Ziet u een fout in deze regeling? Meld het ons op regelgeving@overheid.nl!
Druten

Verordening commissie bezwaarschriften gemeente Druten 2008

Wetstechnische informatie

Gegevens van de regeling
OrganisatieDruten
OrganisatietypeGemeente
Officiële naam regelingVerordening commissie bezwaarschriften gemeente Druten 2008
CiteertitelVerordening commissie bezwaarschriften gemeente Druten 2008
Vastgesteld doorgemeenteraad
Onderwerpbestuur en recht
Eigen onderwerp

Opmerkingen met betrekking tot de regeling

Geen

Wettelijke grondslag(en) of bevoegdheid waarop de regeling is gebaseerd

  1. Awb
  2. Gemeentewet

Regelgeving die op deze regeling is gebaseerd (gedelegeerde regelgeving)

Geen.

Overzicht van in de tekst verwerkte wijzigingen

Datum inwerkingtreding

Terugwerkende kracht tot en met

Datum uitwerkingtreding

Betreft

Datum ondertekening

Bron bekendmaking

Kenmerk voorstel

16-10-200804-06-2015Nieuwe regeling

02-10-2008

De Waalkanter

08-34 RB
16-10-2008Nieuwe regeling

02-10-2008

De Waalkanter

08-34 RB

Tekst van de regeling

Intitulé

Verordening commissie bezwaarschriften gemeente Druten 2008

De raad, het college en de burgemeester van de gemeente Druten;

ieder voor zoveel het hun bevoegdheden betreft;

gezien het voorstel van het college;

gelet op de bepalingen van de Algemene wet bestuursrecht (Awb) en de Gemeentewet;

besluiten vast te stellen de volgende verordening:

Verordening commissie bezwaarschriften gemeente Druten 2008

Artikel 1 Begripsbepalingen

In deze verordening wordt verstaan onder:

a. verwerend orgaan: bestuursorgaan dat het bestreden besluit heeft genomen;

b. commissie: vaste commissie van advies voor de bezwaarschriften.

De commissie

Artikel 2 Inleidende bepaling commissie

  • 1

    Er is een commissie ter voorbereiding van de beslissing op bezwaren tegen besluiten van de raad, het college en de burgemeester.

  • 2

    De commissie is niet bevoegd ten aanzien van bezwaarschriften die zijn ingediend tegen besluiten op grond van een wettelijk voorschrift inzake belastingen of de Wet waardering onroerende zaken.

Artikel 3 Samenstelling van de commissie

  • 1

    De commissie bestaat uit een voorzitter en ten minste twee leden.

  • 2

    De voorzitter en de leden van de commissie kunnen geen deel uitmaken van of werkzaam zijn onder verantwoordelijkheid van een gemeentelijk bestuursorgaan.

  • 3

    De voorzitter en de leden worden door het college benoemd, geschorst en ontslagen.

     

  • 4

    Het college benoemt een aantal plaatsvervangende leden.

  • 5

    De commissie regelt de vervanging van de voorzitter.

Artikel 4 Opsplitsing in kamers

  • 1

    De commissie bestaat uit twee kamers, namelijk:

    - de kamer Algemeen Bestuursrecht en Sociaal Zekerheidsrecht;

    - de kamer Ambtenarenrecht.

  • 2

    Elke kamer bestaat uit drie leden van de commissie, te weten:

    a. de voorzitter of plaatsvervangend voorzitter;

    b. de kamer Algemeen Bestuursrecht en Sociaal Zekerheidsrecht:

    twee andere leden, door de commissie uit haar midden aangewezen;

    c. de kamer Ambtenarenrecht:

    twee andere leden, door de commissie uit haar midden aangewezen, waarvan één op bindende van de centrales van overheidspersoneel welke vertegenwoordigd zijn in het Georganiseerd Overleg.

  • 3

    De leden die zitting hebben in de kamer Ambtenarenrecht kunnen worden vervangen door hun respectievelijke door het college van burgemeester en wethouders met inachtneming van het gestelde in lid 2 onder c te benoemen plaatsvervangers.

  • 4

    Met betrekking tot de werkwijze van de kamers is het bepaalde in deze verordening zoveel mogelijk van overeenkomstige toepassing.

Artikel 5 Secretaris

  • 1

    De secretaris van de commissie is een door het college aangewezen ambtenaar.

  • 2

    Het college wijst tevens een of meer plaatsvervangers van de secretaris aan.

Artikel 6 Zittingsduur

  • 1

    De voorzitter en de leden van de commissie treden af op de dag van het aftreden van de raad.

  • 2

    De voorzitter en de leden van de commissie kunnen op elk moment ontslag nemen.

  • 3

    De aftredende voorzitter en de aftredende leden van de commissie blijven hun functie vervullen totdat in de opvolging is voorzien.

  • 4

    In beginsel kan de voorzitter of een lid maximaal twee raadsperiodes deel uit maken van de commissie.De behandeling van bezwaarschriften

     

Artikel 7 Uitoefening bevoegdheden

  • 1

    De bevoegdheden ingevolge de hierna genoemde artikelen van de Awb worden voor de toepassing van deze verordening uitgeoefend door de voorzitter van de commissie:

    a. artikel 2:1, tweede lid;

    b. artikel 6:6, wat betreft het de indiener stellen van een termijn;

    c. artikel 6:17, voorzover het de verzending van stukken betreft tijdens de behandeling door de commissie;

    d. artikel 7:4, tweede lid;

    e. artikel 7:6, vierde lid.

  • 2

    De voorzitter kan de in dit artikel genoemde bevoegdheden mandateren aan de secretaris van de commissie

Artikel 8 Niet-deelneming aan de behandeling

De voorzitter en de leden van de commissie nemen niet deel aan de behandeling van een bezwaarschrift indien daarbij hun onpartijdigheid in het geding kan zijn.

Artikel 9 Ingediend bezwaarschrift

  • 1

    Op het ingediende bezwaarschrift wordt de datum van ontvangst aangetekend.

  • 2

    Het bezwaarschrift met de daarbij overgelegde stukken wordt zo spoedig mogelijk in handen van de commissie gesteld.

Artikel 10 Vooronderzoek

  • 1

    De voorzitter van de commissie is bevoegd rechtstreeks alle gewenste inlichtingen in te winnen of te laten inwinnen.

  • 2

    De voorzitter kan uit eigen beweging of op verlangen van de commissie bij deskundigen advies of inlichtingen inwinnen en hen zo nodig uitnodigen daartoe op de hoorzitting te verschijnen. Indien daaraan kosten zijn verbonden, is vooraf machtiging van het college vereist.

Artikel 11 Hoorzitting

  • 1

    De voorzitter van de commissie bepaalt plaats en tijdstip van de zitting waarin de belanghebbenden en het verwerend orgaan in de gelegenheid worden gesteld zich door de commissie te laten horen.

  • 2

    De voorzitter beslist over de toepassing van artikel 7:3 van de Awb.

  • 3

    Indien de voorzitter op grond van het tweede lid besluit af te zien van het horen, doet hij daarvan mededeling aan de belanghebbenden en het verwerend orgaan.

Artikel 12 Uitnodiging zitting

  • 1

    De voorzitter nodigt de belanghebbenden en het verwerend orgaan ten minste twee weken voor de zitting schriftelijk uit.

  • 2

    Binnen drie dagen na de uitnodiging kunnen de belanghebbenden of het verwerend orgaan onder opgaaf van redenen de voorzitter verzoeken het tijdstip van de zitting te wijzigen.

  • 3

    De beslissing van de voorzitter op dit verzoek wordt uiterlijk één week voor het tijdstip van de zitting aan de belanghebbenden en het verwerend orgaan meegedeeld.

  • 4

    De voorzitter is bevoegd in bijzondere omstandigheden af te wijken of afwijking toe te staan van de termijnen die genoemd zijn in het eerste tot en met het derde lid.

Artikel 13 Quorum

Tenzij het horen overeenkomstig artikel 7:13 lid 3 van de Awb door de commissie wordt opgedragen aan de voorzitter of een lid, is voor het houden van een hoorzitting vereist dat de meerderheid van het aantal leden met inbegrip van een voorzitter, of zijn plaatsvervanger, aanwezig is.

Bij ontstentenis van de vaste voorzitter of diens plaatsvervanger, wordt uit de aanwezige leden een voorzitter aangewezen.

 

Artikel 14 Openbaarheid zitting

  • 1

    De zitting van de commissie is openbaar, behalve in de gevallen genoemd in het vierde lid.

  • 2

    De deuren kunnen worden gesloten indien de voorzitter van de commissie of een van de aanwezige leden het nodig oordeelt of indien een belanghebbende daartoe een verzoek doet.

  • 3

    Indien de commissie vervolgens beslist dat gewichtige redenen aanwezig zijn die zich tegen openbaarheid van de zitting verzetten, vindt de zitting plaats met gesloten deuren.

  • 4

    De zitting van de commissie vindt achter gesloten deuren plaats voor wat betreft de bezwaarschriften op het gebied van het Sociale Zekerheidsrecht met een privacygevoelig karakter.

Artikel 15 Schriftelijke verslaglegging

  • 1

    Het verslag als bedoeld in artikel 7:7 van de Awb vermeldt de namen van de aanwezigen en hun hoedanigheid.

  • 2

    Het verslag houdt een zakelijke vermelding in van wat over en weer is gezegd en wat verder ter zitting is voorgevallen.

  • 3

    Indien de zitting geheel of gedeeltelijk met gesloten deuren plaatsvond, of indien belanghebbenden, respectievelijk hun gemachtigden niet in elkaars tegenwoordigheid zijn gehoord, maakt het verslag hiervan melding.

  • 4

    Het verslag verwijst naar de op de zitting overgelegde bescheiden, die aan het verslag kunnen worden gehecht.

  • 5

    Het verslag wordt ondertekend door de voorzitter en de secretaris van de commissie.

Artikel 16 Nader onderzoek

  • 1

    Indien na afloop van de zitting, maar voordat het advies wordt opgesteld, nader onderzoek wenselijk blijkt te zijn, kan de voorzitter uit eigen beweging of op verlangen van de andere commissieleden dit onderzoek houden.

  • 2

    De uit het nader onderzoek verkregen informatie wordt in afschrift aan de leden van de commissie, het verwerend orgaan en de belanghebbenden toegezonden.

  • 3

    De leden van de commissie, het verwerend orgaan en de belanghebbenden kunnen binnen een week na verzending van de nadere informatie aan de voorzitter van de commissie een verzoek richten tot het beleggen van een nieuwe hoorzitting. De voorzitter beslist op zo een verzoek.

  • 4

    Op een nieuwe hoorzitting zijn de bepalingen in deze verordening die betrekking hebben op de hoorzitting, zo veel mogelijk van overeenkomstige toepassing.

Artikel 17 Raadkamer en advies

  • 1

    De commissie beraadslaagt en beslist achter gesloten deuren over het door haar uit te brengen advies.

    a. De commissie beslist bij meerderheid van stemmen over het uit te brengen advies.

    b. Indien bij een stemming de stemmen staken, beslist de stem van de voorzitter.

    c. Van een minderheidsstandpunt wordt bij het advies melding gemaakt indien die minderheid dat verlangt.

  • 2

    Het advies is gemotiveerd en omvat een voorstel voor de te nemen beslissing op het bezwaarschrift.

  • 3

    Het advies wordt door de voorzitter en de secretaris van de commissie ondertekend.

Artikel 18 Uitbrengen advies en verdaging

  • 1

    Het advies wordt, onder medezending van het verslag als bedoeld in artikel 14 en eventueel door de commissie ontvangen nadere informatie en nader verslag, tijdig uitgebracht aan het bestuursorgaan dat op het bezwaarschrift dient te beslissen.

  • 2

    Indien naar het oordeel van de voorzitter van de commissie de termijn van 10 weken, als bedoeld in artikel 7:10, eerste lid, van de Awb, ontoereikend is voor achtereenvolgens het uitbrengen van een advies en het nemen van een beslissing, verzoekt hij het verwerend orgaan tijdig de beslissing te verdagen.

  • 3

    Van een besluit tot verdaging ontvangen de commissie en de belanghebbenden een afschrift.

    Slotbepalingen

Artikel 19 Intrekking oude regeling

De Verordening Commissie voor de behandeling voor Bezwaarschriften gemeente Druten 2003, vastgesteld op 17 december 2002 wordt ingetrokken.

Artikel 20 Inwerkingtreding

Deze verordening treedt in werking met ingang van de achtste dag na die van de bekendmaking.

Artikel 21 Citeertitel

Deze verordening wordt aangehaald als: Verordening commissie bezwaarschriften gemeente Druten 2008.

Aldus vastgesteld in de openbare raadsvergadering van 2 oktober 2008

De griffier,                De voorzitter,

C. Onderdelinden  A.P.M. Aelberts

Aldus vastgesteld door het college van burgemeester en wethouders op 19 augustus 2008

De secretaris,     De voorzitter,

J.J. Driessen       A.P.M. Aelberts

Aldus vastgesteld door de burgemeester op 19 augustus 2008

De burgemeester,

A.P.M. Aelberts

Toelichting 1 Toelichting