met inbreng van deskundigheid van derden) of door
derden. Indien de ambtelijke organisatie de onderzoeken uitvoert zullen in de
onderzoeksopzet waarborgen te worden ingebouwd, waarmee de onafhankelijkheid
van de analyse en/of adviezen ter verbeteringen worden gegarandeerd. Dat betekent
dat delen van het onderzoek kunnen worden uitgevoerd door functionarissen die in
hun dagelijkse werk betrokken zijn bij het onderzoeksobject. De analyse en de
aanbevelingen tot verbetering moeten zoveel als mogelijk onafhankelijk tot stand
komen en uitgevoerd worden door functionarissen die niet in hun dagelijkse werk
betrokken zijn bij het onderzoeksobject.
f.Indien derden bij het onderzoek worden ingeschakeld dient inzicht te worden
De bedrijfsvoeringsparagraaf van de begroting en jaarstukken dient inzicht te geven in
de stand van zaken en de beleidsvoornemens omtrent de bedrijfsvoering. Het ligt voor de
hand om in deze paragraaf eveneens te rapporteren over de stand van zaken bij de
interne onderzoeken naar de doelmatigheid en doeltreffendheid van het gevoerde
Met de instelling van de onderzoeken beoogt de gemeente de transparantie van
gemeentelijk handelen te vergroten en de publieke verantwoording daarover te
versterken. De bevindingen van de onderzoeken worden dan ook neergelegd in rapporten
voor de raad, zoals voorgeschreven in artikel 213a, tweede lid, van de Gemeentewet. De
rapporten dienen volgens artikel 197, tweede lid, van de Gemeentewet te worden
gevoegd bij de jaarrekening en het jaarverslag. Dat betreft uiteraard de verslagen die
lopende het verslagjaar zijn afgerond. Dat sluit echter geenszins uit dat de raad, als hij
dat wenst, de rapporten ontvangt zodra ze zijn vastgesteld.
Systematische aandacht voor doelmatigheid en doeltreffendheid impliceert ook het doel
om te leren, om te denken over en te streven naar verbetering. Daarom is in deze
verordening opgenomen dat evaluatie en aanbevelingen voor verbetering onderdeel zijn
van de rapportage en dat zo nodig door middel van een plan van verbetering een
vervolgtraject moet worden ingezet. De bedrijfsvoering is een zaak van het college. Het
is dan ook het college dat maatregelen moet nemen tot verbetering. Het college moet
een plan van verbetering opstellen en uitvoeren. Het plan van verbetering wordt