Organisatie | Valkenswaard |
---|---|
Organisatietype | Gemeente |
Officiële naam regeling | Verordening op de heffing en invordering van parkeerbelastingen 2019 |
Citeertitel | Verordening parkeerbelastingen 2019 |
Vastgesteld door | gemeenteraad |
Onderwerp | financiën en economie |
Eigen onderwerp | |
Externe bijlage | Gebiedskaart Parkeerbelasting VW |
Geen
gelet op artikel 225 van de gemeentewet en de Parkeerverordening Valkenswaard 2016
Geen
Datum inwerkingtreding | Terugwerkende kracht tot en met | Datum uitwerkingtreding | Betreft | Datum ondertekening Bron bekendmaking | Kenmerk voorstel |
---|---|---|---|---|---|
01-01-2019 | 01-01-2020 | nieuwe regeling | 01-11-2018 | 857563/859848 |
De gemeenteraad van Valkenswaard in zijn openbare vergadering van 1 november 2018;
gezien het voorstel van het college van Valkenswaard d.d. 18 september 2018;
registratienummer: 857563/859848;
gelet op artikel 225 van de gemeentewet en de Parkeerverordening Valkenswaard 2016:
vast te stellen de volgende verordening:
“Verordening op de heffing en invordering van parkeerbelastingen 2019”.
Artikel 1 Begripsomschrijvingen
Voor de toepassing van deze verordening wordt verstaan onder:
a. RVV 1990: het Reglement verkeersregels en verkeerstekens van 26 juli 1990 Stb. 459;
b. motorvoertuig: hetgeen daaronder wordt verstaan in het RVV 1990 met inbegrip van brommobielen, zoals bedoeld in artikel 1 onder ia van het RVV 1990;
c. parkeren: het gedurende een aaneengesloten periode doen of laten staan van een motorvoertuig, anders dan gedurende de tijd die nodig is voor en gebruikt wordt tot het onmiddellijk in- of uitstappen van personen dan wel het onmiddellijk laden of lossen van zaken, op binnen de gemeente gelegen voor het openbaar verkeer openstaande terreinen of weggedeelten, waarop dit doen of laten staan niet ingevolge een wettelijk voorschrift is verboden.
d. houder: degene die naar de omstandigheden als houder van een voertuig moet worden beschouwd, met dien verstande dat voor een motorrijtuig dat is ingeschreven in het krachtens de Wegenverkeerswet 1994 (Stb. 1994, 475) aangehouden register van opgegeven kentekens, of gelijkgesteld buitenlands register, als houder wordt aangemerkt degene op wiens naam het voor het motorrijtuig opgegeven kenteken ten tijde van het parkeren in het register was ingeschreven;
e. parkeerapparatuur: parkeermeters, parkeerautomaten, met inbegrip van verzamelparkeermeters, centrale computer en hetgeen naar maatschappelijke opvatting overigens onder parkeerapparatuur wordt verstaan;
f. parkeerapparatuurplaats: een parkeerplaats behorende bij parkeerapparatuur;
g. centrale computer: computer van het bedrijf waarmee de gemeente Valkenswaard een overeenkomst heeft gesloten, bestemd voor de registratie van parkeerbewegingen in het kader van het verlenen van diensten op het gebied van betaald parkeren met gebruik van een telefoon.
h. belanghebbendenplaats: een parkeerplaats die:
van gemeentewege is gemarkeerd voor het parkeren van vergunninghouders
dagvergunning voor bezoekers voor bewoners: een door het college van burgemeester en wethouders verleende vergunning, geldig voor 1 dag, krachtens welke het voor bezoekers van bewoners in het betaald parkeergebied of vergunninghoudersgebied het is toegestaan een motorvoertuig te parkeren op daartoe aangewezen parkeerapparatuur- en/of belanghebbendenplaaten.
Onder de naam ‘parkeerbelastingen’ worden de volgende belastingen geheven:
a. een belasting ter zake van het parkeren van een motorvoertuig op een bij, dan wel krachtens deze verordening in de daarin aangewezen gevallen door het college van burgemeester en wethouders te bepalen plaats, tijdstip en wijze;
b. een belasting ter zake van een van gemeentewege verleende vergunning voor het parkeren van een motorvoertuig op de in die vergunning aangegeven plaats en wijze, zoals aangegeven op de bij dit besluit behorende en als zodanig gewaarmerkte tekening staat aangegeven.
1. De belasting bedoeld in artikel 2, onderdeel a, wordt geheven van de degene die het motorvoertuig heeft geparkeerd.
2. Als degene die het motorvoertuig heeft geparkeerd wordt mede aangemerkt:
a. degene die de belasting voldoet, dan wel te kennen geeft of heeft gegeven de belasting te willen voldoen;
3. De belasting bedoeld in artikel 2, onderdeel a, wordt niet geheven van degene die op de voet van het tweede lid, onderdeel b, als degene die het motorvoertuig heeft geparkeerd wordt aangemerkt, indien deze aannemelijk maakt dat ten tijde van het parkeren een ander tegen zijn wil van het motorvoertuig heeft gebruik gemaakt en dat hij dit gebruik redelijkerwijs niet heeft kunnen voorkomen.
4. De belasting bedoeld in artikel 2, onderdeel b, wordt geheven van degene die de vergunning heeft aangevraagd.
Artikel 4 Maatstaf van heffing, belastingtarief en belastingtijdvak
De maatstaf van heffing, het belastingtarief en het belastingtijdvak zijn vermeld in de bij deze verordening behorende en daarvan deel uitmakende tarieventabel.
Artikel 6 Wijze van heffing en termijnen van betaling
De belasting bedoeld in artikel 2, onderdeel a, wordt geheven bij wege van voldoening op aangifte dan wel door middel van het werpen van geld in parkeerapparatuur ofwel het gebruik van de real-time parkeerkaart en moet worden betaald bij de aanvang van het parkeren. Van de verschuldigde belasting per tijdseenheid wordt op de parkeerapparatuur kennisgegeven;
Artikel 7 Bevoegdheid tot aanwijzing parkeerplaatsen
De aanwijzing van de plaats waar, het tijdstip en de wijze waarop tegen betaling van de belasting bedoeld in artikel 2, onderdeel a, mag worden geparkeerd geschiedt in alle gevallen door het college van burgemeester en wethouders bij openbaar te maken besluit.
De belasting als bedoeld in artikel 2, onderdeel a , voor het parkeren van een motorvoertuig op een parkeerapparatuurplaats wordt niet geheven van een gebruiker van een elektrisch (hybride) motorvoertuig dat aangesloten en aan het laden is op één van de elektrische oplaadpalen in Valkenswaard welke aangeduid zijn met bord E4 volgens RVV 1990 met onderbord ‘opladen elektrisch voertuig, gratis parkeren’ of aangeduid zijn met het bord E08o volgens RVV 1990 met onderbord ‘gratis parkeren tijdens laden’.
3. Op alle zondagen (inclusief koopzondagen).
- maandag 1 januari 2019 (Nieuwjaarsdag)
- maandag 22 april 2019 (2e Paasdag)
- zaterdag 27 april 2019 (Koningsdag)
- zondag 5 mei 2019 (Bevrijdingsdag)
- donderdag 30 mei 2019 (Hemelvaartsdag)
- maandag 10 juni 2019 (2e Pinksterdag)
- woensdag 25 december 2019 (1e Kerstdag)
Artikel 12 Nadere regels door het college van burgemeester en wethouders
- Het model van de vergunning inclusief de daaraan verbonden voorschriften wordt vastgesteld door het college van burgemeester en wethouders.
- Het college van burgemeester en wethouders kan nadere regels geven met betrekking tot de heffing en de invordering van de parkeerbelastingen.
De “Verordening parkeerbelastingen 2018” vastgesteld bij raadsbesluit van 2 november 2017, wordt ingetrokken met ingang van de in artikel 14, tweede lid genoemde datum van ingang van de heffing, met dien verstande, dat zij van toepassing blijft op de belastbare feiten die zich voor die datum hebben voorgedaan.
Aldus vastgesteld in de openbare raadsvergadering van 1 november 2018.
de griffier, de voorzitter,
drs. C. Miedema drs. A.B.A.M. Ederveen.
Tarieventabel behorende bij de “Verordening Parkeerbelastingen 2019”
1. Het tarief voor het parkeren bij parkeerapparatuur als bedoeld in artikel 2, onderdeel a, bedraagt, voor de onderscheiden gebieden die op de bij de tarieventabel behorende en gewaarmerkte overzichtskaart zijn aangegeven:
* en vervolgens € 1,60 per 60 minuten met een maximale parkeertijd van 240 minuten;
* eerste 60 minuten € 1,50 per uur;
2. Het tarief voor een vergunning als bedoeld in artikel 2, onderdeel b, bedraagt, voor de onderscheiden gebieden die op de bij de tarieventabel behorende en gewaarmerkte overzichtskaart zijn aangegeven:
Eerste bewonersvergunning: € 85,00 per 2 jaar
Tweede bewonersvergunning: € 110,00 per 2 jaar
Eerste bewonersvergunning: € 45,00 per 2 jaar
Tweede bewonersvergunning: € 45,00 per 2 jaar
(Specifiek voor ondernemingen die voor hun bedrijfsvoering afhankelijk zijn van het verrichten van arbeid op locatie en hun voertuig bij nodig hebben zoals een klus-, installatie- of schildersbedrijf e.d.)
Eerste bedrijvenvergunning: € 110,00 per jaar
Tweede bedrijvenvergunning: € 220,00 per jaar
Eerste bedrijvenvergunning lang parkeren: € 55,00 per jaar
Tweede bedrijvenvergunning lang parkeren: € 110,00 per jaar
Algemene vergunning voor heel de gemeente
Eerste algemene bedrijvenvergunning: € 220,00 per jaar
Tweede algemene bedrijvenvergunning: € 440,00 per jaar
Bedrijven vergunning voor bezorgdiensten
Eerste bedrijvenvergunning voor bezorgdiensten: € 220,00 per jaar
Tweede bedrijvenvergunning voor bezorgdiensten: € 440,00 per jaar
Dagvergunning voor bezoekers bewoners
Per vergunning (dagkaartje) € 1,10 per dag
(max. 150 st. per adres, per jaar)
Buiten centrumgebied (belanghebbendengebied):
Per vergunning (dagkaartje) € 0,20 per dag
(max. 150 st. per adres, per jaar)
Dagkaarten charitatieve instellingen € 1,10 per kaart
(max. 50/per instelling, per jaar)
Vergunning voor ambulante diensten € 55,00 per jaar
Mantelzorgvergunningen voorzien van een indicatiestelling gratis
Dagkaarten charitatieve instellingen € 0,55 per kaart
(max. 50/per instelling, per jaar)
Vergunning voor ambulante diensten € 55,00 per jaar
Mantelzorgvergunningen voorzien van een indicatiestelling gratis
Omwisselen van een parkeervergunning bij wijziging kenteken € 5,50 per vergunning