Organisatie | De Ronde Venen |
---|---|
Organisatietype | Gemeente |
Officiële naam regeling | Verordening BI-zone Centrum Mijdrecht 2010 |
Citeertitel | Verordening BI-zone Centrum Mijdrecht 2010 |
Vastgesteld door | gemeenteraad |
Onderwerp | financiën en economie |
Eigen onderwerp |
De verordening BI-zone Centrum Mijdrecht 2010 is in werking getreden nadat is gebleken dat er voor het initiatief voldoende draagvlak bestaat bij de ondernemers.
Deze regeling is bij besluit van 3 januari 2011 van de raad van De Ronde Venen geldend verklaard voor het gehele grondgebied van de gemeente.
geen
Datum inwerkingtreding | Terugwerkende kracht tot en met | Datum uitwerkingtreding | Betreft | Datum ondertekening Bron bekendmaking | Kenmerk voorstel |
---|---|---|---|---|---|
24-07-2015 | 01-01-2015 | 01-01-2020 | artikel 4, eerste lid is gewijzigd en artikel 8, lid 5 wordt toegevoegd | 11-06-2015 Gemeenteblad, nr. 65407, 20 juli 2015 | onbekend |
09-12-2010 | 01-01-2020 | Nieuwe regeling | 28-10-2010 De Ronde Vener, 10 november 2011 | 0059/10 2010E00245 |
Hoofdstuk II Belastingbepalingen
Artikel 3 Aard van de belasting
Onder de naam ‘BIZ-bijdrage’ wordt een directe belasting geheven ter bestrijding van de kosten die zijn verbonden aan activiteiten die zijn gericht op het bevorderen van leefbaarheid, veiligheid, ruimtelijke kwaliteit of een ander mede publiek belang in de openbare ruimte van de BI-zone.
Artikel 4 Belastbaar feit en belastingplicht
Voor de toepassing van het tweede lid wordt:
gebruik door degene aan wie een deel van een onroerende zaak in gebruik is gegeven, aangemerkt als gebruik door degene die dat deel in gebruik heeft gegeven. Degene die het deel in gebruik heeft gegeven, is bevoegd de BIZ-bijdrage als zodanig te verhalen op degene aan wie dat deel in gebruik is gegeven;
het ter beschikking stellen van een onroerende zaak voor volgtijdig gebruik aangemerkt als gebruik door degene die die onroerende zaak ter beschikking heeft gesteld. Degene die de onroerende zaak ter beschikking heeft gesteld is bevoegd de BIZ-bijdrage als zodanig te verhalen op degene aan wie die zaak ter beschikking is gesteld.
ndien een onroerende zaak bij het begin van het kalenderjaar niet in gebruik is, wordt de BIZ-bijdrage geheven van degene die van die zaak het genot krachtens eigendom, bezit of beperkt recht heeft. Voor de toepassing van de vorige volzin wordt als genothebbende krachtens eigendom, bezit of beperkt recht aangemerkt degene die bij het begin van het kalenderjaar als zodanig in de basisregistratie kadaster is vermeld, tenzij blijkt dat hij op dat tijdstip geen genothebbende krachtens eigendom, bezit of beperkt recht is.
Een onroerende zaak dient niet in hoofdzaak tot woning indien de waarde die op grond van hoofdstuk IV van de Wet waardering onroerende zaken is vastgesteld voor die onroerende zaak niet in hoofdzaak kan worden toegerekend aan delen van die onroerende zaak die dienen tot woning dan wel volledig dienstbaar zijn aan woondoeleinden.
Artikel 6 Maatstaf van heffing
Indien met betrekking tot het belastingobject geen waarde is vastgesteld op de voet van hoofdstuk IV van de Wet waardering onroerende zaken wordt de heffingsmaatstaf van dat belastingobject bepaald met overeenkomstige toepassing van het bepaalde bij of krachtens de artikelen 17, 18 en 20, tweede lid, van de Wet waardering onroerende zaken.
straatmeubilair, waaronder begrepen alle zodanige gebouwde eigendommen - niet zijnde gebouwen - welke zijn geplaatst ten gerieve of in het belang van het publiek, ten dienste van het verkeer of ter verfraaiing van de gemeente, zoals lichtmasten, verkeersinstallaties, standbeelden, monumenten, fonteinen, banken, abri's, hekken en palen;
Toelichting: Het is mogelijk om naast de wettelijke vrijstellingen van artikel 220d van de Gemeentewet in samenhang met artikel 1, vijfde lid, van de Experimentenwet BI-zones in de verordening facultatieve vrijstellingen op te nemen. In verband met de doelmatigheid adviseren wij u op dit punt aan te sluiten bij de facultatieve vrijstellingen van de verordening onroerende-zaakbelastingen. De facultatieve vrijstellingen die in de modelverordening BI-zones worden genoemd, zijn gelijk aan de facultatieve vrijstellingen uit de modelverordening onroerende-zaakbelastingen.
Indien u andere vrijstellingen dan de wettelijke vrijstellingen en de facultatieve vrijstellingen uit de verordening onroerende-zaakbelastingen wilt opnemen, dan adviseren wij u dit via tariefdifferentiatie op te lossen. Zie hiervoor artikel 8, variant A, alternatief voor mogelijkheid 1.
Iedere onroerende zaken die niet in hoofdzaak tot woning dienen heeft een soort-objectcode2. Gelet op het doel van de verordening en de uitvoeringsovereenkomst, zijn de heffing en de tarieven naar waardeklassen als bedoeld in artikel 8 lid 1 van deze verordening, alleen van toepassing op de onderstaande soort-objectcodes, voor de overige soort-objectcodes geldt een BIZ-bijdrage van €0,-.
2 Toelichting: De soort-objectlijst voor niet-woningen is in samenwerking met WOZ-taxatiebranche, gemeenten en VNG tot stand gekomen. Deze lijst is ondermeer terug te vinden in de set landelijke taxatiewijzers die op het WOZ-Datacenter (en WOZ-informatie.nl) zijn gepubliceerd. Op een objectieve manier kunnen onroerende zaken ingedeeld worden in categorieën.
Hoofdstuk III Subsidiebepalingen
Gemeente De Ronde Venen kent geen algemene subsidieverordening en deze is daarom ook niet van toepassing op deze verordening en uitvoeringsovereenkomst.