Organisatie | Apeldoorn |
---|---|
Organisatietype | Gemeente |
Officiële naam regeling | KWIJTSCHELDINGSBESLUIT 2019 |
Citeertitel | Kwijtscheldingsbesluit 2019’ |
Vastgesteld door | gemeenteraad |
Onderwerp | financiën en economie |
Eigen onderwerp |
Geen
artikel 225, derde lid van de Gemeentewet, artikel 26 Invorderingswet 1990, alsmede de Uitvoeringsregeling Invorderingswet 1990/2008
Geen
Datum inwerkingtreding | Terugwerkende kracht tot en met | Datum uitwerkingtreding | Betreft | Datum ondertekening Bron bekendmaking | Kenmerk voorstel |
---|---|---|---|---|---|
01-01-2019 | 01-01-2020 | Onbekend | 08-11-2018 www.officielebekendmakingen.nl d.d 20 december 2018. | 2018-084430 |
De raad van de gemeente Apeldoorn;
Gelezen het voorstel van het college van 16 oktober 2018 met nummer 2018-084430.
gelet op de artikel 225, derde lid van de Gemeentewet, artikel 26 Invorderingswet 1990, alsmede de Uitvoeringsregeling Invorderingswet 1990/2008;
Artikel 0 Dit artikel moet nog worden gesplitst
Gehele of gedeeltelijke kwijtschelding kan worden verleend voor aanslagen op grond van:
de verordening op de heffing en invordering van begraafplaatsrechten, met dien verstande dat uitsluitend voor verlenging van het onderhoudsrecht kwijtschelding wordt verleend, waarbij het onderhoudsrecht voor een eigen graf waarvoor het uitsluitend recht op begraven is verleend voor onbepaalde tijd tot het tijdstip waarop de begraafplaats tien jaar is gesloten, is uitgezonderd.
Artikel 3 Netto kosten kinderopvang
Als uitgaven als bedoeld in artikel 15, eerste lid, van de Uitvoeringsregeling Invorderingswet 1990 worden mede in aanmerking genomen de in artikel 28, derde lid, van genoemde regeling bedoelde netto kosten van kinderopvang.
In afwijking van artikel 12, tweede lid onder d van de Uitvoeringsregeling Invorderingswet 1990 mag het totale bedrag aan financiële middelen van de belastingschuldige niet meer bedragen dan € 2.269,--. Indien de belastingschuldige een echtgenoot heeft, als bedoeld in artikel 3 van de Wet werk en bijstand, dan mag dit bedrag niet meer bedragen dan € 4.538,--.
Kwijtschelding van privébelastingen voor natuurlijke personen die een bedrijf of zelfstandig een beroep uitoefenen te toetsen op grond van dezelfde bepalingen als die voor particulieren gelden, waarbij
Met betrekking tot een verzoek om kwijtschelding van de in artikel 1 genoemde belastingen dat afkomstig is van een natuurlijk persoon die een bedrijf of zelfstandig beroep uitoefent, zijn de afdelingen 1, 2 en 5 van de Uitvoeringsregeling Invorderingswet 1990 van toepassing indien de belastingen geen verband houden met de uitoefening van dat bedrijf of beroep.
Als bij het indienen van het verzoek om kwijtschelding wordt vastgesteld dat er sprake is van andere openstaande aanslagen bij de belastingschuldige en/of zijn echtgeno(o)t(e), als bedoeld in artikel 3 van de Participatiewet, waarvan de vervaldatum op het moment van het indienen van het verzoek is verstreken en waarvoor geen (dwangmatige) betalingsregeling is verleend, dan kan er besloten worden tot kwijtschelding onder voorwaarden. De gestelde voorwaarden worden in de beschikking vermeld.
Artikel 6 Inwerkingtreding en citeertitel
Aldus vastgesteld in de openbare vergadering van 8 november 2018 met nummer 116-2018.