Organisatie | Veere |
---|---|
Organisatietype | Gemeente |
Officiële naam regeling | De Beheersverordening begraafplaatsen Veere |
Citeertitel | De Beheersverordening begraafplaatsen Veere 1998 |
Vastgesteld door | gemeenteraad |
Onderwerp | bestuur en recht |
Eigen onderwerp |
Geen.
artikel 35, tweede lid en artikel 90 van de Wet op de lijkbezorging en artikel 149 van de Gemeentewet,
Geen.
Datum inwerkingtreding | Terugwerkende kracht tot en met | Datum uitwerkingtreding | Betreft | Datum ondertekening Bron bekendmaking | Kenmerk voorstel |
---|---|---|---|---|---|
01-04-1998 | Nieuwe regeling | 19-03-1998 De Faam, 29-04 1998 | Nr. 52a | ||
01-04-1998 | 13-02-2017 | Nieuwe regeling | 19-03-1998 De Faam, 29-04 1998 | Nr. 52a |
De raad van de gemeente Veere;
gelezen het voorstel van burgemeester en wethouders van 30 december 1997;
gelet op artikel 35, tweede lid en artikel 90 van de Wet op de lijkbezorging en artikel 149 van de Gemeentewet,
overwegende dat het gewenst is om regels vast te stellen voor het gebruik en beheer van de gemeentelijke begraafplaatsen,
Verordening op het beheer en het gebruik van de gemeentelijke begraafplaatsen.
Hoofdstuk 1 Inleidende bepalingen
Artikel 1 Begripsomschrijvingen
Deze verordening verstaat onder:
a begraafplaatsen: de gemeentelijke begraafplaatsen te Aagtekerke, Biggekerke, Domburg, Gapinge, Grijpskerke, Koudekerke, Meliskerke, Oostkapelle, Serooskerke, Veere/Zanddijk, Vrouwenpolder, Westkapelle en Zoutelande;
b eigen graf: een graf, grafkelder daaronder begrepen, waarvoor aan een natuurlijk of rechtspersoon het uitsluitend recht is verleend tot:
1°. het doen begraven en begraven houden van lijken;
2°. het doen bijzetten en bijgezet houden van asbussen met of zonder urnen;
c algemeen graf: een graf bij de gemeente in beheer waarin aan een ieder gelegenheid wordt geboden tot:
1° het doen begraven van lijken;
2° het doen bijzetten van asbussen met of zonder urnen;
d eigen urnengraf: een graf, grafkelder daaronder begrepen, waarvoor aan een natuurlijk of rechtspersoon het uitsluitend recht is verleend tot het doen bijzetten en bijgezet houden van asbussen met of zonder urnen;
e algemeen urnengraf: een graf bij de gemeente in beheer waarin aan een ieder gelegenheid wordt geboden tot het doen bijzetten van asbussen met of zonder urnen;
f urn: een voorwerp ter berging van één of meer asbussen;
g asbus: een bus ter berging van as van een overledene;
h verstrooiingsplaats: de door de houder aangewezen plaats waarop as mag worden verstrooid;
i grafbedekking: gedenkteken en grafbeplanting op een graf, een verstrooiingsplaats of gedenkplaats;
j gedenkplaats: een plaats ingericht om overledenen te gedenken;
k beheerder: de ambtenaar van de afdeling beheer en onderhoud die belast is met de dagelijkse leiding van de begraafplaatsen of degene die hem vervangt;
1 rechthebbende: de natuurlijke of rechtspersoon aan wie het uitsluitend recht op een eigen graf is verleend;
m gebruiker: degene in wiens opdracht begraven is in een algemeen graf, dan wel degene, die redelijkerwijze geacht kan worden in diens plaats te zijn getreden.
Hoofdstuk 3 Voorschriften voor lijkbezorging
Artikel 7 Kennisgeving begraven en asbezorging, openen en sluiten van het graf
Degene, die wil doen begraven, as wil doen bijzetten of as wil doen verstrooien, geeft daarvan zo spoedig mogelijk, doch uiterlijk om 12.00 uur van de werkdag voorafgaande aan die waarop de begraving, bijzetting of verstrooiing zal plaatsvinden, schriftelijk kennis aan de afdeling burgerzaken. De zaterdag geldt voor de toepassing van deze bepaling niet als werkdag. Indien de burgemeester toestemming heeft gegeven om het lijk binnen 36 uur na het overlijden te begraven moet de kennisgeving aan de beheerder zo tijdig mogelijk worden gedaan;
Hoofdstuk 4 Indeling en uitgifte der graven
Artikel 12 Aantal overledenen in algemene graven
Burgemeester en wethouders bepalen bij nader vast te stellen regels hoeveel lijken en hoeveel asbussen met of zonder urnen er kunnen worden bijgezet in of op de algemene graven. Zij bepalen tevens de afmetingen van de algemene graven.
Artikel 14 Termijnen eigen graven
Burgemeester en wethouders verlenen, voor zover de daartoe bestemde ruimte van de begraafplaatsen zulks toelaat, op een daartoe bij hen schriftelijk in te dienen aanvraag, voor de tijd van twintig jaar het recht op een eigen graf. De termijn begint te lopen op de datum waarop het eigen graf is uitgegeven;
Begraving of bijzetting in een eigen graf waarvan de uitgiftetermijn binnen de wettelijke minimum grafrusttermijn zal verlopen, kan alleen plaatsvinden onder gelijktijdige verlenging van de uitgiftetermijn. De verlenging dient te worden aangevraagd door de rechthebbende of, indien deze is overleden, door een van de andere personen, genoemd in artikel 17, tweede lid;
Burgemeester en wethouders kunnen aan de rechthebbende op een eigen graf vergunning verlenen tot het daarin voor eigen rekening doen aanbrengen van een grafkelder overeenkomstig de door hen te stellen voorwaarden.
Artikel 17 Overschrijving van verleende rechten
Het recht op een eigen graf kan op aanvraag van de rechthebbende worden overgeschreven ten name van de echtgenoot of levenspartner dan wel een bloedverwant of aanverwant tot en met de derde graad. Overschrijving op verzoek van de rechthebbende ten name van een ander dan de vorengenoemde personen is slechts mogelijk, indien daarvoor gewichtige redenen bestaan;
Na het overlijden van de rechthebbende kan het eigen graf worden overgeschreven op naam van de echtgenoot of levenspartner dan wel een bloed- of aanverwant tot en met de derde graad, mits de aanvraag hiertoe wordt gedaan binnen één jaar na het overlijden van de rechthebbende. Overschrijving ten name van een ander dan de in de vorige zin bedoelde personen is slechts mogelijk, indien daarvoor gewichtige redenen bestaan;
Artikel 18 Afstand doen van graven
Zonder aanspraak te kunnen maken op enige vergoeding kan de rechthebbende schriftelijk afstand doen ten behoeve van de gemeente van het recht op het eigen graf. Van de ontvangst van zodanige verklaring doen burgemeester en wethouders schriftelijk mededeling aan de rechthebbende.
Artikel 19 Sluiting van graven
Op aanvraag van de rechthebbende kunnen burgemeester en wethouders een graf gesloten verklaren. Gedurende de tijd dat een graf gesloten is, mag daarop geen andere grafbedekking worden geplaatst en mag daarin geen andere begraving plaatshebben, of asbus worden bijgezet, dan wel as worden verstrooid dan die van de stoffelijke overschotten van de personen die de rechthebbende in zijn aanvraag met name heeft genoemd;
Artikel 20 Vergunning grafbedekking
Niet blijvende beplantingen op een graf die in een verwaarloosde staat verkeren kunnen door de beheerder worden verwijderd zonder dat aanspraak kan worden gemaakt op schadevergoeding. Losse bloemen, planten, kransen en dergelijke kunnen, wanneer zij verwelkt zijn, door de beheerder worden verwijderd. Linten, siervazen en dergelijke voorwerpen worden gedurende twaalf weken ter beschikking gehouden van de rechthebbende of de gebruiker indien deze daartoe tevoren een mondelinge of schriftelijke aanvrage heeft ingediend bij de beheerder.
Artikel 22 Verwijdering grafbedekking
Het voornemen tot verwijdering van de grafbedekking wordt gedurende ten minste een jaar voorafgaande aan het tijdstip waarop de grafbedekking zal worden verwijderd op een op het te ruimen graf te plaatsen bordje door burgemeester en wethouders bekend gemaakt, tenzij het adres van de rechthebbende of de gebruiker bij burgemeester en wethouders bekend is. In dat geval maken zij aan hem uiterlijk een jaar voor het genoemd tijdstip per brief hun voornemen bekend;
Op grond van een daartoe door de rechthebbende of de gebruiker bij burgemeester en wethouders ingediende aanvraag, blijft de grafbedekking na verwijdering nog gedurende twaalf weken ter beschikking van degene aan wie een vergunning als bedoeld in artikel 20 was verleend. De aanvraag kan worden ingediend gedurende de in het tweede lid genoemde termijn
Indien de rechthebbende en de gebruiker nalaten de grafbedekking behoorlijk te onderhouden ofte herstellen, kunnen burgemeester en wethouders de hiervoor in aanmerking komende voorwerpen of zo nodig de gehele grafbedekking doen verwijderen. Het verwijderde blijft gedurende twaalf weken ter beschikking van de rechthebbende of de gebruiker en vervalt daarna aan de gemeente, zonder dat deze tot enige vergoeding verplicht is;
De verwijdering vindt niet plaats dan nadat de rechthebbende of de gebruiker behoorlijk per brief is opgeroepen om te worden ingelicht over de toestand van de grafbedekking. De oproeping geschiedt door mededeling op het mededelingenbord op de begraafplaats als het adres van de rechthebbende of de gebruiker niet bekend is. Bij het graf wordt een verwijzing naar de mededeling aangebracht.
Hoofdstuk 6 Ruiming van graven, urnengraven en urnennissen
Artikel 25 Ruiming, bezorging van overblijfselen en as
Het voornemen van burgemeester en wethouders om een graf te ruimen wordt gedurende ten minste een jaar voorafgaande aan het tijdstip waarop het graf geruimd zal worden op een bij het te ruimen graf te plaatsen bordje ter kennis van de belanghebbenden gebracht, tenzij het adres van de rechthebbende op het graf aan hen bekend is. In dat geval delen zij mee wanneer de termijn van uitgifte gaat verstrijken. Als de rechthebbende geen verzoek indient om de termijn te verlengen maken zij uiterlijk 1 jaar voor het genoemde tijdstip per brief het voornemen tot ruiming bekend;
Nabestaanden van een overledene die begraven is in een algemeen graf kunnen gedurende de in het eerste lid bedoelde termijn bij de beheerder een aanvrage indienen om bij ruiming de overblijfselen, indien mogelijk, bijeen te doen brengen voor herbegraven elders. Nabestaanden van een overledene waarvan een asbus al of niet met een urn is bijgezet in een algemeen graf kunnen bij de beheerder een aanvraag indienen om deze ter beschikking te houden voor herbegraven of verstrooiing elders;
De rechthebbende op een eigen graf, kan bij de beheerder een aanvraag indienen om de overblijfselen te doen verzamelen om deze weder in dezelfde grafruimte te doen plaatsen dan wel om deze elders opnieuw te doen begraven of, indien het een asbus betreft, deze ter beschikking te houden om elders bij te zetten of om de as te doen verstrooien. De rechthebbende op een eigen urnengraf of urnennis kan bij de beheerder een aanvraag indienen de asbus ter beschikking te houden om elders bij te zetten of om de as te doen verstrooien.
De rechten en verplichtingen met betrekking tot eigen graven die voortvloeien uit de ingevolge artikel 32 ingetrokken verordening, worden geacht ingevolge deze verordening te zijn ontstaan.
Burgemeester en wethouders zijn bevoegd, in gevallen waarin de toepassing van deze verordening naar hun oordeel tot een bijzondere hardheid leidt, ten gunste van de aanvrager af te wijken van deze verordening en de krachtens deze verordening vastgestelde nadere regels.
Hij die handelt in strijd met de artikelen 3, 4 en 5 wordt gestraft met een geldboete van de eerste categorie.
Deze verordening treedt in werking op 1 april 1998, met ingang van welke datum de bestaande verordening op de algemene begraafplaats in de gemeente Westkapelle van 11 december 1957, de Beheersverordening begraafplaatsen Valkenisse 1992 van 19 december 1991 en de verordening op het gebruik en beheer van de algemene begraafplaatsen der gemeente Domburg van 11 juni 1972, laatstelijk gewijzigd op 14 november 1972 vervallen.